EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52021PC0085

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking)

COM/2021/85 final

Brussel, 24.2.2021

COM(2021) 85 final

2021/0045(COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking)

(Voor de EER relevante tekst)

{SEC(2021) 90 final} - {SWD(2021) 27 final} - {SWD(2021) 28 final} - {SWD(2021) 29 final}


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Inleiding

1 Omdat Verordening (EU) nr. 531/2012 vervalt op 30 juni 2022, strekt dit voorstel ertoe deze te verlengen, waarbij de maximale wholesaletarieven worden aangepast om de houdbaarheid van de levering van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen te waarborgen, nieuwe maatregelen worden ingevoerd ter verhoging van de transparantie, en gezorgd wordt voor een authentieke roamingervaring tegen thuistarief op het gebied van servicekwaliteit en toegang tot noodhulpdiensten.

2 Aangezien Verordening (EU) nr. 531/2012 meermaals is gewijzigd, wordt met dit voorstel beoogd deze verordening te herschikken om meer duidelijkheid te scheppen en de verschillende wijzigingshandelingen te vervangen.

Chronologisch overzicht

De voorbije 14 jaar waren EU-maatregelen van regelgevende aard op het gebied van wholesale- en retailroamingmarkten nodig om de voorwaarden voor de werking van de interne markt voor roamingdiensten binnen de Unie te verbeteren.

3 4 De EU heeft middels de vaststelling van Verordening (EG) nr. 717/2007 voor de eerste maal een gemeenschappelijke benadering voor de regulering van roaming op openbare mobiele communicatienetwerken in de EU vastgelegd. Na een eerste herziening van deze bepalingen is in 2009 de duur verlengd en het toepassingsgebied ervan uitgebreid. Na een volgende herziening van de regels is toen Verordening (EU) nr. 531/2012 vastgesteld. Die verordening wijzigde de vorige regels, door de roamingtarieven voor gesprekken en sms-berichten te verlagen en een plafond voor dataroamingtarieven in de EU in te stellen.

5 Verordening (EU) nr. 531/2012 is gewijzigd bij Verordening (EU) 2015/2120, op grond waarvan retailroamingtoeslagen in de EU vanaf 15 juni 2017 moesten worden afgeschaft, met de mogelijkheid om regelingen inzake redelijk gebruik van roamingdiensten en een houdbaarheidsafwijking toe te passen. Deze voorschriften voor retailroamingdiensten in de Unie worden in deze toelichting regels voor “roaming tegen thuistarief” genoemd.

Regulering op retailniveau is noodzakelijk, maar volstaat op zichzelf niet om roaming tegen thuistarief tot stand te brengen. De afschaffing van retailroamingtoeslagen is alleen houdbaar in de hele Unie en leidt niet tot verstoring van de concurrentievoorwaarden op binnenlandse markten als nationale wholesaleroamingmarkten in de EU worden geprikkeld om concurrerend te zijn, en wholesaleroamingprijzen worden toegepast op basis waarvan exploitanten retailroamingdiensten zonder aanvullende toeslag kunnen aanbieden.

6 7 De Commissie heeft daarom een evaluatie van de wholesaleroamingmarkt uitgevoerd, teneinde te beoordelen of er maatregelen nodig waren om retailroamingtoeslagen te kunnen afschaffen. Zij heeft op 15 juni 2016 haar verslag betreffende de evaluatie van de wholesaleroamingmarkt goedgekeurd. Naar aanleiding van de evaluatie heeft de Commissie op 17 mei 2017 Verordening (EU) 2017/920 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 531/2012 wat betreft de voorschriften voor wholesaleroamingmarkten vastgesteld, met als doel de retailroamingtoeslagen per 15 juni 2017 af te schaffen, zonder de binnenlandse bezochte markten en de thuismarkten te verstoren.

8 De Commissie heeft op 29 november 2019 haar eerste volledige evaluatie van de roamingmarkt (het “evaluatieverslag van de Commissie”) gepubliceerd, waaruit bleek dat reizigers in de hele EU aanzienlijk hebben geprofiteerd van de afschaffing van de roamingtarieven in juni 2017. Het gebruik van mobiele diensten (data, gesprekken en sms) op reis in de EU is snel en massaal toegenomen, hetgeen de positieve impact van de roamingregels bevestigde.

Op wholesaleniveau heeft de sterke verlaging van de prijsplafonds bijgedragen tot een verdere verlaging van de wholesaleroamingtarieven, vaak aanzienlijk onder het niveau van de gereguleerde plafonds, waardoor de afschaffing van de roamingtarieven voor bijna alle roamingaanbieders houdbaar is.

Uit het evaluatieverslag van de Commissie blijkt enerzijds dat de regels voor roaming tegen thuistarief een succes zijn en dat de roamingmarkt op basis van die regels in het algemeen goed functioneert, maar anderzijds dat, ondanks tekenen van een zekere concurrentiedynamiek op zowel de retail- als de wholesaleroamingmarkten, de onderliggende basisvoorwaarden voor mededinging niet zijn veranderd en dat in de nabije toekomst waarschijnlijk ook niet zullen doen. Daarom is de huidige regulering op wholesale- en retailniveau nog steeds nodig en kan deze niet worden opgeheven.

Motivering en doel van het voorstel, belangrijkste wijzigingen en bepalingen die ongewijzigd blijven.

Het doel van dit voorstel is de regels voor de EU-roamingmarkt tot na 2022 te verlengen, en daarbij de maximale wholesaletarieven te wijzigen, nieuwe maatregelen in te voeren om op reis een authentieke roamingervaring tegen thuistarief te bieden, en andere maatregelen die niet langer nodig lijken, in te trekken.

9 De voorgestelde wijzigingen aan de regels worden hieronder nader beschreven.

Het feitelijke doel van de belangrijkste voorgestelde wijzigingen is te waarborgen dat exploitanten roaming tegen thuistarief kunnen leveren en de kosten op een houdbare manier op wholesaleniveau kunnen dekken. Volgens het voorstel worden de maximumtarieven voor wholesaleroaming voor gesprekken, sms-berichten en data op een lager niveau vastgelegd dan die welke gelden tot en met 30 juni 2022. Om de twee bovengenoemde doelstellingen van houdbaarheid en kostendekking met elkaar in overeenstemming te brengen, voorziet het voorstel in een geleidelijke daling in twee stappen van de maximale wholesaletarieven voor data, gesprekken en sms. Overeenkomstig de beleidskeuze in Verordening (EU) nr. 531/2012 moeten de nieuwe maximale wholesaletarieven als preventief niveau dienen en ervoor zorgen dat de exploitanten hun kosten kunnen dekken. Bovendien moet hierdoor de wijdverbreide, houdbare levering van roaming tegen thuistarief mogelijk worden gemaakt, waarbij de exploitanten een marge moeten behouden om commerciële onderhandelingen te voeren. Daarentegen blijven de bepalingen over beleid inzake redelijk gebruik en houdbaarheid (artikelen 6 ter en 6 quater van Verordening (EU) nr. 531/2012) grotendeels ongewijzigd, evenals de bijbehorende uitvoeringshandeling (Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie) die van toepassing blijft, aangezien de preventieve regels op retailniveau nog steeds afdoende werken. Een verlaging van de maximale wholesaletarieven zou echter ook gunstig zijn voor eindgebruikers, omdat een verlaging van invloed is op de prijscomponenten die worden berekend op basis van het niveau van die tarieven, met name het plafond voor toeslagen in het kader van het beleidsmechanisme voor redelijk gebruik, de houdbaarheidsafwijkingen en het datavolume van het beleid inzake redelijk gebruik van open databundels en prepaidlimieten.

Het voorstel introduceert ook nieuwe maatregelen inzake transparantie, servicekwaliteit en toegang tot noodcommunicatie.

Het omvat met name wijzigingen die gericht zijn op het waarborgen van roaming tegen thuistarief voor eindgebruikers en het bevorderen van innovatie en de toegang tot netwerken, binnen een toekomstbestendig regelgevingskader voor consumenten en exploitanten. Het voorstel heeft met name tot doel:

i)de transparantie op retailniveau te verbeteren inzake a) de servicekwaliteit (door exploitanten te verplichten in hun contracten met klanten duidelijk te maken welke servicekwaliteit ze bij roaming in de EU redelijkerwijs mogen verwachten); b) de communicatie over diensten met toegevoegde waarde (door exploitanten te verplichten in hun contracten met klanten informatie te verstrekken over het soort diensten waarvoor hogere tarieven kunnen gelden, en soortgelijke informatie in de “welkomst-sms” op te nemen); c) de toegang tot noodhulpdiensten (door exploitanten te verplichten in de “welkomst-sms” informatie op te nemen over de verschillende mogelijkheden om de noodhulpdiensten tijdens roaming te bereiken);

ii)roamende klanten een authentieke roamingervaring tegen thuistarief te bieden wat de servicekwaliteit betreft (door roamingaanbieders te verplichten ervoor te zorgen dat de roamingdiensten, waar dat technisch haalbaar is, onder dezelfde voorwaarden als thuis worden aangeboden, en door exploitanten van mobiele netwerken te verplichten toegang tot alle beschikbare netwerktechnologieën en -generaties te verlenen);

iii)de transparantie op wholesaleniveau te verbeteren inzake nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde door een gecentraliseerde EU-database voor nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde te bouwen. De database is bedoeld als transparantie-instrument waarmee nationale regelgevende instanties en exploitanten rechtstreeks kunnen inzien welke nummerreeksen tot hogere kosten in de lidstaten kunnen leiden;

iv)gratis toegang tot noodhulpdiensten te waarborgen voor roamende klanten, door specifieke maatregelen op wholesaleniveau te treffen, zoals a) de verplichting voor exploitanten om in de wholesale-overeenkomst alle regelgevende en technische informatie te verstrekken die nodig is om gratis toegang tot noodhulpdiensten en gratis doorgifte van de locatiegegevens van de oproeper in te voeren; en b) een verbod om de roamingaanbieder kosten aan te rekenen in verband met noodcommunicatie en de doorgifte van locatiegegevens van de oproeper.

10 Ten slotte heft het voorstel regelgevingsverplichtingen op wanneer die niet meer nodig zijn en voegt het verscheidene wijzigingen toe om de regels te vereenvoudigen en de regeldruk te verminderen.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

De afschaffing van retailroamingtoeslagen vormde een essentiële stap bij de totstandbrenging van een EU-brede interne markt en voor de goede werking ervan.

De regulering van de roamingmarkt om roaming tegen thuistarief in de hele EU tot stand te brengen, droeg met name bij tot de beleidsdoelstelling om te waarborgen dat goed werkende markten in de hele EU tegen betaalbare prijzen Europese consumenten toegang tot hoogwaardige draadloze breedbandinfrastructuur bieden.

De medewetgevers hebben het belang van deze doelstelling voor de digitale eengemaakte markt onderkend toen zij de regels voor roaming tegen thuistarief in 2015 vaststelden.

In dit licht mogen de verwezenlijkingen bij het vervallen van Verordening (EU) nr. 531/2012 op 30 juni 2022 niet verloren gaan. Daarom was het voorstel tot herziening van de bestaande roamingregels opgenomen in het werkprogramma van de Commissie voor 2020 onder de kerndoelstelling “Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk” en de specifieke doelstelling “Digitaal voor consumenten”.

11 Het voorstel vormt een aanvulling op Richtlijn (EU) 2018/1972 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie (hierna het “EECC” genoemd), die uiterlijk 21 december 2020 door de lidstaten moest zijn omgezet. Het voorstel bevordert met name de houdbare verstrekking van roaming tegen thuistarief en het behoud van prikkels om in bezochte netwerken te investeren, en het vormt een aanvulling op de maatregelen van het EECC die een hoge mate van connectiviteit en de uitrol van 5G mogelijk maken ten bate van alle Europeanen, concurrentie op infrastructuur bevorderen en exploitanten in staat stellen rendement te behalen. Door gebruikers een authentieke roamingervaring tegen thuistarief te bieden, vormt het voorstel een aanvulling op de EECC-bepalingen inzake doeltreffende consumentenbescherming in het kader van elektronische communicatie, en wordt de keuze van de gebruikers verruimd door grotere transparantie van informatie en specifieke regels over de maximale contractduur en nummerportabiliteit. Het EECC heeft verder ten doel eindgebruikers gratis toegang tot noodhulpdiensten te bieden door middel van noodcommunicatie, en te waarborgen dat de locatiegegevens van de oproeper beschikbaar zijn.

Een van de belangrijkste doelstellingen van de Commissie is om tegemoet te komen aan de toegenomen behoeften van het grote publiek en het bedrijfsleven aan connectiviteit 12 , en de digitale transformatie in te zetten voor een sterkere sociale en economische veerkracht van de EU en haar lidstaten, hun duurzame groeipotentieel en baancreatie. Gigabitconnectiviteit, gebaseerd op veilige glasvezel- en 5G-infrastructuur, is van essentieel belang om het digitale groeipotentieel van Europa aan te boren. Deze politieke doelstellingen, die zijn opgenomen in de mededeling “De digitale toekomst van Europa vormgeven”, zijn ook uiteengezet in de EU-strategie “Naar een Europese gigabitmaatschappij”, in het 5G-actieplan voor Europa, en bevestigd in het vlaggenschipbeleid inzake connectiviteit dat in de jaarlijkse strategie voor duurzame groei voor 2021 13 is opgenomen, en aan de faciliteit voor herstel en veerkracht 14 gekoppeld is. Daartoe maakt dit voorstel een naadloos grensoverschrijdend gebruik van de infrastructuur mogelijk.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Het doel van de EU-roamingregels is de interne markt goed te laten functioneren, met het oog op een hoog niveau van consumentenbescherming en mededinging tussen de exploitanten van mobiele netwerken. Hoewel dit voorstel betrekking heeft op de regelgevingskwesties die voortvloeien uit de specifieke details van de EU-roamingregels, vormt het ook een aanvulling op andere beleidsmaatregelen en wetgeving van de EU op uiteenlopende gebieden.

Het voorstel draagt met name bij tot de totstandbrenging van “een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk”, en tot de ambitie om optimaal gebruik te maken van de digitale transitie om mensen meer kansen te bieden om verbonden te zijn, te communiceren en zaken te doen.

15 16 Het voorstel beoogt te waarborgen dat belemmeringen voor de eengemaakte markt, die zijn weggenomen toen retailroamingtoeslagen werden afgeschaft, niet opnieuw worden ingevoerd. In de nieuwe industriestrategie voor Europa wordt onderstreept dat een sterke, geïntegreerde eengemaakte markt zowel een springplank als een noodzakelijke voorwaarde vormt voor een concurrerende Europese industrie. Om de eengemaakte markt voor iedereen te laten werken, bevat het EU-recht gemeenschappelijke regels om belemmeringen weg te nemen, het verkeer van goederen en diensten in de hele EU te vergemakkelijken en de consument te beschermen.

17 18 Zo vormt het voorstel een aanvulling op de grensoverschrijdende portabiliteit van online inhoud. Dankzij deze twee initiatieven kunnen Europeanen nu in de EU reizen zonder zich te bekommeren over mobiele roamingkosten of het verlies van toegang tot muziek, games, films, amusementsprogramma’s of sportevenementen waarvoor ze al hebben betaald. Het voorstel vereenvoudigt ook de toegang tot Europese digitale cultuur, opleidingsinstrumenten, arbeidsfora en gezondheidstoepassingen.

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag van dit voorstel is artikel 114 VWEU. Dit is de rechtsgrondslag voor maatregelen die volgens de gewone wetgevingsprocedure worden vastgesteld en die ertoe bestemd zijn om de interne markt tot stand te brengen en de werking ervan te verzekeren, overeenkomstig artikel 26 VWEU.

Volgens de jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie zijn de krachtens artikel 114 (oud artikel 95 VEG) vastgestelde maatregelen bestemd om de voorwaarden voor de instelling en de werking van de interne markt te verbeteren 19 . De EU-wetgever mag deze rechtsgrondslag gebruiken, met name in het geval van verschillen tussen de nationale bepalingen die de fundamentele vrijheden belemmeren en aldus de werking van de interne markt rechtstreeks beïnvloeden 20 , of als de mededinging wordt verstoord 21 .

Subsidiariteit

Overeenkomstig artikel 4, lid 2, VWEU en als onderdeel van het beleidsterrein interne markt, hebben de EU en de lidstaten een gedeelde bevoegdheid op het gebied van regelgeving inzake EU-roaming.

Op deze sector is optreden van de EU alleen doeltreffend wanneer de problemen niet op nationaal, regionaal of lokaal niveau kunnen worden opgelost. Optreden van de EU is derhalve van essentieel belang om de eengemaakte markt voor elektronische communicatie te verbeteren.

22 Zoals door de advocaat-generaal opgemerkt in het belangrijke arrest C-58/08, Vodafone, kunnen de prijsverschillen tussen gesprekken binnen de eigen lidstaat en roaminggesprekken redelijkerwijs worden gezien als een ontmoediging om gebruik te maken van grensoverschrijdende diensten zoals roaming. De negatieve invloed op grensoverschrijdende activiteiten kan de instelling van een interne markt waarin het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd verhinderen. Er is immers geen activiteit in de mobieletelecommunicatiesector die zo duidelijk grensoverschrijdend is als roaming zelf.

23 Het feit dat diensten grensoverschrijdend zijn, rechtvaardigt optreden op EU-niveau, omdat de lidstaten zelf het probleem niet doeltreffend kunnen aanpakken en de nationale regelgevende instanties de problemen niet autonoom hebben kunnen aanpakken.

24 In zijn arrest in bovengenoemde zaak C-58/08 Vodafone oordeelde het Hof van Justitie dat in het verleden “het hoge niveau van de retailtarieven door de NRI’s, de autoriteiten en de consumentenbonden in de gehele Gemeenschap als een probleem werd gezien en dat de pogingen om dit probleem op basis van het bestaande rechtskader aan te pakken niet tot een verlaging van de tarieven hadden geleid”.

25 Het voorstel omvat maatregelen op retail- en wholesaleniveau. In het bovengenoemde arrest stelt het Hof van Justitie dat de wholesaleregulering van de roamingmarkt in overeenstemming is met het subsidiariteitsbeginsel (en het evenredigheidsbeginsel), aangezien “de onderlinge afhankelijkheid tussen de retail‑ en wholesaletarieven voor roamingdiensten van groot belang [is], zodat elke actie om het niveau van de retailtarieven te verlagen zonder het probleem van de wholesalekosten voor de levering van de desbetreffende diensten aan te pakken, het ordelijk functioneren van de roamingmarkt in de Gemeenschap zou hebben verstoord”.

26 27 Evenzo zijn de kwesties die met de nieuwe maatregelen van het voorstel worden aangepakt, strikt beperkt tot en gestuurd door het grensoverschrijdende karakter van roaming. Daarom kunnen ze niet op passende wijze door de lidstaten worden aangepakt en is optreden op EU-niveau doeltreffender dan optreden op nationaal niveau. In feite kunnen de onderliggende problemen die het voorstel tracht aan te pakken, het gebruik van roaming ontmoedigen, belemmeringen opwerpen voor het gebruik van mobiele diensten en toepassingen in de eengemaakte markt, of, meer in het algemeen, de goede werking van de EU-brede roamingmarkt verstoren. Volgens de jurisprudentie kan dit doel derhalve beter op Unieniveau worden nagestreefd en bereikt.

Evenredigheid

Het doel van de EU-regels inzake roaming is een gezamenlijke aanpak in te voeren die ervoor moet zorgen dat gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken, wanneer zij binnen de EU reizen, in vergelijking met concurrerende binnenlandse prijzen geen buitensporig hoge tarieven betalen voor roamingdiensten wanneer zij oproepen initiëren of ontvangen, sms-berichten verzenden of ontvangen of gebruikmaken van pakketgeschakelde datacommunicatiediensten. Hiermee wordt bijgedragen tot de soepele werking van de interne markt en wordt de consument tegelijkertijd een hoog niveau van bescherming geboden, worden de vrije concurrentie en de doorzichtigheid van de markt bevorderd en zowel prikkels voor innovatie als keuzevrijheid voor de consument geboden. Bovendien voert het voorstel extra maatregelen in om hardnekkige obstakels voor een authentieke roamingervaring tegen thuistarief weg te nemen.

Daar deze doelstellingen niet voldoende door de lidstaten op een veilige, geharmoniseerde en tijdige manier kunnen worden verwezenlijkt en derhalve beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen vaststellen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat de voorgestelde verordening niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

De verordening voldoet verder met name aan het evenredigheidscriterium omdat zij voor een beperkte periode geldt en een vervaldatum heeft (30 juni 2032, dat wil zeggen een totale looptijd van tien jaar).

De looptijd van tien jaar van de voorgestelde nieuwe regels is gekozen omdat een decennium een normale termijn is om een nieuwe generatie mobiele communicatie uit te rollen en nieuwe bedrijfsmodellen te ontwikkelen. Vooruitkijkend verwacht de Commissie niet dat de marktconcurrentie in de komende tien jaar significant zal wijzigen 28 . Het doel van de looptijd van tien jaar is ook zekerheid in de markt te bieden en de regeldruk tot een minimum te beperken.

Het voorstel omvat ook een flexibele aanpak voor de herziening van de maximale wholesaletarieven die, indien nodig, wordt uitgevoerd door middel van een gedelegeerde handeling. Hiermee wordt gewaarborgd dat een van de belangrijkste aspecten van de werking van de roamingmarkt kan worden herzien op basis van betrouwbare en geactualiseerde gegevens. In de zaak C-58/08 Vodafone oordeelde het Hof dat, gelet op het belang van de doelstelling van consumentenbescherming in het kader van artikel 95, lid 3, EG (nu artikel 114 VWEU), een in de tijd beperkte interventie op een markt die voor concurrentie openstaat, op grond waarvan kan worden verzekerd dat de consument onmiddellijk tegen buitensporige prijzen, zoals die in geding, wordt beschermd, evenredig blijkt te zijn aan het nagestreefde doel, zelfs als zij voor sommige exploitanten negatieve economische gevolgen heeft. Zolang de concurrentie op retail- en wholesaleniveau onvoldoende ontwikkeld is, moeten regelgevingsverplichtingen inzake wholesale- en retailtarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten gehandhaafd worden met het oog op de bescherming van de consument.

29 De effectbeoordeling bij dit voorstel gaat nader in op de evenredigheid in afdeling 7.3 - Samenhang en evenredigheid.

Keuze van het instrument

Zoals reeds vermeld, is de voorgestelde nieuwe verordening een herschikking van Verordening (EU) nr. 531/2012 die de verschillende daarin opgenomen handelingen vervangt en verdere wijzigingen aanbrengt. Zij behoudt dus dezelfde wettelijke vorm. De herziening biedt de mogelijkheid tot vereenvoudiging van de huidige structuur en inhoud van Verordening (EU) nr. 531/2012, teneinde de samenhang in overeenstemming met de doelstelling van gezonde regelgeving te versterken.

3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan

30 De kwesties die het voorstel behandelt, zijn in het evaluatieverslag van de Commissie van 2019 aan de orde gesteld. Het was gebaseerd op een breed scala aan gegevens om te beoordelen op welke manier Verordening (EU) nr. 531/2012 en de roamingmarkt hebben gefunctioneerd na de inwerkingtreding van de regels voor roaming tegen thuistarief.

31 32 Verder worden de conclusies van het evaluatieverslag van de Commissie gecompleteerd en aangevuld met de retrospectieve vragen van de openbare raadpleging in 2020 en de bevindingen van de gemeenschappelijke online-enquêtes van de Commissie en het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec) in 2018, 2019 en 2020.

Het evaluatieverslag van de Commissie bevestigt dat de roamingmarkt over het algemeen goed functioneert volgens de regels voor roaming tegen thuistariefs en dat de regels een succes zijn. Uit het verslag blijkt dat, ondanks tekenen van een zekere concurrentiedynamiek op zowel de retail- als de wholesaleroamingmarkten, de onderliggende basisvoorwaarden voor mededinging niet zodanig zijn veranderd en dat in de nabije toekomst waarschijnlijk ook niet zullen doen, dat opheffing van de retail- of wholesaleregulering van de roamingmarkt gerechtvaardigd zou zijn.

Bovendien bleek uit het evaluatieverslag van de Commissie en uit andere bewijsstukken die als onderdeel van de evaluatie zijn verzameld, dat er onopgeloste kwesties inzake roamingdiensten waren op het gebied van servicekwaliteit, communicatie met diensten met toegevoegde waarde en toegang tot noodhulpdiensten. Dit voorstel behandelt al deze kwesties in de nieuw voorgestelde maatregelen.

Raadpleging van belanghebbenden

Dit voorstel en de begeleidende effectbeoordeling zijn geschraagd door een brede raadpleging van belanghebbenden. In het bijzonder zijn de meningen gevraagd van het grote publiek en van consumentenorganisaties, nationale regulerende instanties, Berec, exploitanten van mobiele netwerken, exploitanten van virtuele mobiele netwerken, zakelijke belanghebbenden waaronder kleine en middelgrote ondernemingen, overheidsinstanties, brancheorganisaties en andere belanghebbenden.

De Commissie heeft van 19 juni tot en met 11 september 2020 een openbare raadpleging van 12 weken gehouden. Het doel van de raadpleging was om standpunten te verzamelen over 1) retailroamingdiensten, met name de gevolgen van de mogelijke invoering van verduidelijkingen en maatregelen met betrekking tot de servicekwaliteit, diensten met toegevoegde waarde en noodcommunicatie in een roamingscenario; 2) de levering van wholesaleroamingdiensten; en 3) de administratieve lasten met betrekking tot Verordening (EU) nr. 531/2012 en de gevolgen van mogelijke vereenvoudigingsmaatregelen. In totaal zijn via de onlinevragenlijst 175 antwoorden ontvangen.

Andere raadplegingsactiviteiten zijn georganiseerd via de volgende kanalen, beschreven op de volgende bladzijden onder “Bijeenbrengen en gebruik van expertise”;

1.de publicatie van de aanvangseffectbeoordeling om gedurende vier weken feedback te verzamelen 33 ;

2.gemeenschappelijke online-enquêtes van de Commissie en Berec. Marktinput werd verzameld door middel van jaarlijkse online-enquêtes van de exploitanten van mobiele netwerken, de exploitanten van virtuele mobiele netwerken en de nationale regulerende instanties. In juni 2018 en maart 2019 werd in de enquêtes informatie verzameld over de uitvoering van het beleid inzake redelijk gebruik, de houdbaarheidsafwijking en andere aspecten in verband met de uitvoering van de roamingregels van de EU. In maart 2020 had de enquête betrekking op andere aspecten, zoals de servicekwaliteit, diensten met toegevoegde waarde, noodcommunicatie, technologische veranderingen en intermachinale communicatie, de kosten van de uitvoering en de administratieve lasten;

3.Berec is geraadpleegd en heeft uitgebreide input geleverd, ook over toekomstgerichte aspecten. Van bijzonder belang was het formele advies van Berec over de werking van de roamingmarkt 34 , de extra kostenanalyse 35 en de aanvullende input voor de effectbeoordeling op verzoek van de Commissie 36 . Daarnaast nam de Commissie de raadplegingen en marktmonitoringverslagen van Berec in aanmerking: de halfjaarlijkse benchmarkverslagen over internationale roaming van Berec 37 , op basis van een specifieke gegevensverzameling, en het jaarverslag van Berec over de transparantie en de vergelijkbaarheid van roamingtarieven 38 ;

4.gerichte interviews over de ontwikkeling van de roamingmarkt als onderdeel van de studie van de Commissie, getiteld “Technologische ontwikkelingen en roaming” 39 . De contractant heeft verscheidene interviews gehouden met exploitanten in de mondiale waardeketen van connectiviteit en heeft een gerichte online-enquête gehouden over de mogelijke gevolgen van technologische veranderingen in de roamingmarkt;

5.Flash Eurobarometerenquête 40 , één jaar na de afschaffing van de roamingtarieven. Hierin zaten vragen over het gebruik van roaming op reis in de EU, over het kennisniveau van klanten over de afschaffing van roamingkosten, de gepercipieerde voordelen en kosten van roaming bij niet-reizigers en het gebruik van mobiele diensten in andere EU-landen.

De informatie en standpunten zijn in aanmerking genomen bij het opstellen van de effectbeoordeling bij dit voorstel. De gegevens zijn gebruikt bij de beoordeling van Verordening (EU) nr. 531/2012, en om de onopgeloste kwesties in een roamingscenario te beoordelen en de beleidsopties uit de effectbeoordeling te ontwikkelen.

De openbare raadpleging bevestigde dat de roamingverordening de beoogde voordelen biedt en dat de Unieregels voor roaming voor EU-consumenten en bedrijven nodig blijven. Veruit de meeste respondenten van de openbare raadpleging, in alle groepen, antwoordde dat de EU-regels inzake roaming de belangen van consumenten en bedrijven in de EU/EER aanzienlijk hebben bevorderd.

Bijeenbrengen en gebruik van expertise

Naast de bovengenoemde vormen van raadpleging heeft de Commissie zelfstandig de door Berec verzamelde gegevens geanalyseerd en aan de hand van die gegevens de volgende analyses uitgevoerd:

1.het verslag van de herziening van de roamingmarkt, en het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie 41 (het zogenaamde evaluatieverslag van de Commissie) verzamelde en presenteerde de bewijsstukken over de manier waarop Verordening (EU) nr. 531/2012 heeft gefunctioneerd ten opzichte van de verwachte doelstellingen;

2.het tussentijdse verslag aan het Europees Parlement en de Raad over de eerste 18 maanden van toepassing van de regels voor roaming tegen thuistarief 42 ;

3.het werkdocument van de diensten van de Commissie over de bevindingen van de evaluatie van de regels betreffende het beleid inzake redelijk gebruik en de houdbaarheidsafwijking 43 .

Voor de volgende werkzaamheden deed de Commissie ook een beroep op andere externe deskundigheid:

1.het kostenmodel voor de beoordeling van de kosten om in de EER wholesaleroamingdiensten te leveren 44 ;

2.studie van de Commissie over technologische ontwikkelingen en roaming 45 , uitgevoerd tussen december 2018 en juni 2019;

3.de analyse van het JRC (Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Commissie). Het JRC bood uitgebreide ondersteuning bij de voorbereiding van de effectbeoordeling, met name a) door het ontwikkelen van het houdbaarheidsmodel 46 en de contrafeitelijke analyse voor de beoordeling van de voordelen voor de consument, en b) door het meten van de kwaliteit van roamingdiensten door middel van praktijktests 47 .

Effectbeoordeling

De effectbeoordeling bij dit voorstel is voorgelegd aan de Raad voor regelgevingstoetsing, die op 20 november 2020 een positief advies heeft uitgebracht.

Er zijn vier opties overwogen:

Optie 1Referentie. Dit omvat een verlenging tot na 2022 van de regels van Verordening (EU) nr. 531/2012 en het behoud van de huidige bepalingen op zowel retail- als wholesaleniveau. In het bijzonder blijft het op 30 juni 2022 geldende niveau van de maximale wholesaletarieven van toepassing, evenals de twee vrijwaringsmechanismen (redelijk gebruik en houdbaarheid). Geen maatregelen voor de onopgeloste kwesties inzake servicekwaliteit, diensten met toegevoegde waarde of toegang tot noodhulpdiensten tijdens het roamen.

Optie 2Voortzetting met meer transparantie. Dit omvat een verlenging tot na 2022 van de regels van Verordening (EU) nr. 531/2012 met verduidelijkingen, en met extra maatregelen om de transparantie te vergroten en de concurrentie te versterken. De op 30 juni 2022 geldende maximale wholesaletarieven blijven van toepassing. Om een authentieke roamingervaring tegen thuistarief te waarborgen, moeten maatregelen worden genomen om de transparantie over de servicekwaliteit, diensten met toegevoegde waarde of toegang tot noodhulpdiensten te verhogen. Ook moeten er maatregelen worden genomen met het oog op de naleving van de verplichting tot het verstrekken van technologie-onafhankelijke toegang (op het gebied van netwerktechnologie en -generaties) voor wholesaleroamingdiensten, en moet er een minimumniveau van vereenvoudiging en vermindering van de administratieve lasten worden bereikt. 

Optie 3 – Houdbare en echte roaming tegen thuistarief. Aangezien dit de voorkeursoptie was, zijn de voor deze optie voorgestelde maatregelen hierboven nader beschreven 48 .

Optie 4 – Uitgebreide wholesale- en retailverplichtingen voor een betere roamingervaring tegen thuistarief. Bovenop de maatregelen van optie 3 breidt deze optie de houdbaarheid van roaming tegen thuistarief en de kostendekking op wholesaleniveau uit. Nieuwe verplichtingen inzake servicekwaliteit zouden ook gelden voor bezochte exploitanten, om een authentieke roamingervaring tegen thuistarief te waarborgen, alsook voor binnenlandse exploitanten op wholesaleniveau met het oog op dezelfde servicekwaliteit als thuis, voor alle wholesaleovereenkomsten, dat wil zeggen zonder voorkeursnetwerk. De optie omvat een opt-in-functie voor klanten om aanvullende informatie te ontvangen over de verschillende mogelijkheden van toegang tot noodhulpdiensten. Hierbij hoort ook de bouw van een enkele Uniebrede database voor nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde, inclusief tariefinformatie, om eindgebruikers toegang te geven tot informatie over de nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde en de toepasselijke tarieven.

De optie om de huidige roamingregels te laten vervallen is in een vroeg stadium verworpen.

Op basis van de analyse in de effectbeoordeling is optie 3 het meest geschikt om de houdbaarheid aanzienlijk te verbeteren en het aantal exploitanten met een negatieve roamingmarge van meer dan 3 % van hun binnenlandse marge te verkleinen 49 . Deze optie heeft naar verwachting positieve gevolgen voor de consument, omdat exploitanten zich minder vaak genoodzaakt zullen zien om een afwijking aan te vragen voor de toepassing van een toeslag in het kader van het houdbaarheidsmechanisme, waardoor meer eindgebruikers ten volle van roaming tegen thuistarief kunnen profiteren. Het doel is de randvoorwaarden te scheppen zodat exploitanten tijdens roaming dezelfde servicekwaliteit kunnen bieden als thuis, en consumenten ten volle kunnen profiteren van toekomstige technologische veranderingen en door 5G aangestuurde innovatie. Met deze optie moet het gebrek aan duidelijkheid op wholesaleniveau over de toegang tot noodhulpdiensten bij roaming worden aangepakt, en worden nuttige instrumenten geboden om de onopgeloste kwesties met betrekking tot het gebruik van diensten met toegevoegde waarde tijdens roaming te verhelpen. Deze optie is gericht op de ontwikkeling van het consumentenbewustzijn inzake i) de mogelijkheid dat het gebruik van diensten met toegevoegde waarde tot hoge kosten kunnen leiden, en ii) de manier waarop noodhulpdiensten tijdens roaming kunnen worden bereikt. Dientengevolge kunnen consumenten van een substantieel betere roamingervaring tegen thuistarief genieten en is er een breed positief sociaal effect. De voorgestelde maatregelen zijn beperkt tot de aspecten waarvan duidelijk is dat ze op nationaal niveau onvoldoende zijn aangepakt en waarvoor een geharmoniseerde aanpak noodzakelijk is.

De maatregelen van optie 1 (referentie) en optie 2 werden daarentegen niet doeltreffend geacht om de doelstellingen van de herziening van de roamingregels te verwezenlijken.

Ten slotte werden de in optie 4 opgenomen maatregelen als te ingrijpend, belastend en onevenredig beschouwd. De mogelijke extra beschermingsmaatregelen in optie 4 zouden niet opwegen tegen de complexiteit van de uitvoering van de voorgestelde maatregelen.

