Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52020PC0483

    Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2018/848 inzake de biologische productie, wat betreft de datum van toepassing en bepaalde andere in die verordening genoemde datums

    COM/2020/483 final

    Brussel, 4.9.2020

    COM(2020) 483 final

    2020/0231(COD)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

    tot wijziging van Verordening (EU) 2018/848 inzake de biologische productie, wat betreft de datum van toepassing en bepaalde andere in die verordening genoemde datums

    (Voor de EER relevante tekst)


    TOELICHTING

    1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

    Motivering en doel van het voorstel

    Bij Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad, die op 30 mei 2018 is vastgesteld, is met het oog op de goede werking van de interne markt op het gebied van de biologische productie een nieuw regelgevingskader gecreëerd, waarmee de verdere ontwikkeling van een algemeen systeem voor bedrijfsbeheer en levensmiddelenproductie wordt beoogd dat beste praktijken op het gebied van milieu en klimaat, een hoog niveau van biodiversiteit, het behoud van natuurlijke hulpbronnen en de toepassing van hoge normen voor dierenwelzijn en hoge productienormen combineert, in lijn met de vraag van een toenemend aantal consumenten naar producten waarvoor van natuurlijke stoffen en processen wordt gebruikgemaakt. De biologische productie speelt aldus een tweeledige rol in de samenleving, enerzijds als leverancier aan een specifieke markt die inspeelt op de vraag van de consument naar biologische producten, en anderzijds als leverancier van voor het algemene publiek beschikbare goederen die bijdragen tot de bescherming van het milieu en het dierenwelzijn, alsook tot plattelandsontwikkeling.

    In het kader van de recente goedkeuring van de “van boer tot bord”-strategie 1 wordt de biologische productie aangemerkt als een van de manieren om aan de vereisten voor de totstandbrenging van een duurzaam voedselsysteem te voldoen. De biodiversiteitsstrategie erkent de rol van de biologische productie bij het behoud van de biodiversiteit op het Europees grondgebied. Een solide, op consensus berustend regelgevingskader voor de komende tien jaar is daarom van cruciaal belang voor de verwezenlijking van de doelstelling van biologische landbouw op 25 % van de landbouwgrond en een aanzienlijke toename van de biologische aquacultuur, doelen die in de “van boer tot bord”-strategie en de biodiversiteitsstrategie zijn geformuleerd.

    https://ec.europa.eu/food/sites/food/files/safety/docs/f2f_action-plan_2020_strategy-info_en.pdf

    De uitbraak van de COVID-19-pandemie en de daarmee gepaard gaande volksgezondheidscrisis is een nooit geziene uitdaging voor de lidstaten en vormt een zware last voor de nationale autoriteiten en de biologische exploitanten. De uitbraak van de COVID-19-pandemie heeft ook tot buitengewone omstandigheden geleid die nopen tot een aanzienlijke aanpassing van de biologische sector in termen van productie, afzet, controles en internationale handel, die ten tijde van de vaststelling van Verordening (EU) 2018/848 niet redelijkerwijs kon worden voorzien.

    Doordat deze buitengewone omstandigheden een aanzienlijk effect op verschillende onder Verordening (EU) 2018/848 vallende terreinen hebben, is het zeer waarschijnlijk dat de lidstaten en biologische exploitanten niet klaar zullen zijn om de correcte uitvoering en toepassing van die verordening vanaf 1 januari 2021 te waarborgen.

    Om de goede werking van de interne markt te waarborgen, alle biologische exploitanten rechtszekerheid te bieden en mogelijke marktverstoring te voorkomen, moet de toepassingsdatum van een aantal bepalingen van Verordening (EU) 2018/848 met een jaar worden uitgesteld.

    2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

    Rechtsgrondslag

    Het voorstel is gebaseerd op artikel 43, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

    Subsidiariteit

    Volgens het subsidiariteitsbeginsel is een optreden van de Unie alleen toegestaan als de beoogde doelstellingen niet door de lidstaten alleen kunnen worden verwezenlijkt. Optreden van de Unie is nodig om de goede werking van de interne markt op het gebied van de biologische productie te waarborgen en mogelijke marktverstoring te voorkomen. In dit verband zij opgemerkt dat de wetgeving die wordt gewijzigd, is vastgesteld met volledige naleving van het subsidiariteitsbeginsel, en dat alle wijzigingen daarvan door middel van een Commissievoorstel moeten worden gedaan.

