This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020CN0597
Case C-597/20: Request for a preliminary ruling from the Fővárosi Törvényszék (Hungary) lodged on 12 November 2020 — Polskie Linie Lotnicze ‘LOT’ SA v Budapest Főváros Kormányhivatala
Zaak C-597/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Törvényszék (Hongarije) op 12 november 2020 — Polskie Linie Lotnicze “LOT” SA / Budapest Főváros Kormányhivatala
Zaak C-597/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Törvényszék (Hongarije) op 12 november 2020 — Polskie Linie Lotnicze “LOT” SA / Budapest Főváros Kormányhivatala
PB C 28 van 25.1.2021, p. 29–29
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
25.1.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 28/29 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Törvényszék (Hongarije) op 12 november 2020 — Polskie Linie Lotnicze “LOT” SA / Budapest Főváros Kormányhivatala
(Zaak C-597/20)
(2021/C 28/46)
Procestaal: Hongaars
Verwijzende rechter
Fővárosi Törvényszék
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Polskie Linie Lotnicze “LOT” SA
Verwerende partij: Budapest Főváros Kormányhivatala
Prejudiciële vraag
Dient artikel 16, leden 1 en 2, van verordening nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad (1) aldus te worden uitgelegd dat de nationale instantie die verantwoordelijk is voor de handhaving van deze verordening, waarbij door een passagier een individuele klacht is ingediend, de betrokken luchtvaartmaatschappij niet tot betaling van de aan de passagier verschuldigde compensatie kan verplichten?
(1) Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 (PB 2004, L 46, blz. 1).