Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007L0056

    Richtlijn 2007/56/EG van de Commissie van 17 september 2007 tot wijziging van bepaalde bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van azoxystrobin, chloorthalonil, deltamethrin, hexachloorbenzeen, ioxynil, oxamyl en quinoxyfen (Voor de EER relevante tekst )

    PB L 243 van 18.9.2007, p. 50–60 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/08/2008; stilzwijgende opheffing door 32005R0396

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2007/56/oj

    18.9.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 243/50


    RICHTLIJN 2007/56/EG VAN DE COMMISSIE

    van 17 september 2007

    tot wijziging van bepaalde bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen van azoxystrobin, chloorthalonil, deltamethrin, hexachloorbenzeen, ioxynil, oxamyl en quinoxyfen

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Richtlijn 86/362/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op granen (1), en met name op artikel 10,

    Gelet op Richtlijn 86/363/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op levensmiddelen van dierlijke oorsprong (2), en met name op artikel 10,

    Gelet op Richtlijn 90/642/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op bepaalde producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit (3), en met name op artikel 7,

    Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (4), en met name op artikel 4, lid 1, onder f),

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Overeenkomstig Richtlijn 91/414/EEG valt de toelating van gewasbeschermingsmiddelen voor gebruik op bepaalde gewassen onder de bevoegdheid van de lidstaten. Deze toelating moet stoelen op een beoordeling van de gevolgen voor de gezondheid van mens en dier en voor het milieu. Bij deze beoordeling moet onder meer worden gekeken naar de blootstelling van toedieners en omstanders, de milieueffecten in bodem, water en lucht, en de gevolgen bij mens en dier van de consumptie van residuen op behandelde gewassen.

    (2)

    De maximumresidugehalten (MRL’s) worden vastgesteld op basis van een zodanige toepassing van de minimumhoeveelheden bestrijdingsmiddelen die voor een effectieve gewasbescherming nodig zijn dat de hoeveelheid residu zo klein mogelijk is en toxicologisch aanvaardbaar blijft, met name wat de geschatte opname via de voeding betreft.

    (3)

    De MRL’s voor onder Richtlijn 90/642/EEG vallende bestrijdingsmiddelen moeten voortdurend worden bekeken en kunnen worden gewijzigd om rekening te houden met nieuwe of veranderde toepassingen. De Commissie is in kennis gesteld van nieuwe of gewijzigde toepassingen die zullen leiden tot andere gehalten aan residuen van azoxystrobin, chloorthalonil, ioxynil en quinoxyfen.

    (4)

    Voor hexachloorbenzeen is aan de Commissie informatie verstrekt dat dit bestrijdingsmiddel als gevolg van de milieuverontreiniging kan voorkomen in pompoenzaad, een product dat in verscheidene lidstaten als levensmiddel wordt gebruikt, in gehalten die hoger zijn dan de ondergrens van de analytische bepaling. De opname van „pompoenzaad” in bijlage I bij Richtlijn 90/642/EEG en de vaststelling van een MRL voor pompoenzaad zijn daarom nodig om de consument tegen te hoge hexachloorbenzeenresiduen te beschermen.

    (5)

    Voor oxamyl zijn bij Richtlijn 2006/59/EG van de Commissie (5) tijdelijke MRL's in Richtlijn 90/642/EEG vastgesteld in afwachting van de indiening van proefgegevens. Intussen zijn de proefgegevens voor oxamyl ingediend en geëvalueerd. Bijgevolg kunnen de tijdelijke MRL's voor oxamyl worden bevestigd.

    (6)

    Voor deltamethrin zijn bij Richtlijn 2006/59/EG ook tijdelijke MRL's in de Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG vastgesteld in afwachting van de herziening van bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG en de nieuwe registratie van deltamethrinformuleringen op het niveau van de lidstaten. Bij nader onderzoek is gebleken dat meer tijd nodig is voor de bestudering van de op het niveau van de lidstaten toegelaten toepassingen van deltamethrin. Daarom moet de geldigheidsduur van de tijdelijke MRL's voor deltamethrin worden verlengd.

