This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62012TN0347
Case T-347/12 P: Appeal brought on 8 January 2013 by Dana Mocová against the judgment of the Civil Service Tribunal of 13 June 2012 in Case F-41/11 Mocová v Commission
Zaak T-347/12 P: Hogere voorziening ingesteld op 8 januari 2013 door Dana Mocová tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 13 juni 2012 in zaak F-41/11, Mocová/Commissie
Zaak T-347/12 P: Hogere voorziening ingesteld op 8 januari 2013 door Dana Mocová tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 13 juni 2012 in zaak F-41/11, Mocová/Commissie
PB C 86 van 23.3.2013, p. 17–18
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
23.3.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 86/17 |
Hogere voorziening ingesteld op 8 januari 2013 door Dana Mocová tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 13 juni 2012 in zaak F-41/11, Mocová/Commissie
(Zaak T-347/12 P)
2013/C 86/28
Procestaal: Frans
Partijen
Rekwirerende partij: Dana Mocová (Praag, Tsjechische Republiek) (vertegenwoordigers: D. Abreu Caldas, S. Orlandi, A. Coolen, J.-N. Louis en É. Marchal, advocaten)
Andere partij in de procedure: Europese Commissie
Conclusies
De rekwirerende partij verzoekt het Gerecht:
— |
het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Derde kamer) van 13 juni 2012 in zaak F-41/11, Dana Mocová/Europese Commissie, te vernietigen; |
— |
het besluit tot afwijzing van het verzoek om verlenging van rekwirantes overeenkomst nietig te verklaren; |
— |
de Commissie te verwijzen in de kosten van de beide procedures. |
Middelen en voornaamste argumenten
Ter ondersteuning van de hogere voorziening voert de rekwirerende partij twee middelen aan.
1) |
Eerste middel, ontleend aan een onjuiste rechtsopvatting met betrekking tot de draagwijdte van het legaliteitsbeginsel, daar het GVA ten eerste heeft geoordeeld dat de motivering die het tot het aangaan van overeenkomsten bevoegd gezag (hierna: „TAVOBG”) in het stadium van de afwijzing van de klacht geeft, de motivering kan vervangen en wijzigen die is gegeven bij de afwijzing van rekwirantes verzoek om verlenging van haar overeenkomst van tijdelijk functionaris, en het GVA ten tweede heeft geoordeeld dat de motivering geldig is, ofschoon zij gebaseerd is op elementen die na de bestreden handeling zijn vastgesteld. Rekwirante betoogt dat:
|
2) |
Tweede middel, ontleend aan een onjuiste rechtsopvatting, daar het GVA heeft geoordeeld dat het TAVOBG het bestreden besluit in het belang van de dienst had genomen, terwijl het heeft vastgesteld dat de Commissie ter terechtzitting heeft erkend dat alleen budgettaire redenen hadden kunnen worden aangevoerd ter motivering van het in eerste aanleg bestreden besluit. Voorts stelt rekwirante dat het GVA zich schuldig heeft gemaakt aan schending van zijn motiveringsplicht en van de verplichting om alle voor hem aangevoerde schendingen van het recht te onderzoeken, daar het op geen enkele wijze heeft verwezen naar rekwirantes betoog over de tegenstrijdigheid tussen de motivering betreffende het schrappen van posten om budgettaire redenen en het openen van nieuwe posten van tijdelijke functionarissen van de rang AD9. |