Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61980CJ0113

Arrest van het Hof van 17 juni 1981.
Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Ierland.
Niet-nakoming van verdragsverplichtingen - Maatregelen van gelijke werking.
Zaak 113/80.

Jurisprudentie 1981 -01625

ECLI identifier: ECLI:EU:C:1981:139

61980J0113

ARREST VAN HET HOF VAN 17 JUNI 1981. - COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN TEGEN IERLAND. - (" NIET - NAKOMING VAN VERDRAGSVERPLICHTINGEN - MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING "). - ZAAK NO. 113/80.

Jurisprudentie 1981 bladzijde 01625
Zweedse bijz. uitgave bladzijde 00145
Finse bijz. uitgave bladzijde 00149
Spaanse bijz. uitgave bladzijde 00443


Samenvatting
Partijen
Onderwerp
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum

Trefwoorden


1 . VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN - UITZONDERINGEN - ARTIKEL 36 EEG-VERDRAG - ENGE UITLEGGING - BESCHERMING VAN DE CONSUMENTEN - EERLIJKHEID VAN DE HANDELSTRANSACTIES - NIET VERMELD

( EEG-VERDRAG , ARTIKEL 36 )

2 . VRIJE VERKEER VAN GOEDEREN - KWANTITATIEVE BEPERKINGEN - MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING - REGELING WAARIN WORDT VERLANGD OP INGEVOERDE BIJOUTERIEARTIKELEN EEN AANDUIDING VAN OORSPRONG AAN TE BRENGEN

( EEG-VERDRAG , ARTIKEL 30 )

Samenvatting


1 . ARTIKEL 36 EEG-VERDRAG MOET ALS UITZONDERING OP DE FUNDAMENTELE REGEL VAN DE AFSCHAFFING VAN ALLE BELEMMERINGEN VAN HET VRIJE VERKEER VAN GOEDEREN TUSSEN DE LID-STATEN ENG WORDEN UITGELEGD ; DE DAARIN OPGESOMDE UITZONDERINGEN KUNNEN NIET WORDEN UITGEBREID TOT ANDERE DAN DE ALDAAR MET NAME GENOEMDE GEVALLEN . AANGEZIEN NOCH DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT NOCH DE EERLIJKHEID VAN DE HANDELSTRANSACTIES BIJ DE IN ARTIKEL 36 GENOEMDE UITZONDERINGEN WORDT GE NOEMD , KUNNEN IN HET KADER VAN DIT ARTIKEL DIE GRONDEN NIET ALS ZODANIG WORDEN INGEROEPEN .

2 . EEN NATIONALE REGELING WAARIN WORDT VERLANGD DAT OP ALLE UIT ANDERE LID-STATEN INGEVOERDE ' ' SOUVENIRS ' ' EN BIJOUTERIEARTIKELEN EEN AANDUIDING VAN OORSPRONG OF HET WOORD ' ' FOREIGN ' ' WORDT AANGEBRACHT , VORMT EEN MAATREGEL VAN GELIJKE WERKING IN DE ZIN VAN ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG .

Partijen


IN ZAAK 113/80 ,

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , TE DEZEN VERTEGENWOORDIGD DOOR R . WAGENBAUR ALS GEMACHTIGDE , BIJGESTAAN DOOR P . OLIVER , LID VAN DE JURIDISCHE DIENST VAN DE COMMISSIE , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG BIJ M . CERVINO , JURIDISCH ADVISEUR VAN DE COMMISSIE , BATIMENT JEAN MONNET , KIRCHBERG ,

VERZOEKSTER ,

TEGEN

IERLAND , TE DEZEN VERTEGENWOORDIGD DOOR L . J . DOCKERY , CHIEF STATE SOLLICITOR , ALS GEMACHTIGDE , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG TER IERSE AMBASSADE , ROUTE D ' ARLON 28 ,