 

Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging (Refit)

Het voorstel omvat de volgende maatregelen om de regels te vereenvoudigen en de regeldruk te verminderen:  

i) herziening van de maximale wholesaletarieven door de vaststelling van een gedelegeerde handeling. Dit voorstel voorziet in een gestroomlijnde procedure voor de herziening van de maximale wholesaletarieven, door in detail de criteria voor de vaststelling van deze tarieven vast te leggen en de Commissie de bevoegdheid toe te kennen om die vervolgens middels een gedelegeerde handeling te wijzigen. Het doel is een vereenvoudiging van de regels en een verlaging van de regeldruk voor de Europese Commissie, de Raad en het Europees Parlement, en in mindere mate, voor Berec en andere belanghebbenden;

ii) intrekking van de verplichting om gereguleerde retailroamingdiensten afzonderlijk te verkopen. De bepaling die exploitanten verplicht gereguleerde retailroamingdiensten afzonderlijk te verkopen, wordt ingetrokken, met inbegrip van de bijbehorende uitvoeringshandeling 50 . Deze structurele maatregel was bedoeld om de concurrentie op de retailroamingmarkt te verbeteren. De reden voor de intrekking van deze maatregel is dat de bepalingen hun nut verloren toen de regels voor roaming tegen thuistarief werden ingevoerd en het niet langer evenredig zou zijn om binnenlandse aanbieders te verplichten dit soort diensten uit te voeren. De intrekking van deze bepalingen zal een positief effect hebben voor de exploitanten, doordat de daarmee samenhangende onderhoudskosten en de last van het handhaven van een (grotendeels achterhaald) aanbod voor de afzonderlijke verkoop van dataroamingdiensten worden verlaagd;

iii) intrekking van de uitvoeringshandeling betreffende het gewogen gemiddelde van de maximale tarieven voor mobiele afgifte. Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 531/2012 mag de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken niet hoger liggen dan de maximale wholesaletarieven in de EU, zoals bepaald in een jaarlijks door de Europese Commissie vastgestelde uitvoeringshandeling, op basis van input van Berec. Met de bepaling van een enkel maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie 51 wordt deze uitvoeringshandeling overbodig en zou het vaststellingsproces tot onnodige regeldruk leiden. Daarom moet de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken niet meer bedragen dan het enkele maximumtariefn voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie. Deze wijziging verlaagt ook de druk voor Berec om input te leveren aan de Commissie, in het licht van de reeds uitgebreide verantwoordelijkheden van Berec inzake verslaglegging en gegevensverzameling conform Verordening (EU) nr. 531/2012;

iv) aanpassing van de huidige bepalingen over de manier waarop de maximale tarieven in andere munteenheden dan de euro worden vastgesteld. Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 531/2012 moeten aanbieders van diensten in de lidstaten die niet de euro als munt hebben de maximale wholesaletarieven en retailtoeslagen voor gereguleerde roamingdiensten jaarlijks herzien. Overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2120, zoals gewijzigd bij Verordening (EU) 2018/1971, bepaalt de regel voor communicatie binnen de EU dat de maximumtarieven in andere munteenheden dan de euro jaarlijks moeten worden herzien en vanaf 15 mei moeten gelden, door toepassing van het gemiddelde van de referentiewisselkoersen die op 15 januari, 15 februari en 15 maart van dat jaar zijn bekendgemaakt. Het voorstel strekt ertoe de bepalingen van Verordening (EU) nr. 531/2012 gelijk te trekken met de bepalingen inzake communicatie binnen de EU, door dezelfde datum voor de herziening van de toeslag voor roamingdiensten (15 mei in plaats van 1 mei), en dezelfde methode voor het berekenen van die munteenheden vast te stellen. De voorgenomen maatregel verschaft duidelijkheid en vermindert de administratieve lasten voor exploitanten van buiten de eurozone die hun tarieven tweemaal moeten publiceren, wanneer de roamingtoeslagen of de tarieven voor communicatie binnen de EU worden herzien. Dit vermindert ook de controlelast voor nationale regulerende instanties die belast zijn met het toezicht op de herziene wisselkoersen. Deze maatregel heeft naar verwachting positieve gevolgen op retailniveau, doordat de retailprijzen eenmaal per jaar worden geactualiseerd in plaats van tweemaal, zoals nu het geval is. Dit kan de informatieplicht van exploitanten met betrekking tot gewijzigde contractvoorwaarden aanmerkelijk verlichten;

v) stroomlijning van toezicht- en rapportageverplichtingen door Berec. Met het oog op lagere regeldruk voor exploitanten, nationale regulerende instanties en Berec, stelt de Commissie voor het toezichtsproces en de rapportageverplichtingen van Berec samen te voegen en te stroomlijnen. Door het rapportageproces van Berec te stroomlijnen, vermindert naar verwachting de administratieve last voor exploitanten, nationale regulerende instanties en Berec.

Grondrechten

De impact van het voorstel op de grondrechten, zoals de vrijheid van ondernemerschap, is geanalyseerd. Aangezien de voorgestelde maximumtarieven erop zijn gericht marktfalen aan te pakken en kostendekking te waarborgen, vormen zij geen onevenredige maatregel ten aanzien van de nagestreefde doelstelling, noch een onduldbare aantasting van de kern van deze vrijheid. De mogelijkheid om van de maximumtarieven af te zien, is ook bedoeld om de betrokken partijen meer vrijheid te geen om een wholesale-overeenkomst te sluiten.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De budgettaire gevolgen van dit voorstel en de benodigde personele en administratieve middelen zijn gedetailleerd beschreven in het bijgevoegde financieel memorandum.

 

5.OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

Het voorstel treedt in werking op 1 juli 2022 en is van toepassing vanaf die dag, tenzij in specifieke artikelen anders is bepaald.

Wat de inhoud van het controle- en evaluatieproces betreft, bepaalt de herzieningsclausule in artikel 21 van dit voorstel de criteria voor de beoordeling van elke maatregel die specifiek voor dat initiatief bedoeld is.

Artikel 21 bepaalt dat er twee evaluatieverslagen zullen zijn, waarvan het eerste uiterlijk op 30 juni 2025 en het tweede uiterlijk op 30 juni 2029 zal worden ingediend.

Berec zal een essentiële rol blijven spelen bij het verzamelen van gegevens van nationale regelgevende instanties om de ontwikkelingen op de roamingmarkt en het effect van de invoering van de maatregelen op roaming in de EU te volgen. Berec blijft de Commissie ook de nodige adviezen verstrekken, onder meer met betrekking tot de herziening van de bestaande regels.

Artikelsgewijze toelichting

Het voorstel brengt ten opzichte van de vorige verordening de volgende materiële wijzigingen aan:

In artikel 1 worden het onderwerp en het toepassingsgebied van de handeling omschreven. Dit artikel brengt ten opzichte van de vorige verordening de volgende materiële wijzigingen aan:

i)intrekking van de verwijzing naar de bepalingen die de afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten mogelijk maken, omdat die hun nut verloren toen de regels voor roaming tegen thuistarief in werking traden;

ii)intrekking van de verwijzing naar de tijdelijke regels betreffende de tarieven die de roamingaanbieders in rekening kunnen brengen, omdat die achterhaald werd toen de retailroamingtarieven in de EU met ingang van 15 juni 2017 werden afgeschaft;

iii)intrekking van de verwijzing naar de kaderrichtlijn 52 ten gevolge van de horizontale herschikking van het regelgevingskader voor elektronische communicatie bij Richtlijn (EU) 2018/1972;

iv)wijziging van de maximumtarieven die in andere munteenheden dan de euro worden uitgedrukt, om de huidige bepalingen af te stemmen op de bepalingen inzake communicatie binnen de EU.

Artikel 2 met definities wijzigt de huidige verordening door de intrekking van twee definities, namelijk “alternatieve roamingaanbieder” en “afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten”, omdat die hun nut verloren toen de bepalingen inzake de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten werden ingetrokken.

Artikel 3 omvat bepalingen inzake de toegang tot wholesaleroaming, de referentieofferte en de beëindiging van wholesaleroamingovereenkomsten. Dit artikel brengt ten opzichte van de huidige verordening de volgende materiële wijzigingen aan:

i)het verwijst expliciet naar de noodzaak dat toegang tot wholesaleroaming ook alle beschikbare netwerktechnologieën en -generaties dekt, en de waarborg dat de roamingaanbieder ten minste de in eigen land aangeboden mobiele retaildiensten voor roaming mag repliceren;

ii)het bepaalt dat het referentieaanbod alle informatie moet bevatten die roamingaanbieders nodig hebben om hun klanten via noodcommunicatie gratis toegang tot noodhulpdiensten te verschaffen, en de locatiegegevens van de oproeper bij roaming gratis door te geven.

Artikel 5 inzake het aanbieden van gereguleerde retailroamingdiensten omvat nu ook de expliciete verplichting voor de bezoekende exploitant om, voor zover technisch haalbaar, gereguleerde retailroamingdiensten aan te bieden onder dezelfde voorwaarden als thuis, met name wat de servicekwaliteit betreft.

Artikelen 6 en 7 bevatten regels voor het beleid inzake redelijk gebruik en houdbaarheidsafwijkingen, die inhoudelijk ongewijzigd blijven ten opzichte van de vorige verordening. Wat redelijk gebruik en het houdbaarheidsmechanisme betreft, verduidelijkt artikel 8 dat Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie van toepassing blijft totdat de volgende uitvoeringsverordening is vastgesteld.

Artikel 9 regelt de uitzonderlijke toepassing van retailtoeslagen voor gereguleerde retailroamingdiensten en het aanbieden van alternatieve tarieven. Dit artikel wijzigt de vorige verordening door:

i)de intrekking van de bepaling die stelt dat de som van de binnenlandse retailprijs en de toeslag voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten en gereguleerde dataroamingdiensten niet hoger ligt dan bepaalde vastgestelde limieten. Deze bepalingen werden overbodig toen de regels voor roaming tegen thuistarief op 15 juni 2017 van toepassing werden, en ze zouden een verstorend effect hebben;

ii)de intrekking van de bepaling die de EU verplicht uitvoeringshandelingen vast te stellen ter bepaling van het gewogen gemiddelde van de maximale tarieven voor mobiele afgifte om het plafond vast te stellen voor de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken;

iii)tot slot, uitdrukkelijk de inhoud van een overeenkomst inclusief roamingdiensten te regelen. Er wordt uitdrukkelijk verwezen naar de verplichting om informatie te verstrekken over de servicekwaliteit die klanten redelijkerwijs mogen verwachten bij roaming. Verder wijzigt dit artikel de vorige verordening door roamingaanbieders te verplichten in de overeenkomst aan te geven voor welk soort diensten hogere kosten kunnen gelden. Het doel van deze bepaling is de klant erop te wijzen dat er hogere kosten kunnen gelden voor het gebruik van diensten met toegevoegde waarde.

Artikelen 10, 11 en 12 inzake wholesaletarieven voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, wholesaletarieven voor gereguleerde roaming-sms-berichten en wholesaletarieven voor gereguleerde dataroamingdiensten wijzigen de vorige regels door de instelling van nieuwe maximumniveaus van wholesaletarieven. Hiermee wordt gewaarborgd dat wholesale-exploitanten houdbaar roaming tegen thuistarief kunnen aanbieden en hun kosten kunnen dekken.

Artikel 13 is erop gericht ononderbroken, effectieve en gratis toegang tot noodcommunicatie te waarborgen, en omvat een nieuwe bepaling die stelt dat geen kosten in rekening mogen worden gebracht voor door roamende klanten geïnitieerde noodcommunicatie.

Artikel 14 wijzigt de vorige verordening en verplicht roamingaanbieders om klanten via een sms te informeren over de risico’s van hogere kosten voor het gebruik van diensten met toegevoegde waarde.

Artikel 16 bevat een nieuwe verplichting voor roamingaanbieders om roamende klanten te informeren over de manier waarop ze in de bezochte lidstaat noodhulpdiensten kunnen bereiken.

Artikel 17 bevat een nieuwe bepaling die Berec verplicht een enkele Uniebrede database voor nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde in de lidstaten te bouwen en te onderhouden. De database is bedoeld als transparantiebevorderend instrument waarmee nationale regelgevende instanties en exploitanten rechtstreeks kunnen inzien welke nummerreeksen tot hogere kosten kunnen leiden; dit is een tussenstap om de transparantie op retailniveau te vergroten.

Artikel 21 regelt het toetsingsproces. De voornaamste wijziging ten opzichte van de vorige regels bestaat erin de gewone wetgevingsprocedure voor de herziening van de maximale wholesaletarieven te vervangen door een bevoegdheidsverlening aan de Commissie om de tarieven middels een gedelegeerde handeling te wijzigen. Artikelen 22 en 23 bevatten nieuwe bepalingen met gedetailleerde criteria en parameters voor deze gedelegeerde handeling en de voorwaarden waaronder de Commissie deze gedelegeerde bevoegdheid mag uitoefenen.

Het voorstel strekt tot intrekking van de artikelen 4 en 5 van Verordening (EU) nr. 531/2012 inzake de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten en van artikel 11 van Verordening (EU) nr. 531/2012 inzake de “technische kenmerken van gereguleerde roaming sms-berichten”

🡻 531/2012

2021/0045 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking)

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité 53 ,

Gezien het advies van het Comité van de Regio's 54 ,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

 nieuw

(1)Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad 55 is herhaaldelijk ingrijpend gewijzigd 56 . Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot herschikking van die verordening te worden overgegaan.

(2)Het Europees Parlement en de Raad hebben in 2015 Verordening (EU) 2015/2120 57 vastgesteld, waarbij Verordening (EU) nr. 531/2012 werd gewijzigd en retailroamingtoeslagen in de Unie met ingang van 15 juni 2017 moesten worden afgeschaft, onder voorbehoud van redelijk gebruik van roamingdiensten en van de mogelijkheid om een houdbaarheidsafwijking toe te passen voor de afschaffing van retailroamingtarieven, ook “roaming tegen thuistarief” genoemd. De Commissie voerde bovendien in overeenstemming met artikel 19 van Verordening (EU) nr. 531/2012 een evaluatie van de wholesaleroamingmarkt uit, teneinde de maatregelen te beoordelen die noodzakelijk waren om de afschaffing van de retailroamingtoeslagen mogelijk te maken. Bijgevolg is op 17 mei 2017 Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad 58 vastgesteld met als doel de werking van de nationale wholesaleroamingmarkten te reguleren teneinde retailroamingtoeslagen uiterlijk op 15 juni 2017 af te schaffen zonder de binnenlandse en bezochte markten te verstoren.

(3)Op 29 november 2019 heeft de Commissie haar eerste volledige evaluatie van de roamingmarkt gepubliceerd (het “verslag van de Commissie”), waaruit blijkt dat reizigers in de hele Unie veel profijt hebben gehad van de afschaffing van de retailroamingtoeslagen. De impact van de roamingregels van de Unie blijkt uit het feit dat het gebruik van mobiele diensten (gereguleerde gespreks-, sms- of dataroamingdiensten) op reis in de Unie snel en massaal is toegenomen. In het verslag wordt echter geconcludeerd dat, ondanks tekenen van een zekere concurrentiedynamiek op zowel de retail- als de wholesaleroamingmarkten, de onderliggende basisvoorwaarden voor concurrentie niet zijn veranderd en dat in de nabije toekomst waarschijnlijk ook niet zullen doen. Daarom is de huidige retail- en wholesaleregulering nog steeds noodzakelijk en kan deze niet worden ingetrokken. Uit het verslag van de Commissie is met name gebleken dat de scherpe daling van de maximumprijzen op wholesaleniveau heeft bijgedragen tot een verdere afname van de wholesaleroamingtarieven ten voordele van de netto-outbounders 59 . In het verslag van de Commissie werd ook rekening gehouden met de aanbeveling van het Orgaan van Europese regulerende instanties voor elektronische communicatie (Berec) om de tariefplafonds voor wholesaleroaming verder te verlagen. Bij de beoordeling van het effect van deze verordening heeft de Commissie de noodzakelijke analyse verstrekt, aangetoond dat de tariefplafonds voor wholesaleroaming verder moeten worden verlaagd en beoordeeld in welke mate deze plafonds moeten worden verlaagd zodat de exploitanten van bezochte netwerken de kosten voor het aanbieden van wholesaleroamingdiensten kunnen terugverdienen. Wat de servicekwaliteit betreft, wordt in het verslag van de Commissie herinnerd aan de eis van Verordening (EU) nr. 531/2012 dat de roamende klant in een ander EU-land tegen dezelfde prijs toegang heeft tot dezelfde dienst, zolang die dienst op het bezochte netwerk kan worden aangeboden. In het verslag van de Commissie wordt nota genomen van de zeer recente ontwikkeling van nieuwe methoden voor het verhandelen van wholesaleroamingverkeer, zoals via online handelsplatformen die de concurrentie op de wholesaleroamingmarkt kunnen bevorderen en het onderhandelingsproces tussen exploitanten kunnen vergemakkelijken. Tot slot wordt in het verslag opgemerkt dat de markt geen gebruik heeft gemaakt van de afzonderlijke verkoop van dataroamingdiensten.

(4)Aangezien Verordening (EU) nr. 531/2012 op 30 juni 2022 verstrijkt, heeft onderhavige verordening tot doel die verordening te herschikken en tegelijkertijd nieuwe maatregelen in te voeren om de transparantie te vergroten, onder meer met betrekking tot het gebruik van roamingdiensten met toegevoegde waarde, en te zorgen voor een authentieke roamingervaring tegen thuistarief wat betreft de servicekwaliteit en de toegang tot noodhulpdiensten tijdens het roamen. Deze nieuwe verordening heeft een looptijd van tien jaar, tot 2032, om zekerheid te bieden op de markt en de regeldruk tot een minimum te beperken, en voorziet tegelijkertijd in een mechanisme om tussentijds op wholesaleniveau in te grijpen indien de marktontwikkelingen dat vereisen.

🡻 531/2012 overweging 1 (aangepast)

Verordening (EG) nr. 717/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2007 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Gemeenschap 60 is ingrijpend gewijzigd 61 . Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot herschikking van deze richtlijn te worden overgegaan.

🡻 531/2012 overweging 2

De in het benchmarkkader 2011-2015 van de Commissie opgenomen doelstelling om het verschil tussen nationale en roamingtarieven te beperken, die in november 2009 door de i2010-deskundigengroep op hoog niveau is bekrachtigd en is opgenomen in de mededeling van de Commissie met de titel „Een digitale agenda voor Europa”, moet ook het doel van onderhavige verordening blijven. De geplande afzonderlijke verkoop van roamingdiensten en binnenlandse diensten dient de mededinging te stimuleren en aldus de prijzen voor consumenten te verlagen en in de Unie een interne markt voor roamingdiensten tot stand te brengen waarin geen onderscheid van betekenis bestaat tussen nationale en roamingtarieven. Uniewijde roamingdiensten kunnen de ontwikkeling van een interne telecommunicatiemarkt in de Unie stimuleren.

🡻 531/2012 overweging 4

De hoge tarieven voor gespreks-, sms- en dataroaming die worden betaald door de gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken, zoals studenten, zakenreizigers en toeristen, vormen een belemmering voor het gebruik van hun mobiele toestellen op buitenlandse reizen binnen de Unie en worden als een probleem gezien door consumenten en nationale regelgevende instanties, alsook door instellingen van de Unie, omdat zij een aanzienlijke belemmering voor de interne markt vormen. Deze buitensporige retailtarieven zijn een gevolg zowel van de hoge wholesaletarieven die door de exploitant van het buitenlandse gastnetwerk in rekening worden gebracht als, in vele gevallen, van de hoge marges op de retailtarieven die door de exploitant van het eigen netwerk van de gebruiker in rekening worden gebracht. Door een gebrekkige concurrentie worden verlagingen van de wholesaletarieven vaak niet doorberekend aan de retailklant. Hoewel sommige exploitanten recent tariefplannen hebben ingevoerd als gevolg waarvan de klant gunstiger voorwaarden en iets lagere prijzen worden geboden, is de verhouding tussen kosten en tarieven nog steeds veel groter dan zij op volledig concurrerende markten zou zijn.

🡻 531/2012 overweging 5

Hoge roamingtarieven vormen een belemmering voor de inspanningen van de Unie om een kenniseconomie te ontwikkelen en om een interne markt met 500 miljoen consumenten te realiseren. Mobiel dataverkeer wordt vergemakkelijkt door voldoende radiospectrum toe te kennen zodat consumenten en bedrijven overal in de Unie gespreks-, sms- en datadiensten kunnen gebruiken. Door tijdig voldoende en geschikt spectrum toe te wijzen, teneinde de beleidsdoelen van de Unie te ondersteunen en zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de toenemende vraag naar draadloos dataverkeer, zal het meerjarige radiospectrumbeleidsprogramma dat is vastgesteld bij Besluit nr. 243/2012/EU 62 de weg vrijmaken voor een ontwikkeling waardoor de Unie wereldleider kan worden op het gebied van breedbandsnelheden, mobiliteit, dekking en capaciteit en waardoor bijgevolg gemakkelijker nieuwe bedrijfsmodellen en technologieën kunnen ontstaan en de structurele problemen voor roaming op wholesaleniveau worden beperkt.

🡻 531/2012 overweging 7 (aangepast)

In haar mededeling betreffende het tussentijdse verslag over de ontwikkeling van roamingdiensten binnen de Europese Unie stelde de Commissie vast dat de interne markt voor roamingdiensten in de Unie concurrerender kan worden door technische ontwikkelingen en/of de alternatieven voor roamingdiensten, zoals de beschikbaarheid van Voice over Internet Protocol (VoIP) of wifi. Hoewel deze alternatieven, met name VoIP-diensten, in het binnenland steeds meer worden gebruikt, zijn er geen ontwikkelingen van betekenis geweest in het gebruik ervan bij het roamen.

🡻 531/2012 overweging 8

Gezien de snelle ontwikkeling van mobiel dataverkeer en het stijgende aantal gebruikers van gespreks-, sms- en dataroamingdiensten in het buitenland, moet de concurrentiedruk worden verhoogd zodat nieuwe bedrijfsmodellen en technologieën ontstaan. De roamingtarieven moeten op een zodanige wijze worden gereguleerd dat concurrentiedruk leidend tot lagere prijsniveaus niet wordt ontmoedigd.

🡻 531/2012 overweging 9

De totstandbrenging van een op de mobiliteit van personen en digitale gegevens gebaseerde Europese maatschappelijke, educatieve, culturele en ondernemende ruimte moet de communicatie tussen mensen vergemakkelijken ten einde te komen tot een echt „Europa van de burger”.

🡻 531/2012 overweging 14 (aangepast)

(5)Voorts zijn dDe nationale regelgevende instanties, die verantwoordelijk zijn voor de bescherming en bevordering van de belangen van mobiele klanten die doorgaans verblijven op hun grondgebied, zijn niet in staat het gedrag te controleren van de exploitanten van het bezochte netwerk dat zich in een andere lidstaat bevindt en van wie deze klanten afhangen wanneer zij van internationale roamingdiensten gebruikmaken. Deze beperking kan ook de doeltreffendheid verminderen van maatregelen die door afzonderlijke lidstaten worden genomen op basis van de voor hen overblijvende bevoegdheid om regels ter bescherming van de consument vast te stellen.

🡻 2015/2120 overweging 20

(6)De mobiele communicatiemarkt binnen de Unie blijft gefragmenteerd, zonder mobiel netwerk dat alle lidstaten dekt. Als gevolg daarvan moeten roamingaanbieders van een aanbieder in de bezochte lidstaat wholesaleroamingdiensten afnemen of met deze aanbieder wholesaleroamingdiensten uitwisselen, wanneer zij aan hun binnen de Unie reizende binnenlandse klanten mobiele communicatiediensten willen aanbieden.

🡻 531/2012 overweging 3 (aangepast)

(7)Men kan niet spreken van een interne telecommunicatiemarkt zolang er grote verschillen zijn tussen binnenlandse en roamingtarieven. Het uiteindelijke doel moet dDaarom zijn  moet  het verschil tussen binnenlandse en roamingtarieven weg te werken en  worden weggewerkt om zo een interne markt voor mobielecommunicatiediensten te creëren.

🡻 531/2012 overweging 20

(8)Er moet een gemeenschappelijke, geharmoniseerde aanpak worden ingevoerd om ervoor te zorgen dat de gebruikers van terrestrische publieke mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen, geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie, en tegelijkertijd de vrije mededinging concurrentie op het gebied van roamingdiensten tussen de roamingaanbieders wordt versterkt, een hoog niveau van consumentenbescherming wordt geboden en zowel prikkels voor innovatie als de keuzemogelijkheden voor de consument blijven gehandhaafd. Gezien de grensoverschrijdende aard van de betrokken diensten is deze gemeenschappelijke aanpak nodig opdat de roamingaanbieders kunnen werken binnen één samenhangend regelgevingskader dat gebaseerd is op objectieve criteria.

🡻 531/2012 overweging 6

 nieuw

(9)Het wijdverbreide gebruik van mobiele toestellen waarmee verbinding met het internet kan worden gemaakt, betekent dat dataroaming economisch heel belangrijk is. Dit is een doorslaggevend criterium  relevant  voor zowel gebruikers als leveranciers van toepassingen en inhoud. Om de ontwikkeling van deze markt te stimuleren mogen kosten voor dataverkeer de groei niet belemmeren  , met name omdat verwacht wordt dat het gebruik van 5G-netwerken en -diensten gestaag zal toenemen  .

🡻 531/2012 overweging 10 (aangepast)

 nieuw

(10)Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de toegang tot en interconnectie van elektronischecommunicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (toegangsrichtlijn) 63 , Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (machtigingsrichtlijn) 64 , Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) 65 , Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten (universeledienstrichtlijn) 66 en Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (richtlijn inzake privacy en elektronische communicatie) 67 , (hierna samen „het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002” genoemd), hebben  hadden tot doel binnen de Unie een interne markt voor elektronische communicatie tot stand te brengen waarin door meer concurrentie een hoog niveau van bescherming van de consument wordt gewaarborgd. Die richtlijnen werden ingetrokken bij Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad 68 . Richtlijn (EU) 2018/1972 is gericht op de bevordering van investeringen in en het gebruik van netwerken met een zeer grote capaciteit in de EU alsook op de vaststelling van nieuwe spectrumregels voor mobiele connectiviteit en 5G. Richtlijn (EU) 2018/1972 waarborgt ook dat alle burgers toegang hebben tot betaalbare communicatie, waaronder internettoegang. De richtlijn vergroot de bescherming van de consument, verbetert de veiligheid voor gebruikers en maakt het gemakkelijker om maatregelen van regelgevende aard te treffen. 

🡻 531/2012 overweging 19 (aangepast)

(11)De retail- en wholesaleroamingmarkten hebben unieke kenmerken die buitengewone maatregelen rechtvaardigen welke verder gaan dan de mechanismen die voor het overige in het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002  op grond van Richtlijn (EU) 2018/1972 beschikbaar zijn.

🡻 531/2012 overweging 24

De in artikel 8 van de kaderrichtlijn vastgestelde beleidsdoelstelling volgens welke eindgebruikers in staat moeten zijn informatie te raadplegen of te verspreiden, of gebruik te maken van toepassingen en diensten naar keuze moet door de nationale regelgevende instanties worden bevorderd.

🡻 531/2012 overweging 18 (aangepast)

(12)Deze verordening dient derhalve een afwijking van de anderszins  op grond van Richtlijn (EU) 2018/197  toepasselijke regels toe te staan, die anderszins toepasselijk zijn onder het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002, in het bijzonder de kaderrichtlijn, namelijk dat de tarieven voor dienstverlening moeten worden bepaald door commerciële overeenkomsten in de afwezigheid van aanmerkelijke marktmacht, en d waarbij de invoering vergemakkelijken van aanvullende verplichtingen op basis van regulering, die rekening houden met de specifieke kenmerken van roamingdiensten in de Unie  , wordt vergemakkelijkt .

🡻 531/2012 overweging 51 (aangepast)

 nieuw

(13) Om de roamende klanten te beschermen tegen stijgende retailtarieven voor gereguleerde roamingdiensten (gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten) als gevolg van schommelingen in de referentiewisselkoers van andere munteenheden dan de euro, moet een lidstaat wiens munt niet de euro is bij het bepalen van maximale toepasselijke toeslagen in zijn munt het gemiddelde van een aantal referentiewisselkoersen gedurende een bepaalde periode toepassen. Wanneer maximumtarieven niet in euro worden uitgedrukt, moeten de toepasselijke initiële plafonds en de herziene waarden van die plafonds vastgesteld worden in de betrokken munteenheid door middel van toepassing van het gemiddelde van een aantal  de referentiewisselkoersen gedurende een bepaalde periode, die op de in deze verordening bepaalde data worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Indien er op de betrokken datum geen bekendmaking plaatsvindt, dienen de referentiewisselkoersen toegepast te worden die zijn bekendgemaakt in het eerste Publicatieblad van de Europese Unie volgende op die datum waarin dergelijke referentiewisselkoersen zijn opgenomen. Om de vaststelling van waarden in andere munteenheden dan de euro in overeenstemming te brengen met de regel die wordt toegepast voor communicatie binnen de EU overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2120, moeten de maximumtarieven in andere munteenheden dan de euro worden vastgesteld door toepassing van het gemiddelde van de referentiewisselkoersen die op 15 januari, 15 februari en 15 maart van het betrokken kalenderjaar door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie worden bekendgemaakt. De aldus berekende maximumtarieven voor 2022 moeten van toepassing zijn vanaf de inwerkingtreding van deze verordening tot en met 15 mei 2023.  Om de consument te beschermen tegen stijgende retailtarieven voor gereglementeerde roamingdiensten (gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten) als gevolg van schommelingen in de referentiewisselkoers van valuta's anders dan de euro, moet een lidstaat wiens munt niet de euro is bij het bepalen van maximum retailtarieven in zijn munt de mogelijkheid worden geboden het gemiddelde van een aantal referentiewisselkoersen gedurende een bepaalde periode toe te passen.

🡻 531/2012 overweging 25 (aangepast)

 nieuw

(14)Om de ontwikkeling van een efficiëntere, beter geïntegreerde en meer concurrerende markt voor roamingdiensten mogelijk te maken moeten ondernemingen vrij kunnen onderhandelen over wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten. Belemmeringen voor de toegang tot dergelijke wholesaleroamingdiensten die het gevolg zijn van de verschillende onderhandelingsposities en de verschillende mate waarin ondernemingen eigenaar zijn van de infrastructuur, moeten worden weggewerkt.  Te dien einde moeten overeenkomsten inzake toegang tot wholesaleroaming het beginsel van technologieneutraliteit eerbiedigen, alle exploitanten gelijke en eerlijke kansen bieden om toegang te krijgen tot alle beschikbare netwerken en technologieën, en te goeder trouw worden onderhandeld zodat de roamingaanbieder retailroamingdiensten kan aanbieden die gelijkwaardig zijn aan de diensten die in eigen land worden aangeboden.  Exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers van mobielecommunicatiediensten zonder hun eigen netwerkinfrastructuur verlenen typisch roamingdiensten op basis van commerciële overeenkomsten over wholesaleroaming met exploitanten van mobiele gastnetwerken in dezelfde lidstaat. Het risico bestaat evenwel dat commerciële onderhandelingen exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers onvoldoende ruimte laten om de concurrentie te bevorderen door middel van lagere tarieven. Door het invoeren van wholesaleplafonds en van een verplichting om toegang te verlenen zullen deze obstakels verdwijnen en zullen de exploitanten van mobiele virtuele netwerken/wederverkopers en de exploitanten van mobiele netwerken op voet van gelijkheid onderhandelen, hetgeen de ontwikkeling van alternatieve, innovatieve en Uniewijde roamingdiensten en -aanbiedingen voor klanten ten goede zou komen. De voorschriften van het regelgevingskader van 2002 voor elektronische communicatie  Richtlijn (EU) 2018/1972 , met name de kaderrichtlijn en de toegangsrichtlijn,  laat niet toe dat dit probleem wordt opgelost  verhinderen dat dit probleem kan worden opgelost via het opleggen van verplichtingen aan exploitanten met aanzienlijke marktmacht.

🡻 531/2012 overweging 26

 nieuw

(15)Derhalve moet verplicht worden gesteld dat wordt voldaan aan elk redelijk verzoek om wholesaletoegang tot openbare mobielecommunicatienetwerken voor het aanbieden van roamingdiensten. Dergelijke toegang moet sporen met de behoeften van wie om toegang verzoekt. Eindgebruikers van diensten waarvoor moderne technologieën en retailroamingdiensten vereist zijn, moeten bij het roamen kunnen genieten van dezelfde kwaliteit als in eigen land. De verplichting wholesaletoegang voor roamingdiensten te verlenen, moet derhalve waarborgen dat toegangvragende partijen de in eigen land aangeboden retaildiensten kunnen repliceren, tenzij exploitanten van mobiele netwerken waaraan om toegang wordt verzocht, kunnen aantonen dat dit technisch niet haalbaar is. Toegang kan alleen worden geweigerd op basis van objectieve criteria als technische haalbaarheid of de noodzaak om de integriteit van het netwerk te handhaven. In geval van weigering van toegang moet de benadeelde partij de mogelijkheid hebben om de zaak voor te leggen voor geschillenbeslechting in overeenstemming met de in deze verordening vastgestelde procedure. Om gelijke concurrentievoorwaarden te waarborgen moet wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten worden toegestaan overeenkomstig de in deze verordening vastgestelde regelgevende bepalingen op wholesaleniveau en rekening houdend met de verschillende kostenelementen die nodig zijn om dergelijke diensten aan te bieden. Een consistent regelgevingsbeleid inzake wholesaletoegang voor het aanbieden van roamingdiensten dient bij te dragen aan het verhelpen van distorsies tussen de lidstaten. Het Berec dient in overleg met de Commissie en in samenwerking met de belanghebbenden richtsnoeren op te stellen betreffende wholesaletoegang met het oog op het aanbieden van roamingdiensten.

🡻 531/2012 overweging 27

(16)De verplichting toegang tot wholesaleroaming te verlenen dient zowel het verlenen van rechtstreekse wholesaleroamingdiensten als het verlenen van roamingdiensten op wholesalebasis voor wederverkoop aan derden te omvatten. De verplichting toegang tot wholesaleroaming te verlenen dient tevens in te houden dat exploitanten van mobiele netwerken verplicht zijn om exploitanten van mobiele virtuele netwerken en wederverkopers in staat te stellen gereglementeerde wholesaleroamingdiensten te kopen van wholesaleaankoopgroeperingen die één toegangspunt en een gestandaardiseerd platform voor roamingovereenkomsten in de hele Unie aanbieden. Om ervoor te zorgen dat exploitanten roamingaanbieders, binnen een redelijke termijn, toegang verlenen tot alle faciliteiten die nodig zijn voor rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming, moet een referentieofferte worden gepubliceerd met de standaardvoorwaarden voor directe toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop. De bekendmaking van de referentieofferte mag geen belemmering vormen voor commerciële onderhandelingen tussen om toegang verzoekende en toegang aanbiedende partijen over het prijsniveau van de definitieve wholesaleovereenkomst of over aanvullende diensten met betrekking tot wholesaletoegang die verder gaan dan wat nodig is voor rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop.

🡻 531/2012 overweging 28

(17)De verplichting wholesaletoegang voor roamingdiensten te verlenen moet alle componenten omvatten die nodig zijn om roamingdiensten te kunnen aanbieden zoals: netwerkonderdelen en bijbehorende faciliteiten; relevante programmatuursystemen waaronder operationele ondersteuningssystemen;, informatiesystemen of databasesnken voor reservering, levering, bestelling, onderhouds- en herstelverzoeken en facturering;, nummervertaling of systemen met vergelijkbare functionaliteit; mobiele netwerken en virtuele netwerkdiensten.

