Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/155/03

    Zaak C-157/05: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 24 mei 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgerichtshof — Oostenrijk) — Winfried L. Holböck/Finanzamt Salzburg-Land (Vrij verkeer van kapitaal — Vrijheid van vestiging — Inkomstenbelasting — Uitkering van dividenden — Kapitaalopbrengsten afkomstig uit derde land)

    PB C 155 van 7.7.2007, p. 3–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    7.7.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 155/3


    Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 24 mei 2007 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgerichtshof — Oostenrijk) — Winfried L. Holböck/Finanzamt Salzburg-Land

    (Zaak C-157/05) (1)

    (Vrij verkeer van kapitaal - Vrijheid van vestiging - Inkomstenbelasting - Uitkering van dividenden - Kapitaalopbrengsten afkomstig uit derde land)

    (2007/C 155/03)

    Procestaal: Duits

    Verwijzende rechter

    Verwaltungsgerichtshof

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Winfried L. Holböck

    Verwerende partij: Finanzamt Salzburg-Land

    Voorwerp

    Verzoek om een prejudiciële beslissing — Verwaltungsgerichtshof — Uitlegging van artikelen 56 EG en 57 EG — Nationale regeling inzake belasting over uitgekeerde dividenden — Op nationale grondgebied verblijvende natuurlijke persoon die tweederde belang heeft in op grondgebied van derde staat (Zwitserland) gevestigde vennootschap — Belasting van dividenden tegen normale tarief van inkomstenbelasting, in tegenstelling tot dividenden van nationale oorsprong waarop verlaagd belastingtarief wordt toegepast

    Dictum

    Artikel 57, lid 1, EG dient aldus te worden uitgelegd dat artikel 56 EG niet afdoet aan de toepassing door een lidstaat van een wettelijke regeling die op 31 december 1993 bestond en volgens welke een aandeelhouder die dividenden ontvangt van een binnenlandse vennootschap, is onderworpen aan een belastingtarief dat gelijk is aan de helft van het gemiddelde belastingtarief, terwijl een aandeelhouder die dividenden ontvangt van een in een derde land gevestigde vennootschap waarin deze aandeelhouder een tweederde belang heeft, is onderworpen aan het normale inkomstenbelastingtarief.


    (1)  PB C 143 van 11.6.2005.


    Top