VERWEERDER ,

Onderwerp


BETREFFENDE EEN VERZOEK OM VAST TE STELLEN DAT IERLAND ZIJN UIT HET VERDRAG VOORTVLOEIENDE VERPLICHTINGEN NIET IS NAGEKOMEN DOOR HET HANDHAVEN VAN DE - MET ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG ONVERENIGBARE - MERCHANDISE MARKS ( RESTRICTION ON SALE OF IMPORTED JEWELLERY ) ORDER 1971 , S.I . NO 306 OF 1971 ( IRIS OIFIGIUIL VAN 26 NOVEMBER 1971 ) EN MERCHANDISE MARKS ( RESTRICTION ON IMPORTATION OF JEWELLERY ) ORDER 1971 , S.I . NO 307 OF 1971 ( IRIS OIFIGIUIL VAN 26 NOVEMBER 1971 ),

Overwegingen van het arrest


1 BIJ VERZOEKSCHRIFT , INGESCHREVEN TER GRIFFIE VAN HET HOF OP 28 APRIL 1980 , HEEFT DE COMMISSIE KRACHTENS ARTIKEL 169 EEG-VERDRAG HET HOF GEVRAAGD VAST TE STELLEN DAT IERLAND , DOOR TE VERLANGEN DAT INGEVOERDE ARTIKELEN DIE VALLEN ONDER DE MERCHANDISE MARKS ( RESTRICTION ON SALE OF IMPORTED JEWELLERY ) ORDER 1971 ( S . I . 306 , IRIS OIFIGIUIL VAN 21 NOVEMBER 1971 ) EN DE MERCHANDISE MARKS ( RESTRICTION ON IMPORTATION OF JEWELLERY ) ORDER 1971 ( S . I . 307 , IRIS OIFIGIUIL VAN 21 NOVEMBER 1971 ), EEN AANDUIDING VAN OORSPRONG OF HET WOORD ' ' FOREIGN ' ' DRAGEN , EEN KRACHTENS ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG OP HEM RUSTENDE VERPLICHTING NIET IS NAGEKOMEN .

2 VOLGENS DE TOELICHTINGEN BIJ DEZE VERORDENINGEN VERBIEDT STATUTORY INSTRUMENT NO 306 ( HIERNA : DE ' ' SALE ORDER ' ' ) DE VERKOOP OF HET TEN VERKOOP AANBIEDEN VAN INGEVOERDE BIJOUTERIEEN WAAROP BEPAALDE MOTIEVEN ZIJN AFGEBEELD OF DIE BEPAALDE KENMERKEN VERTONEN DIE DE INDRUK WEKKEN DAT ZIJ SOUVENIRS VAN IERLAND ZIJN , BIJVOORBEELD EEN IERS PERSONAGE , GEBEURTENIS OF LANDSCHAP , EEN WOLFSHOND , EEN RONDE TOREN , EEN KLAVERBLAD ENZOVOORT , TERWIJL STATUTORY INSTRUMENT NO 307 ( HIERNA : DE ' ' IMPORTATION ORDER ' ' ) DE INVOER VAN DERGELIJKE ARTIKELEN VERBIEDT , TENZIJ - DIT GELDT VOOR BEIDE VERORDENINGEN - ZIJ ZIJN VOORZIEN VAN EEN AANDUIDING VAN HET LAND VAN OORSPRONG OF VAN HET WOORD ' ' FOREIGN ' ' .

3 DE BETROKKEN ARTIKELEN ZIJN OPGESOMD IN EEN BIJLAGE BIJ ELKE VERORDENING . OM EVENWEL ONDER HET TOEPASSINGSGEBIED ERVAN TE VALLEN MOET HET ARTIKEL ZIJN VERVAARDIGD VAN EDEL METAAL OF VAN GEPLATEERD EDEL METAAL OF VAN ONEDEL METAAL , DAARONDER BEGREPEN GEPOLIJSTE OF GEPLATEERDE ARTIKELEN , DIE ALS ZETTING KUNNEN DIENEN .

