This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62009TN0488
Case T-488/09: Action brought on 4 December 2009 — Jager & Polacek v OHIM- RT Mediasolutions (REDTUBE)
Zaak T-488/09: Beroep ingesteld op 4 december 2009 — Jager & Polacek/BHIM — RT Mediasolutions (REDTUBE)
Zaak T-488/09: Beroep ingesteld op 4 december 2009 — Jager & Polacek/BHIM — RT Mediasolutions (REDTUBE)
PB C 37 van 13.2.2010, p. 42–43
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
13.2.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 37/42 |
Beroep ingesteld op 4 december 2009 — Jager & Polacek/BHIM — RT Mediasolutions (REDTUBE)
(Zaak T-488/09)
2010/C 37/59
Taal van het verzoekschrift: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Jager & Polacek GmbH (Wenen, Oostenrijk) (vertegenwoordigers: A. Renck, V. von Bomhard, T. Dolde, advocaten)
Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)
Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: RT Mediasolutions s.r.o. (Brünn, Tjechische Republiek)
Conclusies
— |
vernietiging van beslissing R 442/2009-4 van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 29 september 2009; |
— |
verwijzing van het Bureau in de kosten van de procedure. |
Middelen en voornaamste argumenten
Aanvrager van het gemeenschapsmerk: RT Mediasolutions s.r.o.
Betrokken gemeenschapsmerk: woordmerk „REDTUBE” voor waren en diensten van de klassen 9, 38 en 41 (aanvraagnr. 6 096 309)
Houder van het oppositiemerk of -teken in de oppositieprocedure: verzoekster
Oppositiemerk of -teken: niet-ingeschreven merk „Redtube”
Beslissing van de oppositieafdeling: de oppositie wordt geacht niet te zijn ingediend
Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep
Aangevoerde middelen:
— |
schending van artikel 8, lid 2, van verordening (EG) nr. 216/96 (1) juncto artikel 63, lid 2, van verordening (EG) nr. 207/2009 (2), aangezien verzoekster niet is verzocht om opmerkingen in te dienen; |
— |
schending van artikel 80, leden 1 en 2, van verordening nr. 207/2009, aangezien de beslissing over de ontvankelijkheid van de oppositie niet rechtmatig is ingetrokken; |
— |
schending van artikel 83 van verordening nr. 207/2009, in het bijzonder van het vertrouwensbeginsel, juncto artikel 41, lid 3, van deze verordening, van regel 17, lid 1, van verordening nr. 2868/95 (3) en van artikel 8, lid 3, sub a en b, van verordening (EG) nr. 2869/95 (4), aangezien verzoekster erop mocht vertrouwen dat de te late ontvangst van de oppositietaks was hersteld door de tijdige betaling van de toeslag. |
(1) Verordening (EG) nr. 216/96 van de Commissie van 5 februari 1996 houdende het Reglement voor de procesvoering bij de kamers van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (PB L 28, blz. 11).
(2) Verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1).
(3) Verordening (EG) nr. 2868/95 van de Commissie van 13 december 1995 tot uitvoering van verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad inzake het gemeenschapsmerk (PB L 303, blz. 1).
(4) Verordening (EG) nr. 2869/95 van de Commissie van 13 december 1995 inzake de aan het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) te betalen taksen (PB L 303, blz. 33).