    Evenredigheid

    Dit optreden van de Unie is noodzakelijk ter verwezenlijking van de doelstelling van de correcte uitvoering en toepassing van Verordening (EU) 2018/848 en de ter zake relevante secundaire wetgeving door alle betrokken partijen, rekening houdend met de omvang van de COVID-19-pandemie en de gevolgen van de volksgezondheidscrisis voor de biologische sector in termen van productie, controles en handel. De voorgestelde wijzigingen zijn erop gericht het beoogde doel van Verordening (EU) 2018/848 te verwezenlijken, namelijk de creatie van een nieuw regelgevingskader voor biologische productie, waarmee de verdere ontwikkeling wordt beoogd van een algemeen systeem voor bedrijfsbeheer en levensmiddelenproductie dat beste praktijken op het gebied van milieu en klimaat, een hoog niveau van biodiversiteit, het behoud van natuurlijke hulpbronnen en de toepassing van hoge normen voor dierenwelzijn en hoge productienormen combineert, in lijn met de vraag van een toenemend aantal consumenten naar producten waarvoor van natuurlijke stoffen en processen wordt gebruikgemaakt.

    3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

    Dit voorstel gaat niet vergezeld van een afzonderlijke effectbeoordeling, omdat met dit voorstel Verordening (EU) 2018/848 niet substantieel wordt gewijzigd en geen nieuwe verplichtingen aan de betrokken partijen worden opgelegd. Het is erop gericht de datum van toepassing van die verordening en bepaalde andere datums die in die verordening worden genoemd en van die datum zijn afgeleid, met een jaar uit te stellen om uitzonderlijke redenen in verband met de COVID-19-pandemie.

    4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

    Het voorstel heeft geen budgettaire impact voor de EU-instellingen.

    2020/0231 (COD)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

    tot wijziging van Verordening (EU) 2018/848 inzake de biologische productie, wat betreft de datum van toepassing en bepaalde andere in die verordening genoemde datums

    (Voor de EER relevante tekst)

    HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 2,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

    Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité 2 ,

    Gezien het advies van het Comité van de Regio’s 3 ,

    Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)Bij Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad 4 , die op 17 juni 2018 in werking is getreden, is een nieuw regelgevingskader voor de biologische productie vastgesteld. Met het oog op een vlotte overgang van het oude naar het nieuwe regelgevingskader voorziet die verordening in een datum van toepassing van 1 januari 2021.

    (2)De uitbraak van de COVID-19-pandemie heeft tot buitengewone omstandigheden geleid die nopen tot een aanzienlijke aanpassing van de biologische sector, die ten tijde van de vaststelling van Verordening (EU) 2018/848 niet redelijkerwijs kon worden voorzien.

    (3)De uitbraak van de COVID-19-pandemie en de daarmee gepaard gaande volksgezondheidscrisis is een nooit geziene uitdaging voor de lidstaten en vormt een zware last voor de biologische exploitanten. De exploitanten concentreren hun inspanningen op het behoud van de biologische productie en de handelsstromen en kunnen zich niet tegelijkertijd op de inwerkingtreding van nieuwe wettelijke bepalingen in het kader van Verordening (EU) 2018/848 voorbereiden. Het is dan ook zeer waarschijnlijk dat de lidstaten en de biologische exploitanten niet in staat zullen zijn om de correcte uitvoering en toepassing van die verordening vanaf 1 januari 2021 te waarborgen.

    (4)Om de soepele werking van de biologische sector te waarborgen, rechtszekerheid te bieden en mogelijke marktverstoring te voorkomen, is het derhalve noodzakelijk de datum van toepassing van Verordening (EU) 2018/848 en bepaalde andere in die verordening genoemde datums die van die datum zijn afgeleid, uit te stellen. Rekening houdend met de omvang van de COVID19-pandemie, de daarmee gepaard gaande volksgezondheidscrisis, de epidemiologische ontwikkeling en de aanvullende middelen die de lidstaten en de biologische exploitanten nodig hebben, is het passend de toepassing van Verordening (EU) 2018/848 met een jaar uit te stellen.

    (5)Met name verscheidene datums in verband met afwijkingen, verslagen of machtigingen die aan de Commissie zijn verleend om afwijkingen te beëindigen of te verlengen, zijn rechtstreeks van de datum van toepassing van Verordening (EU) 2018/848 afgeleid. Daarom moet de toepassing van dergelijke datums ook met een jaar worden uitgesteld. De respectieve datums zijn vastgesteld rekening houdend met de tijd die nodig is voor biologische exploitanten om zich aan te passen aan het verstrijken van de afwijkingen, of voor de lidstaten en de Commissie om voldoende informatie te verzamelen over de beschikbaarheid van bepaalde productiemiddelen waarvoor afwijkingen zijn verleend, of voor de Commissie om een verslag in te dienen bij het Europees Parlement en de Raad en een wetgevingsvoorstel of gedelegeerde handelingen op te stellen.

