This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32000R0644
Commission Regulation (EC) No 644/2000 of 28 March 2000 fixing the ceilings on financing for measures to improve the quality of olive-oil production in the 2000/2001 production cycle and derogating from Article 3(3) of Regulation (EC) No 528/1999
Verordening (EG) nr. 644/2000 van de Commissie van 28 maart 2000 tot vaststelling van de plafonds voor de financiering van de acties ter verbetering van de kwaliteit van de olijfolieproductie voor de productiecyclus 2000/2001 en houdende afwijking van artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 528/1999
Verordening (EG) nr. 644/2000 van de Commissie van 28 maart 2000 tot vaststelling van de plafonds voor de financiering van de acties ter verbetering van de kwaliteit van de olijfolieproductie voor de productiecyclus 2000/2001 en houdende afwijking van artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 528/1999
PB L 78 van 29.3.2000, p. 6–6
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 30/04/2001
Relation | Act | Comment | Subdivision concerned | From | To |
---|---|---|---|---|---|
Derogation | 31999R0528 | afwijking | artikel 3.3 | 01/05/2000 |
Verordening (EG) nr. 644/2000 van de Commissie van 28 maart 2000 tot vaststelling van de plafonds voor de financiering van de acties ter verbetering van de kwaliteit van de olijfolieproductie voor de productiecyclus 2000/2001 en houdende afwijking van artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 528/1999
Publicatieblad Nr. L 078 van 29/03/2000 blz. 0006 - 0006
Verordening (EG) nr. 644/2000 van de Commissie van 28 maart 2000 tot vaststelling van de plafonds voor de financiering van de acties ter verbetering van de kwaliteit van de olijfolieproductie voor de productiecyclus 2000/2001 en houdende afwijking van artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 528/1999 DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2702/1999(2), en met name op artikel 5, lid 11, Gelet op Verordening (EG) nr. 528/1999 van de Commissie van 10 maart 1999 tot vaststelling van de maatregelen om de kwaliteit van de olijfolieproductie te verbeteren(3), en met name op artikel 3, lid 2, Overwegende hetgeen volgt: (1) In artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 528/1999 is bepaald dat voor elke lidstaat en elke productiecyclus van twaalf maanden plafonds worden vastgesteld voor de financiering van acties ter verbetering van de kwaliteit van de olijfolieproductie en van het effect van die productie op het milieu die in aanmerking komen voor vergoeding van kosten uit het EOGFL, afdeling "Garantie". (2) Bij Verordening (EG) nr. 2181/1999 van de Commissie van 14 oktober 1999 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 1998/1999, van de geraamde olijfolieproductie en van het bedrag van de productiesteun per eenheid dat mag worden voorgeschoten(4), is de genoemde productie, inclusief de productie van tafelolijven, in olijfolie-equivalent, geraamd op 1876200 t. Deze geraamde productie kan worden opgesplitst in een productie van 890700 t voor Spanje, 521000 t voor Griekenland, 428800 t voor Italië, 33300 t voor Portugal en 2400 t voor Frankrijk. De inhouding op de productiesteun voor dat verkoopseizoen moet als grondslag dienen voor de financiering van de acties voor de verbetering van de productiekwaliteit voor de productiecyclus die op 1 mei 2000 begint. (3) De aan de te voeren acties verbonden minimumkosten zijn weinig rekbaar. Het voor sommige lidstaten vastgestelde financieringsplafond zou dan ook ontoereikend kunnen blijken. Derhalve moeten voor dergelijke gevallen adequate limieten worden vastgesteld. (4) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Voor de productiecyclus die begint op 1 mei 2000 en eindigt op 30 april 2001 worden de in artikel 3, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 528/1999 bedoelde financieringsplafonds als volgt vastgesteld: >RUIMTE VOOR DE TABEL> Artikel 2 In afwijking van artikel 3, lid 3, van Verordening (EG) nr. 528/1999 bedraagt de aanvullende nationale financiële bijdrage voor de lidstaten waarvoor het in artikel 1 vermelde financieringsplafond niet meer dan 100000 EUR bedraagt, maximaal 250000 EUR. Artikel 3 Deze verordening treedt in werking op de zevende dag na die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 28 maart 2000. Voor de Commissie Franz Fischler Lid van de Commissie (1) PB 172 van 30.9.1966, blz. 3025/66. (2) PB L 327 van 21.12.1999, blz. 7. (3) PB L 62 van 11.3.1999, blz. 8. (4) PB L 267 van 15.10.1999, blz. 19.