🡻 531/2012 overweging 29

(18)Indien partijen die verzoeken om toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, verzoeken om toegang tot faciliteiten of diensten in aanvulling op wat nodig is voor het verlenen van retailroamingdiensten, kunnen exploitanten van een mobiel netwerk billijke en redelijke prijzen voor deze faciliteiten en diensten berekenen. Deze aanvullende faciliteiten en diensten kunnen onder meer diensten met een toegevoegde waarde, aanvullende software en informatiesystemen of factureringsovereenkomsten zijn.

 nieuw

(19)Overeenkomstig artikel 109 van Richtlijn (EU) 2018/1972 moeten alle eindgebruikers kosteloos toegang hebben tot de noodhulpdiensten door middel van noodcommunicatie met de meest geschikte alarmcentrale. De lidstaten moeten er ook voor zorgen dat de toegang voor eindgebruikers met een beperking tot noodhulpdiensten door middel van noodcommunicatie beschikbaar en gelijkwaardig is aan die van andere eindgebruikers. Het is aan de lidstaten om te bepalen welk soort noodcommunicatie technisch haalbaar is om ervoor te zorgen dat roamende klanten toegang hebben tot noodhulpdiensten. Om ervoor te zorgen dat roamende klanten toegang hebben tot noodcommunicatie onder de voorwaarden van artikel 109 van Richtlijn (EU) 2018/1972, moeten exploitanten van bezochte netwerken de roamingaanbieder via de wholesaleroamingovereenkomst ervan in kennis stellen welk soort noodcommunicatie in de bezochte lidstaat op grond van nationale maatregelen verplicht is gesteld. Daarnaast moeten wholesaleroamingovereenkomsten informatie bevatten over de technische parameters voor het waarborgen van de toegang tot noodhulpdiensten, ook voor roamende klanten met een beperking, en voor het doorgeven van locatiegegevens over de oproeper aan de meest geschikte alarmcentrale in de bezochte lidstaat. Deze gegevens moeten de roamingaanbieder in staat stellen de noodcommunicatie en de doorgifte van de locatie van de oproeper kosteloos te bepalen en aan te bieden.

🡻 2017/920 overweging 12 (aangepast)

(20)De  Bepaalde voorwaarden die kunnen worden opgenomen in de referentieoffertes om ervoor te zorgen dat exploitanten van mobiele netwerken permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming kunnen voorkomen, moeten worden verduidelijkt. Met name wanneer de exploitant van het bezochte netwerk gegronde redenen heeft om te oordelen dat er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of dat er sprake is van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, moet van de roamingaanbieder — op geaggregeerde wijze en in volledige overeenstemming met de uniale en nationale voorschriften inzake gegevensbescherming — informatie kunnen worden verlangd waaruit blijkt of een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder zich in een toestand van permanente roaming bevindt dan wel of er sprake is van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, zoals informatie over het percentage klanten met een gering binnenlands verbruik ten opzichte van het roamingverbruik. Bovendien mogen wholesaleroamingovereenkomsten alleen ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming worden beëindigd indien minder strenge maatregelen niet volstonden om deze situatie aan te pakken. Voor die beëindiging moet de voorafgaande toestemming zijn verkregen van de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk, waarbij zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met de opinie van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec) indien het is geraadpleegd. Minder strenge maatregelen zouden kunnen bestaan uit het vaststellen van hogere wholesaletarieven, die de maximale, in deze verordening vastgelegde wholesaletarieven niet overschrijden, voor hoeveelheden die groter zijn dan een in de overeenkomst nader bepaalde hoeveelheid. Dergelijke hogere wholesaletarieven moeten vooraf worden vastgesteld, of vanaf het ogenblik waarop de exploitant van het bezochte netwerk heeft vastgesteld en aan de exploitant van het thuisnetwerk heeft meegedeeld dat, op grond van objectieve criteria, er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming. Minder strenge maatregelen kunnen ook bestaan uit de toezegging door de exploitant van het thuisnetwerk om zijn beleid inzake redelijk gebruik dat geldt voor zijn klanten aan te passen of te herzien overeenkomstig de gedetailleerde voorschriften die zijn vastgesteld krachtens artikel 6 quinquies 8 van  deze  Vverordening (EU) nr. 531/2012, of uit de mogelijkheid voor de exploitant van het bezochte netwerk om te verzoeken om herziening van de wholesaleroamingovereenkomst. Met het oog op transparantie moet de nationale regelgevende instantie informatie betreffende verzoeken om toestemmingen om wholesaleroamingovereenkomst te beëindigen openbaar maken, met inachtneming van de vertrouwelijkheidsvereisten inzake bedrijfsgegevens.

🡻 2017/920 overweging 11 (aangepast)

 nieuw

(21)Om efficiëntere, meer geïntegreerde en meer concurrerende markten voor roamingdiensten mogelijk te maken, moeten exploitanten, wanneer zij onderhandelen over toegang tot wholesaleroaming met als doel de levering van retailroamingdiensten, over het alternatief  de mogelijkheid beschikken om overeenstemming te bereiken over innovatieve regelingen inzake wholesaleprijsstelling die niet rechtstreeks verband houden met daadwerkelijk gebruikte volumes, zoals vaste bedragen, voorafgaande verplichtingen of capaciteitsgebaseerde overeenkomsten, of prijsstellingsregelingen waarbij rekening wordt gehouden met de variatie van de vraag gedurende het jaar.  Intermachinale communicatie, als bedoeld in overweging 249 van Richtlijn (EU) 2018/1972, is niet uitgesloten van het toepassingsgebied van deze verordening en de desbetreffende verplichtingen inzake toegang tot wholesaleroaming. Overeenkomsten inzake permanente roaming zijn echter onderwerp van commerciële onderhandelingen en kunnen door twee roamingpartners worden overeengekomen in de wholesaleroamingovereenkomst. Er wordt verwacht dat de exploitanten met het oog op de ontwikkeling van efficiëntere en concurrerender markten voor intermachinale communicatie in toenemende mate zullen ingaan op alle redelijke verzoeken tot het sluiten van roamingovereenkomsten onder redelijke voorwaarden die expliciet permanente roaming voor intermachinale communicatie mogelijk maken. De exploitanten moeten flexibele roamingovereenkomsten kunnen sluiten die de verlening van wholesaleroamingdiensten mogelijk maken en tariefplannen kunnen toepassen die niet zijn gebaseerd op het volume verbruikte data, maar op alternatieve plannen, bijvoorbeeld op basis van het aantal aangesloten machines per maand. In dat verband moeten de betrokken partijen in geval van een grensoverschrijdend geschil gebruikmaken van de geschillenbeslechtingsprocedure van artikel 27 van Richtlijn (EU) 2018/1972 De onderhandelende partijen moeten daarom kunnen afspreken dat zij gedurende de looptijd van de wholesaleroamingovereenkomsten geen maximale gereguleerde wholesaleroamingtarieven toepassen. In dat geval zou geen van de partijen naderhand mogen verzoeken om toepassing van de in  deze  Vverordening (EU) nr. 531/2012 vastgestelde volumegebaseerde maximale wholesaletarieven naargelang het daadwerkelijke gebruik. Dit alternatief mag geen afbreuk doen aan de verplichtingen betreffende de levering van gereguleerde retailroamingdiensten overeenkomstig die verordening. Bovendien wordt in het verslag van de Commissie nota genomen van de zeer recente ontwikkeling van nieuwe methoden voor het verhandelen van wholesaleroamingverkeer, onder meer via online handelsplatformen die het onderhandelingsproces tussen exploitanten kunnen vergemakkelijken Het gebruik van soortgelijke instrumenten zou de concurrentie op de wholesaleroamingmarkt in de hand kunnen werken en tot een verdere verlaging van de feitelijk aangerekende wholesaletarieven kunnen leiden.

 nieuw

(22)Verordening (EU) nr. 531/2012 bepaalt dat exploitanten eindgebruikers de toegang niet kunnen ontzeggen tot gereguleerde dataroamingdiensten die op een bezocht netwerk worden aangeboden door een alternatieve roamingaanbieder. Deze structurele maatregel, die is ingevoerd door de afzonderlijke verkoop van dataroamingdiensten te verplichten, heeft echter zijn nut verloren na de invoering van roaming tegen thuistarief. Bovendien lijkt deze verplichting, vanwege het gebrek aan daadwerkelijke marktacceptatie, niet langer relevant. De bepalingen die exploitanten verplichten gereguleerde dataroamingdiensten op retailniveau afzonderlijk te verkopente voorzien in afzonderlijke verkoop van dataroamingdiensten op retailniveau, dienen derhalve niet langer van toepassing te zijn.

🡻 531/2012 overweging 31 (aangepast)

De laatste jaren is de vraag van consumenten en bedrijven naar mobiele datadiensten aanzienlijk gestegen. Door de hoge kosten van dataroaming worden consumenten en bedrijven die in de Unie grensoverschrijdend werken, ernstig belemmerd om deze diensten te gebruiken. Aangezien de markt nog in zijn kinderschoenen staat en de vraag van de consument naar dataroaming snel stijgt, zouden gereguleerde retailtarieven de prijzen alleen rond de voorgestelde maximumtarieven kunnen houden, zoals blijkt in relatie tot Verordening (EG) nr. 717/2007, in plaats van de prijzen verder naar beneden te drukken, wat derhalve de noodzaak voor verdere structurele maatregelen bevestigt.

🡻 531/2012 overweging 32

Klanten moeten gemakkelijk en, afhankelijk van de technische oplossing, binnen zo kort mogelijke tijd zonder boete gratis kunnen overstappen op een andere aanbieder van roamingdiensten of tussen andere aanbieders van roamingdiensten. Klanten moeten in een duidelijke, begrijpelijke en makkelijk toegankelijke vorm over deze mogelijkheid worden geïnformeerd.

🡻 531/2012 overweging 33

Consumenten moeten het recht krijgen om op een klantvriendelijke wijze te kiezen voor de verkoop van roamingdiensten die losstaat van hun binnenlands mobiel pakket. Er bestaan momenteel diverse methoden voor de technische implementatie van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten, waaronder een dual International Mobile Subscriber Identity (IMSI) (twee afzonderlijke IMSI op dezelfde simkaart), een enkele IMSI (de binnenlandse en de roamingaanbieders delen één IMSI) en combinaties van deze twee opties, waarbij de technische modaliteit niet verhindert dat de klant toegang heeft tot gereguleerde dataroamingdiensten die rechtstreeks op een bezocht netwerk worden verleend, door middel van regelingen tussen de exploitant van het thuisnetwerk en de exploitant van het bezochte netwerk.

🡻 531/2012 overweging 34

Hoge tarieven voor dataroaming weerhouden klanten ervan om mobiele datadiensten te gebruiken wanneer zij in de Unie reizen. Gelet op de toenemende vraag naar en het toenemende belang van dataroamingdiensten, zouden er geen obstakels mogen zijn om alternatieve dataroamingdiensten te gebruiken die direct op een bezocht netwerk, hetzij tijdelijk, hetzij permanent, aan klanten worden verleend, ongeacht de bestaande roamingovereenkomsten of regelingen met aanbieders van binnenlandse mobielecommunicatiediensten en zonder bijkomende kosten voor de gebruikers. Wanneer dat nodig is, om dataroamingdiensten rechtstreeks op een bezocht netwerk aan te bieden, dienen binnenlandse aanbieders en aanbieders van dataroamingdiensten samen te werken zodat klanten ongehinderd toegang hebben tot deze diensten en ervan gebruik kunnen maken, en de continuïteit van de verlening van andere roamingdiensten gewaarborgd is.

🡻 531/2012 overweging 35

In deze verordening dienen geen specifieke technische modaliteiten te worden voorgeschreven voor de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten, maar moet het pad worden geëffend voor de meest doeltreffende en efficiënte oplossing, inclusief een gecombineerde oplossing, die de Commissie op basis van de input van het Berec moet ontwikkelen; wel moeten criteria worden vastgesteld met betrekking tot de technische kenmerken waaraan de technische oplossing voor de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten moet voldoen. Deze criteria moeten onder meer inhouden dat de oplossing in de hele Unie op een gecoördineerde en geharmoniseerde manier wordt ingevoerd en moeten ervoor zorgen dat consumenten de mogelijkheid krijgen snel en eenvoudig een andere aanbieder van roamingdiensten te kiezen zonder hun nummer te wijzigen. Voorts mag roaming buiten de Unie of door klanten uit derde landen binnen de Unie niet worden verhinderd.

🡻 531/2012 overweging 36

Er moet een betere samenwerking en coördinatie tussen exploitanten van mobiele netwerken tot stand worden gebracht om een gecoördineerde en goede technische ontwikkeling van het aanbieden van afzonderlijke roamingdiensten technisch mogelijk te maken, en om de toegang tot rechtstreeks op een bezocht netwerk aangeboden dataroamingdiensten niet te verhinderen. Daartoe moeten de betreffende basisbeginselen en methoden nader worden uitgewerkt om een snelle aanpassing aan gewijzigde omstandigheden en technologische ontwikkelingen mogelijk te maken. Het Berec dient, in samenwerking met de belanghebbenden, de Commissie te assisteren bij het ontwikkelen van de technische elementen om de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten mogelijk te maken, en om de toegang tot rechtstreeks op een bezocht netwerk aangeboden dataroamingdiensten niet te verhinderen. Indien nodig moet de Commissie een Europese normalisatie-instantie het mandaat geven voor het wijzigen van de desbetreffende standaarden die nodig zijn voor een geharmoniseerde invoering van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten.

🡻 531/2012 overweging 37 (aangepast)

Om eenvormige voorwaarden te waarborgenvoor de uitvoering van de bepalingen van deze verordening, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend ten aanzien van uitvoeringsbepalingen inzake informatieverplichtingen van binnenlandse aanbieders en inzake een technische oplossing voor de afzonderlijke verkoop van roamingdiensten. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren 69 .

🡻 531/2012 overweging 38

Rekening houdend met deze verordening en de krachtens deze verordening vastgestelde uitvoeringshandelingen dient het Berec de mogelijkheid te hebben om op eigen initiatief specifieke technische richtsnoeren opstellen over de aparte verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten of andere aangelegenheden die onder deze verordening vallen.

🡻 531/2012 overweging 39

Om de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten volledig te doen slagen, moet deze verkoop worden gekoppeld aan de verplichting wholesaletoegang te verlenen voor het aanbieden van roamingdiensten zodat het voor nieuwe of bestaande spelers, waaronder grensoverschrijdende dienstaanbieders, gemakkelijker wordt om de markt te betreden. Deze oplossing zou distorsies tussen de lidstaten vermijden door te zorgen voor een consequent regelgevend beleid en aldus bij te dragen tot de ontwikkeling van de interne markt. Omdat exploitanten een redelijke termijn moeten krijgen om zich op technisch niveau voor te bereiden op het invoeren van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten, zullen de structurele maatregelen pas na een bepaalde periode resulteren in een reële interne markt met voldoende concurrentie. Daarom moeten de maximum wholesaletarieven voor gespreks-, sms-, en dataroamingdiensten alsmede de preventieve plafonds voor dergelijke diensten op de retailmarkt tijdelijk op een passend niveau worden behouden om ervoor te zorgen dat de bestaande voordelen voor de consument tijdens de overgangsperiode voor de invoering van dergelijke structurele maatregelen worden gehandhaafd.

🡻 2015/2120 overweging 32 (aangepast)

 nieuw

(23)Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van de bepalingen van deze verordening, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend met betrekking tot de vaststelling van het gewogen gemiddelde van de maximale tarieven voor mobiele afgifte en van nadere bepalingen omtrent de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik en de methodologie voor het beoordelen van de  verlening van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen  houdbaarheid van de afschaffing van retailroamingtoeslagen, alsmede omtrent de aanvraag die met het oog op die beoordeling door een roamingaanbieder moet worden ingediend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad 70 .

 nieuw

(24)Tot de vaststelling van die uitvoeringsmaatregelen moet Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie 71 van toepassing blijven.

🡻 531/2012 overweging 40 (aangepast)

(25)Met betrekking tot de verlenging van de tijdelijke prijsregulering moeten er oOm de belangen van de roamende klant te beschermen, moeten er verplichtingen op basis van regulering worden ingevoerd, zowel op retail- als op wholesaleniveau, aangezien uit ervaring is gebleken dat een verlaging van de wholesaletarieven voor roamingdiensten in de Unie, wegens het ontbreken van stimulansen daartoe, vaak niet leidt tot lagere roamingtarieven op retailniveau. Anderzijds kan actie om het niveau van de retailtarieven te verlagen zonder het probleem van de wholesalekosten voor de levering van de desbetreffende diensten aan te pakken, het correct functioneren van de interne markt voor roamingdiensten verstoren en een sterkere mededinging concurrentie in de weg staan.

🡻 2017/920 overweging 4 (aangepast)

(26)De afschaffing van retailroamingtoeslagen bij  overeenkomstig Verordening (EU) 2015/2120, ook „roaming tegen thuistarief” (dan wel „RLAH” of „roam-like-at-home”) genoemd, is  was  noodzakelijk om een digitale eengemaakte markt in de hele Unie tot stand te brengen en de werking daarvan te bevorderen. Die verordening volstond  volstaat op zich echter niet om de correcte werking van de roamingmarkt te waarborgen. Deze verordening moet dan ook ertoe bijdragen dat de prijszettingsmodellen op de thuismarkten geen gevolgen ondervinden van de afschaffing van retailroamingtoeslagen.

🡻 2015/2120 overweging 26

(27)De desbetreffende binnenlandse retailprijs moet gelijk zijn aan het binnenlandse retailtarief per eenheid. In situaties waarin er geen specifieke binnenlandse retailprijzen zijn die zouden kunnen worden gebruikt als basis voor een gereguleerde retailroamingdienst (bijvoorbeeld in het geval van binnenlandse onbegrensde tariefplannen, bundels of binnenlandse tarieven exclusief gegevens), moet de binnenlandse retailprijs worden beschouwd als zijnde hetzelfde tariefmechanisme als wanneer de klant het binnenlandse tariefplan in zijn eigen lidstaat zou gebruiken.

 nieuw

(28)Roamende klanten moeten zoveel mogelijk kunnen gebruikmaken van de retaildiensten waarop zij geabonneerd zijn en kunnen genieten van dezelfde servicekwaliteit als thuis wanneer zij roamen in de Unie. Daartoe moeten roamingaanbieders de nodige maatregelen nemen zodat gereguleerde retailroamingdiensten onder dezelfde voorwaarden worden aangeboden als wanneer dergelijke diensten in eigen land worden gebruikt. Met name moet aan roamende klanten dezelfde servicekwaliteit worden aangeboden, indien dit technisch haalbaar is.

🡻 2015/2120 overweging 22 (aangepast)

 nieuw

(29)Tegelijkertijd moeten rRoamingaanbieders moeten een beleid inzake redelijk gebruik kunnen toepassen op het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten die tegen de geldende binnenlandse retailprijs worden aangeboden. Het beleid inzake redelijk gebruik dient ter voorkoming van misbruik of afwijkend gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten door roamende klanten, zoals het gebruik van dergelijke diensten door roamende klanten in een andere lidstaat dan die van hun binnenlandse aanbieder voor andere doeleinden dan periodieke reizen.  In geval van overmacht als gevolg van omstandigheden zoals pandemieën of natuurrampen die de duur van het tijdelijke verblijf van de roamende klant in een andere lidstaat onvrijwillig verlengen, moeten roamingaanbieders op gemotiveerd verzoek van de roamende klant overwegen de toepasselijke vergoeding voor redelijk gebruik met een passende periode te verlengen.  Een beleid inzake redelijk gebruik dient de klanten van de roamingaanbieder in staat te stellen tegen de geldende binnenlandse retailprijs volumes gereguleerde retailroamingdiensten af te nemen die stroken met hun respectieve tariefplannen.

🡻 2015/2120 overweging 23

(30)In specifieke en uitzonderlijke omstandigheden moet de roamingaanbieder, wanneer zijn totale werkelijke en geraamde kosten voor het leveren van gereguleerde retailroamingdiensten niet kunnen worden gedekt met zijn werkelijke en geraamde inkomsten uit die diensten, kunnen verzoeken een toeslag te mogen aanrekenen, teneinde aldus de houdbaarheid van zijn binnenlands tariefmodel te waarborgen. De beoordeling van de houdbaarheid van het binnenlands tariefmodel moet berusten op relevante objectieve factoren die specifiek zijn voor de roamingaanbieder, waaronder objectieve verschillen tussen roamingaanbieders in de betrokken lidstaat en het binnenlandse prijs- en inkomstenniveau. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn voor forfaitaire binnenlandse retailmodellen van exploitanten met aanmerkelijk negatieve verkeersonevenwichtigheden, waarbij de impliciete binnenlandse eenheidsprijs laag is en de totale inkomsten van de exploitant eveneens laag zijn in verhouding tot de roamingkosten, of in gevallen waarin de impliciete eenheidsprijs laag is en het feitelijke of geraamde gebruik van roamingdiensten hoog is. Zodra de veralgemening van roaming tegen binnenlandse prijsniveaus volledig is verwezenlijkt op de wholesale- en de retailroamingmarkten en roaming een gewoon onderdeel vormt van retailtariefplannen, zullen dergelijke uitzonderlijke omstandigheden zich naar verwachting niet meer voordoen. Om te voorkomen dat het binnenlandse tariefmodel van roamingaanbieders onhoudbaar wordt door dergelijke problemen inzake kostendekking, die de ontwikkeling van de binnenlandse prijzen merkbaar dreigen te beïnvloeden of het zogenaamde „waterbed”-effect dreigen te veroorzaken, moeten roamingaanbieders in dergelijke omstandigheden met toestemming van de nationale regelgevende instantie een toeslag kunnen toepassen op gereguleerde retailroamingdiensten, voor zover noodzakelijk om alle relevante kosten voor het leveren van die diensten te dekken.

🡻 2015/2120 overweging 24

(31)Daartoe moeten de kosten die voor het verlenen van gereguleerde retailroamingdiensten worden gemaakt, worden bepaald aan de hand van de daadwerkelijke wholesaleroamingkosten voor uitgaand roamingverkeer van de betreffende roamingaanbieder bovenop zijn inkomend roamingverkeer, alsmede aan de hand van een redelijke voorziening voor gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten komen. Inkomsten uit gereguleerde retailroamingdiensten moeten worden bepaald aan de hand van de inkomsten tegen binnenlandse prijsniveaus die toe te schrijven zijn aan het gebruik van gereguleerde roamingdiensten, op basis van de eenheidsprijs of als onderdeel van een vast tarief dat het respectieve feitelijke en geraamde aandeel van het gebruik van gereguleerde roamingdiensten door eindgebruikers binnen de Unie en het binnenlandse gebruik weerspiegelt. Ook dient rekening te worden gehouden met het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten en het binnenlandse gebruik door de eindgebruikers van de roamingaanbieder, en met het concurrentie-, prijs- en inkomstenniveau op de binnenlandse markt, alsook met elk waarneembaar risico dat roaming tegen binnenlandse retailprijzen een aanzienlijke invloed zou hebben op de ontwikkeling van die prijzen.

 nieuw

(32)Verordening (EU) nr. 531/2012 bepaalt dat wanneer een roamingaanbieder een toeslag aanrekent voor het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten dat een van de door beleid inzake redelijk gebruik gestelde grenzen overschrijdt, de som van de binnenlandse retailprijs en de toeslag voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten en gereguleerde dataroamingdiensten niet hoger ligt dan respectievelijk 0,19 EUR per minuut, 0,06 EUR per sms-bericht en 0,20 EUR per gebruikte megabyte. Aangezien de regels inzake roaming tegen thuistarief sinds 15 juni 2017 van kracht zijn, is die bepaling niet langer nodig.

🡻 2015/2120 overweging 28 (aangepast)

 nieuw

(33)Overeenkomstig het beginsel “de oproeper betaalt” betalen mobiele klanten niet voor het ontvangen van binnenlandse mobiele gesprekken en de kosten voor het beëindigen van een oproep in het netwerk van de opgeroepene worden gedekt door het retailtarief van de oproeper. Gezien de convergentie van de tarieven voor mobiele afgifte in de lidstaten zou hetzelfde beginsel moeten kunnen worden toegepast op de gereguleerde retailroaminggesprekken.  Overeenkomstig artikel 75, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972 heeft de Commissie, middels een op 18 december 2020 vastgestelde gedelegeerde handeling, een enkel maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie vastgesteld teneinde de regeldruk bij het aanpakken van de concurrentieproblemen in verband met wholesale-gespreksafgifte in de hele Unie consistent te verlagen. De gedelegeerde handeling voorziet in een afbouwperiode van drie jaar: de maximale tarieven voor mobiele gespreksafgifte bedragen 0,7 eurocent in 2021, 0,55 eurocent in 2022, 0,4 eurocent in 2023 en bereiken vanaf 2024 het enkele maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie van 0,2 eurocent.  Aangezien dit echter nog niet het geval is, mag iIn de in deze verordening vermelde situaties waarin roamingaanbieders een toeslag mogen aanrekenen voor gereguleerde retailroamingdiensten, mag de toegepaste toeslag voor gereguleerde inkomende roaminggesprekken niet hoger zijn dan het gewogen gemiddelde van de maximale wholesaletarieven voor mobiele afgifte die in de Unie zijn vastgesteld  het enkele maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie dat de Commissie voor het respectieve en overeenkomstige jaar heeft vastgesteld in de in artikel 75 van Richtlijn (EU) 2018/1972 bedoelde gedelegeerde handeling. Indien de Commissie vervolgens concludeert dat het niet langer nodig is een maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie vast te stellen, mag een toeslag die wordt aangerekend voor gereguleerde roaminggesprekken niet hoger zijn dan het tarief dat is bepaald in de meest recente gedelegeerde handeling die is vastgesteld op grond van artikel 75 van Richtlijn 2018/1972/EU . Dit wordt beschouwd als een overgangsregeling totdat de Commissie deze onopgeloste kwestie aanpakt.

🡻 2015/2120 overweging 30 (aangepast)

 nieuw

(34)Deze verordening dient een specifieke maatregel te vormen in de zin van artikel 1, lid 5, van Richtlijn 2002/21/EG. Dus, Wwanneer aanbieders van Uniebrede gereguleerde roamingdiensten wijzigingen in hun retailroamingtarieven en in de daarbij horende beleidsmaatregelen voor roaminggebruik aanbrengen om te voldoen aan de voorschriften van deze verordening, mogen die wijzigingen op grond van de nationale wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/1972  het huidige regelgevingskader voor elektronische communicatie, voor mobiele klanten geen enkel recht meebrengen om hun contract op te zeggen.

 nieuw

(35)In elke overeenkomst met betrekking tot een gereguleerde retailroamingdienst moeten de kenmerken van die gereguleerde retailroamingdienst worden gespecificeerd, met inbegrip van de verwachte servicekwaliteit. De aanbieder moet informatie beschikbaar stellen over relevante factoren die van invloed kunnen zijn op de servicekwaliteit, zoals de beschikbaarheid van bepaalde technologieën, dekking of variatie als gevolg van externe factoren zoals topografie.

(36)Roamende klanten en binnenlandse exploitanten krijgen soms onbewust hoge rekeningen als gevolg van het gebrek aan transparantie over de nummers die worden gebruikt voor diensten met toegevoegde waarde in de Unie en over de wholesaleprijzen voor diensten met toegevoegde waarde. Voor communicatie met bepaalde nummers die worden gebruikt voor het aanbieden van diensten met toegevoegde waarde, zoals betaalnummers, gratis nummers of nummers met gedeelde kosten, gelden op nationaal niveau bijzondere prijsvoorwaarden. Deze verordening mag niet van toepassing zijn voor het deel van het tarief dat wordt aangerekend voor het aanbieden van diensten met een toegevoegde waarde, maar enkel voor de tarieven voor de aansluiting op deze diensten. Kortom, het beginsel van roaming tegen thuistarief zou voor eindgebruikers de verwachting kunnen wekken dat roamingcommunicatie naar dergelijke nummers geen extra kosten met zich meebrengt in vergelijking met de binnenlandse situatie. Bij roaming is dit echter niet altijd het geval. Eindgebruikers worden geconfronteerd met hogere kosten, zelfs wanneer zij naar nummers bellen waar ze in eigen land gratis naar kunnen bellen. Dit kan het vertrouwen van klanten schaden wanneer zij roamen met hun telefoon en kan leiden tot hogere rekeningen, wat een negatief effect kan hebben op de authentieke roamingervaring tegen thuistarief. Dit is voornamelijk het gevolg van onvoldoende transparantie op detailhandelsniveau met betrekking tot de hogere kosten die verbonden kunnen zijn aan communicatie naar nummers van diensten met toegevoegde waarde. Daarom moeten maatregelen worden genomen om de voorwaarden voor communicatie naar nummers met toegevoegde waarde transparanter te maken. Daartoe moeten roamende klanten in hun contract worden geïnformeerd en er tijdig en kosteloos van in kennis worden gesteld en ervoor worden gewaarschuwd dat roamingcommunicatie naar nummers met toegevoegde waarde extra kosten met zich mee kan brengen.

🡻 2017/920 overweging 9

(37)De werking van de wholesaleroamingmarkt moet zodanig zijn dat de exploitanten alle kosten van de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten, met inbegrip van gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten, kunnen dekken. Hierdoor worden prikkels om in bezochte netwerken te investeren in stand gehouden en komt het niet tot verstoring van de binnenlandse concurrentie op de bezochte markten als gevolg van reguleringsarbitrage door exploitanten die maatregelen inzake toegang tot wholesaleroaming gebruiken om de concurrentie aan te gaan op binnenlandse bezochte markten.

🡻 2017/920 overweging 13

(38)Wat de voorschriften inzake wholesaletarieven betreft, moeten regelgevende verplichtingen op Unieniveau worden gehandhaafd, aangezien eender welke maatregel die roaming tegen thuistarief in de hele Unie mogelijk maakt zonder rekening te houden met het niveau van de wholesalekosten in verband met de levering van wholesaleroamingdiensten, tot verstoring op de interne markt voor roamingdiensten kan leiden en de concurrentie hierdoor niet wordt aangemoedigd. Passende wholesaletarieven moeten duurzame concurrentie bevorderen, onder meer voor nieuwe spelers op de markt, kleine en middelgrote ondernemingen en startende ondernemingen.

🡻 2017/920 overweging 14

(39)De maximale wholesaletarieven moeten als preventief niveau dienen en moeten ervoor zorgen dat de exploitanten hun kosten, met inbegrip van gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten, kunnen dekken. Bovendien moet hierdoor de wijdverbreide, houdbare levering van roaming tegen thuistarief mogelijk worden gemaakt, waarbij de exploitanten over een marge moeten beschikken om commerciële onderhandelingen te voeren.

🡻 531/2012 overweging 52 (aangepast)

(40)Sommige exploitanten van mobiele netwerken factureren wholesalegesprekken op roamingniveau op basis van een minimumperiode die oploopt tot 60 seconden, terwijl de meeste tarieven voor wholesaleverbindingen per seconde worden vastgesteld. Dit verstoort de concurrentie tussen deze exploitanten en de exploitanten die andere methoden hanteren voor de facturering, en ondermijnt de consequente toepassing van de maximum wholesale-tarieven die bij  van  deze verordening zijn ingevoerd. Het verhoogt bovendien de wholesalekosten en heeft daardoor negatieve gevolgen voor de prijsstelling van gespreksroamingdiensten op retailniveau. Exploitanten van mobiele netwerken moeten derhalve worden verplicht de levering op wholesale-niveau van gereguleerde oproepen met roaming per seconde te factureren.

🡻 531/2012 overweging 64

(41)Om ervoor te zorgen dat de maximumtarieven voor sms-roamingdiensten op wholesaleniveau een meer getrouwe afspiegeling zijn van de onderliggende leveringskosten en dat de concurrentie op de retailmarkt de kans krijgt om zich te ontwikkelen, moeten de maximum wholesaletarieven voor gereguleerde sms de prijsdalingen volgen.

🡻 531/2012 overweging 11 (aangepast)

Verordening (EG) nr. 717/2007 is geen op zichzelf staande maatregel, maar vormt, wat roaming in de Unie betreft, een aanvulling op en een ondersteuning van de regels waarin het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 voorziet. Dit kader heeft de nationale regelgevende instanties niet voldoende middelen verschaft om doeltreffend en beslissend in te grijpen in de prijszetting voor roamingdiensten binnen de Unie, en blijkt dus niet geschikt om een soepele werking van de interne markt voor roamingdiensten te verzekeren. Verordening (EG) nr. 717/2007 was een passend middel om deze situatie bij te sturen.

 nieuw

(42)Om ervoor te zorgen dat roamende klanten ononderbroken, effectief en gratis toegang hebben tot noodhulpdiensten, mogen de bezochte netwerken de roamingaanbieders voor dergelijke noodcommunicatie geen wholesaletarief aanrekenen.

🡻 531/2012 overweging 82

 nieuw

(43)Om de transparantie van de retailtarieven voor roamingdiensten te vergroten en roamende klanten te helpen om te beslissen hoe zij hun mobiele toestellen in het buitenland gebruiken, moeten de leveranciers van mobielecommunicatiediensten hun roamende klanten kosteloos informatie aanbieden over de roamingtarieven die voor hen gelden wanneer zij in de door hen bezochte lidstaat gebruikmaken van roamingdiensten. Aangezien bepaalde klanten wellicht goed op de hoogte zijn van de roamingtarieven, moeten roamingaanbieders de mogelijkheid bieden om op eenvoudig verzoek af te zien van deze automatische boodschappendienst. Bovendien moeten roamende klanten een tekstbericht krijgen met een link naar een webpagina met gedetailleerde informatie over de soorten diensten (gesprekken en sms) waarvoor hogere kosten kunnen gelden. Ook zouden de leveranciers hun klanten, mits zij zich in de Unie bevinden, op verzoek en kosteloos actief aanvullende informatie moeten verstrekken over de tarieven per minuut, per sms of per megabyte gegevens (inclusief btw) voor het initiëren en ontvangen van telefoongesprekken en voor het zenden en ontvangen van sms, mms en andere gegevenscommunicatiediensten in de bezochte lidstaat.

🡻 2015/2120 overweging 31 (aangepast)

(44)Om de rechten van roamingklanten als opgenomen in Verordening (EU) nr. 531/2012 te versterken, dient oOnderhavige verordening dient te voorzien in specifieke transparantievoorschriften voor gereguleerde retailroamingdiensten, die worden afgestemd op de specifieke tarief- en volumevoorwaarden die van toepassing zijn vanaf de afschaffing van  zullen gelden zodra de retailroamingtoeslagen zijn afgeschaft. Met name moet worden gezorgd voor tijdige en kosteloze verstrekking, aan roamende klanten, van informatie over het geldende beleid inzake redelijk gebruik, over het moment waarop het toepasselijke redelijke gebruiksvolume van gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten volledig is opgebruikt, over toeslagen, en over het totale gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten.

🡻 531/2012 overweging 58

(45)Klanten in grensgebieden mogen geen onnodig hoge rekeningen krijgen als gevolg van onbedoelde roaming. Roamingaanbieders dienen daarom redelijke maatregelen te nemen om hun klanten te beschermen tegen roamingkosten wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden Dit houdt onder meer in dat consumenten door passende informatieverstrekking in staat worden gesteld onbedoeld roamen actief te voorkomen. Nationale regelgevende instanties dienen oog te hebben voor de situaties, waarin consumenten problemen ondervinden met het betalen van roamingkosten terwijl zij zich nog in hun lidstaat bevinden, en dienen passende maatregelen te nemen om dit probleem te verhelpen.

🡻 531/2012 overweging 84 (aangepast)

(46)Voorts moeten  worden voorzien in maatregelen worden ingevoerd om de transparantie van retailtarieven voor alle dataroamingtarieven te verbeteren  waarborgen  , met name om het probleem van astronomisch hoge rekeningen, die een obstakel vormen voor de soepele werking van de interne markt, uit de weg te ruimen en roamende klanten de instrumenten te verschaffen die zij nodig hebben om hun uitgaven voor dataroamingdiensten te bewaken en te beheersen. Evenmin mag de ontwikkeling worden belemmerd van toepassingen of technologieën die roamingdiensten kunnen vervangen of er een alternatief voor kunnen vormen,  met inbegrip van maar niet beperkt tot  zoals wifi.