4 DE COMMISSIE MEENT DAT DE BEPERKINGEN VAN HET VRIJE VERKEER VAN DE ONDER DE TWEE VERORDENINGEN VALLENDE GOEDEREN BIJ ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG VERBODEN MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING ALS KWANTITATIEVE INVOERBEPERKINGEN ZIJN . ZIJ MERKT VOORTS OP , DAT VOLGENS ARTIKEL 2 , LID 3 , SUB B , VAN RICHTLIJN NR . 70/50/EEG VAN 22 DECEMBER 1969 GEBASEERD OP DE BEPALINGEN VAN ARTI- KEL 33 , LID 7 , HOUDENDE OPHEFFING VAN DE MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING ALS KWANTITATIEVE INVOERBEPERKINGEN , NIET IN ANDERE KRACHTENS HET EEG-VERDRAG VASTGESTELDE BEPALINGEN ( PB L 13 VAN 1970 , BLZ . 29 ), ' ' DE MAATREGELEN DIE EEN INGEVOERD PRODUKT IN WAARDE DOEN DALEN , MET NAME DOOR EEN VERMINDERING VAN ZIJN INTRINSIEKE WAARDE IN DE HAND TE WERKEN , OF EEN INGEVOERD PRODUKT DUURDER MAKEN ' ' , ZIJN TE BESCHOUWEN ALS BIJ ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG VERBODEN MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING ALS KWANTITATIEVE BEPERKINGEN .

5 DE IERSE REGERING BETWIST DE BEPERKENDE WERKING VAN DE LITIGIEUZE VERORDENINGEN VOOR HET VRIJE VERKEER VAN GOEDEREN NIET . ZIJ STELT ECHTER DAT DEZE MAATREGELEN GERECHTVAARDIGD ZIJN IN HET BELANG VAN DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT EN DE EERLIJKHEID VAN DE HANDELSTRANSACTIES TUSSEN DE PRODUCENTEN . ZIJ BEROEPT ZICH HIERTOE OP ARTIKEL 36 EEG-VERDRAG , BEPALENDE DAT DE ARTIKELEN 30 TOT EN MET 34 GEEN BELETSEL VORMEN VOOR VERBODEN OF BEPERKINGEN VAN DE INVOER , WELKE GERECHTVAARDIGD ZIJN UIT HOOFDE VAN BESCHERMING VAN DE OPENBARE ORDE OF DE BESCHERMING VAN DE INDUSTRIELE EN COMMERCIELE EIGENDOM .

6 VERWEERDER BEROEPT ZICH EVENWEL TEN ONRECHTE OP ARTIKEL 36 EEG-VERDRAG ALS RECHTSGRONDSLAG VOOR DIT MIDDEL .

7 WAAR IMMERS HET HOF IN HET ARREST VAN 25 JANUARI 1977 IN ZAAK 46/76 ( BAUHUIS , JURISPR . 1977 , BLZ . 5 ) HEEFT OVERWOGEN DAT ARTIKEL 36 EEG-VERDRAG ' ' ALS UITZONDERING OP DE FUNDAMENTELE REGEL VAN DE AFSCHAFFING VAN ALLE BELEMMERINGEN VAN HET VRIJE VERKEER VAN GOEDEREN TUSSEN DE LID-STATEN ENG MOET WORDEN UITGELEGD ' ' , KUNNEN DE DAARIN OPGESOMDE UITZONDERINGEN NIET WORDEN UITGEBREID TOT ANDERE DAN DE ALDAAR MET NAME GENOEMDE GEVALLEN .

8 AANGEZIEN NOCH DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT NOCH DE EERLIJKHEID VAN DE HANDELSTRANSACTIES BIJ DE IN ARTIKEL 36 GENOEMDE UITZONDERINGEN WORDT GENOEMD , KUNNEN IN HET KADER VAN DIT ARTIKEL DIE GRONDEN NIET ALS ZODANIG WORDEN INGEROEPEN .

