EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62012TN0552

Zaak T-552/12: Beroep ingesteld op 21 december 2012 — North Drilling/Raad

PB C 46 van 16.2.2013, p. 22–22 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

16.2.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 46/22


Beroep ingesteld op 21 december 2012 — North Drilling/Raad

(Zaak T-552/12)

2013/C 46/39

Procestaal: Spaans

Partijen

Verzoekende partij: North Drilling Co. (Teheran, Iran) (vertegenwoordigers: J. Viñals Camallonga, L. Barriola Urruticoechea en J. Iriarte Ángel, advocaten)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

artikel 2 van besluit 2012/635/GBVB van de Raad van 15 oktober 2012 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran nietig verklaren, voor zover het op haar betrekking heeft, en haar uit de bijlage bij dit besluit schrappen;

artikel 1 van uitvoeringsverordening (EU) nr. 945/2012 van de Raad van 15 oktober 2012 houdende uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran nietig verklaren, voor zover het op haar betrekking heeft, en haar uit de bijlage bij deze uitvoeringsverordening schrappen, en

de Raad verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster zes middelen aan.

1)

Kennelijke fout

Het eerste middel is ontleend aan een kennelijk onjuiste beoordeling van de feiten die aan de litigieuze bepalingen ten grondslag liggen, doordat deze bepalingen niet op feiten en bewijzen zijn gebaseerd.

2)

Niet-nakoming van de motiveringsplicht

Het tweede middel is ontleend aan niet-nakoming van de motiveringsplicht, doordat de litigieuze bepalingen wat NDC betreft onjuist zijn gemotiveerd en deze motivering ongegrond, algemeen en stereotiep is.

3)

Schending van het recht op rechterlijke bescherming

Het derde middel is ontleend aan schending van het recht op effectieve rechterlijke bescherming aangaande de motivering van de handelingen, het ontbreken van bewijs voor de aangevoerde motivering en het recht van verweer en het eigendomsrecht, doordat de motiveringsplicht, die van invloed is op de overige rechten, niet is nagekomen.

4)

Schending van het eigendomsrecht

Het vierde middel is ontleend aan schending van het eigendomsrecht, doordat het zonder werkelijke motivering is beperkt.

5)

Schending van het beginsel van gelijke behandeling

Het vijfde middel is ontleend aan schending van het beginsel van gelijke behandeling, doordat verzoeksters relatieve positie zonder reden is aangetast.

6)

Misbruik van bevoegdheid

Het zesde middel is ontleend aan misbruik van bevoegdheid, doordat er objectieve, precieze en overeenstemmende aanwijzingen zijn dat de sanctiemaatregel is genomen ter bereiking van andere dan de door de Raad aangevoerde doelen.


Top