Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52001PC0729

Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakking en verpakkingsafval

/* COM/2001/0729 def. - COD 2001/0291 */

PB C 103E van 30/04/2002, p. 17–20 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

52001PC0729

Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakking en verpakkingsafval /* COM/2001/0729 def. - COD 2001/0291 */

Publicatieblad Nr. 103 E van 30/04/2002 blz. 0017 - 0020


Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG betreffende verpakking en verpakkingsafval

(2002/C 103 E/03)

(Voor de EER relevante tekst)

COM(2001) 729 def. - 2001/0291(COD)

(Door de Commissie ingediend op 7 december 2001)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95, lid 1,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité,

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Overeenkomstig Richtlijn 94/62/EG(1) dient de Raad uiterlijk zes maanden voor het einde van de fase van vijf jaar die begint op de dag waarop die richtlijn in nationaal recht moet zijn omgezet, taakstellingen voor de volgende fase van vijf jaar vast te stellen.

(2) De definitie van "verpakking" in Richtlijn 94/62/EG moet worden verduidelijkt door de toevoeging van een bijlage met richtsnoeren voor de interpretatie ervan. Bovendien heeft de ontwikkeling van nieuwe recyclingtechnologieën geresulteerd in de noodzaak om nieuwe definities toe te voegen.

(3) Op basis van levenscyclusanalyses en kosten-batenanalyses, die zowel wat de kosten als wat de baten van recycling betreft duidelijke verschillen tussen de diverse verpakkingsmaterialen hebben aangetoond, moeten voor ieder specifiek afvalmateriaal taakstellingen voor recycling worden vastgesteld. Dit dient de samenhang van de interne markt voor recycling van deze materialen verbeteren.

(4) De terugwinning en recycling van verpakkingsafval moeten verder worden opgevoerd teneinde de milieueffecten ervan te verminderen.

(5) Aan bepaalde lidstaten die in verband met hun specifieke situatie het realiseren van de in Richtlijn 94/62/EG vastgestelde taakstellingen voor terugwinning en recycling tot een latere datum mochten uitstellen, dient een verdere, doch beperkte, mogelijkheid tot uitstel te worden geboden.

(6) Met het oog op de uitbreiding van de Europese Unie moet passende aandacht worden besteed aan de specifieke situatie in de toekomstige lidstaten, met name wat betreft het bereiken van de recyclingtaakstelling van artikel 6, lid 1, rekening houdend met hun huidige geringe verbruik van verpakking.

(7) Conform het subsidiariteitsbeginsel en het evenredigheidsbeginsel als omschreven in artikel 5 van het Verdrag kunnen de doelstellingen van de voorgestelde maatregel, namelijk de nationale taakstellingen inzake recycling van verpakkingsafval harmoniseren en de definities nader verduidelijken, niet op adequate wijze door de lidstaten tot stand worden gebracht, en kunnen zij met het oog op de draagwijdte van de maatregel beter door de Gemeenschap worden gerealiseerd. Deze richtlijn bevat slechts de minimale bepalingen die nodig zijn om die doelstellingen te bereiken en reikt niet verder dan wat terzake onontbeerlijk is.

(8) Aangezien de maatregelen die voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 94/62/EG noodzakelijk zijn, maatregelen van algemene strekking zijn in de zin van artikel 2 van Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden(2), dient bij de vaststelling ervan de regelgevingsprocedure van artikel 5 van dat besluit te worden toegepast.

(9) Richtlijn 94/62/EG moet derhalve in die zin worden gewijzigd,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 94/62/EG wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a) aan punt 1 wordt de volgende alinea toegevoegd: "De definitie van 'verpakking' wordt nader geïnterpreteerd overeenkomstig de richtsnoeren in bijlage I;"

b) de volgende punten 9 bis, 9 ter en 9 quater worden ingelast: "9 bis. 'mechanische recycling': het opnieuw verwerken van afvalmateriaal voor het oorspronkelijke doel of voor andere doeleinden, terugwinning van energie en verwijdering uitgezonderd, zonder dat de chemische structuur van het verwerkte materiaal wordt gewijzigd;

9 ter. 'chemische recycling': het opnieuw verwerken van afvalmateriaal op een andere manier dan door organische recycling, voor het oorspronkelijke doel of voor andere doeleinden, terugwinning van energie en verwijdering uitgezonderd, door wijziging van de chemische structuur van het afvalmateriaal en recycling van de chemische componenten tot het materiaal van de oorspronkelijke afvalstof;