    (6)De uitbraak van de COVID-19-pandemie en de daarmee gepaard gaande volksgezondheidscrisis vormt ook een nooit geziene uitdaging voor derde landen en voor in derde landen gevestigde exploitanten. Bijgevolg is het passend om voor derde landen die in het kader van artikel 33, lid 2, van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad 5 als gelijkwaardig zijn erkend, de datum van hun erkenning met een jaar te verlengen tot 31 december 2026 zodat dergelijke derde landen genoeg tijd hebben om hun status te wijzigen, hetzij door een handelsovereenkomst met de Europese Unie te sluiten, hetzij via onverkorte naleving door hun exploitanten van Verordening (EU) 2018/848, zonder onnodige handelsverstoringen voor biologische producten.

    (7)Evenzo moet de in het kader van artikel 33, lid 3, van Verordening (EG) nr. 834/2007 verleende erkenning van de controlerende autoriteiten en controleorganen in derde landen met een jaar worden verlengd, tot en met 31 december 2024, om die controlerende autoriteiten en controleorganen en hun gecertificeerde exploitanten in derde landen de tijd te geven om de gevolgen van de COVID-19-pandemie te boven te komen en zich op de nieuwe bepalingen voor te bereiden.

    (8)In het licht van de dwingende noodzaak om in de huidige omstandigheden onverwijld rechtszekerheid voor de biologische sector te waarborgen, moet deze verordening met spoed in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

    HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EU) 2018/848 wordt als volgt gewijzigd:

    (1)In artikel 29, lid 4, eerste zin, wordt “31 december 2024” vervangen door “31 december 2025”.

    (2)In artikel 48, lid 1, tweede alinea, wordt “31 december 2025” vervangen door “31 december 2026”.

    (3)In artikel 49 wordt “31 december 2021” vervangen door “31 december 2022”.

    (4)Artikel 53 wordt als volgt gewijzigd:

    (a)in lid 1 wordt “31 december 2035” vervangen door “31 december 2036”;

    (b)lid 2 wordt als volgt gewijzigd:

    i)in de inleidende zin wordt “1 januari 2028” vervangen door “1 januari 2029”;

    ii)onder a) wordt “31 december 2035” vervangen door “31 december 2036”;

    (c)in lid 3 wordt “1 januari 2026” vervangen door “1 januari 2027”;

    (d)in lid 4, wordt “1 januari 2025” vervangen door “1 januari 2026” en “31 december 2025” door “31 december 2026”;

    (e)in lid 7 wordt “31 december 2025” vervangen door “31 december 2026”.

    (5)In artikel 57, lid 1, wordt “31 december 2023” vervangen door “31 december 2024”.

    (6)In artikel 60 wordt “1 januari 2021” vervangen door “1 januari 2022”.

    (7)In artikel 61, tweede alinea, wordt “1 januari 2021” vervangen door “1 januari 2022”.

    (8)Bijlage II wordt als volgt gewijzigd:

    (a)in deel I wordt punt 1.5 als volgt gewijzigd:

    (i)in de tweede alinea wordt “31 december 2030” vervangen door “31 december 2031”;

    (ii)in de derde alinea wordt “31 december 2025” vervangen door “31 december 2026”;

    (b)deel II wordt als volgt gewijzigd:

    (i)in de tweede zin van punt 1.9.1.1, onder a), wordt “1 januari 2023” vervangen door “1 januari 2024”;

    (ii)in de tweede zin van punt 1.9.2.1, onder a), wordt “1 januari 2023” vervangen door “1 januari 2024”;

    (iii)in de inleidende zin van punt 1.9.3.1, onder c), wordt “31 december 2025” vervangen door “31 december 2026”;

    (iv)in de inleidende zin van punt 1.9.4.2, onder c), wordt “31 december 2025” vervangen door “31 december 2026”;

    (c)in deel III wordt in de tweede alinea van punt 3.1.2.1, “1 januari 2021” vervangen door “1 januari 2022”;

    (d)in deel VII wordt in de tweede zin van punt 1.1 “31 december 2023” vervangen door “31 december 2024”.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel,

    Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

    De voorzitter    De voorzitter

    (1)    https://ec.europa.eu/food/sites/food/files/safety/docs/f2f_action-plan_2020_strategy-info_en.pdf
    (2)    PB C […, , blz. .
    (3)    PB C , , blz. .
    (4)    Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (PB L 150 van 14.6.2018, blz. 1).
    (5)    Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (PB L 189 van 20.7.2007, blz. 1).
    Top