    (7)

    De levenslange blootstelling van de consument aan die bestrijdingsmiddelen via levensmiddelen die residuen daarvan kunnen bevatten, is beoordeeld en geëvalueerd volgens in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren (6). Op grond van deze beoordelingen en evaluaties moeten de MRL’s voor die bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de aanvaardbare dagelijkse inname niet wordt overschreden.

    (8)

    Voor chloorthalonil en ioxynil bestaat een acute referentiedosis (ARfD) en is de acute blootstelling van de consument via elk levensmiddel dat residuen van deze bestrijdingsmiddelen kan bevatten volgens momenteel in de Gemeenschap gangbare procedures en werkwijzen en door de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerde richtsnoeren beoordeeld. Er is rekening gehouden met de adviezen en de aanbevelingen van het Wetenschappelijk Comité voor planten, met name over de bescherming van de consument van met bestrijdingsmiddelen behandelde levensmiddelen (7). Op grond van de beoordeling van de inname via de voeding moeten de MRL’s voor die bestrijdingsmiddelen zodanig worden vastgesteld dat de ARfD niet wordt overschreden. Uit de beschikbare informatie voor de overige stoffen blijkt dat geen ARfD en dus ook geen beoordeling van de acute effecten nodig is.

    (9)

    Wanneer toegelaten toepassingen van gewasbeschermingsmiddelen niet tot detecteerbare gehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in of op het levensmiddel leiden, wanneer er geen toegelaten toepassingen zijn, wanneer door de lidstaten toegelaten toepassingen niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, of wanneer toepassingen in derde landen die leiden tot residuen in of op levensmiddelen die op de markt van de Gemeenschap verkrijgbaar kunnen zijn, niet met de nodige gegevens zijn onderbouwd, moeten de MRL’s op de ondergrens van de analytische bepaling worden vastgesteld.

    (10)

    Dat op communautair niveau voorlopige MRL’s worden vastgesteld of gewijzigd, neemt niet weg dat de lidstaten overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder f), van Richtlijn 91/414/EEG en bijlage VI bij die richtlijn voorlopige MRL’s voor ioxynil en quinoxyfen kunnen vaststellen. Een periode van vier jaar wordt voldoende geacht om de ontwikkeling van andere toepassingen van deze stoffen mogelijk te maken. Daarna moeten de voorlopige communautaire MRL’s definitief worden.

    (11)

    De in de Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG vastgestelde MRL's moeten daarom worden gewijzigd om te zorgen voor een degelijke bewaking van en controle op het gebruik van de desbetreffende gewasbeschermingsmiddelen en om de consument te beschermen. Als in de bijlagen bij die richtlijnen reeds MRL’s zijn vastgesteld, moeten die worden gewijzigd. Als er nog geen MRL’s zijn bepaald, moeten die voor het eerst worden vastgesteld.

    (12)

    De Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (13)

    De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Richtlijn 86/362/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze richtlijn.

    Artikel 2

    Richtlijn 86/363/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage II bij deze richtlijn.

    Artikel 3

    Richtlijn 90/642/EEG wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    in bijlage I wordt in groep „4 Oliehoudende zaden”„pompoenzaad” toegevoegd.

    2)

    bijlage II wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage III bij deze richtlijn.

    Artikel 4

    De lidstaten dienen uiterlijk op 18 december 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mede, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.

    Zij passen die bepalingen toe vanaf 19 december 2007.

    Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

    Artikel 5

    Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Artikel 6

    Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel, 17 september 2007.

    Voor de Commissie

    Markos KYPRIANOU

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 221 van 7.8.1986, blz. 37. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/27/EG van de Commissie (PB L 128 van 16.5.2007, blz. 31).

    (2)  PB L 221 van 7.8.1986, blz. 43. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/28/EG van de Commissie (PB L 135 van 26.5.2007, blz. 6).

    (3)  PB L 350 van 14.12.1990, blz. 71. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/39/EG van de Commissie (PB L 165 van 27.6.2007, blz. 25).

