Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017TN0742

    Zaak T-742/17: Beroep ingesteld op 9 november 2017 — Kim e.a./Raad

    PB C 13 van 15.1.2018, p. 28–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    15.1.2018   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 13/28


    Beroep ingesteld op 9 november 2017 — Kim e.a./Raad

    (Zaak T-742/17)

    (2018/C 013/43)

    Procestaal: Engels

    Partijen

    Verzoekende partijen: Il-Su Kim (Pyongyang, Noord-Korea), Song-Sam Kang (Hamburg, Duitsland), Chun-Sik Choe (Pyongyang), Kyu-Nam Sin (Pyongyang) en Chun-San Pak (Pyongyang) (vertegenwoordigers: M. Lester, QC, S. Midwinter, QC, T. Brentnall en A. Stevenson, solicitors)

    Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

    Conclusies

    Nietigverklaring van verordening 2017/1509 van de Raad van 30 augustus 2017 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea en tot intrekking van verordening (EG) nr. 329/2007, voor zover deze op verzoekende partijen van toepassing is;

    verwijzing van verwerende partij in de kosten van verzoekende partijen.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Ter ondersteuning van hun beroep voeren verzoekende partijen zes middelen aan.

    1.

    Eerste middel: verweerder heeft niet gepast of toereikend gemotiveerd waarom verzoekende partijen zijn opgenomen in de bestreden verordening.

    2.

    Tweede middel: de verweerder heeft een kennelijke beoordelingsfout gemaakt bij de beslissing dat, in het geval van verzoekende partijen, aan ten minste één van de criteria voor opname in de lijst van bestreden maatregelen is voldaan; er is geen feitelijke grondslag voor deze opname.

    3.

    Derde middel: verweerder heeft het recht van verzoekende partijen op gelijke behandeling geschonden.

    4.

    Vierde middel: verweerder heeft de rechten van verdediging van verzoekende partijen geschonden door hun, vóór hun wederopname op de lijst, niet de bewijzen te verschaffen waarop verweerder zich daarbij heeft gebaseerd.

    5.

    Vijfde middel: verweerder heeft de wetgeving inzake gegevensbescherming geschonden.

    6.

    Zesde middel: verweerder heeft op een ongerechtvaardigde en onevenredige manier de grondrechten van verzoekende partijen geschonden, waaronder hun recht op bescherming van eigendom, onderneming en reputatie.


    Top