🡻 531/2012 overweging 87 (aangepast)

(47)Om astronomisch hoge rekeningen te voorkomen moeten roamingaanbieders voorts een of meer financiële en/of volumeplafonds vaststellen met betrekking tot hun openstaande rekeningen voor dataroamingdiensten, in de valuta waarin de roamende klant de rekening ontvangt, die zij aan al hun roamende klanten gratis moeten aanbieden en waarbij een passende kennisgeving wordt gedaan, op een drager waarmee de kennisgeving opnieuw kan worden bekeken, wanneer men in de buurt komt van dit  dat plafond. Wanneer dit  dat plafond wordt bereikt, mag de klant deze diensten niet meer ontvangen of mogen deze hem niet meer in rekening worden gebracht, behalve wanneer hij specifiek om voortzetting van deze diensten verzoekt overeenkomstig de voorwaarden zoals vermeld in de kennisgeving. In zo'n geval moet hij kosteloos een bevestiging ontvangen, op een drager waarmee de bevestiging opnieuw kan worden bekeken. Roamende klanten moeten de gelegenheid krijgen binnen een redelijke termijn voor een van deze  die financiële of volumeplafonds te kiezen of zich tegen een dergelijk plafond uit te spreken. Tenzij de klant iets anders te kennen geeft, moeten de plafonds standaard op hem worden toegepast.

🡻 531/2012 overweging 88

(48)Deze transparantiemechanismen moeten worden gezien als een minimumbescherming voor roamende klanten en mogen roamingaanbieders niet beletten hun klanten een reeks andere faciliteiten aan te bieden om hen te helpen hun uitgaven voor dataroamingdiensten te voorspellen en te beheersen. Tal van roamingaanbieders zijn bijvoorbeeld bezig met de ontwikkeling van een nieuw forfaitair retailtarief voor roaming. Met een dergelijk tarief zijn dataroamingdiensten mogelijk voor een specifieke prijs gedurende een specifieke periode tot een redelijke gebruikslimiet. Ook zijn roamingaanbieders bezig met de ontwikkeling van systemen aan de hand waarvan hun roamende klanten in realtime precies op de hoogte kunnen zijn van hun uitgaven voor datadiensten met roaming. Om te kunnen zorgen voor een soepele werking van de interne markt, moet in de geharmoniseerde regels rekening worden gehouden met deze ontwikkelingen op de binnenlandse markten.

🡻 531/2012 overweging 89 (aangepast)

(49)Klanten die gebruikmaken van prepaid-tarieven kunnen eveneens onverwacht hoge rekeningen gepresenteerd krijgen voor het gebruik van dataroamingdiensten. Om deze  die reden moeten de bepalingen omtrent “cut-off limits” eveneens worden toegepast op deze klanten.

🡻 531/2012 overweging 90 (aangepast)

 nieuw

(50)Er bestaan aanzienlijke verschillen tussen de gereguleerde roamingtarieven binnen de Unie en de roamingtarieven die gelden voor consumenten wanneer zij buiten de Unie reizen, waarbij laatstgenoemde tarieven aanzienlijk hoger zijn dan de tarieven die binnen de Unie, gelden  waar roamingtoeslagen sinds de afschaffing van de retailroamingtoeslagen slechts uitzonderlijk worden toegepast . Door het ontbreken van een consequente benadering inzake transparantie- en beschermingsmaatregelen met betrekking tot roaming buiten de Unie, zijn de consumenten niet zeker van hun rechten, hetgeen hen er vaak van weerhoudt in het buitenland gebruik te maken van mobiele diensten. Transparante informatie die aan klanten wordt verschaft, kan niet alleen helpen om te beslissen hoe zij hun mobiele toestellen tijdens verplaatsingen in het buitenland (zowel binnen als buiten de Unie) gebruiken, maar ook om een keuze te maken tussen roamingaanbieders. Daarom moet het probleem van het gebrek aan transparantie en consumentenbescherming worden aangepakt door ook bepaalde transparantie- en beschermingsmaatregelen toe te passen op roamingdiensten die buiten de Unie worden verleend. Deze maatregelen zouden  moeten tot meer concurrentie leiden en de werking van de interne markt verbeteren.

🡻 531/2012 overweging 91 (aangepast)

(51)Indien de exploitant van het bezochte netwerk in het bezochte derde land buiten de Unie de roamingaanbieder niet toelaat om het gebruik van zijn klant in real time te controleren, is de roamingaanbieder niet verplicht de financiële of volumeplafonds ter bescherming van de consument aan te bieden.

 nieuw

(52)Roamingaanbieders moeten roamende klanten ervan in kennis stellen dat zij kosteloos toegang kunnen krijgen tot noodhulpdiensten via het uniforme Europese alarmnummer “112” en via alternatieve toegangsmiddelen tot noodcommunicatie. Alternatieve middelen voor toegang tot noodcommunicatie stellen roamende klanten, met name roamende klanten met een beperking, in staat om via andere middelen dan telefoongesprekken toegang te krijgen tot noodhulpdiensten. Alternatieve toegangsmiddelen kunnen bijvoorbeeld worden gewaarborgd door toepassingen voor noodcommunicatie, berichtendiensten, relaydiensten of door middel van realtimetekst of totale conversatie overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad 72 .

(53)Nummerreeksen, met inbegrip van die welke worden gebruikt voor diensten met toegevoegde waarde, zijn vastgesteld in de nationale nummerplannen en zijn niet geharmoniseerd op Unieniveau. Het is dus mogelijk dat exploitanten de nummerreeksen voor diensten met toegevoegde waarde niet van tevoren in alle landen kunnen herkennen. Voor nummerreeksen die voor diensten met toegevoegde waarde worden gebruikt, gelden op nationaal niveau bijzondere prijsstellingsvoorwaarden en in veel gevallen zijn de afgiftetarieven ervan niet gereguleerd. Roamingaanbieders begrijpen dit weliswaar, maar het niveau van de wholesaletarieven die zij zullen moeten betalen, kan nog steeds onverwacht hoog zijn. In het kader van roaming kunnen exploitanten dit probleem niet aanpakken, omdat zij geen informatie hebben over de nummerreeksen die binnen de Unie worden gebruikt voor diensten met toegevoegde waarde. Om dit probleem aan te pakken, moet Berec een centrale beveiligde database voor de hele Unie opzetten en onderhouden met de nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde. De database is bedoeld als een transparantiebevorderend instrument waarmee de nationale regelgevende instanties (NRI’s) en exploitanten rechtstreeks kunnen nagaan welke nummerreeksen in de verschillende lidstaten tot hogere kosten (afgiftetarieven) kunnen leiden. Dit is een noodzakelijke tussenstap naar meer transparantie op retailniveau, aangezien het instrument kan worden gebruikt om roamende klanten te informeren over de soorten diensten waarvoor bij roaming hogere tarieven kunnen gelden. Berec dient de procedures vast te stellen volgens welke de bevoegde instanties de krachtens artikel 17 gevraagde informatie moeten verstrekken en bijwerken.

🡻 531/2012 overweging 92 (aangepast)

 nieuw

(54)De nationale regelgevende instanties, die belast zijn met taken overeenkomstig het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002  Richtlijn (EU) 2018/1972 , moeten over de bevoegdheid beschikken om de naleving van de in deze verordening vervatte verplichtingen op hun grondgebied te monitoren, te controleren en te handhaven. Zij moeten ook de ontwikkeling controleren van de tarieven voor spraaktelefonie- gespreks-, sms- en gegevensdatadiensten voor klanten die roamen in de Unie, indien passend met inbegrip van de specifieke kosten in verband met geïnitieerde of ontvangen roamingoproepen in de ultraperifere regio's van de Unie en de noodzaak erover te waken dat deze kosten op een adequate wijze kunnen worden terugverdiend op de wholesalemarkt, en dat verkeerssturingstechnieken niet gebruikt worden om de keuzemogelijkheden van de klanten te beperken. Zij moeten ervoor zorgen dat actuele informatie over de toepassing van deze verordening beschikbaar wordt gesteld voor de betrokken partijen en moeten de resultaten van deze controles om de zes maanden publiceren. De informatie over zakelijke, prepaid- en postpaid-klanten moet afzonderlijk worden verstrekt.

🡻 531/2012 overweging 93

(55)Bij binnenlandse roaming in de ultraperifere gebieden van de Unie waar vergunningen voor mobiele telefonie verschillen van die welke voor de rest van het nationale grondgebied zijn afgegeven, moet gebruik kunnen worden gemaakt van tariefverlagingen die gelijk zijn aan die welke op de interne markt voor roamingdiensten worden gehanteerd. De toepassing van deze verordening mag niet leiden tot een minder gunstige tariefbehandeling voor klanten die gebruikmaken van binnenlandse roamingdiensten ten opzichte van klanten die gebruikmaken van roamingdiensten in de Unie. Te dien einde kunnen de nationale instanties aanvullende maatregelen nemen die stroken met de EU-wetgeving.

🡻 2017/920 overweging 20 (aangepast)

(56)De nationale reguleringsinstanties moeten bij de controle van en het toezicht op de toepassing van deze  Vverordening (EU) nr. 531/2012 de vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens waarborgen en de ontwikkelingen op de wholesaleroamingmarkten volgen. In dat verband moeten de reguleringsinstanties ook bevoegd zijn om informatie op te vragen betreffende wholesaleroamingovereenkomsten op basis waarvan de maximale wholesaleroamingtarieven niet worden toegepast. Tevens moeten die instanties bevoegd zijn informatie op te vragen over de vaststelling en toepassing van voorwaarden in wholesaleroamingovereenkomsten die zijn gericht op het voorkomen van permanente roaming en afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens reizen binnen de Unie.

🡻 531/2012 overweging 81 (aangepast)

 nieuw

(57)Wanneer leveranciers van mobiele-telefonie diensten in de Unie de voordelen van interoperabiliteit en eind-tot-eindverbindingen voor hun klanten in gevaar zien komen als gevolg van de beëindiging of dreigende beëindiging van hun roamingovereenkomsten met exploitanten van mobiele netwerken in andere lidstaten, of wanneer zij niet in staat zijn hun klanten een dienst in een andere lidstaat aan te bieden wegens het ontbreken van een overeenkomst met ten minste één wholesale-netwerkaanbieder, moeten de nationale regelgevende instanties gebruikmaken van de bevoegdheden waarover zij krachtens artikel 615 van de toegangsrRichtlijn (EU) 2018/1972 beschikken om te zorgen voor de benodigde toegang en interconnectie om een dergelijke eind-tot-eindverbinding en de interoperabiliteit van diensten te verzekeren, daarbij rekening houdend met de doelstellingen als vermeld  vastgesteld  in artikel 38 van de kader  die  richtlijn, met name de totstandbrenging  ontwikkeling van een volledig werkende   de  interne markt voor elektronischecommunicatiediensten  door het bevorderen van de verstrekking, de beschikbaarheid en de interoperabiliteit van pan-Europese diensten, en eind-tot-eindconnectiviteit .

🡻 2017/920 overweging 21 (aangepast)

(58)De specifieke prijsregulering die van toepassing is op wholesaleroamingdiensten houdt in dat in de Unie een algeheel plafond voor een samengesteld product geldt, waartoe ook andere toegang tot wholesaleroaming- en interconnectie-inputs kunnen behoren, waaronder met name inputs die aan nationale of eventueel grensoverschrijdende regulering zijn onderworpen. De verschillen in de Unie wat betreft de regulering van die inputs zullen naar verwachting afnemen, met name door mogelijke aanvullende maatregelen die overeenkomstig Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad 73 (Kaderrichtlijn) kunnen worden genomen (EU) 2018/1972 en die zijn gericht op het waarborgen van meer samenhang ten aanzien van reguleringsbenaderingen. Bij de behandeling van geschillen tussen exploitanten van bezochte netwerken en andere exploitanten over de tarieven van deze gereguleerde inputs die noodzakelijk zijn voor de levering van wholesaleroamingdiensten, moet rekening worden gehouden met de opinie van Berec, wanneer het is geraadpleegd, in overeenstemming met de specifieke, op roaming toepasselijke regelgevende verplichtingen, met de Kaderrichtlijn en met de Richtlijnen 2002/19/EG 74 , 2002/20/EG 75 en 2002/22/EG 76 van het Europees Parlement en de Raad Richtlijn (EU) 2018/1972.

🡻 531/2012 overweging 94

Bij het vaststellen van de regels voor de sancties die van toepassing zijn op overtredingen van deze verordening, houden de lidstaten overeenkomstig hun nationale wetgeving onder meer rekening met de mogelijkheid voor roamingaanbieders om abonnees te vergoeden voor eventuele vertragingen of obstakels die zich bij de overstap naar een andere roamingaanbieder voordoen.

🡻 2017/920 overweging 22 (aangepast)

 nieuw

(59)De werking van de wholesaleroamingmarkten en hun wisselwerking met de retailroamingmarkten moet gecontroleerd en regelmatig geëvalueerd worden, waarbij rekening moet worden gehouden met de ontwikkelingen op het vlak van de concurrentie en de technologie alsmede met verkeersstromen. Hiertoe moet de Commissie uiterlijk op 15 december 2018 bij het Europees Parlement en de Raad een tussentijds verslag indienen met een overzicht van de effecten van de afschaffing van retailroamingtoeslagen, waarbij rekening wordt gehouden met relevante Berec-rapporten. Vervolgens moet dDe Commissie moet bij het Europees Parlement en de Raad tweejaarlijkse  twee  verslagen indienen. Het eerste dergelijke verslag moet uiterlijk 15 december 2019 worden ingediend. In haar tweejaarlijkse verslagen moet de Commissie met name nagaan of roaming tegen thuistarief een impact heeft op de evolutie van de tariefregelingen die op de retailmarkten beschikbaar zijn. Hiervoor moet enerzijds worden nagegaan of tariefregelingen worden aangeboden met uitsluitend binnenlandse diensten, zonder retailroamingdiensten, wat de doelstelling zelf van roaming tegen thuistarief ondermijnt, en anderzijds of er sprake is van een mindere beschikbaarheid van regelingen met een vast tarief, wat ook een verlies kan opleveren voor de consumenten en de doelstellingen van de digitale interne markt kan ondermijnen. In haar tweejaarlijkse verslagen moet de Commissie in het bijzonder nagaan in welke mate uitzonderlijke retailroamingtoeslagen zijn toegestaan door de nationale regelgevende instanties, of exploitanten van het thuisnetwerk hun binnenlandse tariefmodel kunnen behouden en of exploitanten van bezochte netwerken de effectief gemaakte kosten van de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten kunnen dekken.  Daarnaast moet in de verslagen van de Commissie worden beoordeeld hoe de toegang tot de verschillende netwerktechnologieën en -generaties op wholesaleniveau wordt gewaarborgd; in welke mate handelsplatformen en soortgelijke instrumenten worden gebruikt voor de verhandeling van verkeer op wholesaleniveau; hoe intermachinale roaming zich ontwikkelt; welke problemen aanhouden op detailhandelsniveau met betrekking tot diensten met toegevoegde waarde en de toepassing van de maatregelen inzake noodcommunicatie . Om dergelijke verslaglegging mogelijk te maken en vervolgens te kunnen beoordelen hoe de roamingmarkten zich aanpassen aan voorschriften betreffende roaming tegen thuistarief, moeten voldoende gegevens worden verzameld over de werking van die markten nadat die voorschriften ten uitvoer zijn gelegd.

🡻 2017/920 overweging 23

 nieuw

(60)Om de ontwikkelingen op het gebied van de concurrentie op Uniebrede roamingmarkten te beoordelen en om regelmatig verslag uit te brengen over wijzigingen van daadwerkelijke wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer tussen aanbieders van roamingdiensten, moet Berec gegevens verzamelen over de daadwerkelijke tarieven die respectievelijk voor gelijk en ongelijk verkeer worden toegepast. Verder moet Berec gegevens verzamelen over gevallen waarin partijen bij een wholesaleroamingovereenkomst hebben afgezien van de toepassing van maximale wholesaleroamingtarieven of waarin zij maatregelen op wholesaleniveau hebben getroffen die zijn gericht op het voorkomen van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie. Op basis van de verzamelde gegevens  die voldoende fijnmazig worden verzameld , brengt Berec regelmatig verslag uit over de verhouding tussen retailprijzen, wholesaletarieven en wholesalekosten voor roamingdiensten.  Berec moet ook de nodige gegevens verzamelen om het toezicht op de elementen die overeenkomstig artikel 21, lid 1, van deze verordening moeten worden beoordeeld, mogelijk te maken. 

🡻 2017/920 overweging 24 (aangepast)

(61)De Commissie, Berec en de nationale regelgevende instanties moeten de vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens volledig waarborgen bij de uitwisseling van informatie met het oog op de beoordeling en bewaking van en het toezicht op de toepassing van deze  Vverordening (EU) nr. 531/2012. Naleving van de vertrouwelijkheidsvereisten van bedrijfsgegevens mag de nationale regelgevende instanties bijgevolg niet verhinderen tijdig vertrouwelijke informatie voor dergelijke doeleinden te kunnen uitwisselen.

 nieuw

(62)Om ervoor te zorgen dat de maximale wholesaletarieven gebaseerd zijn op recente en geactualiseerde gegevens, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen tot wijziging van de maximale wholesaletarieven die een exploitant van een bezocht netwerk aan de roamingaanbieder mag aanrekenen voor de levering van gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten via dat bezochte netwerk. In deze verordening moeten gedetailleerde criteria en parameters worden vastgesteld op basis waarvan de waarden van die maximale wholesaletarieven worden bepaald. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven 77 . Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen, ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen stelselmatig toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die zich bezighouden met de voorbereiding van de gedelegeerde handelingen.

🡻 531/2012 overweging 95 en 2015/2120 overweging 34 (aangepast)

 nieuw

(63)Aangezien de doelstellingen van deze verordening, namelijk de invoering van een gemeenschappelijke aanpak om ervoor te zorgen dat de gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie, waarbij een hoog niveau van bescherming van de consument wordt bereikt door de vrije mededinging tussen de roamingaanbieders te versterken,  voorzien in een gemeenschappelijke aanpak om ervoor te zorgen dat gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken wanneer zij binnen de Unie reizen geen buitensporige tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie in vergelijking met concurrerende nationale tarieven, waarbij de transparantie wordt verbeterd en ervoor wordt gezorgd dat het aanbod van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen houdbaar is en dat er een authentieke roamingervaring tegen thuistarief wordt geboden wat betreft servicekwaliteit en toegang tot noodhulpdiensten tijdens het roamen, door de lidstaten niet voldoende op zekere, geharmoniseerde en tijdige wijze kunnen worden verwezenlijkt en  maar derhalve beter kunnen worden verwezenlijkt op het niveau van de Unie, kan de Unie maatregelen vaststellen in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel als neergelegd in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan hetgeen nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

🡻 2017/920 overweging 27

(64)Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en neemt de beginselen in acht die met name in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie zijn erkend.,

🡻 2015/2120 overweging 35 (aangepast)

(65)De Europese toezichthouder voor gegevensbescherming werd overeenkomstig artikel 4228, lid 2, van Verordening (EU) 2018/1725 78  (EG) nr. 45/2001 79 van het Europees Parlement en de Raad geraadpleegd en heeft op 24 november 2013 advies uitgebracht.

🡻 531/2012 overweging 12

Het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 is gebaseerd op het beginsel dat verplichtingen via regelgeving ex ante slechts kunnen worden opgelegd als de markt niet voldoende concurrerend is, en voorziet in een proces van periodieke marktanalyse en herziening van verplichtingen door de nationale regelgevende instanties. Dit leidt tot het opleggen van verplichtingen ex ante aan exploitanten die zijn aangewezen als exploitanten met een aanmerkelijke marktmacht. De elementen van dit proces zijn onder meer de afbakening van de relevante markten in overeenstemming met de aanbeveling van de Commissie betreffende relevante producten- en dienstenmarkten in de elektronischecommunicatiesector die overeenkomstig Richtlijn 2002/21/EG aan regelgeving ex ante kunnen worden onderworpen 80 (hierna „de aanbeveling” genoemd), de analyse van de afgebakende markten overeenkomstig de richtsnoeren van de Commissie voor de marktanalyse en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht in het bestek van het uniale regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten 81 , de aanwijzing van de exploitanten met aanmerkelijke marktmacht en het opleggen van verplichtingen ex ante aan de op die wijze aangewezen exploitanten.

🡻 531/2012 overweging 13 (aangepast)

In de aanbeveling werd de nationale wholesalemarkt voor internationale roaming via openbare mobiele netwerken aangewezen als een relevante markt voor regulering ex ante. De werkzaamheden van de nationale regelgevende instanties, zowel afzonderlijk als in het kader van de Europese Groep van regelgevende instanties (ERG) en zijn opvolger, het bij Verordening (EG) nr. 1211/2009 82 opgerichte Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec), ter analyse van de nationale wholesalemarkten voor internationale roaming hebben echter aangetoond dat het voor de nationale regelgevende instanties nog niet mogelijk is gebleken om het hoge niveau van de wholesaletarieven voor roaming in de Unie aan te pakken gezien de moeilijkheid om ondernemingen met aanmerkelijke marktmacht te identificeren wegens de specifieke kenmerken van internationale roaming, waaronder de grensoverschrijdende aard ervan. Na de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 717/2007 werd de roamingmarkt uit de herziene aanbeveling 83 geschrapt.

🡻 531/2012 overweging 15

Bijgevolg is er druk op de lidstaten om maatregelen te treffen om het niveau van de internationale roamingtarieven aan te pakken maar de praktijk heeft uitgewezen dat het door het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 ingestelde mechanisme voor regulering ex ante door de nationale regelgevende instanties niet volstaat om het voor die instanties mogelijk te maken om op dit specifieke gebied op een beslissende wijze op te treden in het belang van de consument.

🡻 531/2012 overweging 16 (aangepast)

Voorts werd de Commissie in de resolutie van het Europees Parlement inzake Europese elektronischecommunicatieregelgeving en -markten 84 verzocht nieuwe initiatieven te nemen om de hoge kosten van het grensoverschrijdende mobiele-telefoonverkeer terug te dringen, terwijl de Europese Raad van 23 en 24 maart 2006 concludeerde dat een gericht, doeltreffend en geïntegreerd beleid voor de informatie- en communicatietechnologie (ICT), zowel op het niveau van de Unie als op nationaal niveau, essentieel is voor het behalen van de doelstellingen van economische groei en productiviteit, en in dat verband wees op het belang van lagere roamingtarieven voor het concurrentievermogen.

🡻 531/2012 overweging 17

Het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 was bedoeld, op basis van de overwegingen die toen duidelijk waren, om alle handelsbelemmeringen tussen de lidstaten op het gebied dat door dit kader werd geharmoniseerd, weg te werken, onder meer maatregelen die gevolgen hebben voor de roamingtarieven. Dit mag evenwel niet beletten dat geharmoniseerde regels worden aangepast uit hoofde van andere overwegingen teneinde met de meest doeltreffende middelen de concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten te stimuleren en een hoog niveau van consumentenbescherming te bewerkstelligen.

🡻 531/2012 overweging 21 (aangepast)

Verordening (EG) nr. 717/2007 verstrijkt op 30 juni 2012. Voordat deze verordening verstrijkt, heeft de Commissie overeenkomstig artikel 11 daarvan een evaluatie uitgevoerd waarbij zij diende na te gaan of de doelstellingen van die verordening verwezenlijkt waren en zij de ontwikkeling moest evalueren van de wholesale- en retailtarieven voor de levering aan roamende klanten van gespreks-, sms- en datacommunicatiediensten. In haar verslag aan het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2011 over de evaluatie van de resultaten van Verordening (EG) nr. 717/2007 kwam de Commissie tot de conclusie dat de geldigheid van Verordening (EG) nr. 717/2007 diende te worden verlengd tot na 30 juni 2012.

🡻 531/2012 overweging 22 (aangepast)

Uit de gegevens over de ontwikkeling van de tarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten in de Unie sedert de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 717/2007, met name de gegevens van de nationale regelgevende instanties die ieder kwartaal via het Berec worden meegedeeld, blijkt niet dat de concurrentie op retail- of wholesaleniveau een toereikend niveau heeft bereikt en dat er na juni 2012 zonder regelgeving sprake zal zijn van duurzame concurrentie. Uit deze gegevens blijkt dat de retail- en wholesaleroamingtarieven nog altijd veel hoger zijn dan de binnenlandse prijzen en rond de bij Verordening (EG) nr. 717/2007, vastgestelde plafonds blijven liggen en dat er onder deze plafonds slechts beperkte concurrentie is.

🡻 531/2012 overweging 23 (aangepast)

Het verstrijken op 30 juni 2012 van de geldigheid van de prijsplafonds die op grond van Verordening (EG) nr. 717/2007 van toepassing zijn op roamingdiensten op wholesale- en retailniveau binnen de Unie zou derhalve een groot risico inhouden dat het gebrek aan concurrentiedruk op de interne markt voor roamingdiensten en de prikkel voor roamingaanbieders om hun inkomsten uit roaming te maximaliseren, zouden leiden tot retail- en wholesaletarieven voor roaming in de Unie die geen redelijke weerspiegeling vormen van de onderliggende kosten van de levering van de dienst, waardoor de doelstellingen van die verordening in het gedrang zouden komen. De regelgevende maatregelen op de markt voor mobiele-roamingdiensten moeten derhalve na 30 juni 2012 worden verlengd om te zorgen voor de soepele werking van de interne markt door de concurrentie zich te laten ontwikkelen en er tegelijk voor te zorgen dat consumenten, in vergelijking met concurrerende nationale tarieven, geen buitensporige tarieven worden aangerekend.

🡻 531/2012 overweging 30

Omdat mobielecommunicatiediensten als bundels van zowel binnenlandse als roamingdiensten worden verkocht, beschikt de consument voor roamingdiensten slechts over beperkte keuzemogelijkheden. Een dergelijke bundeling leidt tot minder transparantie inzake roamingdiensten aangezien het moeilijk is om de individuele onderdelen van de bundels te vergelijken. Bijgevolg is er nog geen zichtbare concurrentie tussen de exploitanten op basis van de roamingcomponent van de mobiele bundels. De beschikbaarheid van roaming als afzonderlijke dienstverlening faciliteren zou de structurele problemen aanpakken door consumenten beter bewust te maken van de roamingtarieven, een afzonderlijke keuze voor roamingdiensten mogelijk te maken en derhalve de concurrentiedruk aan de vraagzijde te verhogen. Deze maatregel zal derhalve bijdragen tot de goede werking van de interne markt voor roamingdiensten.

🡻 531/2012 overweging 41

Totdat structurele maatregelen voldoende concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten hebben gebracht en aldus kunnen leiden tot verlagingen van de wholesalekosten die op hun beurt zouden kunnen leiden tot lagere tarieven voor de consumenten, bestaat de meest doeltreffende en evenredige wijze om de tarieven voor het initiëren en ontvangen van roamingoproepen binnen de Unie te reguleren in de vaststelling op EU-niveau van een maximaal gemiddeld tarief per minuut op het wholesaleniveau en van maximumtarieven op retailniveau, door middel van het bij Verordening (EG) nr. 717/2007 ingevoerde eurotarief, dat werd aangevuld met het bij Verordening (EG) nr. 544/2009 85 ingevoerde euro-sms-tarief en dat dient te worden uitgebreid door het eurodatatarief waarin deze verordening voorziet. Het gemiddelde wholesaletarief moet over een specifieke periode worden toegepast tussen alle exploitanten binnen de Unie.

🡻 531/2012 overweging 42

De tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven moeten worden vastgesteld op een preventief niveau waarop een voldoende marge voor de roamingaanbieders is gegarandeerd en waarop concurrerende roamingaanbiedingen tegen lagere tarieven worden gestimuleerd en dat tegelijk waarborgt dat de voordelen voor de consument tijdens de overgangsfase voor de invoering van de structurele maatregelen niet alleen behouden blijven maar nog toenemen. Tijdens die periode dienen de roamingaanbieders de consumenten actief te informeren over de eurotarieven en deze aan al hun roamende klanten aan te bieden, kosteloos en op een duidelijke en transparante wijze.

🡻 531/2012 overweging 43

De tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven die aan roamende klanten dienen te worden aangeboden, moeten een redelijke marge boven de wholesalekosten van de verstrekking van een roamingdienst weerspiegelen, terwijl de roamingaanbieders de vrijheid behouden om de concurrentie aan te gaan door hun aanbod te differentiëren en hun tariefstructuur aan te passen aan de marktomstandigheden en de voorkeuren van de consument. De preventieve plafonds mogen geen afbreuk doen aan de concurrentievoordelen van structurele maatregelen en kunnen worden opgeheven zodra gebleken is dat de structurele maatregelen concrete voordelen opleveren voor de consument. Deze reguleringsaanpak moet niet gelden voor het deel van het tarief dat wordt aangerekend voor het aanbieden van diensten met een toegevoegde waarde, maar enkel voor de tarieven voor de aansluiting op deze diensten.

🡻 531/2012 overweging 44

Deze reguleringsaanpak moet op een eenvoudige wijze kunnen worden ingevoerd en gecontroleerd teneinde de administratieve belasting te minimaliseren voor zowel de exploitanten en roamingaanbieders waarop de voorschriften ervan gelden, als de nationale regelgevende instanties die verantwoordelijk zijn voor toezicht en handhaving. De aanpak moet ook transparant zijn en direct begrijpelijk voor alle mobiele klanten in de Unie. Verder zou hiermee zekerheid en voorspelbaarheid moeten worden geboden voor exploitanten die wholesale- en retailroamingdiensten aanbieden. Daarom moeten in deze verordening de maximale tarieven per minuut op wholesale- en retailniveau worden vermeld en uitgedrukt in geldbedragen.

🡻 531/2012 overweging 45

Bij het aldus gespecificeerde gemiddelde maximumtarief per minuut op wholesaleniveau moeten de verschillende elementen van een roamingoproep binnen de Unie in aanmerking worden genomen, met name de kosten van gespreksopbouw en -afgifte over mobiele netwerken en met inbegrip van overhead, signalering en doorgifte. De meest geschikte benchmark voor gespreksopbouw en -afgifte is het gemiddelde tarief voor mobiele afgifte voor exploitanten van mobiele netwerken in de Unie, gebaseerd op door de nationale regelgevende instanties verstrekte en door de Commissie gepubliceerde informatie. Bij de bepaling van de in deze verordening vastgestelde gemiddelde maximumtarieven per minuut moet daarom rekening worden gehouden met het gemiddelde tarief voor mobiele afgifte, dat een benchmark vormt voor de betrokken kosten. Het gemiddelde maximumtarief per minuut op wholesaleniveau zou jaarlijks moeten dalen om rekening te houden met verlagingen van de tarieven voor mobiele afgifte die van tijd tot tijd door de nationale regelgevende instanties worden opgelegd.

🡻 531/2012 overweging 46

Het tijdelijke op retailniveau toepasselijke eurogesprekstarief moet roamende klanten de zekerheid bieden dat zij geen buitensporig hoge tarieven moeten betalen wanneer zij een gereguleerd roaminggesprek initiëren of ontvangen, en moet de roamingaanbieders voldoende ruimte geven om de door hen aan de consument aangeboden producten te differentiëren.

🡻 531/2012 overweging 47

Tijdens de overgangsperiode met preventieve plafonds moeten alle klanten de mogelijkheid hebben om zonder bijkomende kosten of voorwaarden een eenvoudig roamingtarief te kiezen dat niet hoger is dan de maximumtarieven en hierover te worden geïnformeerd. Dankzij een redelijke marge tussen wholesalekosten en retailprijzen moeten de roamingaanbieders al hun specifieke roamingkosten op retailniveau kunnen dekken, met inbegrip van een passend deel van de marketingkosten en van gesubsidieerde mobiele telefoons, en houden zij voldoende over om een redelijke winst te boeken. De tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven vormen een passend middel om enerzijds de consument te beschermen en anderzijds de roamingaanbieder flexibiliteit te bieden. Parallel met het wholesaleniveau moeten de maximumgrenzen van de eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven jaarlijks dalen.

🡻 531/2012 overweging 48

Tijdens de overgangsperiode met preventieve plafonds moeten nieuwe roamende klanten op duidelijke en begrijpelijke wijze volledig worden ingelicht over de bestaande tarieven voor roaming binnen de Unie, met inbegrip van de tarieven die in overeenstemming zijn met de tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven. Bestaande roamende klanten moet de mogelijkheid worden geboden om binnen een bepaald tijdsbestek te kiezen voor een nieuw tarief dat in overeenstemming is met de tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven, of voor andere roamingtarieven. Voor bestaande roamende klanten die binnen dat tijdsbestek geen keuze hebben gemaakt, moet onderscheid worden gemaakt tussen degenen die reeds voor de inwerkingtreding van deze verordening gekozen hadden voor een specifiek roamingtarief of -pakket, en degenen die dat niet hadden gedaan. Klanten die onder deze laatste categorie vallen, moeten automatisch een tarief krijgen dat voldoet aan deze verordening. Roamende klanten die al specifieke roamingtarieven- of pakketten hebben die aan hun persoonlijke vereisten beantwoorden en die op die grond hun keuze hebben gemaakt, zouden hun eerder gekozen tarief of pakket moeten behouden indien zij, na te zijn gewezen op hun huidige tariefvoorwaarden en de geldende eurotarieven, de keuze aan hun roamingaanbieder kenbaar maken om dat tarief te handhaven. Dergelijke specifieke roamingtarieven kunnen bijvoorbeeld vaste roamingtarieven omvatten, niet-publieke tarieven, tarieven met aanvullende vaste roamingtarieven, tarieven met bedragen per minuut die lager zijn dan het maximale eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven of tarieven met set-up charges.

🡻 531/2012 overweging 49 (aangepast)

Aangezien deze verordening een speciale maatregel als bedoeld in artikel 1, lid 5, van de kaderrichtlijn moet vormen, en aangezien leveranciers van roamingdiensten in de Unie zich op grond van deze verordening verplicht zouden kunnen zien veranderingen aan te brengen in hun retail-roamingtarieven om aan de voorschriften van deze verordening te voldoen, zouden mobiele klanten aan die veranderingen geen rechten mogen ontlenen om uit hoofde van nationale wetten waarin het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 is omgezet, hun contracten op te zeggen.

🡻 531/2012 overweging 50 (aangepast)

Deze verordening hoeft geen belemmering te vormen voor de invoering van innovatieve consumentenaanbiedingen die voordeliger zijn dan de in deze verordening bepaalde tijdelijke eurogespreks-, euro-sms- en eurodatatarieven, maar zou eerder innoverende aanbiedingen aan roamende klanten voor lagere tarieven moeten aanmoedigen, met name in antwoord op de extra concurrentiedruk die wordt gecreëerd door de structurele bepalingen waarin deze verordening voorziet. Deze verordening schrijft niet voor dat roamingtarieven opnieuw worden ingevoerd waar zij eventueel volledig zijn afgeschaft en evenmin dat bestaande roamingtarieven worden verhoogd tot de in deze verordening vastgestelde tijdelijke preventieve plafonds.

   

🡻 531/2012 overweging 53 (aangepast)

Volgens ramingen van de ERG, de voorloper van het Berec, leidt de praktijk van exploitanten van mobiele netwerken om intervallen van meer dan één seconde te factureren wanneer zij roamingdiensten op retailniveau in rekening brengen, tot een verhoging van een doorsnee eurogesprekstariefrekening met 24 % voor geïnitieerde en 19 % voor ontvangen oproepen. Voorts heeft de ERG verklaard dat deze verhogingen een vorm van verborgen kosten zijn, omdat zij voor de meeste consumenten niet transparant zijn. De ERG doet dan ook de dringende aanbeveling een oplossing te zoeken voor de verschillende factureringspraktijken die op retailniveau op het eurogesprekstarief worden toegepast.

🡻 531/2012 overweging 54

Hoewel Verordening (EG) nr. 717/2007 door middel van het eurotarief in de Unie heeft voorzien in een gemeenschappelijke aanpak om ervoor te zorgen dat roamende klanten voor gereguleerde roaminggesprekken geen buitensporige prijzen worden aangerekend, wordt een consequente toepassing ervan ernstig ondermijnd door de verschillende factureringspraktijken van de exploitanten van mobiele netwerken. Dit betekent ook dat er ondanks de grensoverschrijdende aard van Uniedekkende roamingdiensten verschillende aanpakken bestaan voor de facturering van gereguleerde roaminggesprekken die de concurrentievoorwaarden in de interne markt verstoren.