    (4)  PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/52/EG van de Commissie (PB L 214 van 17.8.2007, blz. 3).

    (5)  PB L 175 van 29.6.2006, blz. 61.

    (6)  Richtsnoeren voor het voorspellen van de opname via de voeding van residuen van bestrijdingsmiddelen (herziene versie), opgesteld door GEMS/voedselprogramma in samenwerking met het Codex-comité voor residuen van bestrijdingsmiddelen, gepubliceerd door de Wereldgezondheidsorganisatie, 1997 (WHO/FSF/FOS/97.7).

    (7)  Opinion regarding questions relating to amending the annexes to Council Directives 86/362/EEC, 86/363/EEC and 90/642/EEC (uitgebracht op 14 juli 1998); Opinion regarding variable pesticide residues in fruit and vegetables (uitgebracht op 14 juli 1998), http://europa.eu.int/comm/food/fs/sc/scp/outcome_ppp_en.html


    BIJLAGE I

    In deel A van bijlage II bij Richtlijn 86/362/EEG wordt de regel voor deltamethrin vervangen door:

    Residuen van bestrijdingsmiddelen

    Maximumgehalte in mg/kg

    „Deltamethrin (cis-deltamethrin) (1)

    2

    GRANEN


    (1)  Tijdelijke MRL geldig tot 1 november 2008, in afwachting van de herziening van bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG en de nieuwe registratie van deltamethrinformuleringen op het niveau van de lidstaten.”


    BIJLAGE II

    In deel A van bijlage II bij Richtlijn 86/363/EEG wordt de regel voor „deltamethrin (cis-deltamethrin)” vervangen door:

     

    Maximumgehalte in mg/kg

    Residuen van bestrijdingsmiddelen

    van het vetgehalte van vlees, bereidingen van vlees, eetbare slachtafvallen en dierlijke vetten, vermeld in bijlage I onder de posten ex 0201, 0202, 0203, 0204, 0205, 0206, 0207, ex 0208, 0209, 0210, 1601 en 1602

    (1) (4)

    voor rauwe koemelk en volle koemelk, vermeld in bijlage I onder de post 0401; voor andere levensmiddelen onder de posten 0401, 0402, 0405 00 en 0406 overeenkomstig

    (2) (4)

    voor verse eieren uit de schaal, voor vogeleieren en eigeel, vermeld in bijlage I onder de posten 0407 en 0408

    (3) (4)

    „Deltamethrin (cis-deltamethrin) (2)

    lever en nieren 0,03 (1), pluimvee en pluimveeproducten 0,1, andere 0,5

    0,05

    0,05 (1)


    (1)  Geeft de ondergrens van de analytische bepaling aan.

    (2)  Tijdelijke MRL's geldig tot 1 november 2008, in afwachting van de herziening van bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG en de nieuwe registratie van deltamethrinformuleringen op het niveau van de lidstaten.”


    BIJLAGE III

    In deel A van bijlage II bij Richtlijn 90/642/EEG worden de kolommen voor „azoxystrobin, chloorthalonil, deltamethrin, hexachloorbenzeen, ioxynil, oxamyl en quinoxyfen” vervangen door:

     

    „Residuen van bestrijdingsmiddelen en maximumgehalten aan residuen (mg/kg)

    Groepen en voorbeelden van afzonderlijke producten waarop de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen van toepassing zijn

    Azoxystrobin

    Chloorthalonil

    Deltamethrin (cis-deltamethrin) (2)

    Hexachloorbenzeen

    Ioxynil, inclusief esters daarvan, uitgedrukt als ioxynil

    Oxamyl

    Quinoxyfen

    1.

