Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62016TN0287

    Zaak T-287/16: Beroep ingesteld op 30 mei 2016 — België/Commissie

    PB C 270 van 25.7.2016, p. 62–63 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    25.7.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 270/62


    Beroep ingesteld op 30 mei 2016 — België/Commissie

    (Zaak T-287/16)

    (2016/C 270/68)

    Procestaal: Frans

    Partijen

    Verzoekende partij: Koninkrijk België (vertegenwoordigers: J.-C. Halleux en M. Jacobs, gemachtigden, bijgestaan door É. Grégoire en J. Mariani, advocaten)

    Verwerende partij: Europese Commissie

    Conclusies

    primair, nietigverklaring van uitvoeringsbesluit (EU) 2016/417 van de Commissie van 17 maart 2016, voor zover daarbij met betrekking tot het Koninkrijk België een bedrag van 9 601 619,00 EUR aan financiering door de Europese Unie wordt onttrokken (begrotingspost 6701);

    subsidiair, gedeeltelijke nietigverklaring van dat besluit om het bedrag van 9 601 619 EUR aan communautaire financiering te onttrekken, voor zover dit het bedrag van 4 106 470,02 EUR omvat dat het ELGF reeds eerder heeft ontvangen;

    verwijzing van de Commissie in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Ter ondersteuning van zijn beroep voert verzoeker twee middelen aan.

    1.

    Schending van artikel 31, lid 1, en artikel 32, lid 8, van verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB 2005, L 209, blz. 1), doordat de Commissie niet aantoont dat de door het Belgische betaalorgaan gedane uitgave niet in overeenstemming is met het gemeenschapsrecht en dat het achterwege blijven van invordering of de onregelmatigheid het gevolg is van een onregelmatigheid of nalatigheid die te wijten is aan het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau (BIRB).

    2.

    Subsidiair, schending van artikel 31, lid 2, van verordening nr. 1290/2005 en het evenredigheidsbeginsel, doordat het onttrokken bedrag niet overeenkomt met het belang van de geconstateerde niet-naleving en geen rekening is gehouden met de financiële schade voor de Europese Unie.


    Top