9 NU EVENWEL DE IERSE REGERING HAAR BEROEP OP DEZE BEGRIPPEN AANDUIDT ALS ' ' DE KERN VAN DE ZAAK ' ' , MOET DIT ARGUMENT WORDEN ONDERZOCHT IN VERBAND MET ARTIKEL 30 EN MOET WORDEN NAGEGAAN OF OP GROND VAN DEZE BEGRIPPEN KAN WORDEN GEZEGD DAT DE IERSE VERORDENINGEN GEEN MAATREGELEN ZIJN VAN GELIJKE WERKING ALS KWANTITATIEVE INVOERBEPERKINGEN IN DE ZIN VAN DAT ARTIKEL , WAARBIJ IN AANMERKING VALT TE NEMEN DAT VOLGENS ' S HOFS VASTE RECHTSPRAAK ' ' IEDERE HANDELSREGELING DER LID-STATEN DIE DE INTRACOMMUNAUTAIRE HANDEL AL DAN NIET RECHTSTREEKS , DAADWERKELIJK OF POTENTIEEL , KAN BELEMMEREN ' ' ALS MAATREGEL VAN GELIJKE WERKING ALS EEN KWANTITATIEVE BEPERKING IS TE BESCHOUWEN ( ARREST VAN 11 JULI 1974 , ZAAK 8/74 , DASSONVILLE , JURISPR . 1974 , BLZ . 837 ).

10 DIENAANGAANDE HEEFT HET HOF HERHAALDELIJK OVERWOGEN ( ZIE DE ARRESTEN VAN 20 JANUARI 1979 , ZAAK 120/78 , REWE , JURISPR . 1979 , BLZ . 649 ; 26 JUNI 1981 , ZAAK 788/79 , GILLI EN ANDRES , JURISPR . 1980 , BLZ . 2071 ; 19 FEBRUARI 1981 , ZAAK 130/80 , KELDERMANN , NOG NIET GEPUBLICEERD ), DAT ' ' BIJ GEBREKE VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING VOOR DE PRODUKTIE EN DE VERHANDELING VAN HET BETROKKEN PRODUKT , HET AAN DE LID-STATEN STAAT OM , IEDER OP ZIJN EIGEN GRONDGEBIED , VOOR AL HETGEEN DE PRODUKTIE , DE VERHANDELING EN DE CONSUMPTIE DAARVAN RAAKT , EEN REGELING TE TREFFEN , MET DIEN VERSTANDE EVENWEL DAT DEZE REGELING DE INTRACOMMUNAUTAIRE HANDEL NIET AL DAN NIET RECHTSTREEKS , DAADWERKELIJK OF POTENTIEEL , MAG BELEMMEREN ' ' , EN DAT ' ' EEN NATIONALE REGELING DIE ZONDER ONDERSCHEID VAN TOEPASSING IS OP NATIONALE EN INGEVOERDE PRODUKTEN , SLECHTS MAG AFWIJKEN VAN DE UIT ARTIKEL 30 VOORTVLOEIENDE VEREISTEN , WANNEER ZIJ HAAR RECHTVAARDIGING VINDT IN DWINGENDE EISEN VERBAND HOUDENDE MET , INZONDERHEID , DE . . . EERLIJKHEID VAN DE HANDELSTRANSACTIES EN DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENTEN ' ' .

11 DE VERORDENINGEN WAAROM HET IN CASU GAAT , ZIJN GEEN MAATREGELEN DIE ZONDER ONDERSCHEID VAN TOEPASSING ZIJN OP NATIONALE EN INGEVOERDE PRODUKTEN , DOCH GEVEN JUIST VOORSCHRIFTEN DIE UITSLUITEND GELDEN VOOR INGEVOERDE PRODUKTEN . ZIJ ZIJN DUS DISCRIMINEREND VAN AARD , HETGEEN UITSLUIT DAT VORENGENOEMDE RECHTSPRAAK DIE ENKEL BETREKKING HEEFT OP WETTELIJKE BEPALINGEN WELKE EEN EENVORMIGE REGELING GEVEN VOOR DE VERHANDELING VAN NATIONALE EN INGEVOERDE PRODUKTEN , OP DIE MAATREGELEN KAN WORDEN TOEGEPAST .