    Fruit, vers, gedroogd of ongekookt, bevroren, zonder toegevoegde suiker; noten

     

     

     

    0,01 (1)

    0,05 (1)  (3)

     

     

    i)

    CITRUSVRUCHTEN

    1

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    Grapefruits

     

     

     

     

     

     

     

    Citroenen

     

     

     

     

     

     

     

    Lemmetjes

     

     

     

     

     

     

     

    Mandarijnen (inclusief clementines en andere kruisingen)

     

     

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

     

    Sinaasappelen

     

     

     

     

     

     

     

    Pomelo’s

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    ii)

    NOTEN (al dan niet in de dop, schil of schaal)

    0,1 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    Amandelen

     

     

     

     

     

     

     

    Paranoten

     

     

     

     

     

     

     

    Cashewnoten

     

     

     

     

     

     

     

    Kastanjes

     

     

     

     

     

     

     

    Kokosnoten

     

     

     

     

     

     

     

    Hazelnoten

     

     

     

     

     

     

     

    Macadamianoten

     

     

     

     

     

     

     

    Pecannoten

     

     

     

     

     

     

     

    Pijnboompitten

     

     

     

     

     

     

     

    Pistaches (pimpernoten)

     

     

     

     

     

     

     

    Walnoten

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    iii)

    PITVRUCHTEN

    0,05 (1)

    1

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    Appelen

     

     

    0,2

     

     

     

    0,05 (3)

    Peren

     

     

     

     

     

     

     

    Kweeperen

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

    0,1

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    iv)

    STEENVRUCHTEN

    0,05 (1)

     

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    Abrikozen

     

    1

     

     

     

     

    0,05 (3)

    Kersen

     

     

    0,2

     

     

     

    0,3 (3)

    Perziken (inclusief nectarines en soortgelijke kruisingen)

     

    1

     

     

     

     

    0,05 (3)

    Pruimen

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

    0,01 (1)

    0,1

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    v)

    BESVRUCHTEN EN KLEIN FRUIT

     

     

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    a)

    Tafel- en wijndruiven

    2

     

    0,2

     

     

     

    1 (3)

    Tafeldruiven

     

    1

     

     

     

     

     

    Wijndruiven

     

    3

     

     

     

     

     

    b)

    Aardbeien (andere dan bosaardbeien)

    2

    3

    0,2

     

     

     

    0,3 (3)

    c)

    Rubussoorten (andere dan wilde vruchten)

     

    0,01 (1)

     

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    Bramen

    3

     

    0,5

     

     

     

     

    Dauwbramen

     

     

     

     

     

     

     

    Loganbessen

     

     

     

     

     

     

     

    Frambozen

    3

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)

     

     

     

     

    d)

    Ander klein fruit en besvruchten (voor zover niet wild)

    0,05 (1)

     

     

     

     

     

    2 (3)

    Blauwe bosbessen

     

     

     

     

     

     

     

    Veenbessen

     

    2

     

     

     

     

     

    Aalbessen (rood, zwart en wit)

     

    10

    0,5

     

     

     

     

    Kruisbessen

     

    10

    0,2

     

     

     

     

    Andere

     

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

     

    e)

    Wilde besvruchten en wilde vruchten

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    vi)

    DIVERSE VRUCHTEN

     

     

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    Avocado’s

     

     

     

     

     

     

     

    Bananen

    2

    0,2

     

     

     

     

     

    Dadels

     

     

     

     

     

     

     

    Vijgen

     

     

     

     

     

     

     

    Kiwi’s

     

     

    0,2

     

     

     

     

    Kumquats

     

     

     

     

     

     

     

    Lychees

     

     

     

     

     

     

     

    Mango’s

    0,2

     

     

     

     

     

     

    Olijven (tafelolijven)

     

     

    1

     

     

     

     

    Olijven (olieproductie)

     

     

    1

     

     

     

     

    Papaja’s

    0,2

    20

     

     

     

     

     

    Passievruchten

     

     

     

     

     

     

     

    Ananassen

     

     

     

     

     

     

     

    Granaatappels

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

     

    2.

