Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022CN0451

    Zaak C-451/22: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Raad van State (Nederland) op 7 juli 2022 — RTL Nederland BV, RTL Nieuws BV; Andere partij: Minister van Infrastructuur en Waterstaat

    PB C 380 van 3.10.2022, p. 4–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    3.10.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 380/4


    Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Raad van State (Nederland) op 7 juli 2022 — RTL Nederland BV, RTL Nieuws BV; Andere partij: Minister van Infrastructuur en Waterstaat

    (Zaak C-451/22)

    (2022/C 380/06)

    Procestaal: Nederlands

    Verwijzende rechter

    Raad van State

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoeksters: RTL Nederland BV, RTL Nieuws BV

    Andere partij: Minister van Infrastructuur en Waterstaat

    Prejudiciële vragen

    1)

    Wat moet worden verstaan onder bijzonderheden over ‚voorvallen’ en ‚passende vertrouwelijkheid’ als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Verordening Voorvallen (1) en in het licht van het in artikel 11 van het EU Handvest en artikel 10 van het EVRM neergelegde recht op vrijheid van meningsuiting en informatie?

    2)

    Moet artikel 15, eerste lid, van de Verordening Voorvallen, in het licht van het in artikel 11 van het EU Handvest en artikel 10 van het EVRM neergelegde recht op vrijheid van meningsuiting en informatie, aldus worden uitgelegd dat het verenigbaar is met een nationale regel zoals aan de orde in het hoofdgeding op grond waarvan geen enkel gegeven ontvangen uit gemelde voorvallen openbaar mag worden gemaakt?

    3)

    Indien vraag 2 ontkennend wordt beantwoord: is het de bevoegde nationale instantie toegestaan om een algemene nationale regeling betreffende openbaarmaking toe te passen, op grond waarvan informatie niet verstrekt wordt, voor zover het verstrekken hiervan niet opweegt tegen de belangen gemoeid met bijvoorbeeld betrekkingen met andere staten en internationale organisaties, inspectie, controle en toezicht door bestuurlijke instanties, de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en het voorkomen van onevenredige bevoordeling en benadeling van natuurlijke personen en rechtspersonen?

    4)

    Maakt het, wanneer de algemene nationale regeling betreffende openbaarmaking wordt toegepast, verschil of het gaat om informatie in de nationale gegevensbank of om informatie uit of over meldingen die in andere documenten, bijvoorbeeld beleidstukken, is opgenomen?


    (1)  Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (PB 2014, L 122, blz. 18).


    Top