🡻 531/2012 overweging 55

Het verdient dus aanbeveling gemeenschappelijke voorschriften in te voeren met betrekking tot de facturering van eurogesprekstariefeenheden op retailniveau om de interne markt verder te versterken en consumenten van roamingdiensten in de Unie een hoog en voor de gehele Unie gelijk niveau van bescherming te bieden.

🡻 531/2012 overweging 56

Aanbieders die gereguleerde roaminggesprekken op retailniveau aanbieden, moeten derhalve worden verplicht hun klanten alle gesprekken waarvoor een eurogesprekstarief geldt per seconde te factureren met alleen de mogelijkheid een minimumaanvangsperiode te factureren van ten hoogste 30 seconden voor geïnitieerde oproepen. Op deze manier brengen roamingaanbieders redelijke kosten in rekening voor de totstandbrenging van de verbinding en wordt flexibiliteit geboden zodat zij kunnen concurreren door kortere tariferingsperiodes aan te bieden. Voor inkomende gesprekken waarvoor het eurogesprekstarief geldt, is een dergelijke aanvangstariferingsperiode niet gerechtvaardigd, omdat de onderliggende wholesalekosten per seconde in rekening worden gebracht en eventuele specifieke kosten voor de totstandbrenging van de verbinding reeds door mobieleafgiftetarieven zijn gedekt.

🡻 531/2012 overweging 57

Op bezochte netwerken ontvangen voicemailberichten dienen de klant niet in rekening te worden gebracht, omdat hij op de duur van deze berichten geen invloed heeft. Dit geldt niet voor andere voicemailkosten, bijvoorbeeld kosten voor het beluisteren.

🡻 531/2012 overweging 59

Voor sms-roamingdiensten, evenals in het geval van gespreksroamingdiensten, is er een aanzienlijk risico dat het opleggen van verplichte wholesaleprijzen op zich niet automatisch zal leiden tot lagere tarieven voor retailklanten. Anderzijds zouden maatregelen om het niveau van de retailprijzen omlaag te brengen zonder iets te doen aan het niveau van de wholesalekosten die verband houden met de levering van deze diensten, de positie van een aantal roamingaanbieders, met name kleinere roamingaanbieders, in gevaar kunnen brengen, omdat het risico van tariefuitholling toeneemt.

🡻 531/2012 overweging 60

Gezien de specifieke structuur en de grensoverschrijdende aard van de markt voor roamingdiensten heeft het regelgevingskader voor elektronische communicatie van 2002 de nationale regelgevende instanties bovendien niet de geschikte instrumenten geboden om de concurrentieproblemen die ten grondslag liggen aan het hoge niveau van de wholesale- en retailprijzen voor gereguleerde sms-roamingdiensten aan te pakken. Hierdoor functioneert de interne markt niet soepel en is corrigerende regelgeving geboden.

🡻 531/2012 overweging 61

Regelgevingsverplichtingen moeten derhalve worden opgelegd voor gereguleerde sms-roamingdiensten op wholesaleniveau zodat een betere verhouding ontstaat tussen wholesaletarieven en de onderliggende kosten, en gedurende een overgangsperiode op retailniveau om de belangen van roamende consumenten te beschermen tot de structurele maatregelen effect sorteren.

🡻 531/2012 overweging 62

Totdat de structurele maatregelen voldoende concurrentie op de markt voor roamingdiensten hebben gebracht, bestaat de meest doelmatige en evenredige aanpak om het prijsniveau voor gereguleerde sms-roamingdiensten op retailniveau te reguleren in het op EU-niveau vaststellen van een gemiddeld maximumtarief per sms-bericht dat verzonden wordt vanuit een bezocht netwerk. Het gemiddelde wholesaletarief moet over een specifieke periode worden toegepast tussen alle exploitanten binnen de Unie.

🡻 531/2012 overweging 63

Het maximum wholesaletarief voor gereguleerde sms-roamingdiensten moet alle kosten van de aanbieder van de wholesaledienst omvatten, met inbegrip van onder meer de kosten van gespreksopbouw, transit en de niet gedekte afgiftekosten van sms-roamingberichten op het bezochte netwerk. Om te zorgen voor een consequente toepassing van de bij deze verordening vastgestelde regels mogen wholesaleaanbieders van gereguleerde sms-roamingdiensten derhalve geen afzonderlijk bedrag in rekening brengen voor de afgifte van sms-roamingberichten op hun netwerk.

🡻 531/2012 overweging 65 (aangepast)

In Verordening (EG) nr. 544/2009 werd ervan uitgegaan dat, bij gebrek aan structurele elementen die voor concurrentie op de markt voor roamingdiensten zorgen, de invoering van een verplichting voor exploitanten van mobiele netwerken om hun roamende klanten een euro-sms-tarief aan te bieden dat een bepaald maximumtarief niet overschrijdt, de meest doelmatige en evenredige aanpak was om het retailprijsniveau voor sms-roamingberichten in de Unie te reguleren.

🡻 531/2012 overweging 66 (aangepast)

Totdat de structurele maatregelen effect sorteren, moet het tijdelijke euro-sms-tarief worden gehandhaafd op een preventief niveau dat de roamingaanbieders voldoende marge biedt en tegelijkertijd zorgt voor een meer getrouwe afspiegeling van de onderliggende aanbiedingskosten en geen afbreuk doet aan de bestaande consumentenvoordelen.

🡻 531/2012 overweging 67 (aangepast)

Het tijdelijke euro-sms-tarief dat roamende klanten kan worden aangeboden, moet derhalve een redelijke marge inhouden ten opzichte van de kosten waarmee de levering van een gereguleerde sms-roamingdienst gepaard gaat, waarbij roamingaanbieders kunnen concurreren door hun aanbod te variëren en door de prijsstructuur aan te passen aan de marktomstandigheden en de voorkeur van de consumenten. Een dergelijk preventief plafond moet worden vastgesteld op een niveau dat de concurrentievoordelen van structurele maatregelen niet verstoort en kan worden opgeheven zodra de structurele maatregelen effect sorteren. Deze regelgevingsaanpak mag niet van toepassing zijn op sms-diensten met toegevoegde waarde.

🡻 531/2012 overweging 68

Roamende klanten mogen niet verplicht worden een aanvullend bedrag te betalen voor de ontvangst van een gereguleerd sms- of voicemailbericht met roaming op een bezocht netwerk, omdat de afgiftekosten reeds zijn doorberekend in de retailkosten voor de verzending van een sms- of voicemailbericht met roaming.

🡻 531/2012 overweging 69 (aangepast)

Een euro-sms-tarief moet automatisch van toepassing zijn op elke nieuwe of bestaande roamende klant die niet vrijwillig kiest of heeft gekozen voor een bijzonder sms-roamingtarief of een pakket voor roamingdiensten met inbegrip van gereguleerde sms-roamingdiensten.

🡻 531/2012 overweging 70

Een sms-bericht is een „Short Message Service”-tekstbericht en onderscheidt zich duidelijk van andere berichten zoals mms-berichten of e-mails. Om ervoor te zorgen dat deze verordening niet van zijn nuttig effect wordt beroofd en de doelstellingen ervan ten volle worden verwezenlijkt, moeten eventuele wijzigingen van de technische parameters van een sms-roamingbericht, waardoor het gedifferentieerd wordt van een binnenlands sms-bericht, worden verboden.

🡻 531/2012 overweging 71 (aangepast)

Uit gegevens die bijeen zijn gebracht door de nationale regelgevende instanties blijkt dat de gemiddelde wholesaletarieven voor dataroamingdiensten die worden aangerekend door de exploitanten van bezochte netwerken aan de roamingaanbieders van roamende klanten hoog blijven. Zelfs wanneer de wholesaletarieven een neerwaartse trend vertonen, blijven zij zeer hoog in verhouding tot de onderliggende kosten.

🡻 531/2012 overweging 72 (aangepast)

Dat het niveau van de wholesaletarieven voor dataroamingdiensten nog steeds erg hoog ligt, kan voornamelijk worden toegeschreven aan de hoge wholesaletarieven die worden aangerekend door exploitanten van niet-preferentiële netwerken. Deze tarieven zijn het gevolg van beperkingen in verband met verkeerssturing, waardoor de exploitanten geen prikkel hebben om hun wholesaletarieven eenzijdig te verlagen, omdat het dataverkeer hoe dan ook wordt ontvangen, ongeacht de prijs die in rekening wordt gebracht. Dit leidt tot extreme variaties in de wholesalekosten. In sommige gevallen zijn de tarieven voor dataroaming op wholesaleniveau die van toepassing zijn op niet-preferentiële netwerken, zes maal hoger dan die welke van toepassing zijn op het preferentiële netwerk. Deze buitensporig hoge wholesaletarieven voor dataroamingdiensten leiden tot een aanzienlijke verstoring van de concurrentievoorwaarden tussen mobiele exploitanten in de Unie, die de soepele werking van de interne markt ondermijnen. Zij maken het voorts moeilijker voor roamingaanbieders om hun wholesalekosten te voorspellen en hun klanten transparante en concurrerende retailprijspakketten aan te bieden. Omdat de nationale regelgevende instanties deze problemen op nationaal niveau minder doelmatig kunnen aanpakken, moet een maximum wholesaletarief worden vastgesteld voor wholesaleprijzen voor dataroamingdiensten. Regelgevingsverplichtingen moeten derhalve worden opgelegd voor gereguleerde dataroamingdiensten op wholesaleniveau om een redelijker verband te leggen tussen wholesaletarieven en de onderliggende kosten, en op retailniveau om de belangen van roamende consumenten te beschermen.

🡻 531/2012 overweging 73

Roamingaanbieders mogen de roamende klant geen kosten in rekening brengen voor gereguleerde dataroamingdiensten, zolang de roamende klant niet akkoord is gegaan met de levering van de dienst.

🡻 531/2012 overweging 74 (aangepast)

De werkingssfeer van deze verordening moet de levering van Uniewijde retail dataroamingdiensten omvatten. De bijzondere kenmerken van de markten voor roamingdiensten die het vaststellen van Verordening (EG) nr. 717/2007 en het opleggen van verplichtingen aan mobiele exploitanten met betrekking tot het verrichten van diensten op het gebied van roaminggesprekken en -sms-berichten binnen de Unie rechtvaardigden, gelden nu evenzeer voor de levering van retail dataroamingdiensten in de Unie. Evenals gespreks- en sms-roamingdiensten, worden dataroamingdiensten niet onafhankelijk op nationaal niveau aangekocht, maar maken zij slechts deel uit van een breder retailpakket dat klanten van hun roamingaanbieder kopen, zodat de concurrentie op dit gebied wordt beperkt. Gelet voorts op de grensoverschrijdende aard van de diensten in kwestie, zijn de nationale regelgevende instanties die verantwoordelijk zijn voor het beschermen en bevorderen van de belangen van klanten van mobiele netwerken die op hun grondgebied woonachtig zijn, niet in staat het gedrag te controleren van de exploitanten van het bezochte netwerk die zich in andere lidstaten bevinden.

🡻 531/2012 overweging 75 (aangepast)

Zoals bij de reeds bestaande regelgevende maatregelen voor gespreks- en sms-diensten en totdat de structurele maatregelen voor voldoende concurrentie zorgen, bestaat de meest doelmatige en evenredige aanpak om het prijsniveau voor Uniewijde dataroamingdiensten tijdens een overgangsperiode op retailniveau te reguleren, erin roamingaanbieders te verplichten hun roamende klanten een tijdelijk eurodatatarief aan te bieden dat niet hoger ligt dan een vastgestelde maximumtarief. Het eurodatatarief moet worden vastgesteld op een preventief niveau dat de roamingaanbieders, totdat de structurele maatregelen effect sorteren, voldoende marge biedt en tegelijkertijd een meer getrouwe afspiegeling van de onderliggende aanbiedingskosten waarborgt.

🡻 531/2012 overweging 76 (aangepast)

Het tijdelijke eurodatatarief dat roamende klanten kan worden aangeboden, moet derhalve een redelijke marge inhouden ten opzichte van de kosten waarmee de levering van een gereguleerde dataroamingdienst gepaard gaat, waarbij roamingaanbieders kunnen concurreren door hun aanbod te variëren en door de prijsstructuur aan te passen aan de marktomstandigheden en de voorkeur van de consumenten. Een dergelijk preventief plafond moet worden vastgesteld op een niveau dat de concurrentievoordelen van structurele maatregelen niet verstoort en kan worden opgeheven zodra blijkt dat de structurele maatregelen concrete en blijvende voordelen voor de consument opleveren. Naar analogie van de voor gespreks- en sms-roamingdiensten gevolgde aanpak en gelet op de verwachte daling van de onderliggende kosten voor het aanbieden van dataroamingdiensten, moeten de gereguleerde maximumprijzen voor het tijdelijke eurodatatarief een dalende trend volgen.

🡻 531/2012 overweging 77 (aangepast)

Een tijdelijk eurodatatarief moet automatisch van toepassing zijn op elke nieuwe of bestaande roamende klant die niet vrijwillig kiest of heeft gekozen voor een bijzonder dataroamingtarief of een pakket roamingdiensten met inbegrip van gereguleerde dataroamingdiensten.

🡻 531/2012 overweging 78 (aangepast)

Om te waarborgen dat consumenten betalen voor de datadiensten die zij daadwerkelijk gebruiken en de problemen te voorkomen die na de invoering van Verordening (EG) nr. 717/2007 zijn ontstaan, waarbij verkapte heffingen voor gespreksdiensten werden aangerekend op basis van de door exploitanten gehanteerde tariefmechanismen, moet het tijdelijke eurodatatarief per kilobyte worden gefactureerd. Dergelijke tarifering spoort met het tariefsysteem dat op wholesaleniveau reeds wordt toegepast.

🡻 531/2012 overweging 79

Roamingaanbieders mogen een vast maandtarief op basis van een redelijk gebruik aanbieden waarin alles is inbegrepen en waarop geen maximumtarieven van toepassing zijn en dat alle roamingdiensten in de Unie kan dekken.

🡻 531/2012 overweging 80 (aangepast)

Opdat alle gebruikers van mobiele spraaktelefonie er baat bij hebben, moeten de tijdelijke retail-tariefvoorschriften gelden ongeacht of roamende klanten een prepaid- dan wel een postpaid-contract met hun roamingaanbieder hebben en ongeacht of de roamingaanbieder een eigen netwerk heeft, een exploitant van een virtueel mobiel netwerk is dan wel een wederverkoper van mobiele spraaktelefoniediensten is.

🡻 531/2012 overweging 83 (aangepast)

Eveneens omwille van de transparantie dienen de leveranciers informatie te verstrekken over roamingtarieven, met name de eurogespreks-, euro-sms- en eurogegevenstarieven en het vaste all-in tarief, als zij dat aanbieden, wanneer een abonnement wordt genomen en telkens wanneer de roamingtarieven gewijzigd worden. Roamingaanbieders moeten met passende middelen, zoals op facturen of via internet, tv-reclame of direct mail, informatie verstrekken over roamingtarieven. Alle informatie en aanbiedingen moeten duidelijk en begrijpelijk zijn, vergelijking toelaten en transparant zijn voor wat de prijzen en kenmerken van de diensten betreft. Reclame voor roamingaanbiedingen en marketing naar consumenten toe moeten volledig in overeenstemming zijn met de wetgeving inzake consumentenbescherming, in het bijzonder Richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt („richtlijn oneerlijke handelspraktijken”) 86 . Roamingaanbieders dienen ervoor te zorgen dat al hun roamende klanten zich bewust zijn van het bestaan van gereguleerde tarieven tijdens de betrokken periode en deze klanten een duidelijke en ondubbelzinnige schriftelijke mededeling te sturen waarin de voorwaarden van de eurogespreks-, euro-sms- en eurogegevenstarieven worden beschreven, alsook het recht om over te stappen naar en van die tarieven.

🡻 531/2012 overweging 85

Roamingaanbieders moeten hun roamende klanten met name kosteloos gepersonaliseerde tariefinformatie verschaffen over de kosten van dataroamingdiensten die voor deze klanten gelden telkens wanneer zij bij binnenkomst in een ander land gebruikmaken van een dataroamingdienst. Deze informatie moet zodanig op hun mobiel toestel worden verstrekt dat ze eenvoudig te ontvangen en te begrijpen is, en later opnieuw kan worden geraadpleegd.

🡻 531/2012 overweging 86

Roamingaanbieders dienen ervoor te zorgen dat hun klanten zowel vóór als na de sluiting van een overeenkomst naar behoren worden voorgelicht over de tarieven die van toepassing zijn op gereguleerde dataroamingdiensten, zodat deze een beter inzicht krijgen in de financiële gevolgen van het gebruik van dataroamingdiensten en hun uitgaven kunnen bewaken en beheersen. Dergelijke informatie zou kunnen bestaan uit voorbeelden van de hoeveelheid die bij benadering wordt gebruikt voor, bijvoorbeeld het verzenden van een e-mail of een afbeelding, webbrowsing en het gebruik van mobiele toepassingen.

🡻 531/2012 overweging 96 (aangepast)

De regelgevingsverplichtingen inzake de wholesaletarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten moeten in stand worden gehouden totdat de structurele maatregelen effect sorteren en er zich voldoende concurrentie op de wholesalemarkten heeft ontwikkeld. Voorts blijkt uit de huidige markttendensen dat datadiensten geleidelijk het belangrijkste segment van de markt voor mobiele diensten zullen worden en vertoont de wholesalemarkt voor dataroamingdiensten op dit moment de grootste dynamiek met prijzen die aanzienlijk lager liggen dan de reguleringstarieven.

🡻 531/2012 overweging 97 (aangepast)

De preventieve retailplafonds moeten voldoende hoog zijn om de potentiële concurrentievoordelen van structurele maatregelen niet in het gedrang te brengen en kunnen volledig worden opgeheven zodra deze maatregelen effect sorteren en tot een reële interne markt heeft geleid. Derhalve dienen de preventieve retailplafonds een neerwaartse trend te volgen en uiteindelijk te verdwijnen.

🡻 531/2012 overweging 98 (aangepast)

De Commissie dient de doeltreffendheid van deze verordening te evalueren in het licht van de doelstellingen daarvan en de bijdrage tot de uitvoering van het 2002 regelgevend kader voor elektronische communicatie en het soepel functioneren van de interne markt. In dit verband moet de Commissie de gevolgen nagaan voor de concurrentiepositie van de aanbieders van mobielecommunicatiediensten van uiteenlopende omvang en uit verschillende delen van de Unie, de ontwikkelingen, trends en de transparantie van retail- en wholesaletarieven, de verhouding daarvan tot de feitelijke kosten, de mate waarin de in de effectbeoordeling bij deze verordening geformuleerde aannames zijn bevestigd, en de compliancekosten en de gevolgen voor de investeringen. De Commissie dient in het licht van de technologische ontwikkelingen voorts aandacht te schenken aan de beschikbaarheid en de kwaliteit van diensten die een alternatief vormen voor roaming (zoals toegang via wifi).

🡻 531/2012 overweging 99 (aangepast)

Zolang de concurrentie op retail- en wholesaleniveau onvoldoende ontwikkeld is, moeten regelgevingsverplichtingen inzake wholesale- en retailtarieven voor gespreks-, sms- en dataroamingdiensten gehandhaafd worden met het oog op de bescherming van de consument. Daarom moet de Commissie uiterlijk 30 juni 2016 beoordelen of de doelstellingen van deze verordening zijn verwezenlijkt, en met name of de structurele maatregelen volledig zijn ingevoerd en de concurrentie op de interne markt voor roamingdiensten voldoende ontwikkeld is. Indien de Commissie tot de conclusie komt dat de concurrentie onvoldoende ontwikkeld is, legt zij het Europees Parlement en de Raad passende voorstellen voor om vanaf 2017 een afdoende consumentenbescherming te garanderen.

🡻 531/2012 overweging 100 (aangepast)

Na de bovenbedoelde evaluatie en om ervoor te zorgen dat voortdurend toezicht wordt gehouden op de roamingdiensten in de Unie, dient de Commissie om de twee jaar een verslag voor het Europees Parlement en de Raad op te stellen met een algemene samenvatting van de laatste trends op het gebied van roamingdiensten en een tussentijdse beoordeling van de vooruitgang die geboekt is bij het behalen van de doelstellingen van deze verordening, en de mogelijke alternatieve opties om deze doelstellingen te bereiken.

🡻 531/2012 (aangepast)

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

1.    Bij dDeze verordening wordt  voorziet in een gemeenschappelijke aanpak ingevoerd die ervoor moet zorgen dat gebruikers van openbare mobielecommunicatienetwerken, wanneer zij binnen de Unie reizen, in vergelijking met concurrerende binnenlandse prijzen geen buitensporig hoge tarieven betalen voor roamingdiensten in de Unie wanneer zij oproepen initiëren of ontvangen, sms-berichten initiëren of ontvangen of gebruikmaken van pakketgeschakelde datacommunicatiediensten, waardoor wordt bijgedragen aan de soepele werking van de interne markt en de consument tegelijkertijd een hoog niveau van bescherming wordt geboden, de vrije concurrentie en de doorzichtigheid van de markt worden bevorderd en zowel prikkels voor innovatie als keuzevrijheid voor de consument worden geboden.

🡻 531/2012 (aangepast)

 nieuw

Deze verordening voorziet in regels die het mogelijk maken dat gereguleerde roamingdiensten afzonderlijk van binnenlandse mobielecommunicatiediensten worden verkocht, en bepaalt de voorwaarden voor de wholesaletoegang tot publieke mobielecommunicatienetwerken met het oog op het aanbieden van gereguleerde roamingdiensten. De verordening voorziet tevens in tijdelijke regels betreffende de tarieven die de roamingaanbieders in rekening kunnen brengen voor de levering in de Unie van gereguleerde roamingdiensten voor telefoongesprekken en sms-berichten met opbouw en afgifte binnen de Unie en voor pakketgeschakelde datacommunicatiediensten die door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij roamen op een mobielcommunicatienetwerk in de Unie. De verordening is van toepassing op zowel de tarieven die op wholesaleniveau door de netwerkaanbieders in rekening worden gebracht als op die welke op retailniveau door de roamingaanbieders worden gehanteerd.

2.    De afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten van binnenlandse mobielecommunicatiediensten is een noodzakelijke tussenstap naar meer mededinging om zodoende de roamingtarieven voor klanten te verlagen en de markt te laten evolueren naar een interne markt voor mobielecommunicatiediensten, zodat er uiteindelijk geen onderscheid zal bestaan tussen nationale en roamingtarieven.

23.    Bij deze verordening worden tevens regels ingevoerd ter vergroting van de prijstransparantie en ter verbetering van de verstrekking van informatie over tarieven aan gebruikers van roamingdiensten.

4.    Deze verordening is een specifieke maatregel in de zin van artikel 1, lid 5, van de kaderrichtlijn.

35.    De in deze verordening genoemde maximumtarieven zijn uitgedrukt in euro.

46.    Indien onder de artikelen  9  7, 9 en tot en met 12 vallende maximumtarieven in andere munteenheden dan de euro zijn uitgedrukt, worden de initiële grenswaarden overeenkomstig deze bepalingen vastgesteld in die munteenheden door middel van toepassing van de referentiewisselkoers die op 1 mei 2012 door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie is bekendgemaakt.

Met het oog op de daaropvolgende grenswaarden als bepaald in artikel 7, lid 2, artikel 9, lid 1, en artikel 12, lid 1, worden de herziene waarden  in die munteenheden  bepaald door middel van toepassing van  het gemiddelde van  de referentiewisselkoersen die op 1 mei  15 januari, 15 februari en 15 maart  van het betrokken kalenderjaar  door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie  zijn bekendgemaakt. Voor de maximumtarieven als bedoeld in artikel 7, lid 2, artikel 9, lid 1, en artikel 12, lid 1, worden de grenswaarden in andere munteenheden dan de euro vanaf  2023  2015 jaarlijks herzien. De jaarlijks herziene grenswaarden in die munteenheden worden vanaf 1 juli  15 mei  van kracht op basis van de referentiewisselkoers die op 1 mei van hetzelfde jaar is bekendgemaakt.

7.    Indien onder de artikelen 8, 10 en 13 vallende maximumtarieven in andere munteenheden zijn uitgedrukt, worden de initiële grenswaarden overeenkomstig deze artikelen in die munteenheden vastgesteld door middel van toepassing van de referentiewisselkoersen die op 1 maart, 1 april en 1 mei 2012 door de Europese Centrale Bank in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt.

Met het oog op de daaruit voortvloeiende grenswaarden als bepaald in artikel 8, lid 2, artikel 10, lid 2, en artikel 13, lid 2, worden de herziene waarden bepaald door middel van toepassing van de referentiewisselkoersen die aldus op 1 maart, 1 april en 1 mei van het betrokken kalenderjaar zijn bekendgemaakt. Voor de maximumtarieven als bedoeld in artikel 8, lid 2, artikel 10, lid 2, en artikel 13, lid 2, worden de grenswaarden in andere munteenheden dan de euro vanaf 2015 jaarlijks herzien. De jaarlijks herziene grenswaarden in die munteenheden worden vanaf 1 juli van kracht op basis van de referentiewisselkoers die op 1 maart, 1 april en 1 mei van hetzelfde jaar is bekendgemaakt.

Artikel 2

Definities

1.    In de zin van deze verordening zijn de definities van artikel 2 van de toegangsrichtlijn, artikel 2 van de kaderrichtlijn en artikel 2 van de universeledienstrichtlijnRichtlijn (EU) 2018/1972 van toepassing.

2.    Naast de definities waarnaar wordt verwezen in lid 1 zijn de volgende definities van toepassing:

a)“roamingaanbieder”: een onderneming die een roamende klant gereguleerde retailroamingdiensten aanbiedt;

b)“binnenlandse aanbieder”: een onderneming die een roamende klant binnenlandse mobielecommunicatiediensten aanbiedt;

c)“alternatieve roamingaanbieder”: een roamingaanbieder die niet de binnenlandse aanbieder is;

🡻 531/2012 (aangepast)

cd)“thuisnetwerk”: een openbaar communicatienetwerk dat zich bevindt binnen een lidstaat en dat door de roamingaanbieder wordt gebruikt voor de levering van gereguleerde retailroamingdiensten aan een roamende klant;

de)“bezocht netwerk”: een terrestrisch openbaar mobielcommunicatienetwerk dat zich bevindt in een lidstaat die niet de lidstaat is waarin de binnenlandse aanbieder van de roamende klant zich bevindt, en dat het voor een roamende klant mogelijk maakt om oproepen te initiëren of te ontvangen, sms-berichten te initiëren of te ontvangen of gebruik te maken van pakketgeschakelde datacommunicatie door middel van regelingen met de exploitant van het thuisnetwerk;

ef)“roaming in de Unie”: het gebruik door roamende klanten van een mobiel toestel om oproepen binnen de Unie te initiëren of te ontvangen, sms-berichten binnen de Unie te initiëren of te ontvangen, of gebruik te maken van pakketgeschakelde datacommunicatie, terwijl zij in een andere lidstaat zijn dan die waar zich het netwerk van de binnenlandse aanbieder bevindt, door middel van regelingen tussen de exploitant van het thuisnetwerk en de exploitant van het bezochte netwerk;

fg)“roamende klant”: een klant van een roamingaanbieder van gereguleerde roamingdiensten, die gebruik maakt van een terrestrisch openbaar mobielcommunicatienetwerk dat zich in de Unie bevindt, en aan wie op grond van zijn contract of regeling met deze roamingaanbieder roaming in de Unie is toegestaan;

gh)“gereguleerd roaminggesprek”: een mobiel telefoongesprek dat hetzij is geïnitieerd door een roamende klant, opgebouwd op een bezocht netwerk en afgegeven op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie, hetzij is ontvangen door een roamende klant, opgebouwd op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie en afgegeven op een bezocht netwerk;

hj)“sms-bericht”: een hoofdzakelijk uit alfabetische en/of numerieke tekens, of beide, samengesteld kort tekstbericht (Short Message Service) dat kan worden verzonden tussen mobiele en/of vaste nummers die in overeenstemming met de nationale nummerplannen zijn toegewezen;

ik)“gereguleerd roaming-sms-bericht”: een sms-bericht dat verzonden is door een roamende klant, met opbouw op een bezocht netwerk en afgifte op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie, of dat is ontvangen door een roamende klant, met opbouw op een openbaar communicatienetwerk binnen de Unie en met afgifte op een bezocht netwerk;

jm)“gereguleerde roamingdatadienst”: een roamingdienst waarmee pakketgeschakelde datacommunicatie door een roamende klant kan worden gebruikt door middel van zijn mobiel toestel, terwijl het is verbonden met een bezocht netwerk,. Een gereguleerde roamingdatadienst omvat niet  met uitzondering van de verzending of ontvangst van gereguleerde roaminggesprekken of sms-berichten, maar wel  inclusief  de verzending en ontvangst van mms-berichten;

ko)“toegang tot wholesaleroaming”: rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming of toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop;

lp)“rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming”: het onder vastgestelde voorwaarden beschikbaar stellen van faciliteiten en/of diensten , of beide, door de exploitant van een mobiel netwerk aan een andere onderneming, met de bedoeling dat die onderneming gereguleerde roamingdiensten aan roamende klanten aanbiedt;

mq)“toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop”: het op wholesalebasis aanbieden van roamingdiensten door de exploitant van een mobiel netwerk, die niet de exploitant van een bezocht netwerk is, aan een andere onderneming, met de bedoeling dat die onderneming gereguleerde roamingdiensten aanbiedt aan roamende klanten;

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 1, b)

nr)“binnenlandse retailprijs”: binnenlands retailtarief per eenheid dat een roamingaanbieder hanteert voor geïnitieerde gesprekken en verzonden sms-berichten (beide geïnitieerd en beëindigd op verschillende openbare communicatienetwerken binnen dezelfde lidstaat) en voor gegevens die worden gebruikt door een klant; indien er geen specifieke binnenlandse retailtarief per eenheid is, wordt de binnenlandse retailprijs geacht het tariefmechanisme te zijn dat van toepassing is op de klant voor geïnitieerde gesprekken en verzonden sms-berichten (beide geïnitieerd en beëindigd op verschillende openbare communicatienetwerken binnen dezelfde lidstaat) en voor gegevens die worden gebruikt in de lidstaat van die klant.;

s)“afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten” : het rechtstreeks op een bezocht netwerk aanbieden, door een alternatieve roamingaanbieder, van gereguleerde dataroamingdiensten aan de roamende klant.

🡻 531/2012

 nieuw

Artikel 3

Toegang tot wholesaleroaming

1.    De exploitant van een mobiel netwerk voldoet aan elk redelijk verzoek om toegang tot wholesaleroaming , met name door de roamingaanbieder in staat te stellen de in eigen land aangeboden retaildiensten te repliceren, voor zover dit technisch haalbaar is .

2.    De exploitant van een mobiel netwerk kan een verzoek om toegang tot wholesaleroaming uitsluitend op grond van objectieve criteria weigeren.

3.    Toegang tot wholesaleroaming omvat de toegang tot alle netwerkonderdelen en bijbehorende faciliteiten, relevante diensten, software en informatiesystemen die nodig zijn om klanten gereguleerde roamingdiensten aan te bieden , op basis van elke beschikbare netwerktechnologie en -generatie  .

🡻 2017/920 artikel 1, punt 1, a)

4.     De regels betreffende de tarieven voor gereguleerde wholesaleroaming, zoals neergelegd in de artikelen 107, 119 en 12, zijn van toepassing op de verlening van toegang op alle netwerkonderdelen van wholesaleroaming als bedoeld in lid 3, tenzij beide partijen bij de overeenkomst betreffende wholesaleroaming uitdrukkelijk overeenkomen dat elk gemiddeld wholesaleroamingtarief dat voortvloeit uit de toepassing van de overeenkomst tijdens de looptijd van de overeenkomst niet wordt onderworpen aan het maximale tarief voor gereguleerde wholesaleroaming.

🡻 531/2012

Onverminderd de eerste alinea, kan de exploitant van een mobiel netwerk in het geval van toegang tot wholesaleroaming via doorverkoop, billijke en redelijke prijzen berekenen voor netwerkonderdelen die niet onder lid 3 vallen.

5.    Exploitanten van een mobiel netwerk maken een referentieofferte bekend, waarin de richtsnoeren van het Berec als bedoeld in lid 8 in aanmerking zijn genomen, en zij stellen deze beschikbaar aan een onderneming die om toegang tot wholesaleroaming verzoekt. Exploitanten van een mobiel netwerk verschaffen de onderneming die om toegang verzoekt, uiterlijk binnen een maand na ontvangst van het verzoek door de exploitant van een mobiel netwerk, een ontwerpcontract dat aan dit artikel voldoet. Toegang tot wholesaleroaming wordt toegestaan binnen een redelijke termijn van ten hoogste drie maanden na de sluiting van het contract. Exploitanten van een mobiel netwerk die een verzoek om toegang tot wholesaleroaming ontvangen, en de ondernemingen die om toegang verzoeken, onderhandelen te goeder trouw.

🡻 2017/920 artikel 1, punt 1, b)

 nieuw

6.    De referentieofferte als bedoeld in lid 5 moet voldoende zijn gespecificeerd en moet alle componenten omvatten die nodig zijn voor de in lid 3 bedoelde toegang tot wholesaleroaming, waarbij een beschrijving wordt gegeven van het aanbod betreffende rechtstreekse toegang tot wholesaleroaming en toegang via doorverkoop tot wholesaleroaming, en ook de bijbehorende bepalingen en voorwaarden. De referentieofferte bevat alle informatie die de roamingaanbieder nodig heeft om ervoor te zorgen dat zijn klanten kosteloos toegang hebben tot noodhulpdiensten door middel van noodcommunicatie naar de meest geschikte alarmcentrale en dat locatiegegevens van de oproeper kosteloos worden doorgegeven naar de meest geschikte alarmcentrale bij het gebruik van roamingdiensten.

Die referentieofferte kan voorwaarden omvatten ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie. Indien dit zo bepaald is in een referentieofferte, kunnen die voorwaarden de specifieke maatregelen omvatten die de exploitant van een bezocht netwerk kan nemen ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, alsook de objectieve criteria op grond waarvan dergelijke maatregelen kunnen worden genomen. Dergelijke criteria kunnen betrekking hebben op geaggregeerde informatie over roamingverkeer. Zij mogen geen betrekking hebben op specifieke informatie over het individuele verkeer van klanten van de roamingaanbieder.

In de referentieofferte kan onder meer worden bepaald dat wanneer de exploitant van het bezochte netwerk gegronde redenen heeft om aan te nemen dat er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, de exploitant van het bezochte netwerk mag verlangen dat de roamingaanbieder, onverminderd de uniale en nationale voorschriften inzake gegevensbescherming, informatie verstrekt op basis waarvan kan worden vastgesteld of een aanzienlijk percentage van de klanten van de roamingaanbieder zich in een toestand van permanente roaming bevindt dan wel of er sprake is van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming op het netwerk van de exploitant van het bezochte netwerk, zoals informatie over het percentage klanten waarvoor een risico op afwijkend gebruik of misbruik van gereguleerde retailroamingdiensten tegen de geldende binnenlandse retailprijs is vastgesteld op basis van objectieve indicatoren overeenkomstig de gedetailleerde voorschriften betreffende de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik dat is vastgesteld overeenkomstig artikel 86 quinquies.

De referentieofferte kan, in laatste instantie en wanneer minder strenge maatregelen niet volstonden om die toestand aan te pakken, voorzien in de mogelijkheid om een wholesaleroamingovereenkomsten te beëindigen indien de exploitant van het bezochte netwerk op basis van objectieve criteria heeft vastgesteld dat er sprake is van permanente roaming door een aanzienlijk percentage klanten van de roamingaanbieder of van afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, en de exploitant van het thuisnetwerk hiervan in kennis heeft gesteld.