12 DE IERSE REGERING ERKENT DAT DE LITIGIEUZE MAATREGELEN ENKEL GELDEN VOOR INGEVOERDE ARTIKELEN EN DE INVOER EN VERKOOP DAARVAN MOEILIJKER MAKEN DAN DE AFZET VAN NATIONALE PRODUKTEN . ZIJ HOUDT ECHTER VAST AAN HAAR STANDPUNT , DAT DIT VERSCHIL IN BEHANDELING TUSSEN NATIONALE EN INGEVOERDE ARTIKELEN GEEN DISCRIMINATIE OPLEVERT , AANGEZIEN DE IN DE LITIGIEUZE VERORDENINGEN BEDOELDE ARTIKELEN HOOFDZAKELIJK SOUVENIRS ZOUDEN ZIJN ; HET AANTREKKELIJKE VAN DERGELIJKE ARTIKELEN ZOU IN WEZEN HIERIN BESTAAN DAT ZIJ ZIJN VERVAARDIGD TER PLAATSE WAAR ZIJ WORDEN GEKOCHT : IMPLICIET WORDT TE KENNEN GEGEVEN DAT ZIJ VAN IERSE OORSPRONG ZIJN , ZODAT DE KOPER ZOU WORDEN MISLEID WANNEER HET IN IERLAND GEKOCHTE SOUVENIR ELDERS ZOU ZIJN VERVAARDIGD . HET VEREISTE DAT ALLE ONDER DE BEIDE VERORDENINGEN VALLENDE INGEVOERDE ' ' SOUVENIRS ' ' EEN VERMELDING VAN DE OORSPRONG DRAGEN , ZOU DAN OOK GERECHTVAARDIGD EN GEENSZINS DISCRIMINEREND ZIJN , AANGEZIEN DE BETROKKEN ARTIKELEN VERSCHILLEND ZIJN WEGENS DE VERSCHILLEN TUSSEN HUN WEZENLIJKE HOEDANIGHEDEN .

13 DE COMMISSIE VERWERPT DEZE REDENERING . ONDER VERWIJZING NAAR HET ARREST VAN 20 FEBRUARI 1975 ( ZAAK 12/74 , COMMISSIE T . DUITSLAND , JURISPR . 1975 , BLZ . 191 ) BETOOGT ZIJ DAT HET VOOR DE KOPER NIET NOODZAKELIJK IS TE WETEN OF EEN PRODUKT EEN BEPAALDE OORSPRONG HEEFT , TENZIJ DIE OORSPRONG EEN BEPAALDE KWALITEIT , BEPAALDE GRONDSTOFFEN , EEN SPECIFIEKE BEREIDINGSWIJZE OF EEN BIJZONDERE PLAATS IN DE FOLKLORE OF DE TRADITIE VAN EEN BEDOELD GEBIED IMPLICEERT . AANGEZIEN DE IN DE VERORDENINGEN BEDOELDE PRODUKTEN DEZE KENMERKEN NIET VERTONEN , ZOUDEN DE MAATREGELEN IN GEDING NIET GERECHTVAARDIGD EN DERHALVE ' ' OPENLIJK DISCRIMINEREND ' ' ZIJN .

14 MITSDIEN MOET WORDEN ONDERZOCHT OF DE BESTREDEN MAATREGELEN INDERDAAD DISCRIMINEREND ZIJN DAN WEL OF DIT SLECHTS SCHIJNBAAR HET GEVAL IS .

15 DE IN DE SALE ORDER EN DE IMPORTATION ORDER BEDOELDE SOUVENIRS ZIJN IN HET ALGEMEEN BIJOUTERIEEN VAN GERINGE HANDELSWAARDE , DIE EEN MOTIEF OF EMBLEEM AFBEELDEN OF BEVATTEN DAT HERINNERT AAN EEN IERSE PLAATS , VOORWERP , PERSONAGE OF HISTORISCHE GEBEURTENIS , OF DIE EEN IERS SYMBOOL WEERGEVEN , EN DIE HUN WAARDE ONTLENEN AAN HET FEIT DAT DE KOPER , VEELAL EEN TOERIST , ZE TER PLAATSE KOOPT . DE WEZENLIJKE EIGENSCHAP VAN BEDOELDE SOUVENIRS IS DAT ZIJ DOOR HET AFGEBEELDE EEN HERINNERING ZIJN AAN EEN BEZOCHTE PLAATS , HETGEEN OP ZICHZELF NIET BETEKENT DAT EEN SOUVENIR , ZOALS OMSCHREVEN IN DE VERORDENINGEN , NOODZAKELIJKERWIJS MOET ZIJN VERVAARDIGD IN HET LAND VAN HERKOMST .