    Groenten, vers of ongekookt, bevroren of gedroogd

     

     

     

    0,01 (1)

     

     

     

    i)

    WORTEL- EN KNOLGEWASSEN

     

     

    0,05 (1)

     

     

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    Rode bieten

     

     

     

     

     

     

     

    Wortelen

    0,2

    1

     

     

    0,2 (3)

     

     

    Cassave

     

     

     

     

     

     

     

    Knolselderij

    0,3

    1

     

     

     

     

     

    Mierikswortel (peperwortel)

    0,2

     

     

     

     

     

     

    Aardperen (topinamboers)

     

     

     

     

     

     

     

    Pastinaken

    0,2

     

     

     

    0,2 (3)

     

     

    Wortelpeterselie

    0,2

     

     

     

     

     

     

    Radijzen

    0,2

     

     

     

     

     

     

    Schorseneren

    0,2

     

     

     

     

     

     

    Bataten (zoete aardappelen)

     

     

     

     

     

     

     

    Koolrapen

     

     

     

     

     

     

     

    Rapen

     

     

     

     

     

     

     

    Yams

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,05 (1)

    0,01 (1)

     

     

    0,05 (1)  (3)

     

     

    ii)

    BOLGEWASSEN

     

     

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    Knoflook

     

    0,5

    0,1

     

    0,2 (3)

     

     

    Uien

     

    0,5

    0,1

     

    0,2 (3)

     

     

    Sjalotten

     

    0,5

    0,1

     

    0,2 (3)

     

     

    Bosuien

    2

    5

    0,1

     

    3 (3)

     

     

    Andere

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)  (3)

     

     

    iii)

    VRUCHTGROENTEN

     

     

     

     

    0,05 (1)  (3)

     

     

    a)

    Solanaceae

    2

    2

     

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    Tomaten

     

     

    0,3

     

     

    0,02 (3)

     

    Pepers (paprika’s)

     

     

     

     

     

    0,02 (3)

     

    Aubergines

     

     

    0,3

     

     

    0,02 (3)

     

    Okra’s

     

     

    0,3

     

     

     

     

    Andere

     

     

    0,2

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    b)

    Cucurbitaceae met eetbare schil

    1

     

    0,2

     

     

     

    0,02 (1)  (3)

    Komkommers

     

    1

     

     

     

    0,02 (3)

     

    Augurken

     

    5

     

     

     

    0,02 (3)

     

    Courgettes

     

     

     

     

     

    0,03 (3)

     

    Andere

     

    0,01 (1)

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    c)

    Cucurbitaceae met niet-eetbare schil

    0,5

    1

    0,2

     

     

    0,01 (1)  (3)

    0,05 (3)

    Meloenen

     

     

     

     

     

     

     

    Pompoenen

     

     

     

     

     

     

     

    Watermeloenen

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    d)

    Suikermais

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    iv)

    KOOLSOORTEN

     

     

     

     

    0,05 (1)  (3)

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    a)

    Bloemkoolachtigen

    0,5

    3

    0,1

     

     

     

     

    Broccoli

     

     

     

     

     

     

     

    Bloemkool

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    b)

    Sluitkoolachtigen

    0,3

     

    0,1

     

     

     

     

    Spruitjes

     

    3

     

     

     

     

     

    Sluitkool

     

    3

     

     

     

     

     

    Andere

     

    0,01 (1)

     

     

     

     

     

    c)

    Bladkoolachtigen

    5

    0,01 (1)

    0,5

     

     

     

     

    Chinese kool

     

     

     

     

     

     

     

    Boerenkool

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    d)

    Koolrabi

    0,2

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

     

    v)

    BLADGROENTEN EN VERSE KRUIDEN

     

     

     

     

    0,05 (1)  (3)

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    a)

    Sla en dergelijke

    3

    0,01 (1)

    0,5

     

     

     

     

    Tuinkers

     

     

     

     

     

     

     

    Veldsla

     

     

     

     

     

     

     

    Sla

     

     

     

     

     

     

     

    Andijvie

     

     

     

     

     

     

     

    Ruccola

     

     

     

     

     

     

     

    Bladeren en stengels van koolsoorten, inclusief raapstelen

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    b)

    Spinazie en dergelijke

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,5

     

     

     

     

    Spinazie

     

     

     

     

     

     

     

    Snijbiet

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    c)

    Waterkers

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

     

    d)

    Witlof

    0,2

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

     

     

     

    e)