De exploitant van het bezochte netwerk kan de wholesaleroamingovereenkomst enkel eenzijdig beëindigen op grond van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming na voorafgaande goedkeuring door de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk.

Binnen drie maanden na ontvangst van een verzoek door de exploitant van het bezochte netwerk om toestemming voor de beëindiging van een wholesaleroamingovereenkomst beslist de nationale regelgevende instantie van het bezochte netwerk, na raadpleging van de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het thuisnetwerk, om dat verzoek in te willigen dan wel af te wijzen, en stelt zij de Commissie daarvan in kennis.

De nationale regelgevende instanties van de exploitant van het bezochte netwerk en van de exploitant van het thuisnetwerk kunnen Berec verzoeken een opinie te geven over de overeenkomstig deze verordening te nemen maatregelen. Berec stelt zijn opinie vast binnen een maand na ontvangst van een dergelijk verzoek.

Wanneer Berec werd geraadpleegd, moet de nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk afwachten en zoveel mogelijk rekening houden met de door Berec gegeven opinie alvorens binnen de in de zesde alinea bedoelde termijn van drie maanden te beslissen om de beëindiging van de wholesaleroamingovereenkomst krachtens de zesde alinea in te willigen dan wel af te wijzen.

De nationale regelgevende instantie van de exploitant van het bezochte netwerk maakt informatie betreffende toestemmingen om wholesaleroamingovereenkomst te beëindigen openbaar, met inachtneming van de vertrouwelijkheidsvereisten inzake bedrijfsgegevens.

De vijfde tot en met de negende alinea van dit lid doen geen afbreuk aan de krachtens artikel 1816, lid 76 aan de nationale regelgevende instantie verleende bevoegdheid om onmiddellijke beëindiging te eisen van een inbreuk op de in deze verordening uiteengezette verplichtingen uit hoofde van artikel 1816, lid 76, van die verordening en evenmin aan het recht van de exploitant van het bezochte netwerk om passende maatregelen te nemen om fraude te bestrijden.

Indien nodig, leggen nationale regelgevende instanties wijzigingen op met betrekking tot referentieoffertes, onder meer inzake de specifieke maatregelen die de exploitant van het bezochte netwerk kan nemen ter voorkoming van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming, alsook inzake de objectieve criteria op grond waarvan de exploitant van het bezochte netwerk dergelijke maatregelen kan nemen, om gevolg te geven aan de in dit artikel neergelegde verplichtingen.

🡻 531/2012 (aangepast)

7.    Indien de onderneming die om toegang verzoekt, wenst dat zakelijke onderhandelingen worden geopend over het opnemen van componenten die buiten de referentieofferte vallen, wordt een dergelijk verzoek door de exploitant van een mobiel netwerk beantwoord binnen een redelijke termijn van ten hoogste twee maanden na ontvangst van het oorspronkelijke verzoek. Voor de toepassing van dit lid zijn de leden 2 en 5 niet van toepassing.

8.    Als bijdrage aan de consistente toepassing van dit artikel stelt  actualiseert  het Berec uiterlijk 30 september 2012  uiterlijk zes maanden na de vaststelling van deze verordening , na raadpleging van de belanghebbenden en in nauwe samenwerking met de Commissie,  de overeenkomstig artikel 3, lid 8, van Verordening (EU) nr  531/2012 vastgestelde  richtsnoeren betreffende toegang tot wholesaleroaming op.

9.    De leden 5, 6 en 7 zijn van toepassing met ingang van 1 januari 2013.

Artikel 4

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 3, a)

Afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten

🡻 531/2012

1.    De roamingaanbieder noch de binnenlandse aanbieder verhindert dat de klant toegang heeft tot gereguleerde dataroamingdiensten die rechtstreeks op het bezochte netwerk worden aangeboden door een alternatieve roamingaanbieder.

2.    De roamende klant heeft steeds het recht naar een andere roamingaanbieder over te stappen. Indien hij daarvoor kiest, vindt de overstap onverwijld plaats, en in ieder geval binnen de kortste termijn die mogelijk is in het kader van de technische oplossing die is gekozen voor de uitvoering van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde roamingdiensten op retailniveau, maar die onder geen beding langer mag zijn dan drie werkdagen na de sluiting van het contract met de nieuwe roamingaanbieder.

3.    De klant kan in elk tariefplan kosteloos naar een alternatieve roamingaanbieder of naar een andere roamingaanbieder overstappen. Hieraan is geen abonnement of zijn geen additionele vaste of terugkerende kosten verbonden voor andere elementen van het abonnement dan roaming, in vergelijking met de voorwaarden die vóór de overstap golden.

6.    Dit artikel is vanaf 1 juli 2014 van toepassing.

Artikel 5

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 4, a)

Uitvoering van afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 4, b)

1.    Binnenlandse aanbieders voeren de verplichting met betrekking tot de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten als bedoeld in artikel 4 uit, opdat roamende klanten gebruik kunnen maken van afzonderlijke gereguleerde dataroamingdiensten. Binnenlandse aanbieders voldoen aan ieder redelijk verzoek om toegang tot faciliteiten en gerelateerde ondersteuningsdiensten die verband houden met de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten. De toegang tot de faciliteiten en ondersteunende diensten, die nodig zijn voor de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten — met inbegrip van diensten voor authenticatie van gebruikers — is kosteloos en brengt voor roamende klanten geen directe kosten met zich mee.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 4, c)

2.    Met het oog op een consistente en gelijktijdige invoering in de gehele Unie van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten stelt de Commissie, door middel van uitvoeringshandelingen en na raadpleging van BEREC, gedetailleerde voorschriften vast inzake een technische oplossing voor de uitvoering van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 6, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 4, d)

3.    De technische oplossing ter uitvoering van de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retaildataroamingdiensten voldoet aan de volgende criteria:

🡻 531/2012

a)klantvriendelijkheid, waarbij klanten in het bijzonder gemakkelijk en snel kunnen overstappen naar een alternatieve roamingaanbieder met behoud van hun mobiel nummer en gebruik van hetzelfde mobiele toestel;

b)de mogelijkheid om op een concurrerende manier in te spelen op de verschillende categorieën van vraag bij de klanten, met inbegrip van intensief gebruik van datadiensten;

c)de mogelijkheid om op een doeltreffende manier mededinging te stimuleren, rekening houdend met het gebied waarbinnen aanbieders hun infrastructuur of handelsafspraken kunnen toepassen;

d)kostenefficiëntie, rekening houdend met de verdeling van kosten tussen de binnenlandse aanbieders en alternatieve roamingaanbieders;

e)de mogelijkheid om op efficiënte wijze uitvoering te geven aan de in artikel 4, lid 1, bedoelde verplichtingen;

f)de mogelijkheid tot maximale interoperabiliteit;

g)gebruiksvriendelijkheid, in het bijzonder wat betreft de technische bediening van het mobiele toestel door de klant in geval van verandering van netwerk;

h)verzekeren dat roaming door burgers van de Unie in derde landen of door klanten uit derde landen in de Unie niet wordt belemmerd;

i)handhaving van de in de kaderrichtlijn en de bijzondere richtlijnen vervatte voorschriften inzake bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de persoonsgegevens, beveiliging en integriteit van de netwerken, alsook transparantie;

j)aandacht voor de omstandigheid dat de nationale reguleringsinstanties de eindgebruikers beter in staat stellen informatie te raadplegen of te verspreiden, of gebruik te maken van toepassingen en diensten naar keuze, in overeenstemming met artikel 8, lid 4, onder g), van de kaderrichtlijn;

k)verzekeren dat de aanbieders in gelijke omstandigheden gelijke voorwaarden toepassen.

4.    De technische oplossing kan erin bestaan dat gebruik wordt gemaakt van een of meer technische modaliteiten om aan de criteria van lid 3 te voldoen.

5.    Indien nodig geeft de Commissie een Europese normalisatie-instantie een mandaat de normen te wijzigen die nodig zijn voor een geharmoniseerde uitvoering van de afzonderlijke verkoop van retailroamingdiensten.

6.    Leden 1, 3, 4 en 5 zijn van toepassing met ingang van 1 juli 2014.

🡻 531/2012

Artikel 6 4 

Comitéprocedure

1.    De Commissie wordt bijgestaan door het Comité voor communicatie dat is ingesteld bij artikel 118, lid 1,22 van de kaderrichtlijn Richtlijn (EU) 2018/1972. Dat Comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2.    In de gevallen waarin naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 5 (aangepast)

Artikel 5 6 bis

 Verlening van gereguleerde retailroamingdiensten 

Afschaffing van retailroamingtoeslagen

Met ingang van 15 juni 2017 brengen roamingaanbieders, indien de wetgevingshandeling die moet worden vastgesteld naar aanleiding van het in artikel 19, lid 2, bedoelde voorstel op die datum van toepassing is, 

1. Roamingaanbieders brengen roamende klanten in eender welke lidstaat geen toeslag bovenop de binnenlandse retailprijs in rekening voor geïnitieerde of ontvangen gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten of gebruikte gereguleerde dataroamingdiensten, waaronder mms-berichten, noch algemene kosten om de eindapparatuur of de dienst in het buitenland te kunnen gebruiken, onverminderd de artikelen 66 ter en 76 quater.

 nieuw

2. Voor zover technisch haalbaar zorgen roamingaanbieders ervoor dat gereguleerde retailroamingdiensten worden aangeboden onder de voorwaarden die ook van toepassing zijn indien in eigen land van dergelijke diensten gebruik wordt gemaakt, met name wat de servicekwaliteit betreft.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 5 (aangepast)

Artikel 6 6 ter

Redelijk gebruik

1.    Roamingaanbieders kunnen in overeenstemming met dit artikel en de in artikel 86 quinquies bedoelde uitvoeringshandelingen een beleid inzake “redelijk gebruik” toepassen op het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten die tegen het geldende binnenlandse retailprijsniveau worden verleend, ter voorkoming van misbruik of afwijkend gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten door roamende klanten, zoals het gebruik van dergelijke diensten door roamende klanten in een andere lidstaat dan die van hun binnenlandse aanbieder voor andere doeleinden dan periodieke reizen.

Een beleid inzake “redelijk gebruik” stelt de klant van de roamingaanbieder in staat tegen het geldende binnenlandse retailtarief volumes gereguleerde retailroamingdiensten af te nemen die stroken met hun respectieve tariefplannen.

2.    Artikel 96 sexies is van toepassing op gereguleerde retailroamingdiensten die een van de door een beleid inzake „redelijk gebruik” gestelde grenzen, overschrijden.

Artikel 7 6 quater

Houdbaarheid van de afschaffing van retailroamingtoeslagen Houdbaarheidsmechanisme 

1.    In specifieke en uitzonderlijke omstandigheden kan de roamingaanbieder, teneinde de houdbaarheid van zijn binnenlands tariefmodel te waarborgen en wanneer hij zijn totale werkelijke en geraamde kosten voor het leveren van gereguleerde roamingdiensten overeenkomstig de artikelen 56 bis en 66 ter, niet kan dekken met zijn werkelijke en geraamde inkomsten uit die diensten, verzoeken om een toeslag te mogen aanrekenen. Die toeslag wordt uitsluitend toegepast voor zover dit nodig is om de kosten van de levering van gereguleerde retailroamingdiensten te dekken, met inachtneming van de toepasselijke maximale wholesaletarieven.

2.    Indien een roamingaanbieder besluit van lid 1 van dit artikel gebruik te maken, dient hij onverwijld een verzoek in bij de nationale regelgevende instantie en verstrekt hij deze alle nodige informatie overeenkomstig de in artikel 86 quinquies bedoelde uitvoeringshandelingen. Daarna actualiseert de roamingaanbieder deze informatie om de twaalf maanden en verstrekt hij die aan de nationale regelgevende instantie.

3.    Bij ontvangst van het in lid 2 bedoelde verzoek beoordeelt de nationale regelgevende instantie of de roamingaanbieder heeft aangetoond dat hij niet in staat is de kosten overeenkomstig lid 1 te dekken, met als gevolg dat de houdbaarheid van zijn binnenlands tariefmodel zal worden ondermijnd. De beoordeling van de houdbaarheid van het binnenlands tariefmodel is gebaseerd op relevante objectieve factoren die specifiek zijn voor de roamingaanbieder, waaronder objectieve verschillen tussen roamingaanbieders in de betrokken lidstaat en het binnenlandse prijs- en inkomstenniveau. De nationale regelgevende instantie keurt de toeslag goed indien aan in lid 1 en dit lid neergelegde voorwaarden is voldaan.

4.    De nationale regelgevende instantie keurt de toeslag goed binnen een maand na ontvangst van een verzoek uit hoofde van lid 2, tenzij het verzoek kennelijk ongegrond is of bij het verzoek onvoldoende informatie is verstrekt. Wanneer de nationale regelgevende instantie van oordeel is dat het verzoek kennelijk ongegrond is, of meent dat onvoldoende informatie is verstrekt, neemt zij, na de roamingaanbieder de gelegenheid te hebben geboden te worden gehoord, binnen een nieuwe termijn twee maanden een definitief besluit waarbij zij de toeslag toestaat, wijzigt of weigert.

Artikel 8 6 quinquies

Toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik en van  het houdbaarheidsmechanisme  de houdbaarheid van de afschaffing van retailroamingtoeslagen

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 5 (aangepast)

 nieuw

1.    Met het oog op de uniforme toepassing van de artikelen 66 ter en 76 quater stelt de Commissie, na raadpleging van BerecBEREC, uiterlijk op 15 december 2016 uitvoeringshandelingen vast ter vastlegging van gedetailleerde voorschriften betreffende de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik, betreffende de methode voor de beoordeling van de houdbaarheid van de afschaffing  het aanbod van van retailroamingtoeslagen  retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen en betreffende het verzoek dat een roamingaanbieder ten behoeve van die beoordeling moet indienen , en herziet zij deze periodiek in het licht van de marktontwikkelingen . Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 64, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

2.    Met betrekking tot artikel 6 ter houdt de Commissie, bBij het vaststellen van de uitvoeringshandelingen ter vastlegging van de gedetailleerde voorschriften betreffende de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik, houdt de Commissie rekening met het volgende:

a)de ontwikkeling van prijsstellings- en gebruikspatronen in de lidstaten;

b)de mate van convergentie van de binnenlandse prijsniveaus binnen de Unie;

c)de reispatronen binnen de Unie;

d)waarneembare risico’s van verstoring van de concurrentie en investeringsstimulansen op thuismarkten en bezochte markten.

3.    Met betrekking tot artikel 6 quater zorgt de Commissie, Bbij het vaststellen van de uitvoeringshandelingen ter vastlegging van de gedetailleerde voorschriften inzake de methode voor de beoordeling van de houdbaarheid van het aanbod van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen  de afschaffing van retailroamingtoeslagen voor een roamingaanbieder, zorgt de Commissie ervoor dat die voorschriften op het volgende zijn gebaseerd:

a)de bepaling van de totale werkelijke en geraamde kosten voor het leveren van gereguleerde retailroamingdiensten, onder verwijzing naar de effectieve wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer en een redelijk aandeel van de gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten die moeten worden gemaakt om gereguleerde retailroamingdiensten te leveren;

b)de bepaling van de totale werkelijke en geraamde inkomsten uit het leveren van gereguleerde retailroamingdiensten;

c)het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten en het binnenlandse gebruik door de klanten van de roamingaanbieder;

d)het concurrentie-, prijs- en inkomstenniveau op de binnenlandse markt, en elk merkbaar risico dat roaming tegen binnenlandse retailprijzen een aanzienlijke invloed zou hebben op de ontwikkeling van die prijzen.

4.    De Commissie evalueert op gezette tijden de op grond van lid 1 vastgestelde uitvoeringshandelingen in het licht van de marktontwikkelingen.

45.    De nationale regelgevende instantie voert strenge controle en toezicht uit op de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik en van de maatregelen voor de houdbaarheid van het aanbod van retailroamingdiensten tegen binnenlandse prijzen  de afschaffing van retailroamingtoeslagen, waarbij zij zoveel mogelijk rekening houdt met relevante objectieve factoren die specifiek zijn voor de betrokken lidstaat en met relevante objectieve verschillen tussen roamingaanbieders. Onverminderd de procedure van artikel 76 quater, lid 3, handhaaft de nationale regelgevende instantie tijdig de voorschriften van de artikelen 66 ter en 76 quater, en de op grond van  in  lid 1 2 van dit artikel vastgestelde  genoemde uitvoeringshandelingen. De nationale regelgevende instantie kan op elk moment verlangen dat de roamingaanbieder de toeslag wijzigt of ervan afziet indien hij niet voldoet aan de artikelen 66 ter of 76 quater. De nationale regelgevende instantie stelt de Commissie jaarlijks op de hoogte betreffende de toepassing van de artikelen 66 ter en 76 quater, en van dit artikel.

 nieuw

5.    Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 blijft van toepassing tot de inwerkingtreding van een nieuwe overeenkomstig lid 1 vastgestelde uitvoeringshandeling.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 5 (aangepast)

 nieuw

Artikel 9 6 sexies

Verlening van gereguleerde retailroamingdiensten  Uitzonderlijke toepassing van retailtoeslagen voor het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten en aanbod van alternatieve tarieven  

1.    Onverminderd het bepaalde in de tweede alinea, voldoet een roamingaanbieder die een toeslag aanrekent voor het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten dat een van de door een beleid inzake redelijk gebruik gestelde grenzen overschrijdt, aan de volgende voorschriften (exclusief btw):

a)de toeslag voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten en gereguleerde dataroamingdiensten ligt niet hoger dan de maximale wholesaletarieven bedoeld in respectievelijk artikel 107, lid 2, artikel 119, lid 1, en artikel 12, lid 1;

b)de som van de binnenlandse retailprijs en de toeslag voor geïnitieerde gereguleerde roaminggesprekken, verzonden gereguleerde roaming-sms-berichten en gereguleerde dataroamingdiensten ligt niet hoger dan respectievelijk 0,19 EUR per minuut, 0,06 EUR per sms-bericht en 0,20 EUR per gebruikte megabyte;

cb)de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken bedraagt niet meer dan de enkele maximumtarieven voor mobiele gespreksafgifte voor de hele Unie die voor dat jaar zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 75, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972. Indien de Commissie na haar evaluatie van de op grond van artikel 75, lid 1, van Richtlijn (EU) 2018/1972 vastgestelde gedelegeerde handeling besluit dat de vaststelling van een maximumtarief voor gespreksafgifte voor de hele Unie niet langer nodig is en geen maximumtarief voor mobiele gespreksafgifte oplegt, mag de toeslag voor ontvangen gereguleerde roaminggesprekken niet meer bedragen dan het tarief dat is vastgesteld in de meest recente gedelegeerde handeling die op grond van artikel 75 van die richtlijn is vastgesteld het gewogen gemiddelde van de maximale tarieven voor mobiele afgifte in de gehele Unie die worden bepaald overeenkomstig lid 2.

Roamingaanbieders rekenen geen toeslag aan op ontvangen gereguleerde roaming-sms-berichten of ontvangen roamingvoicemailberichten. Dit laat onverlet dat andere kosten in rekening worden gebracht, zoals kosten voor het beluisteren van dergelijke berichten.

Roamingaanbieders brengen geïnitieerde en ontvangen roaminggesprekken in rekening per seconde. Roamingaanbieder kunnen voor geïnitieerde gesprekken een aanvankelijke minimumperiode van ten hoogste 30 seconden in rekening brengen. Roamingaanbieders brengen hun klanten gereguleerde dataroamingdiensten in rekening per kilobyte, met uitzondering van mms-berichten, die per eenheid mogen worden aangerekend. In een dergelijk geval ligt het retailtarief dat een roamingaanbieder aan een roamende klant kan aanrekenen voor de doorgifte of ontvangst van een roaming-mms-bericht, niet hoger dan het in de eerste alinea voor gereguleerde dataroamingdiensten bedoelde maximale retailroamingtarief.

Tijdens de in artikel 6 septies, lid 1, bedoelde periode belet dit lid niet dat roamende klanten een bepaald volume gebruik van gereguleerde roamingdiensten tegen een tarief per dag of een ander vast periodiek tarief wordt aangeboden, op voorwaarde dat het gebruik van het volledige volume leidt tot een eenheidsprijs per geïnitieerd gereguleerd roaminggesprek, ontvangen gereguleerd roaminggesprek, verzonden gereguleerd roaming-sms-bericht en gereguleerde dataroamingdienst die niet hoger ligt dan de respectieve binnenlandse retailprijs en de maximale toeslag als bedoeld in de eerste alinea van dit lid.

2.    Uiterlijk op 31 december 2015 stelt de Commissie na raadpleging van BEREC en onverminderd de tweede alinea van dit lid, uitvoeringshandelingen vast ter bepaling van het gewogen gemiddelde van de maximale tarieven voor mobiele afgifte als bedoeld in lid 1, eerste alinea, onder c). De Commissie evalueert die uitvoeringshandelingen jaarlijks. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 6, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

Het gewogen gemiddelde van de maximale tarieven voor mobiele afgifte is gebaseerd op de volgende criteria:

a)het maximale niveau van de tarieven voor mobiele afgifte dat op de markt voor gespreksafgifte op wholesaleniveau op afzonderlijke mobiele netwerken door de nationale regelgevende instanties is opgelegd, overeenkomstig de artikelen 7 en 16 van de kaderrichtlijn en artikel 13 van de toegangsrichtlijn, en

b)het totale aantal abonnees in de lidstaten.

23.    Roamingaanbieders kunnen roamende klanten een ander roamingtarief aanbieden dan een tarief dat is vastgesteld overeenkomstig de artikelen 5 6 bis, 66 ter en 76 quater en lid 1 van dit artikel, en roamende klanten kunnen ook vrijwillig voor dat ander tarief kiezen, waardoor zij een ander tarief voor gereguleerde roamingdiensten genieten dan het tarief dat hun zou zijn aangeboden indien zij deze keuze niet hadden gemaakt. De roamingaanbieder wijst deze roamende klanten op de aard van de roamingvoordelen die daardoor verloren gaan.

Onverminderd de eerste alinea, passen roamingaanbieders het overeenkomstig de artikelen 5 6 bis en 66 ter en lid 1 van dit artikel vastgestelde tarief automatisch toe voor alle bestaande en nieuwe roamende klanten.

Een roamende klant kan op elk moment verzoeken om over te stappen naar of van het tarief dat is vastgesteld overeenkomstig de artikelen 5 6 bis, 66 ter en 76 quater, en lid 1 van dit artikel. Wanneer roamende klanten vrijwillig kiezen om over te schakelen van of naar het tarief dat wordt vastgesteld overeenkomstig de artikelen 5 6 bis, 66 ter en 76 quater en lid 1 van dit artikel, geschiedt elke overstap kosteloos binnen één werkdag na ontvangst van het verzoek, en zonder dat voorwaarden of beperkingen worden opgelegd op grond van elementen van het abonnement die geen betrekking hebben op roaming. Roamingaanbieders kunnen deze overstap uitstellen totdat het voorgaande roamingtarief gedurende een gespecificeerde minimumtermijn van kracht is geweest; deze minimumtermijn mag niet langer zijn dan twee maanden.

34.     Onverminderd deel III, titel III, van Richtlijn (EU) 2018/1972  Roamingaanbieders zorgen roamingaanbieders ervoor dat elke overeenkomst met betrekking tot een gereguleerde retailroamingdienst de belangrijkste kenmerken van die verleende gereguleerde retailroamingdienst bevat, in het bijzonder:

a)het specifieke tariefplan of de specifieke tariefplannen, en voor elk van deze tariefplannen de soorten diensten die worden aangeboden, inclusief de communicatievolumes;

b)iedere beperking die wordt opgelegd op het gebruik van gereguleerde retailroamingdiensten die tegen het geldende binnenlandse retailprijsniveau worden verleend, met name gekwantificeerde informatie over de wijze waarop een beleid inzake redelijk gebruik wordt toegepast, door verwijzing naar de belangrijkste parameters inzake prijsstelling of volumebepaling, of andere parameters van de verleende gereguleerde retailroamingdienst in kwestie;.

 nieuw

c)de servicekwaliteit die redelijkerwijs kan worden verwacht bij roaming in de Unie.

4. Roamingaanbieders zorgen ervoor dat in een contract dat een soort gereguleerde retailroamingdienst omvat, informatie wordt verstrekt over de soorten diensten waarvoor bij roaming hogere tarieven kunnen gelden.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 5 (aangepast)

 nieuw

5. Roamingaanbieders publiceren de in de eerste derde  en vierde alinea bedoelde informatie.

Artikel 6 septies

Retailroamingtoeslagen in de overgangsperiode

1.    Van 30 april 2016 tot en met 14 juni 2017 kunnen roamingaanbieders voor de levering van gereguleerde retailroamingdiensten een toeslag in aanvulling op de binnenlandse retailprijs toepassen.

2.    Tijdens de in lid 1 van dit artikel bedoelde periode, is artikel 6 sexies mutatis mutandis van toepassing.

🡻 531/2012

Artikel 10 7

Wholesaletarieven voor gereguleerde roaminggesprekken

🡻 2017/920 artikel 1, punt 2 (aangepast)

 nieuw

1.    Met ingang van 15 juni 2017 mag hHet gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van het bezochte netwerk in rekening mag brengen aan de roamingaanbieder voor de levering van een gereguleerd roaminggesprek dat op dat bezochte netwerk is opgebouwd, inclusief onder meer de kosten voor opbouw, doorgifte en afgifte, mag niet meer bedragen dan een preventief plafond van 0,032  0,022  EUR per minuut. Dat maximale wholesaletarief blijft, onverminderd artikel 19, tot en met 30 juni 2022 gehandhaafd op 0,032 EUR  neemt op 1 januari 2025 af tot 0,019 EUR en wordt, onverminderd de artikelen 21, 22 en 23, tot en met 30 juni 2032 gehandhaafd op 0,019 EUR per minuut. .

2.    Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast, en wordt berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot het eind van de periode waarin het in lid 1 bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of voor 30 juni 2022  2032 .

🡻 531/2012

3.    Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de totale wholesaleroaminginkomsten te delen door het totale aantal wholesaleroamingminuten die de exploitant tijdens het betreffende tijdvak daadwerkelijk voor de levering van wholesaleroaminggesprekken binnen de Unie heeft gebruikt, uitgedrukt in een bedrag per seconde en aangepast teneinde rekening te houden met de mogelijkheid voor de exploitant van het bezochte netwerk om een aanvankelijke minimumperiode van ten hoogste 30 seconden in rekening te brengen.

Artikel 11 9

Wholesaletarieven voor gereguleerde roaming-sms-berichten

🡻 2017/920 Art. 1.3 (aangepast)

 nieuw

1.    Met ingang van 15 juni 2017 mag hHet gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van het bezochte netwerk aan de roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van een gereguleerd roaming-sms-bericht dat geïnitieerd wordt op dat bezochte netwerk, mag niet meer bedragen dan een preventief plafond van 0,01  0,004  EUR per sms-bericht . Dat maximale wholesaletarief daalt op 1 januari 2025 tot 0,003 EUR per sms-bericht en wordt, onverminderd de artikelen 2119,  22 en 23 , tot en met 30 juni  2032  2022 gehandhaafd op 0,01  0,003  EUR.

🡻 531/2012

 nieuw

2.    Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast en berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak  tot het eind van de periode waarin het in lid 1 bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of  tot en met 30 juni  2032  2022.

3.    Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de totale door de exploitant van het bezochte netwerk of de exploitant van het thuisnetwerk ontvangen wholesale-inkomsten voor opbouw en verzending van gereguleerde roaming-sms-berichten binnen de Unie in het betreffende tijdvak, te delen door het totale aantal van die sms-berichten dat in dat tijdvak namens de roamingaanbieder of de exploitant van het thuisnetwerk werd geïnitieerd en verzonden.

4.    De exploitant van een bezocht netwerk brengt de roamingaanbieder of de exploitant van het thuisnetwerk van een roamende klant geen kosten in rekening, afgezien van het in lid 1 bedoelde tarief, voor de afgifte van een gereguleerd roaming-sms-bericht dat wordt verzonden naar een roamende klant die op dat bezochte netwerk aan het roamen is.

Artikel 11

Technische kenmerken van gereguleerde roaming sms-berichten

Roamingaanbieders, binnenlandse aanbieders, en exploitanten van een thuisnetwerk of een bezocht netwerk mogen de technische kenmerken van gereguleerde roaming-sms-berichten niet zodanig wijzigen dat zij afwijken van de technische kenmerken van sms-berichten op hun binnenlandse markt.

Artikel 12

Wholesaletarieven voor gereguleerde dataroamingdiensten

🡻 2017/920 artikel 1, punt 4 (aangepast)

 nieuw

1.    Met ingang van 15 juni 2017 mag hHet gemiddelde wholesaletarief dat de exploitant van het bezochte netwerk aan de roamingaanbieder mag berekenen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten door middel van dat bezochte netwerk, mag niet meer bedragen dan een preventief plafond van  2,00  7,70 EUR per gigabyte verzonden en ontvangen data. Dat maximale wholesaletarief daalt tot 6,00 EUR per gigabyte op 1 januari 2018, tot 4,50 EUR per gigabyte op 1 januari 2019, tot 3,50  1,50  EUR per gigabyte  verzonden en ontvangen data  op 1 januari 2020  2025  , tot 3,00 EUR per gigabyte op 1 januari 2021 en tot 2,50 EUR per gigabyte op 1 januari 2022. Het  en  wordt, onverminderd de artikelen 2119,  22 en 23 , tot en met 30 juni  2032  2022 gehandhaafd op 2,50  1,50  EUR per gigabyte verzonden en ontvangen data.

🡻 531/2012

 nieuw

2.    Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt tussen elke twee willekeurige exploitanten toegepast en berekend over een tijdvak van twaalf maanden of over elk korter resterend tijdvak tot het eind van de periode waarin het in lid 1 bedoelde maximale gemiddelde wholesaletarief wordt toegepast, of voor 30 juni 2032 tot 30 juni 2022.

3.    Het in lid 1 bedoelde gemiddelde wholesaletarief wordt berekend door de som van de wholesale-inkomsten die de exploitant van het bezochte netwerk of het thuisnetwerk heeft ontvangen voor de levering van gereguleerde dataroamingdiensten in de desbetreffende periode, te delen door het totale aantal megabytes aan data dat in die periode namens de betrokken roamingaanbieder of exploitant van het thuisnetwerk daadwerkelijk is gebruikt voor de levering van die diensten in die periode, uitgedrukt in kilobytes.

 nieuw

Artikel 13

Wholesaletarieven voor noodcommunicatie

Onverminderd de artikelen 10, 11 en 12 brengt de exploitant van het bezochte netwerk de roamingaanbieder geen kosten in rekening in verband met de door de roamende klant geïnitieerde noodcommunicatie en de doorgifte van locatiegegevens van de oproeper.

🡻 531/2012 (aangepast)

Artikel 14

Transparantie van de retailtarieven  retailvoorwaarden  voor roamingoproepen en sms-berichten

1.    Om roamende klanten attent te maken op het feit dat zij roamingkosten zullen moeten betalen wanneer zij hij een oproep initieert of ontvangt initiëren of ontvangen of wanneer zij hij een sms-bericht verzendt verzenden, verstrekt elke roamingaanbieder, behalve wanneer de klant hem heeft   klanten de roamingaanbieder hebben laten weten dat zij hij deze dienst niet wensen wenst te gebruiken, aan de klanten  klant, zodra deze een andere lidstaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder binnengaat  binnengaan , automatisch, zonder onnodige vertraging en kosteloos via een berichtendienst basale gepersonaliseerde basis prijsinformatie over de roamingtarieven (inclusief btw) die van toepassing zijn op het initiëren en ontvangen van oproepen en op het verzenden van sms-berichten door deze klant klanten in de bezochte lidstaat.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 7, a)

Die basale gepersonaliseerde prijsinformatie wordt uitgedrukt in de munteenheid van de factuur die de klant in zijn lidstaat van herkomst van zijn binnenlandse aanbieder ontvangt en bevat gegevens over:

a)het beleid inzake redelijk gebruik dat op de roamende klant binnen de Unie van toepassing is en de toeslagen bij overschrijding van een door dat beleid inzake redelijk gebruik vastgestelde grenzen, en

b)overeenkomstig artikel 76 quater aangerekende toeslagen.

 nieuw

Behalve wanneer de roamende klanten de roamingaanbieder ervan in kennis hebben gesteld dat zij deze dienst niet nodig hebben, verstrekken roamingaanbieders de klanten automatisch, door middel van een berichtendienst, zonder onnodige vertraging en kosteloos, wanneer de roamende klanten een andere lidstaat binnengaan dan die van hun binnenlandse aanbieder, informatie over het risico van hogere kosten als gevolg van het gebruik van diensten met toegevoegde waarde, inclusief een link naar een speciale webpagina met informatie over de soorten diensten waarvoor hogere kosten kunnen gelden, en, indien beschikbaar, informatie over nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde.

🡻 531/2012 (aangepast)

Zij  De in het eerste lid bedoelde basale gepersonaliseerde tariefinformatie prijsinformatie  omvat verder het in lid 2 bedoelde gratis telefoonnummer waar de klant meer gedetailleerde informatie kan verkrijgen, en informatie over de mogelijkheid nooddiensten te bereiken door het gratis Europese alarmnummer 112 te kiezen.

Bij elk bericht krijgt een klant de mogelijkheid de roamingaanbieder kosteloos en op eenvoudige wijze mee te delen dat hij geen gebruik wenst te maken van de automatische berichtendienst. Een klant die kenbaar heeft gemaakt geen gebruik te willen maken van deze automatische berichtendienst, heeft het recht om op elk moment en kosteloos de verstrekking van de dienst door de roamingaanbieder opnieuw te verlangen.

Op verzoek wordt de in de eerste alinea bedoelde basale gepersonaliseerde basis prijsinformatie door de roamingaanbieders automatisch, door middel van een telefoongesprek en kosteloos verstrekt aan blinde of slechtziende klanten.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 7, b)

De eerste, de tweede, de vijfdevierde en de zesdevijfde alinea, met uitzondering van het geval met betrekking tot het beleid inzake redelijk gebruik en de overeenkomstig artikel 76 quater aangerekende toeslag, zijn eveneens van toepassing op gespreks- en sms-roamingdiensten die door roamende klanten die buiten de Unie reizen worden gebruikt en door de roamingaanbieder worden geleverd.

🡻 531/2012 (aangepast)

2.    In aanvulling op de  het bepaalde in lid 1  verstrekte informatie  heeft de klant, waar in de Unie hij zich ook bevindt, het recht om door middel van een mobiel telefoongesprek of via sms kosteloos meer gedetailleerde gepersonaliseerde prijsinformatie over de in het bezochte netwerk toepasselijke roamingtarieven voor telefoongesprekken en sms, alsmede informatie over de op grond van deze verordening toepasselijke transparantiemaatregelen te vragen en te ontvangen. Voor een dergelijk verzoek wordt een gratis nummer gebruikt dat de roamingaanbieder voor dat doel beschikbaar stelt. De bij lid 1 opgelegde verplichtingen zijn niet van toepassing op toestellen die de sms-functie niet ondersteunen.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 7, c)

32 bis.    De roamingaanbieder zendt de roamende klant een kennisgeving wanneer het toepasselijke redelijke gebruiksvolume voor gereguleerde gespreks- of sms-roamingdiensten volledig is opgebruikt of wanneer eender welke overeenkomstig artikel 76 quater toegepaste gebruiksdrempel wordt bereikt. Deze kennisgeving vermeldt de toeslag die zal worden toegepast op elk extra gebruik van gereguleerde gespreks- of sms-roamingdiensten door de roamende klant. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de roamingaanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 7, d)

43.    Roamingaanbieders verstrekken alle klanten bij het nemen van hun abonnement alle informatie over de door hen gehanteerde roamingtarieven. Voorts delen zij elke wijziging van hun geldende roamingtarieven zonder onnodige vertraging aan de roamende klanten mee.

