EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CN0009
Case C-9/15 P: Appeal brought on 12 January 2015 by Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou and Lilia Papachristofi against the order of the General Court (First Chamber) delivered on 10 November 2014 in Case T-291/13: Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou and Lilia Papachristofi v European Commission and European Central Bank
Zaak C-9/15 P: Hogere voorziening ingesteld op 12 januari 2015 door Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi tegen de beschikking van het Gerecht (Eerste kamer) van 10 november 2014 in zaak T-291/13, Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi/Europese Commissie en Europese Centrale Bank
Zaak C-9/15 P: Hogere voorziening ingesteld op 12 januari 2015 door Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi tegen de beschikking van het Gerecht (Eerste kamer) van 10 november 2014 in zaak T-291/13, Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi/Europese Commissie en Europese Centrale Bank
PB C 171 van 26.5.2015, p. 9–11
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
26.5.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 171/9 |
Hogere voorziening ingesteld op 12 januari 2015 door Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi tegen de beschikking van het Gerecht (Eerste kamer) van 10 november 2014 in zaak T-291/13, Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi/Europese Commissie en Europese Centrale Bank
(Zaak C-9/15 P)
(2015/C 171/12)
Procestaal: Engels
Partijen
Rekwiranten: Andreas Eleftheriou, Eleni Eleftheriou en Lilia Papachristofi (vertegenwoordigers: C. Paschalides, solicitor, A. Paschalides, dikigoros, en A. Riza, QC)
Andere partijen in de procedure: Europese Commissie en Europese Centrale Bank
Conclusies
Rekwiranten verzoeken het Hof:
— |
de hogere voorziening toe te staan, de argumenten van de verwerende partijen af te wijzen, de verwerende partijen te verwijzen in de kosten van de procedure bij het Hof en die bij het Gerecht, en ervoor te zorgen dat de zaak ten gronde wordt beslecht. |
Middelen en voornaamste argumenten
1. |
Het Gerecht heeft met zijn beoordeling van bepaalde stellingen in de bestreden beschikking het Unierecht geschonden.
|
2. |
Indien het Hof aanvaardt dat de verwerende partijen rechtens konden optreden als instellingen van de Europese Unie, dan tast dit a fortiori ook het oordeel van het Gerecht aan met betrekking tot de tweede vordering tot nietigverklaring, die wordt behandeld in de punten [56] tot en met 60 van de bestreden beschikking. |
(1) Zie punt 45 van de bestreden beschikking.
(2) Arrest C-370/12 (EU:C:2012:756).
(3) Zie punt 45 van de bestreden beschikking.
(4) Zie punt 45 van de bestreden beschikking.
(5) Zie ook de punten van dat arrest 112 en 163.
(6) Punt 43 van de bestreden beschikking en arrest C-520/12 P.
(7) Beschikking T-137/07 (EU:T:2008:589, punt 80).
(8) Arrest T-7/96 (Perillo, EU:T:1997:94).
(9) Punt 54 van de bestreden beschikking.