16 AFGEZIEN VAN HETGEEN DE COMMISSIE MET BETREKKING TOT DE IN LITIGIEUZE VERORDENINGEN BEDOELDE ARTIKELEN BETOOGT , NAMELIJK DAT HET NIET VOLDOENDE ZOU ZIJN OOK VOOR BINNENLANDSE PRODUKTEN EEN AANDUIDING VAN OORSPRONG TE VERLANGEN , MOET VOORTS WORDEN OPGEMERKT DAT DE BELANGEN VAN DE CONSUMENTEN EN DE EERLIJKHEID VAN DE HANDEL VOLDOENDE ZOUDEN WORDEN GEWAARBORGD INDIEN HET AAN DE NATIONALE PRODUCENTEN ZOU WORDEN OVERGELATEN PASSENDE MAATREGELEN TE NEMEN , BIJVOORBEELD DOOR DESGEWENST OP HUN EIGEN PRODUKTEN OF DE VERPAKKING DAARVAN HUN MERK VAN OORSPRONG AAN TE BRENGEN .

17 WAAR UIT DE ANDERE LID-STATEN INGEVOERDE SOUVENIRS SLECHTS TOT DE BINNENLANDSE MARKT WORDEN TOEGELATEN OP VOORWAARDE DAT DAAROP EEN VERMELDING VAN DE OORSPRONG IS AANGEBRACHT DIE BIJ BINNENLANDSE PRODUKTEN NIET IS VOORGESCHREVEN , IS HET DUIDELIJK DAT DE BEPALINGEN VAN DE SALE ORDER EN DE IMPORTATION ORDER EEN DISCRIMINERENDE MAATREGEL VORMEN .

18 MITSDIEN MOET WORDEN GECONCLUDEERD DAT DE IERSE REGELING , DOOR TE VERLANGEN DAT OP ALLE UIT ANDERE LID-STATEN INGEVOERDE ' ' SOUVENIRS ' ' EN BIJOUTERIEARTIKELEN DIE ONDER DE SALE ORDER EN DE IMPORTATION ORDER VALLEN , EEN AANDUIDING VAN OORSPRONG OF HET WOORD ' ' FOREIGN ' ' WORDT AANGEBRACHT , EEN MAATREGEL VAN GELIJKE WERKING IN DE ZIN VAN ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG VORMT . IERLAND IS MITSDIEN ZIJN VERPLICHTINGEN INGEVOLGE DIT ARTIKEL NIET NAGEKOMEN .

Beslissing inzake de kosten


KOSTEN

19 INGEVOLGE ARTIKEL 69 , PARAGRAAF 2 , VAN HET REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING MOET DE IN HET ONGELIJK GESTELDE PARTIJ IN DE KOSTEN WORDEN VERWEZEN , VOOR ZOVER ZULKS IS GEVORDERD .

20 AANGEZIEN IN CASU VERWEERDER IN HET ONGELIJK IS GESTELD , MOET HIJ IN DE KOSTEN WORDEN VERWEZEN .

Dictum


HET HOF VAN JUSTITIE ,

RECHTDOENDE , VERSTAAT :

1 . DOOR TE VERLANGEN DAT OP ALLE UIT ANDERE LID-STATEN INGEVOERDE ARTIKELEN , DIE VALLEN ONDER DE MERCHANDISE MARKS ( RESTRICTION ON SALE OF IMPORTED JEWELLERY ) ORDER 1971 EN DE MERCHANDISE MARKS ( RESTRICTION ON IMPORTATION OF JEWELLERY ) ORDER 1971 , EEN AANDUIDING VAN OORSPRONG OF HET WOORD ' ' FOREIGN ' ' WORDT AANGEBRACHT , IS IERLAND EEN INGEVOLGE ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG OP HEM RUSTENDE VERPLICHTING NIET NAGEKOMEN .

2 . VERWEERDER WORDT VERWEZEN IN DE KOSTEN VAN DE PROCEDURE .

Top