Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Het Europees Comité van de Regio’s

Het Europees Comité van de Regio’s

 

SAMENVATTING VAN:

Artikel 13 van het van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) — bepalingen betreffende de instellingen

Artikel 300 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) — de adviesorganen van de Unie

Artikel 305 VWEU (oud artikel 263, tweede, derde en vierde alinea van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (VEG)) — het Europees Comité van de Regio’s

Artikel 306 VWEU (oud artikel 264 VEG) VWEU — het Europees Comité van de Regio’s

Artikel 307 VWEU (oud artikel 265 VEG) VWEU — het Europees Comité van de Regio’s

Reglement van orde

WAT IS HET DOEL VAN DE ARTIKELEN EN HET REGLEMENT VAN ORDE?

  • In artikel 13 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) worden de instellingen van de Europese Unie (EU) opgesomd en wordt bepaald dat het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie worden bijgestaan door het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC), en het Europees Comité van de Regio’s (CvdR), die een adviserende taak hebben.
  • Volgens artikel 300 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) bestaat het CvdR uit vertegenwoordigers van de regionale en lokale gemeenschappen die in een regionaal of lokaal lichaam gekozen zijn of politiek verantwoording verschuldigd zijn aan een gekozen vergadering. De leden van het CvdR zijn niet gebonden door enig imperatief mandaat. Zij oefenen hun ambt volkomen onafhankelijk uit in het algemeen belang van de EU.
  • Volgens artikel 305 VWEU bedraagt het maximumaantal leden van het CvdR 350 en stelt de Raad met eenparigheid van stemmen een besluit vast waarbij de samenstelling van het CvdR wordt bepaald. De Raad benoemt de leden en plaatsvervangende leden voor een ambtstermijn van vijf jaar overeenkomstig de voordrachten van de EU-lidstaten. Bij het verstrijken van het politieke mandaat uit hoofde waarvan zij zijn voorgedragen, eindigt ook de ambtstermijn van de leden van het CvdR en worden zij voor de verdere duur van de ambtstermijn volgens dezelfde procedure vervangen. Leden van het CvdR kunnen niet tegelijkertijd lid zijn van het Europees Parlement.
  • Volgens artikel 306 VWEU kiest het CvdR, voor een periode van tweeënhalf jaar, uit zijn midden zijn voorzitter en zijn bureau. Het artikel verleent het CvdR de bevoegdheid om zijn reglement van orde vast te stellen. Het CvdR wordt door zijn voorzitter bijeengeroepen op verzoek van het Parlement, de Raad of de Commissie. Het kan eveneens op eigen initiatief bijeenkomen.
  • Krachtens Artikel 307 VWEU moet het Parlement, de Raad of de Commissie het CvdR raadplegen in de door de Verdragen voorgeschreven gevallen of in gevallen waarin dat wenselijk wordt geacht, in het bijzonder die welke grensoverschrijdende samenwerking betreffen. De adviezen van het CvdR moeten aan het Parlement, de Raad en de Commissie worden gezonden.
  • In het reglement van orde is uiteengezet hoe het CvdR werkt en hoe het is georganiseerd.

KERNPUNTEN

Leden

De leden van het CvdR worden voorgedragen door de regeringen van de 27 lidstaten en door de Raad benoemd voor een termijn van vijf jaar. In Besluit (EU) 2019/852 van de Raad wordt het aantal leden na de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de EU vastgesteld op 329.

Nationale delegaties van leden weerspiegelen het algemene politieke, geografische en lokale/regionale evenwicht van elke lidstaat als volgt:

  • Duitsland, Frankrijk en Italië: 24 per land;
  • Spanje en Polen: 21 per land;
  • Roemenië: 15;
  • België, Bulgarije, Griekenland, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Tsjechië en Zweden: 12 per land;
  • Denemarken, Finland, Ierland, Kroatië, Litouwen en Slowakije: negen per land;
  • Estland, Letland en Slovenië: zeven per land;
  • Cyprus en Luxemburg: zes per land;
  • Malta: vijf.

De leden vormen tevens fracties die overeenkomen met hun politieke gezindheid.

De rol van het CvdR in de wetgevingsprocedure

Organisatie van de werkzaamheden

Commissies stellen ontwerpadviezen, ontwerprapporten en ontwerpresoluties op, die vervolgens worden goedgekeurd tijdens de voltallige vergadering. De zes commissies zijn:

De samenstelling van de commissies weerspiegelt die van het CvdR als geheel. Elk lid behoort tot ten minste één maar niet meer dan twee commissies. Er kunnen uitzonderingen worden gemaakt voor leden van lidstaten die minder leden tellen dan er commissies zijn. Normaal gesproken zijn de vergaderingen van de commissies openbaar.