Zij sturen daarna met redelijke tussenpozen een herinnering aan alle klanten die voor een ander tarief hebben gekozen.

🡻 531/2012

54.    Roamingaanbieders stellen voor hun klanten informatie beschikbaar waaruit blijkt hoe ongewilde roaming in grensgebieden kan worden vermeden. Roamingaanbieders nemen redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen betaling van roamingtarieven voor roamingdiensten die ongewild zijn gebruikt wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden.

Artikel 15

Transparantie en preventieve mechanismen voor retaildataroamingdiensten

1.    In overeenstemming met de leden 2 en 43 zorgen roamingaanbieders ervoor dat hun roamende klanten zowel vóór als na de sluiting van een overeenkomst naar behoren worden voorgelicht over de tarieven die van toepassing zijn op hun gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten, zodat deze een beter inzicht krijgen in de financiële gevolgen van dat gebruik en hun uitgaven voor gereguleerde dataroamingdiensten kunnen bewaken en beheersen.

Waar nodig stellen roamingaanbieders hun klanten vóór de sluiting van een overeenkomst en vervolgens met regelmatige tussenpozen op de hoogte van het risico dat automatisch en ongecontroleerd een dataroamingverbinding tot stand komt en data worden gedownload. Voorts delen roamingaanbieders hun klanten kosteloos en op duidelijke en gemakkelijk te begrijpen wijze mee hoe zij deze automatische dataroamingverbinding kunnen uitschakelen om te voorkomen dat op ongecontroleerde wijze gebruik wordt gemaakt van dataroamingdiensten.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 8, a)

2.    Een automatisch bericht van de roamingaanbieder stelt de roamende klant ervan in kennis dat hij gebruik maakt van gereguleerde dataroamingdiensten, en omvat basale gepersonaliseerde tariefinformatie prijsinformatie over de kosten (in de munteenheid van de factuur die de klant in de lidstaat van herkomst van zijn binnenlandse aanbieder ontvangt) die van toepassing zijn op de levering van gereguleerde dataroamingdiensten aan die roamende klant in de desbetreffende lidstaat, tenzij de klant de roamingaanbieder heeft medegedeeld dat hij deze informatie niet verlangt.

De basale gepersonaliseerde tariefinformatie omvat ook informatie over:

a)het beleid inzake redelijk gebruik dat op de roamende klant binnen de Unie van toepassing is en de toeslagen bij overschrijding van een door dat beleid inzake redelijk gebruik vastgestelde grenzen, en

b)overeenkomstig artikel 76 quater aangerekende toeslagen.

De roamende klant ontvangt deze informatie op zijn mobiele toestel, bijvoorbeeld via een sms-bericht, een e-mail of een pop-upvenster op het mobiele toestel, telkens als wanneer hij een andere lidstaat binnengaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder en hij aldaar voor het eerst gebruik begint te maken van een dataroamingdienst. De informatie wordt kosteloos verstrekt op het moment dat de roamende klant gebruik begint te maken van een gereguleerde dataroamingdienst, op zodanige wijze dat de ontvangst en het begrip ervan worden vergemakkelijkt.

Een klant die zijn roamingaanbieder heeft laten weten deze automatische tariefinformatie niet te willen ontvangen, heeft het recht om op elk moment en kosteloos de verlening van deze dienst door de roamingaanbieder opnieuw te verlangen.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 8, b)

32 bis.    De roamingaanbieder zendt een kennisgeving wanneer het toepasselijke redelijke gebruiksvolume van gereguleerde dataroamingdiensten volledig is opgebruikt of eender welke overeenkomstig artikel 76 quater toegepaste gebruiksdrempel wordt bereikt. Die kennisgeving vermeldt de toeslag die zal worden aangerekend voor elk extra gebruik van gereguleerde dataroamingdiensten door de roamende klant. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de roamingaanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 8, c)

43.    Iedere roamingaanbieder verschaft al zijn roamende klanten de gelegenheid vrijwillig en kosteloos te kiezen voor een faciliteit die tijdig informatie geeft over het totale gebruik uitgedrukt in volume of in de munteenheid waarin de roamende klant voor gereguleerde dataroamingdiensten wordt gefactureerd, en die waarborgt dat de totale uitgaven voor gereguleerde dataroamingdiensten in een specifieke gebruiksperiode, uitgezonderd mms die per eenheid gefactureerd wordt, zonder de uitdrukkelijke toestemming van de klant een bepaald maximumbedrag niet overschrijden.

🡻 531/2012 (aangepast)

Hiertoe  Daartoe stelt de roamingaanbieder één of meer maximumbedragen voor specifieke gebruiksperiodes voor, mits de klant vooraf op de hoogte wordt gesteld van de daarmee overeenkomende volumes. Eén van deze maximumbedragen (het standaard maximumbedrag) ligt in de nabijheid van 50 EUR aan verschuldigde kosten per maandelijkse factureringsperiode (exclusief btw) zonder dit te overschrijden.

Een andere mogelijkheid is dat de roamingaanbieder in volumes uitgedrukte plafonds bepaalt, mits de klant vooraf op de hoogte wordt gesteld van de dienovereenkomstige financiële bedragen. Eén van deze plafonds (het standaard volumeplafond) gaat gepaard met een bedrag van ten hoogste 50 EUR aan verschuldigde kosten per maandelijkse factureringsperiode (exclusief btw).

De roamingaanbieder kan zijn roamende klanten tevens andere plafonds aanbieden met andere, dat wil zeggen hogere of lagere, maandelijkse maximumbedragen.

Het in de tweede en de derde alinea bedoelde standaardplafond geldt voor alle klanten die niet hebben gekozen voor een ander plafond.

Elke roamingaanbieder zorgt er eveneens voor dat een passende kennisgeving naar de het mobiele toestel van de roamende klant, bijvoorbeeld een sms-bericht, een e-mail of een pop-upvenster op de computer, wordt verstuurd wanneer de dataroamingdiensten 80 % van het overeengekomen financiële of volumeplafond hebben bereikt. Elke klant heeft het recht van de roamingaanbieder te verlangen dat hij stopt met het versturen van dergelijke kennisgevingen, en het recht om te allen tijde en kosteloos van de aanbieder te verlangen dat hij de levering van de dienst hervat.

Als dit financiële of volumeplafond dreigt te worden overschreden, wordt een kennisgeving gestuurd naar het mobiele toestel van de roamende klant. Deze kennisgeving vermeldt welke procedure moet worden gevolgd indien de klant voortzetting van de levering van die diensten wenst, alsook de kosten die verbonden zijn aan elke extra af te nemen eenheid. Indien de roamende klant niet reageert op de ontvangen kennisgeving, stopt de roamingaanbieder onmiddellijk met de levering en de facturering van gereguleerde dataroamingdiensten aan de roamende klant, tenzij en totdat de roamende klant verzoekt om voortzetting of hervatting van de levering van deze diensten.

Wanneer een roamende klant vraagt om een “financiële of volumebeperkende” faciliteit of om verwijdering ervan, vindt deze wijziging kosteloos plaats binnen één werkdag na ontvangst van het verzoek, zonder dat voorwaarden of beperkingen op grond van andere elementen van het abonnement worden opgelegd.

54.    De leden 2 en 43 zijn niet van toepassing op toestellen voor communicatie van machine naar machine die gebruik maakt van mobieledatacommunicatie.

65.    Roamingaanbieders nemen redelijke maatregelen om hun klanten te beschermen tegen betaling van roamingtarieven voor roamingdiensten die ongewild zijn gebruikt wanneer zij zich in hun eigen lidstaat bevinden. Daaronder valt ook het informeren van de klanten over hoe zij ongewilde roaming in grensgebieden kunnen vermijden.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 8, d)

76.    Dit artikel, met uitzondering van lid 65, lid 2, tweede alinea, en lid 32 bis, tweede alinea, en behoudens de tweede en derde alinea van dit lid, is tevens van toepassing op dataroamingdiensten die door een roamingaanbieder worden verstrekt en door roamende klanten worden gebruikt wanneer zij buiten de Unie reizen.

🡻 531/2012

Daar waar de klant kiest voor de in lid 3, eerste alinea, bedoelde faciliteit, zijn de voorschriften als voorzien in lid 43 niet van toepassing wanneer de exploitant van het bezochte netwerk in het bezochte land buiten de Unie de roamingaanbieder niet toelaat om het gebruik van zijn klant in real time te controleren.

In een dergelijk geval wordt de klant er bij binnenkomst in een dergelijk land onverwijld en kosteloos per sms-bericht van in kennis gesteld dat er geen informatie over de totale consumptie beschikbaar is, en dat niet kan worden gegarandeerd dat het gespecificeerde maximumbedrag niet wordt overschreden.

 nieuw

Artikel 16

Transparantie over de middelen om toegang te krijgen tot noodhulpdiensten

Roamingaanbieders zorgen ervoor dat hun roamende klanten passend worden geïnformeerd over de middelen om toegang te krijgen tot noodhulpdiensten in de bezochte lidstaat.

In een automatisch bericht van de roamingaanbieder wordt de roamende klant ervan in kennis gesteld dat deze laatste kosteloos toegang heeft tot noodhulpdiensten door het uniforme Europese noodnummer 112 te bellen en door gebruik te maken van alternatieve middelen voor toegang tot noodhulpdiensten via noodcommunicatie die in de bezochte lidstaat is voorgeschreven. De informatie wordt door middel van een sms-bericht naar het mobiele toestel van de roamende klant gestuurd, telkens als de roamende klant een andere lidstaat binnengaat dan die van zijn binnenlandse aanbieder. De informatie wordt kosteloos verstrekt op het moment dat de roamende klant gebruik begint te maken van een roamingdienst, op zodanige wijze dat de ontvangst en het begrip ervan worden vergemakkelijkt.

Artikel 17

Database voor nummers van diensten met toegevoegde waarde

Berec bouwt en onderhoudt één enkele database voor de hele Unie met nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde in elke lidstaat, die toegankelijk moet worden gemaakt voor de nationale regelgevende instanties en exploitanten. De database wordt uiterlijk op 31 december 2023 gebouwd. Daartoe verstrekken de nationale regelgevende instanties of andere bevoegde instanties Berec onverwijld langs elektronische weg de nodige informatie en de relevante actualiseringen.

🡻 531/2012

Artikel 18 16

Toezicht en handhaving

1.    De nationale regelgevende instanties controleren en zien toe op de naleving van deze verordening op hun grondgebied.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 9, a)

De nationale regelgevende instanties oefenen strikte controle en toezicht uit op roamingaanbieders die gebruikmaken van de artikel 66 ter, artikel 76 quater en artikel 96 sexies, lid 3.

🡻 2017/920 artikel 1, punt 5, a)

2.    De nationale regelgevende instanties en, indien toepasselijk, Berec stellen actuele informatie over de toepassing van deze verordening, met name de artikelen 6 bis, 6 ter, 6 quater, 6 sexies, 7, 95, 6, 7, 9, 10, 11 en 12, algemeen beschikbaar op een wijze die belangstellenden gemakkelijk toegang tot die informatie biedt.

🡻 531/2012 (aangepast)

3.    Ter voorbereiding op de evaluatie bedoeld in artikel 1921, zien de nationale regelgevende instanties toe op de ontwikkeling van de wholesale- en retailtarieven voor de levering aan roamende klanten van gespreks- en datacommunicatiediensten, met inbegrip van sms en mms, inclusief in de ultraperifere regio's van de Unie bedoeld in artikel 349 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De nationale regelgevende instanties geven tevens aandacht aan het bijzondere geval van ongewilde roaming in de grensgebieden van aan elkaar grenzende lidstaten en controleren of er verkeerssturingstechnieken worden gebruikt die nadelig zijn voor de klanten.

De nationale regelgevende instanties zien toe op en verzamelen informatie over ongewilde roaming, en nemen passende maatregelen.

4.    De nationale regelgevende instanties hebben de bevoegdheid om bij de ondernemingen waarop de bepalingen van deze verordening van toepassing zijn, alle informatie op te vragen die relevant is voor de uitvoering en handhaving van deze verordening. Die ondernemingen verstrekken dergelijke informatie op verzoek onverwijld en in overeenstemming met de door de nationale regelgevende instantie vastgestelde termijnen en mate van detail.

🡻 2017/920 artikel 1, punt 5, b)

54 bis.    Wanneer een nationale regelgevende instantie informatie overeenkomstig de uniale en nationale voorschriften betreffende vertrouwelijke bedrijfsgegevens als vertrouwelijk beschouwt, garanderen de Commissie, Berec en de andere betrokken nationale regelgevende instanties het vertrouwelijke karakter van de verstrekte informatie. De vertrouwelijkheid van bedrijfsgegevens mag geen belemmering zijn voor de onderlinge tijdelijke uitwisseling van informatie tussen de nationale regelgevende instantie, de Commissie en Berec en de andere betrokken nationale regelgevende instanties met het oog op de beoordeling en bewaking van en het toezicht op de toepassing van deze verordening.

🡻 531/2012

65.    De nationale regelgevende instanties kunnen op eigen initiatief optreden om de naleving van deze verordening te waarborgen. In het bijzonder maken zij, indien nodig, gebruik van de bevoegdheden waarover zij uit hoofde van artikel 615 van de toegangsrichtlijn Richtlijn (EU) 2018/1972 beschikken om te zorgen voor de benodigde toegang en interconnectie teneinde de eind-tot-eindverbinding en de interoperabiliteit van roamingdiensten te verzekeren, bijvoorbeeld wanneer klanten geen gereguleerde roaming-sms-berichten kunnen uitwisselen met klanten van een terrestrisch publiek mobielcommunicatienetwerk in een andere lidstaat als gevolg van het ontbreken van een overeenkomst over de afgifte van dergelijke berichten.

76.    Wanneer de nationale regelgevende instantie een inbreuk op deze verordening constateert, heeft zij de bevoegdheid om de onmiddellijke beëindiging van deze inbreuk te eisen.

Artikel 19 17

Geschillenbeslechting Beslechting van geschillen

1.    In geval van geschillen in verband met de in deze verordening vervatte verplichtingen tussen ondernemingen die elektronischecommunicatienetwerken of -diensten aanbieden in een lidstaat, zijn de geschilbeslechtingsprocedures van de artikelen 2620 en 2721 van de kaderrichtlijn Richtlijn (EU) 2018/1972 van toepassing.

🡻 2017/920 artikel 1, punt 6

 nieuw

Geschillen tussen exploitanten van bezochte netwerken en andere exploitanten over tarieven die worden toegepast op noodzakelijke inputs voor de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten kunnen krachtens de artikelen 2620 of  en  artikel 2721 van de kaderrichtlijn Richtlijn (EU) 2018/1972 worden voorgelegd aan de bevoegde nationale regelgevende instantie of instanties. In een dergelijk geval kan Berec worden geraadpleegd door  stellen de bevoegde nationale regelgevende instantie of instanties Berec in kennis van het geschil om het op een consistente manier te beslechten  met betrekking tot de overeenkomstig de kaderrichtlijn, de specifieke richtlijnen of deze verordening te ondernemen actie om het geschil te beslechten. Wanneer Berec werd geraadpleegd, wachten de nationale regelgevende instantie of instanties de opinie van Berec af voordat actie wordt ondernomen om het geschil te beslechten.

🡻 531/2012 (aangepast)

 nieuw

2.    Bij niet-beslechte geschillen over kwesties die onder deze verordening vallen en waarbij een consument of eindgebruiker betrokken is, zorgen de lidstaten ervoor dat de procedures van buitengerechtelijke beslechting van geschillen overeenkomstig artikel 2534 van de universeledienstrichtlijn Richtlijn (EU) 2018/1972 kunnen worden gebruikt.

Artikel 20 18

Sancties

De lidstaten stellen de regels vast betreffende de sancties die van toepassing zijn op inbreuken op deze verordening en nemen alle nodige maatregelen om te waarborgen dat zij ten uitvoer worden gelegd. Deze sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie onverwijld  uiterlijk 30 juni 2013 in kennis van deze regels en maatregelen, alsook van  en brengen haar bij latere wijzigingen daarvan onverwijld op de hoogte.

🡻 2015/2120 artikel 7, punt 10 (aangepast)

Artikel 21 19

Evaluatie

1.    Uiterlijk op 29 november 2015 begint de Commissie met een evaluatie van de wholesaleroamingmarkt, teneinde de maatregelen te beoordelen die noodzakelijk zijn om uiterlijk op 15 juni 2017 de afschaffing van retailroamingtoeslagen mogelijk te maken. De Commissie evalueert onder meer de mate van concurrentie op de nationale wholesalemarkten, en beoordeelt in het bijzonder het niveau van de gemaakte wholesalekosten en de toegepaste wholesaletarieven, en de concurrentiepositie van exploitanten met een beperkte geografische reikwijdte, met inbegrip van de gevolgen voor de concurrentie van commerciële overeenkomsten en de mogelijkheid voor exploitanten om te profiteren van schaalvoordelen. De Commissie beoordeelt tevens de ontwikkelingen inzake concurrentie op de retailroamingmarkten alsook de mogelijke waarneembare risico’s van verstoring van de concurrentie en de stimulansen voor investeringen op de thuismarkten en de bezochte markten. Bij de beoordeling van maatregelen die noodzakelijk zijn voor de afschaffing van retailroamingtoeslagen, houdt de Commissie rekening met de noodzaak ervoor te zorgen dat exploitanten van bezochte netwerken in staat zijn alle kosten van de levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten te dekken, met inbegrip van gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten. De Commissie houdt ook rekening met de noodzaak om permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie, te voorkomen.

2.    De Commissie legt uiterlijk op 15 juni 2016 een verslag voor aan het Europees Parlement en de Raad over de bevindingen van de in lid 1 bedoelde evaluatie.

Het verslag gaat vergezeld van een passend wetgevingsvoorstel, voorafgegaan door een openbare raadpleging, teneinde de wholesaletarieven voor gereguleerde roamingdiensten als bepaald in deze verordening te wijzigen of een andere oplossing voor de op wholesaleniveau vastgestelde problemen te bieden, met het oog op de afschaffing van retailroamingtoeslagen uiterlijk op 15 juni 2017.

🡻 2017/920 artikel 1, punt 7, a) (aangepast)

 nieuw

31.    Voorts dient de Commissie uiterlijk op 15 december 2018 bij het Europees Parlement en de Raad een tussentijds verslag in met een overzicht van de effecten van de afschaffing van retailroamingtoeslagen, waarbij rekening wordt gehouden met alle relevante Berec-verslagen. Vervolgens legt de Commissie, nNa raadpleging van Berec, legt de Commissie het Europees Parlement en de Raad een tweejaarlijk verslag  twee verslagen  voor., indien nodig vergezeld van een wetgevingsvoorstel om  Indien nodig stelt de Commissie, nadat zij ieder verslag heeft ingediend, overeenkomstig artikel 22 een gedelegeerde handeling vast tot wijziging van  de in deze verordening vastgestelde maximale wholesaletarieven voor gereguleerde dataroamingdiensten te wijzigen. Het eerste dergelijke verslag moet uiterlijk op 15 december 2019  30 juni 2025  worden ingediend  en het tweede uiterlijk op 30 juni 2029 .

Die tweejaarlijkse  De verslagen omvatten onder meer een beoordeling van:

a)de beschikbaarheid en kwaliteit van diensten, met inbegrip van die welke een alternatief vormen voor gereguleerde retailgespreks-, retailsms- en retaildataroamingdiensten, met name in het licht van de technologische ontwikkelingen en van de toegang tot de verschillende netwerktechnologieën en -generaties ;

b)de mate van concurrentie op zowel de retail- als de wholesaleroamingmarkt, met name de feitelijk door de exploitanten betaalde wholesaletarieven en de concurrentiepositie van kleine, onafhankelijke of sinds kort op de markt actieve exploitanten en MVNO's, met inbegrip van de gevolgen voor de concurrentie van commerciële overeenkomsten, , van het verkeer dat op handelsplatformen en soortgelijke instrumenten wordt verhandeld, en de mate van interconnectie tussen exploitanten;

 nieuw

c) de ontwikkeling van intermachinale roaming;

🡻 2017/920 artikel 1, punt 7, a)

cd)de mate waarin de uitvoering van de in de artikelen 3 en 4 bedoelde structurele maatregelen, en met name, op grond van de door de nationale regelgevende instanties verstrekte informatie, van de procedure voor voorafgaande toestemming die is vastgelegd in artikel 3, lid 6, tot meer concurrentie heeft geleid op de interne markt voor gereguleerde roamingdiensten;

de)de evolutie van de beschikbare retailtariefregelingen;

ef)de wijzigingen in de datagebruikspatronen, voor zowel binnenlandse diensten als roamingdiensten;

fg)de mogelijkheid van exploitanten van een thuisnetwerk om hun binnenlandse tariefmodel te behouden en de mate waarin toestemming is verleend voor uitzonderlijke retailroamingtoeslagen overeenkomstig artikel 76 quater;

gh)de mogelijkheid van exploitanten van bezochte netwerken om de op efficiënte wijze gemaakte kosten ten voor levering van gereguleerde wholesaleroamingdiensten te dekken;

hi)het effect van de toepassing door exploitanten van het beleid inzake redelijk gebruik overeenkomstig artikel 86 quinquies, met inbegrip van het in kaart brengen van inconsistenties in de toepassing en tenuitvoerlegging van deze beleidsmaatregelen inzake redelijk gebruik;.

 nieuw

j) de mate waarin roamende klanten en exploitanten problemen ondervinden met betrekking tot diensten met toegevoegde waarde;

k) de toepassing van de maatregelen van deze verordening inzake noodcommunicatie.

🡻 2017/920 artikel 1, punt 7, b)

 nieuw

24.    Om de ontwikkeling van de concurrentie op de roamingmarkten in de gehele Unie te beoordelen, verzamelt Berec regelmatig gegevens van de nationale regelgevende instanties over de ontwikkelingen van de retail- en wholesaletarieven voor gereguleerde gespreks-, sms- en dataroamingdiensten, met inbegrip van wholesaletarieven die respectievelijk voor gelijk en ongelijk roamingverkeer worden toegepast , over het gebruik van handelsplatformen en soortgelijke instrumenten, over de ontwikkeling van intermachinale roaming, en over de mate waarin wholesaleroamingovereenkomsten betrekking hebben op de servicekwaliteit en toegang verlenen tot verschillende netwerktechnologieën en -generaties. Berec verzamelt ook op regelmatige basis gegevens van de nationale regelgevende instanties over de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik door exploitanten, over de ontwikkeling van exclusief binnenlandse tarieven, de toepassing van houdbaarheidsmechanismen en klachten over roaming. Wanneer Berec overeenkomstig lid 1 wordt geraadpleegd, verzamelt en verstrekt het aanvullende informatie over transparantie, de toepassing van maatregelen inzake noodcommunicatie en diensten met toegevoegde waarde .

Verder verzamelt Berec gegevens over de wholesaleroamingovereenkomsten waarvoor de in de artikelen 107, 119 en 12 vastgestelde maximale wholesaleroamingtoeslagen niet gelden, en over de uitvoering van contractuele maatregelen op wholesaleniveau die zijn gericht op het voorkomen van permanente roaming of afwijkend gebruik of misbruik van toegang tot wholesaleroaming voor andere doeleinden dan de levering van gereguleerde roamingdiensten aan de klanten van roamingaanbieders tijdens hun periodieke reizen binnen de Unie.

Die gegevens worden minstens  eenmaal  tweemaal per jaar meegedeeld aan de Commissie. De Commissie maakt deze gegevens bekend.

Op basis van verzamelde gegevens brengt Berec ook regelmatig verslag uit over de ontwikkeling van de prijsstellings- en gebruikspatronen in de lidstaten, zowel voor binnenlandse diensten als roamingdiensten, over de ontwikkeling van feitelijke wholesaleroamingtarieven voor ongelijk verkeer tussen aanbieders van roamingdiensten, alsook over de verhouding tussen retailprijzen, wholesaletarieven en wholesalekosten voor roamingdiensten. Berec beoordeelt hoe nauw deze elementen met elkaar zijn verbonden.

Ook verzamelt Berec jaarlijks informatie van de nationale regelgevende instanties over de transparantie en de vergelijkbaarheid van de verschillende tarieven die exploitanten hun klanten aanbieden. De Commissie maakt deze gegevens en bevindingen bekend.

 nieuw

Artikel 22

Herziening van de maximale wholesaletarieven

De Commissie stelt, zoveel mogelijk rekening houdend met het advies van Berec, overeenkomstig artikel 23 een gedelegeerde handeling vast tot wijziging van de maximale wholesaletarieven die de exploitant van een bezocht netwerk overeenkomstig de artikelen 10, 11 en 12 aan de roamingaanbieder mag aanrekenen voor de levering van gereguleerde gespreks-, sms- of dataroamingdiensten via dat bezochte netwerk.

Daartoe zal de Commissie:

a) voldoen aan de in bijlage I vastgestelde beginselen, criteria en parameters;

b) rekening houden met de huidige gemiddelde wholesaletarieven die in de Unie in rekening worden gebracht en met de noodzaak om voldoende economische ruimte te laten voor de ontwikkeling van de commerciële markt;

c) rekening houden met door Berec, de nationale regelgevende instanties of rechtstreeks door ondernemingen die elektronischecommunicatienetwerken en -diensten aanbieden verstrekte marktinformatie.

Artikel 23

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1.    De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.

2.    De in de artikelen 21 en 22 bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend voor onbepaalde tijd met ingang van 1 januari 2025.

3.    Het Europees Parlement of de Raad kan de in de artikelen 21 en 22 bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

4.    Vóór de vaststelling van een gedelegeerde handeling raadpleegt de Commissie de door elke lidstaat aangewezen deskundigen overeenkomstig de beginselen die zijn neergelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven.

5.    Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.

6.    Een overeenkomstig de artikelen 21 en 22 vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben meegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met een maand verlengd.

🡻 531/2012 (aangepast)

 nieuw

Artikel 24 20

Kennisgevingsvoorschriften

De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de gegevens betreffende de nationale regelgevende instanties die belast zijn met de uitvoering van taken krachtens deze verordening.

Artikel 25 21

Intrekking

Verordening (EG) nr. 717/2007  (EU) nr. 531/2012 wordt overeenkomstig bijlage I ingetrokken met ingang van 1 juli 2012.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 26 22

Datum van inwerkingtreden en verstrijken

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2022  de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, en is van toepassing vanaf die dag, tenzij in specifieke artikelen anders is bepaald.

Zij verstrijkt op 30 juni 2022  2032 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

De voorzitter    De voorzitter

FINANCIEEL MEMORANDUM

1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 

1.1.Benaming van het voorstel/initiatief 

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking)

1.2.Betrokken beleidsterrein(en) (programmacluster)

Eengemaakte markt

Elektronische communicatie - EU-roamingbeleid

Werkprogramma voor 2020 - Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk - Digitaal voor consumenten

1.3.Het voorstel/initiatief betreft: 

 een nieuwe actie 

 een nieuwe actie na een proefproject / voorbereidende actie 87  

 de verlenging van een bestaande actie 

 de samenvoeging of ombuiging van een of meer acties naar een andere/een nieuwe actie 

1.4.Motivering van het voorstel/initiatief 

1.4.1.Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien, met een gedetailleerd tijdschema voor de uitrol van het initiatief

Het doel van het voorstel is de regels voor de EU-roamingmarkt tot na 2022 te verlengen, en daarbij de maximale wholesaletarieven te wijzigen, nieuwe maatregelen in te voeren om bij het roamen een authentieke roamingervaring tegen thuistarief te bieden, en andere overbodige maatregelen in te trekken. Ter wille van de duidelijkheid wordt het voorstel gepresenteerd in de vorm van een herschikking van Verordening (EU) nr. 531/2012, die de afgelopen jaren meermaals is gewijzigd.

De nieuwe verordening zal op 1 juli 2022 in werking treden en zal de continuïteit verzekeren met Verordening (EU) nr. 531/2012, die op 30 juni 2022 vervalt. Als verordening geldt de wetgevingshandeling vanaf haar inwerkingtreding automatisch en op dezelfde manier in alle EU-landen en hoeft zij niet in nationaal recht te worden omgezet. Zij is verbindend in al haar onderdelen in alle EU-lidstaten.

Het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec) is opgedragen uiterlijk op 31 december 2023 een database voor nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde op te zetten.

Verordening (EU) 2018/1971 (de Berec-verordening) bepaalt uitdrukkelijk dat bij Verordening (EU) nr. 531/2012 (de roamingverordening waarop deze herschikking van toepassing is) de regels van het regelgevend kader voor elektronische communicatie met betrekking tot roaming in de gehele Unie aangevuld en aangescherpt worden, en een aantal taken aan Berec wordt toegewezen.

Artikel 3, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1971, dat de doelstellingen van Berec bepaalt, regelt dat Berec handelt binnen het toepassingsgebied van Verordening (EU) nr. 531/2012. Artikel 4 van Verordening (EU) 2018/1971, dat de regulerende taken van Berec bepaalt, regelt verder dat Berec andere taken uitvoert die bij rechtshandelingen van de Unie, met name Verordening (EU) nr. 531/2012, zijn toegewezen.

Verordening (EU) 2018/1971 draagt Berec derhalve op om andere taken uit te voeren die bij de roamingverordening zijn toegewezen. Berec zal de taken uitvoeren, inclusief het opzetten en bijhouden van de database voor diensten met toegevoegde waarde, zonder extra personele en financiële middelen.

1.4.2.Toegevoegde waarde van de deelname van de Unie (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, bijvoorbeeld coördinatiewinst, rechtszekerheid, grotere doeltreffendheid of complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder “toegevoegde waarde van de deelname van de Unie” verstaan de waarde die een optreden van de Unie oplevert bovenop de waarde die door een optreden van alleen de lidstaat zou zijn gecreëerd.

Redenen voor maatregelen op EU-niveau (ex ante)

Zoals door de advocaat-generaal opgemerkt in het belangrijke arrest C-58/08, Vodafone, kunnen “de prijsverschillen tussen gesprekken binnen de eigen lidstaat en roaminggesprekken redelijkerwijs worden gezien als een ontmoediging om gebruik te maken van grensoverschrijdende diensten zoals roaming. De negatieve invloed op grensoverschrijdende activiteiten kan de instelling van een interne markt waarin het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd verhinderen. Er is immers geen activiteit in de mobieletelecommunicatiesector die zo duidelijk grensoverschrijdend is als roaming zelf” 88 .

Het feit dat diensten grensoverschrijdend zijn, rechtvaardigt optreden op EU-niveau, omdat de lidstaten zelf het probleem niet doeltreffend kunnen aanpakken en de nationale regelgevende instanties het probleem niet autonoom hebben kunnen aanpakken 89 .

In zijn arrest van 8 juni 2010 in bovengenoemde zaak C-58/08 Vodafone oordeelde het Hof van Justitie dat in het verleden “het hoge niveau van de retailtarieven door de nationale regelgevende instanties, de autoriteiten en de consumentenbonden in de gehele Gemeenschap als een probleem werd gezien en dat de pogingen om dit probleem op basis van het bestaande rechtskader aan te pakken niet tot een verlaging van de tarieven hadden geleid” 90 .

Evenzo zijn de kwesties die met de nieuwe maatregelen van het voorstel worden aangepakt, strikt beperkt tot en gestuurd door het grensoverschrijdende karakter van roaming. Daarom kunnen ze niet op passende wijze door de lidstaten worden aangepakt en is optreden op EU-niveau doeltreffender dan optreden op nationaal niveau. In feite kunnen de onderliggende problemen die de nieuw voorgestelde maatregelen trachten aan te pakken, het gebruik van roaming ontmoedigen, belemmeringen voor het gebruik van mobiele diensten en toepassingen in de eengemaakte markt opwerpen, of, meer in het algemeen, de goede werking van de EU-brede roamingmarkt verstoren. Volgens de jurisprudentie kan dit doel derhalve beter op Unieniveau worden nagestreefd en bereikt 91 .

Verwachte toegevoegde waarde EU (ex-post)

De verwachte toegevoegde waarde van dit voorstel voor de EU bestaat in i) het behouden van de reeds bestaande voordelen van de EU-roamingregels inzake een hoog niveau van consumentenbescherming, meer vertrouwen en een ruimere keuze voor eindgebruikers, ii) het waarborgen van een houdbare levering van roaming tegen thuistarief en kostendekking op wholesaleniveau, en iii) het aanpakken van onopgeloste problemen bij roaming, die redelijkerwijs nog altijd als ontmoedigend kunnen worden beschouwd voor het gebruik van deze typisch grensoverschrijdende dienst.

1.4.3.Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

De EU-roamingregels hebben bijgedragen tot een hoog niveau van consumentenbescherming, ten voordele van het vertrouwen van en een ruimere keuze voor eindgebruikers. De snelle en massale toename van het roamingverkeer sinds juni 2017 toont aan dat met de hervorming van de roamingregels de doelstelling is bereikt om de voorheen onbenutte vraag naar mobiele communicatie op reis in de EU aan te boren. Meer in het bijzonder is tussen de zomer van 2016 en de zomer van 2018 het retailroamingverkeer verdrievoudigd voor spraakverkeer en vertwaalfvoudigd voor data. In dat opzicht bevestigt de evaluatie dat de hervorming een succes is en dat de roamingmarkt over het algemeen goed functioneert volgens de roamingregels. Het voorstel beoogt de wholesaleprijsplafonds geleidelijk te laten blijven dalen, en de kostendekking te blijven waarborgen, aangezien deze maatregelen, in combinatie met de beschermingsmechanismen (houdbaarheidsafwijkingen en het beleid inzake redelijk gebruik) van essentieel belang zijn gebleken om te waarborgen dat roaming tegen thuistarief houdbaar kan worden aangeboden.

1.4.4.Verenigbaarheid en eventuele synergie met andere passende instrumenten

De afschaffing van retailroamingtoeslagen vormde een essentiële stap voor de totstandbrenging van een EU-brede digitale eengemaakte markt en voor de goede werking ervan.

De regulering van de roamingmarkt om roaming tegen thuistarief in de hele EU tot stand te brengen, droeg met name bij tot de beleidsdoelstelling om te waarborgen dat goed werkende markten in de hele EU tegen betaalbare prijzen Europese klanten toegang tot hoogwaardige draadloze breedbandinfrastructuur bieden.

In dit licht mogen de verwezenlijkingen bij het vervallen van Verordening (EU) nr. 531/2012 op 30 juni 2022 niet verloren gaan. Daarom was het voorstel tot herziening van de bestaande roamingregels opgenomen in het werkprogramma van de Commissie voor 2020 onder de kerndoelstelling “Een Europa dat klaar is voor het digitale tijdperk”, waarin de specifieke doelstelling “Digitaal voor consumenten” aan bod komt.

Het voorstel vormt een aanvulling op het Europees wetboek voor elektronische communicatie (hierna het “EECC” genoemd) 92 , dat uiterlijk 21 december 2020 door de lidstaten moest zijn omgezet. Het EECC wil niet alleen een hoge mate van connectiviteit en de uitrol van 5G mogelijk maken ten bate van alle Europeanen, maar ook doeltreffende consumentenbescherming in het kader van elektronische communicatie bieden, en de keuze van de gebruikers verruimen door transparantere informatie en specifieke regels over de maximale contractduur en nummerportabiliteit. Het EECC heeft verder ten doel eindgebruikers gratis toegang tot noodhulpdiensten te bieden door middel van noodcommunicatie, en te waarborgen dat de locatiegegevens van de oproeper beschikbaar zijn. Het EECC laat de bepalingen inzake roaming (voorafgaand aan dit voorstel vastgelegd in Verordening (EU) nr. 531/2012) onverlet.  