    Kruiden

    3

    5

    0,5

     

     

     

     

    Kervel

     

     

     

     

     

     

     

    Bieslook

     

     

     

     

     

     

     

    Peterselie

     

     

     

     

     

     

     

    Bladselderij

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    vi)

    PEULGROENTEN (vers)

     

     

    0,2

     

    0,05 (1)  (3)

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    Bonen (met peul)

    1

    5

     

     

     

     

     

    Bonen (zonder peul)

    0,2

    2

     

     

     

     

     

    Erwten (met peul)

    0,5

    2

     

     

     

     

     

    Erwten (zonder peul)

    0,2

    0,3

     

     

     

     

     

    Andere

    0,05 (1)

    0,01 (1)

     

     

     

     

     

    vii)

    STENGELGROENTEN (vers)

     

     

     

     

     

    0,01 (1)  (3)

     

    Asperges

     

     

     

     

     

     

     

    Kardoen

     

     

     

     

     

     

     

    Bleekselderij

    5

    10

     

     

     

     

     

    Knolvenkel

    5

     

     

     

     

     

     

    Artisjokken

    1

     

    0,1

     

     

     

    0,3 (3)

    Prei

    2

    10

    0,2

     

    3 (3)

     

     

    Rabarber

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

     

    0,05 (1)  (3)

     

    0,02 (1)  (3)

    viii)

    FUNGI

    0,05 (1)

     

    0,05

     

    0,05 (1)  (3)

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    a)

    Gekweekte paddenstoelen

     

    2

     

     

     

     

     

    b)

    Wilde paddestoelen

     

    0,01 (1)

     

     

     

     

     

    3.

    Peulvruchten

    0,1

    0,01 (1)

    1

    0,01 (1)

    0,05 (1)  (3)

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    Bonen

     

     

     

     

     

     

     

    Linzen

     

     

     

     

     

     

     

    Erwten

     

     

     

     

     

     

     

    Lupinen

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

     

     

     

     

     

     

     

    4.

    Oliehoudende zaden

     

     

     

     

    0,1 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    0,05 (1)  (3)

    Lijnzaad

     

     

     

     

     

     

     

    Pinda’s

     

    0,05

     

     

     

     

     

    Papaverzaad

     

     

     

     

     

     

     

    Sesamzaad

     

     

     

     

     

     

     

    Zonnebloempitten

     

     

     

     

     

     

     

    Kool- en raapzaad

    0,5

     

    0,1

     

     

     

     

    Sojabonen

    0,5

     

     

     

     

     

     

    Mosterdzaad

     

     

    0,1

     

     

     

     

    Katoenzaad

     

     

     

     

     

     

     

    Hennepzaad

     

     

     

     

     

     

     

    Pompoenzaad

     

     

     

    0,05

     

     

     

    Andere

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

    0,02 (1)

     

     

     

    5.

    Aardappelen

    0,05 (1)

    0,01 (1)

    0,05 (1)

    0,01

    0,05 (1)  (3)

    0,01 (1)  (3)

    0,02 (1)

    Vroege aardappelen

     

     

     

     

     

     

     

    Bewaaraardappelen

     

     

     

     

     

     

     

    6.

    Thee (gedroogde bladeren en stengels, al dan niet gefermenteerd, van Camellia sinensis)

    0,1 (1)

    0,1 (1)

    5

    0,02 (1)

    0,1 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    0,05 (1)  (3)

    7.

    Hop (gedroogd), inclusief hoppellets en niet-geconcentreerd poeder

    20

    50

    5

    0,02 (1)

    0,1 (1)  (3)

    0,02 (1)  (3)

    0,5 (3)


    (1)  Geeft de ondergrens van de analytische bepaling aan.

    (2)  Tijdelijke MRL's geldig tot 1 november 2008, in afwachting van de herziening van bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG en de nieuwe registratie van deltamethrinformuleringen op het niveau van de lidstaten.

    (3)  Geeft aan dat het maximumresidugehalte voorlopig is vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder f), van Richtlijn 91/414/EEG.”


    Top