9 quater. 'materiaalrecycling': het opnieuw verwerken van afvalmateriaal op een andere manier dan door organische recycling, voor het oorspronkelijke doel of voor andere doeleinden, terugwinning van energie en verwijdering uitgezonderd, door wijziging van de chemische structuur van het afvalmateriaal en recycling van de chemische componenten tot andere materialen dan het materiaal van de oorspronkelijke afvalstof;"

2. Artikel 6 wordt als volgt gelezen: "Artikel 6

1. Teneinde aan de doelstellingen van deze richtlijn te voldoen, nemen de lidstaten de nodige maatregelen opdat voor hun hele grondgebied de volgende taakstellingen uiterlijk op 30 juni 2006 worden verwezenlijkt:

a) ten minste 60 gewichtsprocent en ten hoogste 75 gewichtsprocent van het verpakkingsafval wordt teruggewonnen;

b) ten minste 55 gewichtsprocent en ten hoogste 70 gewichtsprocent van het verpakkingsafval wordt gerecycleerd;

c) de volgende minimumtaakstellingen inzake recycling van in het verpakkingsafval aanwezige materialen worden verwezenlijkt:

- 60 gewichtsprocent voor glas;

- 55 gewichtsprocent voor papier en karton;

- 50 gewichtsprocent voor metalen;

- 20 gewichtsprocent voor kunststoffen, uitsluitend door middel van mechanische en/of chemische recycling.

2. De lidstaten bevorderen de terugwinning van energie waar deze met het oog op het milieu of de kosten-batenverhouding te verkiezen is boven materiaalrecycling. Zij kunnen dit doen door een voldoende ruime marge te handhaven tussen de nationale taakstellingen inzake recycling en terugwinning.

3. De lidstaten bevorderen waar zulks passend is het gebruik van uit gerecycleerd verpakkingsafval verkregen materialen bij de productie van verpakkingen en andere producten.

4. Uiterlijk op 31 december 2005 stellen het Europees Parlement en de Raad, op voorstel van de Commissie, met gekwalificeerde meerderheid taakstellingen vast voor de derde fase van vijf jaar (2006 tot 2011), op basis van de praktijkervaring die de lidstaten hebben opgedaan bij het realiseren van de taakstellingen zoals neergelegd in lid 1 alsmede de bevindingen van wetenschappelijk onderzoek en evaluatietechnieken zoals levenscyclusanalyses en kosten-batenanalyses.

Deze procedure zal daarna om de vijf jaar worden herhaald.

5. De lidstaten maken de in lid 1 bedoelde maatregelen en taakstellingen bekend en organiseren daarover een voorlichtingscampagne voor het publiek en de ondernemingen.

6. In het licht van hun specifieke situatie mogen Griekenland, Ierland en Portugal de verwezenlijking van de taakstellingen van lid 1 uitstellen tot een datum naar eigen keuze, die echter niet later mag vallen dan 30 juni 2009.

7. De lidstaten die programma's hebben of zullen vaststellen die verder gaan dan de taakstelling van lid 1, onder a), en die daartoe voorzien in passende capaciteiten voor recycling en terugwinning, mogen die taakstellingen blijven nastreven in het belang van een hoog milieubeschermingsniveau op voorwaarde dat die maatregelen geen verstoringen van de interne markt veroorzaken en de naleving van de richtlijn door andere lidstaten niet bemoeilijken. De lidstaten stellen de Commissie daarvan in kennis. De Commissie bevestigt deze maatregelen, nadat zij zich, in samenwerking met de lidstaten, ervan heeft vergewist dat zij stroken met bovengenoemde overwegingen en geen willekeurig middel tot discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen lidstaten vormen."

3. Artikel 8, lid 2, wordt als volgt gelezen: "2. Teneinde de inzameling, het hergebruik en de terugwinning, met inbegrip van recycling, te vergemakkelijken, wordt ten behoeve van de identificatie en classificatie door de betrokken industrie de aard van het gebruikte verpakkingsmateriaal of de gebruikte verpakkingsmaterialen op de verpakking aangegeven.

Dit geschiedt op basis van Beschikking 97/129/EG van de Commissie."

