Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017TN0093

Zaak T-93/17: Beroep ingesteld op 14 februari 2017 — Duferco Long Products/Commissie

PB C 121 van 18.4.2017, p. 38–39 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

18.4.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 121/38


Beroep ingesteld op 14 februari 2017 — Duferco Long Products/Commissie

(Zaak T-93/17)

(2017/C 121/57)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Duferco Long Products SA (Luxemburg, Luxemburg) (vertegenwoordigers: J.-F. Bellis, R. Luff en M. Favart, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

het onderhavige beroep ontvankelijk en gegrond verklaren;

artikel 1, onder f), en artikel 2 van het besluit van de Commissie van 20 januari 2016 betreffende steunmaatregel SA.33926 2013/C (ex 2013/NN, 2011/CP) door België ten uitvoer gelegd ten faveure van Duferco, nietig verklaren;

verweerster verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij twee middelen aan.

1.

Eerste middel: de Commissie heeft bij het onderzoek of de met de gemeenschappelijke markt onverenigbaar verklaarde zesde maatregel als een transactie op gelijke voet kon worden aangemerkt, blijk gegeven van een kennelijk onjuiste rechtsopvatting en een kennelijke beoordelingsfout gemaakt. Dit middel valt uiteen in twee onderdelen:

eerste onderdeel: anders dan de Commissie heeft geoordeeld, is de betrokken transactie wel degelijk op gelijke voet verlopen;

tweede onderdeel: de beoordeling door de Commissie of de transactie op gelijke voet is verlopen, is aangetast door ernstige berekenings- en beoordelingsfouten.

2.

Tweede middel: de Commissie heeft bij het onderzoek van het criterium van de particuliere investeerder in een markteconomie blijk gegeven van een kennelijk onjuiste rechtsopvatting en een kennelijke beoordelingsfout gemaakt. Dit middel valt uiteen in vier onderdelen:

eerste onderdeel: door de toepasbaarheid en de toepassing van het criterium van de particuliere investeerder in een markteconomie te verwarren, heeft de Commissie het recht onjuist opgevat en het criterium van de particuliere investeerder in een markteconomie onjuist toegepast;

tweede onderdeel: door geen vergelijkende analyse te maken of een andere beoordelingsmethode toe te passen met betrekking tot de betrokken transactie, heeft de Commissie het beginsel van de particuliere investeerder in een markteconomie geschonden en is zij de motiveringsplicht en de zorgvuldigheidsplicht bij de beoordeling van dat criterium niet nagekomen;

derde onderdeel: de Commissie is de motiveringsplicht en de zorgvuldigheidsplicht bij de beoordeling van het criterium van de particuliere investeerder in een markteconomie niet nagekomen;

vierde onderdeel: het Waalse Gewest heeft een aanzienlijk aantal documenten overgelegd waaruit blijkt dat Foreign Strategic Investment Holding, een dochteronderneming van Société Wallonne de Gestion et de Participation, zich heeft gedragen als een particuliere investeerder in een markteconomie.


Top