Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CA0433

    Zaak C-433/15: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 24 januari 2018 — Europese Commissie / Italiaanse Republiek [Niet-nakoming — Melk en zuivelproducten — Extra heffing op melk — Verkoopseizoenen 1995/1996 tot en met 2008/2009 — Verordening (EG) nr. 1234/2007 — Artikelen 79, 80 en 83 — Verordening (EG) nr. 595/2004 — Artikelen 15 en 17 — Schending — Niet-betalen van de heffing binnen de gestelde termijnen — Verzuim om de heffing in te vorderen bij niet-betaling]

    PB C 104 van 19.3.2018, p. 2–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    19.3.2018   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 104/2


    Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 24 januari 2018 — Europese Commissie / Italiaanse Republiek

    (Zaak C-433/15) (1)

    ([Niet-nakoming - Melk en zuivelproducten - Extra heffing op melk - Verkoopseizoenen 1995/1996 tot en met 2008/2009 - Verordening (EG) nr. 1234/2007 - Artikelen 79, 80 en 83 - Verordening (EG) nr. 595/2004 - Artikelen 15 en 17 - Schending - Niet-betalen van de heffing binnen de gestelde termijnen - Verzuim om de heffing in te vorderen bij niet-betaling])

    (2018/C 104/02)

    Procestaal: Italiaans

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: P. Rossi, D. Nardi en J. Guillem Carrau, gemachtigden)

    Verwerende partij: Italiaanse Republiek (vertegenwoordigers: G. Palmieri, gemachtigde, bijgestaan door P. Gentili en S. Fiorentino, avvocati dello Stato)

    Dictum

    1)

    Door er niet op toe te zien dat de extra heffing die verschuldigd was voor hoeveelheden die in Italië boven de nationale quota waren geproduceerd, vanaf het eerste verkoopseizoen waarin de extra heffing in Italië feitelijk is opgelegd (1995/1996) tot het laatste verkoopseizoen waarin in Italië overproductie is vastgesteld (2008/2009),

    daadwerkelijk ten laste werd gelegd van de producenten die tot ieder productieoverschot hadden bijdragen en

    door de kopers of, bij rechtstreekse verkoop, door de producenten op tijd werd betaald na kennisgeving van de hoogte van het te betalen bedrag of,

    indien niet binnen de gestelde termijnen werd betaald — werd geregistreerd en, indien mogelijk, gedwongen werd ingevorderd van die kopers of producenten,

    is de Italiaanse Republiek de verplichtingen niet nagekomen die op haar rusten krachtens de artikelen 1 en 2 van verordening (EEG) nr. 3950/92 van de Raad van 28 december 1992 tot instelling van een extra heffing in de sector melk en zuivelproducten, artikel 4 van verordening (EG) nr. 1788/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van een heffing in de sector melk en zuivelproducten, de artikelen 79, 80 en 83 van verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (Integrale-GMO-verordening), alsook — wat de uitvoeringsbepalingen van de Commissie betreft — artikel 7 van verordening (EEG) nr. 536/93 van 9 maart 1993 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de extra heffing in de sector melk en zuivelproducten, artikel 11, leden 1 en 2, van verordening (EG) nr. 1392/2001 van 9 juli 2001 houdende vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van verordening nr. 3950/92 en, tot slot, de artikelen 15 en 17 van verordening (EG) nr. 595/2004 van 30 maart 2004 houdende vaststelling van uitvoeringsbepalingen van verordening nr. 1788/2003, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 1468/2006 van de Commissie van 4 oktober 2006.

    2)

    De Italiaanse Republiek wordt verwezen in de kosten.


    (1)  PB C 354 van 26.10.2015.


    Top