EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021CN0681

Zaak C-681/21: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Verwaltungsgerichtshof (Oostenrijk) op 11 november 2021 — Versicherungsanstalt öffentlich Bediensteter, Eisenbahnen und Bergbau

PB C 84 van 21.2.2022, p. 25–25 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
PB C 84 van 21.2.2022, p. 9–9 (GA)

21.2.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 84/25


Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Verwaltungsgerichtshof (Oostenrijk) op 11 november 2021 — Versicherungsanstalt öffentlich Bediensteter, Eisenbahnen und Bergbau

(Zaak C-681/21)

(2022/C 84/32)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Verwaltungsgerichtshof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende overheidsinstantie tot Revision: Versicherungsanstalt öffentlich Bediensteter, Eisenbahnen und Bergbau

Andere partij in de procedure: B

Prejudiciële vraag

Moeten artikel 2, lid 1 en lid 2, onder a), en artikel 6, lid 1, van richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (1) alsook het rechtszekerheidsbeginsel, het beginsel van eerbiediging van verworven rechten en het beginsel van de doeltreffendheid van het Unierecht aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staan aan een nationale regeling — zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde is — die inhoudt dat een voorheen bevoordeelde groep ambtenaren met terugwerkende kracht niet langer recht heeft op pensioenbedragen die verschuldigd waren op grond van de aanpassing van het pensioen, en die er op deze wijze (het met terugwerkende kracht opheffen van de voorheen bevoordeelde groep door middel van de huidige gelijkstelling met de voorheen benadeelde groep) toe leidt dat ook de voorheen benadeelde groep ambtenaren geen recht (meer) heeft op de pensioenbedragen die verschuldigd waren op grond van de aanpassing van het pensioen, terwijl laatstgenoemde groep op die bedragen recht zou hebben wegens reeds (herhaaldelijk) door de rechter vastgestelde discriminatie op grond van leeftijd en het ten gevolge daarvan buiten toepassing laten van een met het Unierecht strijdige nationale bepaling ten behoeve van de gelijkstelling met de voorheen bevoordeelde groep?


(1)  PB 2000, L 303, blz. 16.


Top