1.5.Duur en financiële gevolgen 

 beperkte geldigheidsduur

   van kracht vanaf 1.7.2022 tot en met 30.6.2032;

   financiële gevolgen vanaf JJJJ tot en met JJJJ voor vastleggingskredieten en vanaf JJJJ tot en met JJJJ voor betalingskredieten;

 onbeperkte geldigheidsduur

uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en met JJJJ;

gevolgd door een volledige uitvoering;

1.6.Beheersvorm(en) 93   

 Direct beheer door de Commissie

door haar diensten, waaronder het personeel in de delegaties van de Unie

door de uitvoerende agentschappen

 Gedeeld beheer met de lidstaten

 Indirect beheer door begrotingsuitvoeringstaken te delegeren aan:

derde landen of de door hen aangewezen organen;

internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke);

de EIB en het Europees Investeringsfonds;

de in de artikelen 70 en 71 van het Financieel Reglement bedoelde organen;

publiekrechtelijke organen;

privaatrechtelijke organen met een openbare dienstverleningstaak, voor zover zij voldoende financiële garanties bieden;

privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële garanties bieden;

personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het gebied van het GBVB in het kader van titel V van het VEU is toevertrouwd en die worden genoemd in de betrokken basishandeling.

Verstrek, indien meer dan een beheersvorm is aangekruist, extra informatie onder “Opmerkingen”.

Opmerkingen

Berec voert de gegevensverzameling en de verslaglegging uit, en zal uiterlijk op 31 december 2023 een Uniebrede database voor nummerreeksen van diensten met toegevoegde waarde opzetten en bijhouden. De database is bedoeld als transparantiebevorderend instrument waarmee nationale regelgevende instanties en exploitanten rechtstreeks kunnen inzien welke nummerreeksen tot hogere kosten (afgiftetarieven) in de lidstaten kunnen leiden. De opdracht van Berec omvat de hierboven genoemde taken. Berec zal de taken uitvoeren, inclusief het opzetten en bijhouden van de database voor diensten met toegevoegde waarde, zonder extra personele en financiële middelen.

2.BEHEERSMAATREGELEN 

2.1.Regels inzake het toezicht en de verslagen 

Vermeld frequentie en voorwaarden.

De Commissie, Berec en de nationale regelgevende instanties houden gezamenlijk toezicht op en brengen verslag uit over de werking van de roamingmarkt en de uitvoering van de in de roamingverordening opgenomen maatregelen, in de zin van artikel 18 inzake toezicht en handhaving en artikel 21 inzake evaluatie, waarin ook een systeem voor gegevensverzameling en verslaglegging wordt gedefinieerd.

2.2.Beheers- en controlesyste(e)m(en) 

2.2.1.Rechtvaardiging van de voorgestelde beheersvorm(en), uitvoeringsmechanisme(n) voor financiering, betalingsvoorwaarden en controlestrategie

Niet van belang omdat het initiatief hoofdzakelijk administratieve uitgaven onder rubriek 7 betreft.

2.2.2.Informatie over de geïdentificeerde risico's en het (de) systeem (systemen) voor interne controle dat is (die zijn) opgezet om die risico's te beperken

Ibidem.

2.2.3.Raming en motivering van de kosteneffectiviteit van de controles (verhouding van de controlekosten tot de waarde van de desbetreffende financiële middelen) en evaluatie van het verwachte foutenrisico (bij betaling en bij afsluiting). 

Ibidem.

2.3.Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden 

Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld in het kader van de fraudebestrijdingsstrategie.

Ibidem.

3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 

3.1.Rubriek van het meerjarige financiële kader en voorgesteld(e) nieuw(e) begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven 

Rubriek van het meerjarige financiële kader

Begrotingsonderdeel

Soort
uitgave

Bijdrage

Aantal
[Rubriek………………………...…………]

GK/ NGK 94 .

van EVA-landen 95

van kandidaat-lidstaten 96

van derde landen

in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement

7

1

Nummer: 20 02 06

Rubriek 7:

Uitgavenbeheer

Nummer: 02.200403

Rubriek 1: Eengemaakte markt, innovatie en digitaal beleid

Vaststelling en tenuitvoerlegging van het uniale beleid op het gebied van elektronische communicatie

./NGK

/NEE

/NEE

/NEE

/NEE

3.2.Geraamde gevolgen voor de uitgaven 

3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven 

in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

Rubriek van het meerjarige financiële
kader

1

Eengemaakte markt, innovatie en digitaal beleid

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Na 2027

TOTAAL

Beleidskredieten (uitgesplitst naar de onder 3.1 vermelde begrotingsonderdelen)

Vaststelling en tenuitvoerlegging van het uniale beleid op het gebied van elektronische communicatie 02.200403

Vastleggingen

1)

0

0,150

0

0,705

0

0,150

0

0,855

1,860

Betalingen

2)

0

0

0,075

0,155

0,550

0,075

0,075

0,930

1,860

Uit het budget van het programma gefinancierde administratieve kredieten 97  

Vastleggingen = betalingen

3)

0

0

0

0

0

0

0

0

0

TOTAAL kredieten voor het budget van het programma

Vastleggingen

=1+3

0

0,150

0

0,705

0

0,150

0

0,855

1.860

Betalingen

=2+3

0

0

0,075

0,155

0,550

0,075

0,075

0,930

1,860





Rubriek van het meerjarige financiële
kader

7

“Administratieve uitgaven”

in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Na 2027

TOTAAL

Personele middelen

0,216

0,431

0,431

0,431

0,431

0,431

1,940

4,310

Andere administratieve uitgaven

0

0

0,020

0,020

0

0

0,020

0,020

0,080

TOTAAL kredieten onder RUBRIEK 7 van het meerjarige financiële kader

(totaal vastleggingen = totaal betalingen)

0

0,216

0,451

0,451

0,431

0,431

0,451

1,960

4,390

in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Na 2027

TOTAAL

TOTAAL kredieten
voor alle RUBRIEKEN
van het meerjarige financiële kader 

Vastleggingen

0

0,366

0,431

1,156

0,451

0,581

0,431

2,835

6,250

Betalingen

0

0,216

0,506

0,606

1,001

0,506

0,506

2,910

6,250

3.2.2.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

Jaren

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

TOTAAL, inclusief tot en met 2032

RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader

Personele middelen

0

0,216

0,431

0,431

0,431

0,431

0,431

4,310

Andere administratieve uitgaven

0

0

0,020

0,020

0

0

0,020

0,060

Subtotaal RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader

0

0,216

0,451

0,451

0,431

0,431

0,451

4,370

Buiten RUBRIEK 7 98  
of the multiannual financial framework

Personele middelen

Andere administratieve
uitgaven

0

0

0

0

0

0

0

0

Subtotaal
buiten RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader

0

0

0

0

0

0

0

0

TOTAAL

0

0,216

0,451

0,451

0,431

0,431

0,451

4,370

De benodigde kredieten voor personeel en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

De begroting voor 2022 bestrijkt slechts een half jaar, aangezien Verordening (EU) nr. 531/2012 op 30 juni 2022 vervalt.



3.2.2.1.Geraamde personeelsbehoeften

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig.

   Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming in voltijdequivalenten

Jaren

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

• Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)

Zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie

2

2

2

2

2

2

Delegaties

Onderzoek

Extern personeel (in voltijdequivalenten VTE) – AC, AL, END, INT en JPD 99

Rubriek 7

Gefinancierd uit RUBRIEK 7 van het meerjarige financiële kader 

- zetel

1,5

1,5

1,5

1,5

1,5

1,5

- delegaties

Gefinancierd uit het budget van het programma  100

- zetel

- delegaties

Onderzoek

Andere (specificeren)

TOTAAL

3,5

3,5

3,5

3,5

3,5

3,5

Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Beschrijving van de uit te voeren taken:

Ambtenaren en tijdelijk personeel

2 VTE per jaar, als volgt:

- coördinatie van de roamingbeoordeling en bijbehorende Commissieverslagen, herziening van de uitvoeringshandelingen van de Commissie, de comitologieprocedure, voorbereiding en vaststelling van gedelegeerde handelingen, oprichting van een externe deskundigengroep, samenwerking met Berec en hulp bij het opstellen van richtsnoeren;

- toezicht op en coördinatie van de verzameling en analyse van gegevens, gezamenlijke Commissie/Berec-enquêtes houden, samenwerking met Berec en coördinatie van het JRC;

- toekomstgerichte analyse (technologische en zakelijke ontwikkelingen);

- verantwoordelijk voor de aanbesteding, de coördinatie en het beheer van externe studies (met inbegrip van administratieve overeenkomsten met het JRC, studies over technologische ontwikkelingen en kostenmodellen voor de beoordeling van wholesaleplafonds);

- juridische analyse, antwoorden op parlementaire vragen en andere vragen, omgaan met burgers en andere klachtenbehandeling, inbreukprocedures.

Extern personeel

0,5 VTE CA en 1 VTE END om bij te dragen aan de volgende taken:

- verzamelen en analyseren van gegevens, juridische analyse, antwoorden op parlementaire vragen en andere vragen, klachtenbehandeling;

- bijdragen tot de evaluatie van roaming en toekomstgerichte analyse (technologische en zakelijke ontwikkelingen);

- bijdragen tot de coördinatie en het beheer van externe studies (met inbegrip van administratieve overeenkomsten met het JRC, studies over technologische ontwikkelingen en kostenmodellen voor de beoordeling van wholesaleplafonds).

3.2.3.Bijdragen van derden 

Het voorstel/initiatief:

   voorziet niet in medefinanciering door derden

   voorziet in medefinanciering door derden, zoals hieronder wordt geraamd:

Kredieten in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

Jaren

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

TOTAAL

Medefinancieringsbron 

TOTAAL medegefinancierde kredieten

3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader 

Het voorstel/initiatief:

   kan volledig worden gefinancierd door middel van herschikking binnen de relevante rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK).

In 3.2.1 genoemde operationele uitgaven worden gedekt door herschikking binnen de financiële programmering van het operationele begrotingsonderdeel 02 20 04 03.

   hiervoor moet een beroep worden gedaan op de niet-toegewezen marge in de desbetreffende rubriek van het MFK en/of op de speciale instrumenten zoals gedefinieerd in de MFK-verordening.

   hiervoor is een herziening van het MFK nodig.

.

3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten 

     Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten

   Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

   voor de eigen middelen

   voor overige ontvangsten

Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven    

in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

Begrotingsonderdeel voor ontvangsten:

Gevolgen van het voorstel/initiatief 101

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Artikel ….

Vermeld voor de toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.

Andere opmerkingen (bijv. over de methode/formule voor de berekening van de gevolgen voor de ontvangsten of andere informatie). 

(1)    Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 172 van 30.6.2012, blz. 10).
(2)    Zie bijlage II bij het voorstel.
(3)    Verordening (EG) nr. 717/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2007 betreffende roaming op openbare mobiele telefoonnetwerken binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 2002/21/EG (PB L 171 van 29.6.2007, blz. 32).
(4)    Verordening (EG) nr. 544/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 717/2007 betreffende roaming op openbare mobiele telefoonnetwerken binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 2002/21/EG inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (PB L 167 van 29.6.2009, blz. 12).
(5)    Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 tot vaststelling van maatregelen betreffende open-internettoegang en tot wijziging van Richtlijn 2002/22/EG inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en –diensten en Verordening (EU) nr. 531/2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 310 van 26.11.2015, blz. 1).
(6)    Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de evaluatie van de wholesaleroamingmarkt (COM(2016) 0398 final).
(7)    Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 531/2012 wat betreft de voorschriften voor wholesaleroamingmarkten (PB L 147 van 9.6.2017, blz. 1).
(8)    Verslag over de evaluatie van de wholesaleroamingmarkt, COM(2019) 616 final, hier beschikbaar.
(9)    Zie afdeling “Artikelsgewijze toelichting”.
(10)    Zie de afdeling over Refit.
(11)    Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie (herschikking), (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 36).
(12)

   Mededeling “De digitale toekomst van Europa vormgeven”, COM(2020) 67 final.

(13)    Mededeling “Jaarlijkse strategie voor duurzame groei”, COM(2020) 575 final.
(14)    Verordening tot instelling van een faciliteit voor herstel en veerkracht, COM(2020) 408 final.
(15)    In het verslag inzake de belemmeringen voor de eengemaakte markt, COM(2020) 93 final, werd bevestigd dat kleine en middelgrote ondernemingen en burgers het grootste nadeel ondervinden wanneer het potentieel van de eengemaakte markt niet volledig wordt benut.
(16)    Zie https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/nl/ip_20_416
(17)

   Verordening (EU) 2017/1128 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 betreffende grensoverschrijdende portabiliteit van online-inhoudsdiensten in de interne markt (PB L 168 van 30.6.2017, blz. 1).

(18)    Zie https://ec.europa.eu/digital-single-market/en/news/digitalyou-digital-culture
(19)

   Zaak C-491/01 British American Tobacco (Investments) en Imperial Tobacco [2002] ECR I-11453, punten 60, en Zaak C-217/04 Verenigd Koninkrijk tegen Parlement en Raad [2006] ECR I-3771, punt 42.

(20)

   Zaak C-380/03 Duitsland tegen Parlement en Raad [2006] ECR I-11573, punten 37 en de aangehaalde rechtspraak.

(21)

   Zaak C-376/98 Duitsland tegen Parlement en Raad [2000] ECR I-8419, punten 84 en 106.

(22)

   Conclusie van advocaat-generaal Poiares Maduro van 1 oktober 2009, C-58/08, ECLI:EU:C:2009:596.

(23)

   Zie de brief van de Europese Groep van regelgevende instanties voor elektronische communicatienetwerken en -diensten aan DG Informatiemaatschappij van de Commissie in december 2005.

(24)    Arrest van het Hof van Justitie van 8 juni 2010, Vodafone, C-58/08, ECLI:EU:C:2010:321, punt 40.
(25)    Arrest van het Hof van Justitie van 8 juni 2010, Vodafone, C-58/08, ECLI:EU:C:2010:321, punt 77.
(26)    Een nadere analyse van de eerbiediging van het subsidiariteitsbeginsel in de voorgestelde aanpak is opgenomen in het bijgevoegde subsidiariteitsbeoordelingsschema dat aan dit voorstel is gehecht.
(27)

   Arrest van het Hof van Justitie van 8 juni 2010, Vodafone, C-58/08, ECLI:EU:C:2010:321, punten 76 tot en met 78.

(28)    Zie ook de beoordeling van de mogelijke gevolgen van de mogelijke gevolgen van technologische veranderingen op roamingdiensten, in de studie over technologische ontwikkelingen en roaming (SMART 2018/0012), die hier en in de effectbeoordeling bij dit voorstel te raadplegen is.
(29)    Werkdocument van de diensten van de Commissie - effectbeoordeling bij het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking).
(30)    Zie bijlage 1 (Bewijsbasis) en bijlage 6 (Evaluatiebevindingen) bij de effectbeoordeling bij dit voorstel voor nadere bijzonderheden.
(31)    Zie ook bijlage 2 (Raadpleging van belanghebbenden) en bijlage 6 (Evaluatiebevindingen) bij de effectbeoordeling bij dit voorstel voor nadere bijzonderheden.
(32)    De resultaten van de openbare raadpleging zijn hier te raadplegen.
(33)    Zie de webpagina op Europa Geef uw mening, hier te raadplegen.
(34)    Advies van Berec over de werking van de roamingmarkt, als input voor de evaluatie door de Commissie, BoR(19)101, 19 juni 2019, hier te raadplegen.
(35)    Aanvullende analyse van Berec over wholesaleroamingkosten, BoR(19)168, 20 september 2019, hier te raadplegen.
(36)    Input van Berec op verzoek van de Commissie voor de voorbereiding van het wetgevingsvoorstel voor de nieuwe roamingverordeningen, BoR (20) 131, 30 juni 2020, hier te raadplegen.
(37)    De vijf meest recente benchmarkverslagen (voor de periode van april 2017 tot en met september 2019) zijn via de volgende links te raadplegen: 20e benchmarkverslag (april 2017 tot en met september 2017), 21e benchmarkverslag (oktober 2017 tot en met maart 2018), 22e benchmarkverslag (april 2018 tot en met september 2018), 23e benchmarkverslag (oktober 2018 tot en met maart 2019) en 24e benchmarkverslag (april 2019 tot en met september 2019).
(38)    Berec-verslag over de transparantie en vergelijkbaarheid van roamingtarieven, via de volgende links te raadplegen: voor 2017 , voor 2018 en voor 2019 .
(39)    Technologische ontwikkelingen en roaming (SMART 2018/0012); het eindverslag van de studie is hier te raadplegen.
(40)     Flash Eurobarometer 468 “The end of roaming charges one year later”, juni 2018.
(41)    Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de evaluatie van de roamingmarkt (COM(2019) 616 final) en Werkdocument van de diensten van de Commissie bij het verslag van de Commissie betreffende de evaluatie van de roamingmarkt (SWD(2019) 416 final), hier te raadplegen.
(42)    Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie, als gewijzigd bij Verordening (EU) 2015/2120 en Verordening (EU) 2017/920 - (COM(2018) 822 final), hier te raadplegen.
(43)    Werkdocument van de diensten van de Commissie over de bevindingen van de regels betreffende het beleid inzake redelijk gebruik en de houdbaarheidsafwijking zoals vastgesteld in Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie (SWD(2019) 288 final), hier te raadplegen.
(44)    Kostenmodel (SMART 2017/0091), Beoordeling van de kosten om mobiele telecomdiensten in de EU/EER te leveren, hier te raadplegen.
(45)    Technologische ontwikkelingen en roaming (SMART 2018/0012), hier te raadplegen.
(46)    De houdbaarheidsanalyse gebruikte gegevens van het 19e tot en met het 25e benchmarkverslag over internationale roaming van Berec. Zie bijlage 4 bij de effectbeoordeling bij dit voorstel voor nadere bijzonderheden.
(47)    SMART 2018-011
(48)    Zie de afdeling “Motivering en doel van het voorstel, belangrijkste wijzigingen en bepalingen die ongewijzigd blijven”.
(49)    De invoering van roaming tegen thuistarief is aangevuld met maatregelen die ervoor moeten zorgen dat exploitanten gereguleerde retailroamingdiensten houdbaar kunnen aanbieden. In de huidige roamingregels wordt een negatieve roamingmarge van 3 % gebruikt als drempel voor een verzoek om een houdbaarheidsafwijking. Die afwijking, die op verzoek van de exploitant wordt toegestaan door de nationale regelgevende instanties, staat exploitanten toe een kleine, door de verordening gelimiteerde, toeslag toe te passen.
(50)    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1203/2012 van de Commissie van 14 december 2012 met betrekking tot de afzonderlijke verkoop van gereguleerde retailroamingdiensten binnen de Unie (PB L 347 van 15.12.2012, blz. 1).
(51)    Zie artikel 75 van Richtlijn (EU) 2018/1972.
(52)    Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 33);
(53)    PB C […] van […], blz. […].
(54)    PB C […] van […], blz. […].
(55)    Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 172 van 30.6.2012, blz. 10).
(56)    Zie bijlage II.
(57)    Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 tot vaststelling van maatregelen betreffende het open internet en tot wijziging van Richtlijn 2002/22/EG inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten en Verordening (EU) nr. 531/2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 310 van 26.11.2015, blz. 1).
(58)    Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 531/2012 wat betreft de voorschriften voor wholesaleroamingmarkten (PB L 147 van 9.6.2017, blz. 1).
(59)    Een “outbounder” is een exploitant met een klantenbestand dat meer mobiele diensten in het buitenland verbruikt (dat wil zeggen op de netwerken van partnerexploitanten in andere EU-landen) dan die welke worden verbruikt door de klantenbasis van de partnerexploitanten op zijn eigen netwerk.
(60)    PB L 171 van 29.6.2007, blz. 32.
(61)    Zie bijlage I.
(62)    Besluit nr. 243/2012/EU van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2012 tot vaststelling van een meerjarenprogramma voor het radiospectrumbeleid (PB L 81 van 21.3.2012, blz. 7).
(63)    Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de toegang tot en interconnectie van elektronische-communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (Toegangsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 7).
(64)    Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Machtigingsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 21).
(65)    Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 33).
(66)    Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten (universeledienstrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 51).
(67)    Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 juli 2002 betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie) (PB L 201 van 31.7.2002, blz. 37).
(68)    Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 36).
(69)    PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13.
(70)    Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).
(71)    Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2286 van de Commissie van 15 december 2016 tot vaststelling van gedetailleerde voorschriften betreffende de toepassing van het beleid inzake redelijk gebruik, betreffende de methodologie voor de beoordeling van de houdbaarheid van de afschaffing van retailroamingtoeslagen en betreffende de ten behoeve van die beoordeling door een roamingaanbieder in te dienen aanvraag (PB L 344 van 17.12.2016, blz. 46). 
(72)    Richtlijn (EU) 2019/882 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 betreffende de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten (PB L 151 van 7.6.2019, blz. 70).
(73)    Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 33).
(74)    Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de toegang tot en interconnectie van elektronische-communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (Toegangsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 7).
(75)    Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Machtigingsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 21).
(76)    Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten (universeledienstrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 51).
(77)    PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.
(78)    Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).
(79)    Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1).
(80)    PB L 114 van 8.5.2003, blz. 45.
(81)    PB C 165 van 11.7.2002, blz. 6.
(82)    Verordening (EG) nr. 1211/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot oprichting van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (Berec) en het Bureau (PB L 337 van 18.12.2009, blz. 1).
(83)    Aanbeveling van de Commissie van 17 december 2007 betreffende relevante producten- en dienstenmarkten in de elektronischecommunicatiesector die overeenkomstig Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten aan regelgeving ex ante kunnen worden onderworpen (PB L 344 van 28.12.2007, blz. 65).
(84)    PB C 285 E van 22.11.2006, blz. 143.
(85)    Verordening (EG) nr. 544/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 717/2007 betreffende roaming op openbare mobiele telefoonnetwerken binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 2002/21/EG inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (PB L 167 van 29.6.2009, blz. 12).
(86)    PB L 149 van 11.6.2005, blz. 22.
(87)    In de zin van artikel 58, lid 2, punt a) of b), van het Financieel Reglement.
(88)    Conclusie van advocaat-generaal Poiares Maduro van 1 oktober 2009, C-58/08, ECLI:EU:C:2009:596.
(89)

   Zie de brief van de Europese Groep van regelgevende instanties aan de directeur-generaal van DG Informatiemaatschappij van de Commissie van december 2005.

(90)    Arrest van het Hof van Justitie van 8 juni 2010, Vodafone, C-58/08, ECLI:EU:C:2010:321, punt 40.
(91)    Arrest van het Hof van Justitie van 8 juni 2010, Vodafone, C-58/08, ECLI:EU:C:2010:321, punten 76-78.
(92)    Richtlijn (EU) 2018/1972 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie (herschikking) (PB L 321 van 17.12.2018, blz. 36).
(93)    Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb: https://myintracomm.ec.europa.eu/budgweb/EN/man/budgmanag/Pages/budgmanag.aspx  
(94)    GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.
(95)    EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
(96)    Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
(97)    Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
(98)    Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
(99)    AC= Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL= Agent Local (plaatselijk functionaris); END= Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT= Intérimaire (uitzendkracht); JPD = Junior Professionals in Delegations (jonge deskundige in delegaties).
(100)    Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen).
(101)    Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.
Top

Brussel, 24.2.2021

COM(2021) 85 final

BIJLAGEN

bij het

voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad

betreffende roaming op mobiele mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (herschikking)

{SEC(2021) 90 final} - {SWD(2021) 27 final} - {SWD(2021) 28 final} - {SWD(2021) 29 final}


🡻 531/2012 (aangepast)

BIJLAGE I

Ingetrokken verordening met de wijziging ervan

(als bedoeld in artikel 21)

Verordening (EG) nr. 717/2007 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 171 van 29.6.2007, blz. 32)

Verordening (EG) nr. 544/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 167 van 29.6.2009, blz. 12)

Enkel artikel 1

BIJLAGE II

Concordantietabel

Verordening (EG) nr. 717/2007

Deze verordening

Artikel 1

Artikel 1

Artikel 1, lid 2

Artikel 1, lid 2

Artikel 1, lid 3

Artikel 1, lid 3

Artikel 1, lid 4

Artikel 1, lid 4, eerste alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 5

Artikel 1, lid 4, eerste alinea, tweede zin

Artikel 1, lid 6, eerste alinea

Artikel 1, lid 7, eerste alinea

Artikel 1, lid 4, tweede alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 6, tweede alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 7, tweede alinea, eerste zin

Artikel 1, lid 4, tweede alinea, tweede zin

Artikel 1, lid 6, tweede alinea, tweede en derde zin

Artikel 1, lid 7, tweede alinea, tweede en derde zin

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 2, aanhef

Artikel 2, lid 2, aanhef

Artikel 2, lid 2, punt a)

Artikel 2, lid 2, punt i)

Artikel 2, lid 2, punt b)

Artikel 2, lid 2, punt a)

Artikel 2, lid 2, punt b)

Artikel 2, lid 2, punt c)

Artikel 2, lid 2, punt c)

Artikel 2, lid 2, punt d)

Artikel 2, lid 2, punt g)

Artikel 2, lid 2, punt e)

Artikel 2, lid 2, punt d)

Artikel 2, lid 2, punt f)

Artikel 2, lid 2, punt f)

Artikel 2, lid 2, punt g)

Artikel 2, lid 2, punt e)

Artikel 2, lid 2, punt h)

Artikel 2, lid 2, punt i)

Artikel 2, lid 2, punt j)

Artikel 2, lid 2, punt j)

Artikel 2, lid 2, punt k)

Artikel 2, lid 2, punt h)

Artikel 2, lid 2, punt l)

Artikel 2, lid 2, punt k)

Artikel 2, lid 2, punt m)

Artikel 2, lid 2, punt n)

Artikel 2, lid 2, punt o)

Artikel 2, lid 2, punt p)

Artikel 2, lid 2, punt q)

Artikelen 3, 4, 5 en 6

Artikel 3, lid 1

Artikel 7, lid 1

Artikel 3, lid 2

Artikel 7, lid 2

Artikel 3, lid 3, eerste alinea

Artikel 3, lid 3, tweede alinea

Artikel 7, lid 3

Artikel 4, lid 1

Artikel 8, lid 1

Artikel 4, lid 2

Artikel 8, lid 2

Artikel 4, lid 3, eerste alinea

Artikel 4, lid 3, tweede alinea

Artikel 8, lid 3

Artikel 4, lid 3,derde alinea

Artikel 8, lid 4

Artikel 4, lid 4

Artikel 8, lid 5

Artikel 4 bis

Artikel 9

Artikel 4 ter

Artikel 10

Artikel 4 ter, lid 7

Artikel 4 quater

Artikel 11

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 6, lid 1, eerste tot en met de vijfde alinea

Artikel 14, lid 1, eerste tot en met de vijfde alinea

Artikel 14, lid 1, zesde alinea

Artikel 6, lid 2

Artikel 14, lid 2

Artikel 6, lid 3, eerste en tweede alinea

Artikel 14, lid 3, eerste en tweede alinea

Artikel 14, lid 3, derde alinea

Artikel 14, lid 4

Artikel 6 bis

Artikel 15

Artikel 15, lid 4

Artikel 15, lid 5

Artikel 15, lid 6

Artikel 6 bis, lid 4

Artikel 7

Artikel 16

Artikel 16, lid 3, tweede alinea

Artikel 8

Artikel 17

Artikel 9

Artikel 18

Artikel 10

Artikel 11, lid 1, aanhef

Artikel 19, lid 1, aanhef

Artikel 19, lid 1, punten a) en b)

Artikel 11, lid 1, eerste alinea, eerste tot en met vierde streepje

Artikel 19, lid 1, eerste alinea, punten c) tot en met f)

Artikel 19, lid 1, punten g) en h)

Artikel 11, lid 1, tweede alinea

Artikel 19, lid 2

Artikel 11, lid 2

Artikel 19, lid 3

Artikel 19, lid 4

Artikel 12

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 13

Artikel 22

 nieuw

BIJLAGE I

Criteria ter bepaling van de maximale wholesaletarieven

Beginselen, criteria en parameters ter bepaling van de in artikel 22 bedoelde maximale wholesaletarieven:

a) de tarieven moeten zodanig zijn dat een efficiënte exploitant in eender welke lidstaat de bij het aanbieden van de relevante gereguleerde wholesalediensten gemaakte wholesaleroamingkosten kan dekken; de bepaling van wat efficiënte kosten zijn, wordt gebaseerd op de huidige kosten; de methode voor de berekening van efficiënte kosten wordt gebaseerd op een bottom-up-model waarbij gebruik wordt gemaakt van incrementele langetermijnkosten plus een aantal gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten (LRIC+, Long Run Incremental Cost Plus) voor de verstrekking van de gespreksafgiftedienst op wholesaleniveau aan derden;

b) het increment heeft betrekking op het relevante deel (dienst) in een specifiek geval, hier roamingdiensten. Het LRIC-kostenmodel omvat uitsluitend de elementen om deze specifieke dienst te kunnen leveren;

c) in het LRIC+-kostenmodel kunnen gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten worden opgenomen die voor andere diensten van belang zijn;

d) omdat netwerkexploitanten de gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten moeten kunnen dekken met het oog op de langetermijnhoudbaarheid, worden de gezamenlijke en gemeenschappelijke kosten verdeeld over de diensten waaruit ze voortkomen, en dienovereenkomstig gedekt door een prijsplafond dat hoger is dan de geraamde kosten voor die diensten;

e) voor exploitanten van mobiele netwerken wordt de minimale efficiënte schaal vastgesteld op een marktaandeel van ten minste 20 %;

f) de relevante benadering voor waardevermindering van activa is economische waardevermindering; en

g) de keuze van de technologie voor de gemodelleerde netwerken is toekomstgericht, gebaseerd op een IP-kernnetwerk, rekening houdend met de verschillende technologieën die waarschijnlijk zullen worden gebruikt gedurende de geldigheidsperiode van het maximale tarief. 

🡹

BIJLAGE II

Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad
(PB L 172 van 30.6.2012, blz. 10)

Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad
(PB L 310 van 26.11.2015, blz. 1)

Enkel artikel 7

Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad
(PB L 147 van 9.6.2017, blz. 1)

_____________

BIJLAGE III

Concordantietabel

Verordening (EG) nr. 531/2012

Deze verordening

Artikel 1, lid 1

Artikel 1, lid 1

Artikel 1, lid 2

-

Artikel 1, lid 3

Artikel 1, lid 2

Artikel 1, lid 4

-

Artikel 1, lid 5

Artikel 1, lid 3

Artikel 1, lid 6

Artikel 1, lid 4

Artikel 1, lid 7

-

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 1

Artikel 2, lid 2, punten a) en b)

Artikel 2, lid 2, punten a) en b)

Artikel 2, lid 2, punt c)

-

Artikel 2, lid 2, punt d)

Artikel 2, lid 2, punt c)

Artikel 2, lid 2, punt e)

Artikel 2, lid 2, punt d)

Artikel 2, lid 2, punt f)

Artikel 2, lid 2, punt e)

Artikel 2, lid 2, punt g)

Artikel 2, lid 2, punt f)

Artikel 2, lid 2, punt h)

Artikel 2, lid 2, punt g)

Artikel 2, lid 2, punt j)

Artikel 2, lid 2, punt h)

Artikel 2, lid 2, punt k)

Artikel 2, lid 2, punt i)

Artikel 2, lid 2, punt m)

Artikel 2, lid 2, punt j)

Artikel 2, lid 2, punt o)

Artikel 2, lid 2, punt k)

Artikel 2, lid 2, punt p)

Artikel 2, lid 2, punt l)

Artikel 2, lid 2, punt q)

Artikel 2, lid 2, punt m)

Artikel 2, lid 2, punt r)

Artikel 2, lid 2, punt n)

Artikel 2, lid 2, punt s)

-

Artikel 3, leden 1 tot en met 8

Artikel 3, leden 1 tot en met 8

Artikel 3, lid 9

-

Artikel 4

-

Artikel 5

-

Artikel 6

Artikel 4

Artikel 6 bis

Artikel 5, lid 1

-

Artikel 5, lid 2

Artikel 6 ter

Artikel 6

Artikel 6 quater

Artikel 7

Artikel 6 quinquies, leden 1, 2 en 3

Artikel 8, leden 1, 2 en 3

Artikel 6 quinquies, lid 4

-

Artikel 6 quinquies, lid 5

Artikel 8, lid 4

-

Artikel 8, lid 5

Artikel 6 sexies, lid 1, eerste alinea, aanhef

Artikel 9, lid 1, eerste alinea, aanhef

Artikel 6 sexies, lid 1, punt a)

Artikel 9, lid 1, punt a)

Artikel 6 sexies, lid 1, punt b)

-

Artikel 6 sexies, lid 1, punt c)

Artikel 9, lid 1, punt b)

Artikel 6 sexies, lid 1, tweede en derde alinea

Artikel 9, lid 1, tweede en derde alinea

Artikel 6 sexies, lid 1, vierde alinea

-

Artikel 6 sexies, lid 2

-

Artikel 6 sexies, lid 3

Artikel 9, lid 2

Artikel 6 sexies, lid 4, eerste alinea, aanhef

Artikel 9, lid 3, aanhef

Artikel 6 sexies, lid 4, eerste alinea, punten a) en b)

Artikel 9, lid 3, punten a) en b)

-

Artikel 9, lid 3, punt c)

-

Artikel 9, lid 4

Artikel 6 sexies, lid 4, tweede alinea

Artikel 9, lid 5

Artikel 6 septies

-

Artikel 7

Artikel 10

Artikel 9

Artikel 11

Artikel 11

-

Artikel 12

Artikel 12

-

Artikel 13

Artikel 14, lid 1, eerste en tweede alinea

Artikel 14, lid 1, eerste en tweede alinea

-

Artikel 14, lid 1,derde alinea

Artikel 14, lid 1, derde en vierde alinea

Artikel 14, lid 1, vierde en vijfde alinea

Artikel 14, lid 1, vijfde en zesde alinea

Artikel 14, lid 1, zesde en zevende alinea

Artikel 14, lid 2

Artikel 14, lid 2

Artikel 14, lid 2 bis

Artikel 14, lid 3

Artikel 14, lid 3

Artikel 14, lid 4

Artikel 14, lid 4

Artikel 14, lid 5

Artikel 15, leden 1 en 2

Artikel 15, leden 1 en 2

Artikel 15, lid 2 bis

Artikel 15, lid 3

Artikel 15, lid 3

Artikel 15, lid 4

Artikel 15, lid 4

Artikel 15, lid 5

Artikel 15, lid 5

Artikel 15, lid 6

Artikel 15, lid 6

Artikel 15, lid 7

-

Artikel 16

-

Artikel 17

Artikel 16, leden 1 tot en met 4

Artikel 18, leden 1 tot en met 4

Artikel 16, lid 4 bis

Artikel 16, lid 5

Artikel 16, lid 5

Artikel 16, lid 6

Artikel 16, lid 6

Artikel 16, lid 7

Artikel 17

Artikel 19

Artikel 18

Artikel 20

Artikel 19, lid 1

-

Artikel 19, lid 2

-

Artikel 19, lid 3, eerste alinea

Artikel 21, lid 1, eerste alinea

Artikel 19, lid 3, tweede alinea, punten a) en b)

Artikel 21, lid 1, tweede alinea, punten a) en b)

-

Artikel 21, lid 1, tweede alinea, punt c)

Artikel 19, lid 3, punt c)

Artikel 21, lid 1, punt d)

Artikel 19, lid 3, punt d)

Artikel 21, lid 1, punt e)

Artikel 19, lid 3, punt e)

Artikel 21, lid 1, punt f)

Artikel 19, lid 3, punt f)

Artikel 21, lid 1, punt g)

Artikel 19, lid 3, punt g)

Artikel 21, lid 1, punt h)

Artikel 19, lid 3, punt h)

Artikel 21, lid 1, punt i)

-

Artikel 21, lid 1, punt j)

-

Artikel 21, lid 1, punt k)

Artikel 19, lid 4, eerste tot en met de vierde alinea

Artikel 21, lid 2, eerste tot en met de vierde alinea

Artikel 19, lid 4, vijfde alinea

-

-

Artikel 22

-

Artikel 23

Artikel 20

Artikel 24

Artikel 21

Artikel 25

Artikel 22

Artikel 26

-

Bijlage I

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage II

Bijlage III

Top