Voltallige vergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter van het CvdR en spreken zich uit bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij in het reglement van orde iets anders wordt bepaald. Zij worden altijd gestreamd via het internet. De voltallige vergadering:

  • brengt adviezen, rapporten en resoluties uit;
  • stelt de ontwerpramingen van de ontvangsten en uitgaven van het CvdR op;
  • stelt aan het begin van iedere termijn van vijf jaar de politieke prioriteiten van het CvdR op.

Daarnaast heeft de voltallige vergadering de volgende taken:

  • verkiezing van de voorzitter, de eerste vicevoorzitter en de overige leden van het bureau;
  • instellen van beleidscommissies binnen de instelling;
  • vaststellen en wijzigen van het reglement van orde;
  • besluiten over het instellen van beroep bij het Hof van Justitie.

Het bureau stelt het beleidsprogramma van het CvdR op en ziet toe op de uitvoering daarvan. Daarnaast coördineert het de werkzaamheden van de voltallige vergadering en de commissies. Het bestaat uit de voorzitter, de eerste vicevoorzitter, 27 overige vicevoorzitters (één per lidstaat), 26 overige leden en de fractievoorzitters.

De voorzitter is de vertegenwoordiger van het CvdR en leidt zijn werkzaamheden.

Interregionale groepen zijn platforms waar lokale en regionale overheden in de lidstaten en daarbuiten standpunten kunnen uitwisselen en nieuwe ideeën kunnen ontwikkelen. Deze groepen bestaan uit ten minste tien leden van het CvdR uit ten minste vier landen of een groep regio’s die een project voor grensoverschrijdende samenwerking vertegenwoordigen. Ze zijn opgericht voor een aantal kwesties, zoals brexit, gezondheid en eilandregio’s.

Het CvdR coördineert ook netwerken om regio’s en steden de mogelijkheid te bieden beste praktijken uit te wisselen.

Secretariaat-generaal

Het CvdR heeft een secretariaat-generaal onder leiding van een secretaris-generaal. De secretaris-generaal wordt door het bureau bij tweederdemeerderheid van de uitgebrachte stemmen aangesteld voor een termijn van vijf jaar, en zorgt ervoor dat de besluiten van het bureau of de voorzitter worden uitgevoerd.

VANAF WANNEER IS HET REGLEMENT VAN ORDE VAN TOEPASSING?

Deze zijn van toepassing sinds 22 juli 2023.

ACHTERGROND

Het CvdR is gevestigd in Brussel en deelt enkele van zijn permanente secretariaatsdiensten (die in verband met logistiek, ICT en vertaling) met het EESC.

Zie voor meer informatie:

  • CvdR (Europees Comité van de Regio’s).

BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de Europese Unie — Titel III — Bepalingen betreffende de instellingen — Artikel 13 (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 22).

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Zesde deel — Institutionele en financiële bepalingen — Titel I — Bepalingen inzake de instellingen — Hoofdstuk 3 — De adviesorganen van de Europese Unie — Artikel 300 (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 177).

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Zesde deel — Institutionele en financiële bepalingen — Titel I — Bepalingen inzake de instellingen — Hoofdstuk 3 — De adviesorganen van de Europese Unie — Tweede afdeling — Het Comité van de Regio’s — artikel 305 (oud artikel 263, tweede, derde en vierde alinea, VEG) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 178-179).

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Zesde deel — Institutionele en financiële bepalingen — Titel I — Bepalingen inzake de instellingen — Hoofdstuk 3 — De adviesorganen van de Europese Unie — Tweede afdeling — Het Comité van de Regio’s — artikel 306 (oud artikel 264 VEG) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 179).

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Zesde deel — Institutionele en financiële bepalingen — Titel I — Bepalingen inzake de instellingen — Hoofdstuk 3 — De adviesorganen van de Europese Unie — Tweede afdeling — Het Comité van de Regio’s — artikel 307 (oud artikel 265 VEG) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 179).

Europees Comité van de Regio’s — Reglement van orde (PB L 184 van 21.7.2023, blz. 83-108).

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Besluit (EU) 2020/102 van de Raad van 20 januari 2020 houdende benoeming van de leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio’s voor de periode van 26 januari 2020 tot en met 25 januari 2025 (PB L 20 van 24.1.2020, blz. 2-16).

Achtereenvolgende wijzigingen aan Besluit 2020/102 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Gedragscode voor de leden van het Europees Comité van de Regio’s (PB L 20 van 24.1.2020, blz. 17-23).

Besluit (EU) 2019/852 van de Raad van 21 mei 2019 ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio’s (PB L 139 van 27.5.2019, blz. 13-14).

Laatste bijwerking 08.09.2023

Top