4. Artikel 19 wordt als volgt gelezen: "De wijzigingen nodig voor de aanpassing aan de vooruitgang van wetenschap en techniek van het in artikel 8, lid 2, en in artikel 10, laatste streepje, bedoelde identificatiesysteem, de in artikel 12, lid 3, en in bijlage III bedoelde vormvereisten met betrekking tot het systeem van databases alsmede de in bijlage I opgenomen richtsnoeren voor de interpretatie van de definitie van verpakking worden aangenomen overeenkomstig de procedure van artikel 21."

5. Bijlage I wordt vervangen door de in de bijlage van deze richtlijn opgenomen tekst.

6. Artikel 21 wordt als volgt gelezen: "1. De Commissie wordt bijgestaan door een comité, bestaande uit vertegenwoordigers van de lidstaten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie.

2. In de gevallen waarin naar dit lid wordt verwezen, is de regelgevingsprocedure van artikel 5 van Besluit 1999/468/EG van de Raad, met inachtneming van artikel 7, lid 3, en artikel 8 van dat besluit, van toepassing.

3. De in artikel 5, lid 6, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn bedraagt ten hoogste drie maanden."

Artikel 2

De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk [18 maanden na datum van aanneming] aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar deze richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

(1) PB L 365 van 31.12.1994, blz. 10.

(2) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.

BIJLAGE

""

BIJLAGE I

RICHTSNOEREN VOOR DE INTERPRETATIE VAN DE DEFINITIE VAN VERPAKKING

1. De definitie van verpakking is gebaseerd op het functioneren als verpakking, ongeacht andere functies die de verpakking ook kan vervullen, tenzij de punten 6 en 7 erop van toepassing zijn.

2. Een artikel dat een primaire of secundaire verpakkingsfunctie heeft en dat is ontworpen en in het algemeen is bedoeld om op het verkooppunt te worden gevuld, wordt als verpakking beschouwd.

Enkele voorbeelden ter illustratie:

Verpakking:

Draagtassen van papier of kunststof

Niet-verpakking:

Kunststoffolie

Broodzakjes

Aluminiumfolie

3. Onderdelen van een verpakking maken deel uit van de verpakking waar ze aan vastzitten; het zijn geen aparte verpakkingsartikelen.

Enkele voorbeelden ter illustratie:

Verpakking:

Mascaraborstel die deel uitmaakt van de dop van een mascarahouder

Kleefetiketten die op een ander verpakkingsartikel zitten

Labels die aan het product hangen of erop zitten

4. Bijkomstige elementen die in de verpakking of een verpakkingsonderdeel geïntegreerd zijn en/of een rol hebben met betrekking tot een verpakkingsonderdeel, bijvoorbeeld een verstevigende of verfraaiende rol, maken deel uit van de verpakking en zijn geen aparte verpakkingsartikelen.

Enkele voorbeelden ter illustratie:

Verpakking:

Nietjes

Plakband

Krimpfolie (bijvoorbeeld om flessen drank)

5. Wegwerpartikelen die in gevulde toestand worden verkocht of die ontworpen en bedoeld zijn om op het verkooppunt te worden gevuld, zijn verpakking mits zij een verpakkingsfunctie hebben.

Enkele voorbeelden ter illustratie:

Verpakking:

Wegwerpborden

Wegwerpbekers, enz.

Niet-verpakking:

Frietvorkjes

6. Een artikel dat aan bovenstaande voorwaarden voldoet, is niettemin geen verpakking als de functie van het artikel ten opzichte van het product duidelijk groter is dan de verpakkingsfunctie ervan.

Dit geldt ook voor artikelen die bij aankoop een integraal en onafscheidelijk deel vormen van een duurzaam product en die nodig zijn om dat product tijdens de levensduur ervan te bevatten, te ondersteunen of te bewaren.

Dit geldt niet voor in een onderdeel van de verpakking geïntegreerde artikelen.

Enkele voorbeelden ter illustratie:

Verpakking:

Dozen

Bonbondozen

Plasticfolie om een cd-doosje

Niet-verpakking:

Bloempotten die zijn bedoeld om de plant gedurende het hele leven daarvan te bevatten

Inktpatronen

Gereedschapsdozen

7. Een artikel dat voldoet aan de beginselen 1-5 is niettemin geen verpakking als het zowel deel uitmaakt van het fabricageproces als van het product.

Enkele voorbeelden ter illustratie:

Niet-verpakking:

Theezakjes

Waslagen (bijvoorbeeld rond kaas)

Velletjes rond worst

Top