Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document JOL_2001_341_R_0125_01

2001/926/EG: Besluit van de Raad van 17 december 2001 betreffende de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de voorlopige toepassing van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij - Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de voorlopige toepassing van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij - Protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de visserij voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006

PB L 341 van 22.12.2001, p. 125–159 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

22001A1222(01)

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de voorlopige toepassing van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij

Publicatieblad Nr. L 341 van 22/12/2001 blz. 0127 - 0127


Overeenkomst

in de vorm van een briefwisseling inzake de voorlopige toepassing van het Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij

A. Brief van de Europese Gemeenschap

Mijne heren,

Onder verwijzing naar het op 31 juli 2001 te Brussel geparafeerde Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië op het gebied van de zeevisserij, heb ik de eer U mee te delen dat de Europese Gemeenschap bereid is deze overeenkomst met ingang van 1 augustus 2001, in afwachting van de inwerkingtreding ervan, voorlopig toe te passen op voorwaarde dat de Islamitische Republiek Mauritanië bereid is hetzelfde te doen.

In dat geval zal de eerste jaarlijkse tranche van de in artikel 2 van het protocol bij de overeenkomst vastgestelde financiële compensatie, overeenkomstig artikel 3 van het protocol, uiterlijk op 31 december 2001 worden betaald. De Gemeenschap zal echter trachten deze betaling zo spoedig mogelijk te doen.

Ik moge u verzoeken mij de ontvangst van deze brief te willen bevestigen en uw instemming met deze voorlopige toepassing te willen mededelen.

Hoogachtend,

Namens de Raad van de Europese Unie

B. Brief van de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië

Mijne heren,

Ik heb de eer u de ontvangst te bevestigen van uw brief van heden die als volgt luidt:

"Onder verwijzing naar het op 31 juli 2001 te Brussel geparafeerde Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië op het gebied van de zeevisserij, heb ik de eer U mee te delen dat de Europese Gemeenschap bereid is deze overeenkomst met ingang van 1 augustus 2001, in afwachting van de inwerkingtreding ervan, voorlopig toe te passen op voorwaarde dat de Islamitische Republiek Mauritanië bereid is hetzelfde te doen.

In dat geval zal de eerste jaarlijkse tranche van de in artikel 2 van het protocol bij de overeenkomst vastgestelde financiële compensatie, overeenkomstig artikel 3 van het protocol, uiterlijk op 31 december 2001 worden betaald. De Gemeenschap zal echter trachten deze betaling zo spoedig mogelijk te doen.

Ik moge u verzoeken mij de ontvangst van deze brief te willen bevestigen en uw instemming met deze voorlopige toepassing te willen mededelen.".

Ik heb de eer u te bevestigen dat de inhoud van uw brief voor de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië aanvaardbaar is en dat uw brief, tezamen met deze brief, een overeenkomst in de zin van uw voorstel vormt.

Hoogachtend,

Voor de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië

Top