EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 15.12.2016
COM(2016) 793 final
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT
waarbij formeel wordt erkend dat een aantal krachtens Richtlijn 91/692/EEG van de Raad vastgestelde wetshandelingen van de Unie op het gebied van milieu achterhaald is
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT
waarbij formeel wordt erkend dat een aantal krachtens Richtlijn 91/692/EEG van de Raad vastgestelde wetshandelingen van de Unie op het gebied van milieu achterhaald is
1.Inleiding
De mededeling heeft betrekking op de intrekking van de Richtlijn van de Raad van 23 december 1991 tot standaardisering en rationalisering van de verslagen over de toepassing van bepaalde richtlijnen op milieugebied (Richtlijn 91/692/EEG). Hierin wordt verwezen naar achterhaalde handelingen van de Commissie die verband houden met Richtlijn 91/692/EEG en die gevolgen hebben voor verschillende sectoren van het milieubeleid van de EU, te weten afvalstoffen, klimaatactie en broeikasgasemissies, de beheersing van de gevaren van zware ongevallen en water.
De intrekking van Richtlijn 91/692/EEG is een van de eerste maatregelen die zijn aangekondigd in het kader van de geschiktheidscontrole inzake milieumonitoring en -verslaglegging.
De resultaten van de juridische analyse inzake rapportage krachtens Richtlijn 91/692/EEG zijn samengevat in de toelichting bij het desbetreffende voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot schrapping van voorschriften voor gestandaardiseerde rapportage en bijgevolg tot wijziging van verscheidene onderdelen van de EU-wetgeving. Bovendien is een meer gedetailleerde analyse te vinden in een ondersteunende studie die afzonderlijk werd gepubliceerd als achtergronddocument.
2.Voorgestelde maatregelen tot intrekking van Richtlijn 91/692/EEG
In deze mededeling wordt formeel erkend dat elf uitvoeringsbeschikkingen en -besluiten uit hoofde van Richtlijn 91/692/EEG die nog steeds van kracht zijn, achterhaald zijn. Zij vormt een aanvulling op het in punt 1 hierboven vermelde voorstel voor een besluit, alsmede op twee voorstellen voor besluiten van de Commissie tot intrekking van twee uitvoeringshandelingen die geen rechtsgevolgen meer hebben maar om procedurele redenen middels een comitéprocedure door de Commissie zullen worden ingetrokken.
Bijlage I bevat een lijst van de desbetreffende uitvoeringsbeschikkingen en -besluiten van de Commissie en bevat voor elke handeling de rechtvaardiging waarom zij achterhaald is. Die handelingen hebben geen rechtsgevolgen meer en zijn achterhaald omdat de periode die zij bestrijken is afgelopen of omdat hun rechtsgrondslag niet langer van kracht is. Zij zijn geïdentificeerd aan de hand van objectieve criteria zodat gewaarborgd is dat zij geen rechtsgevolgen meer hebben en dat aan al hun verplichtingen is voldaan.
3.Beschikkingen en besluiten die van kracht blijven
Niettegenstaande het voorstel tot intrekking van Richtlijn 91/692/EEG, blijft een aantal uitvoeringsbeschikkingen en -besluiten die zijn aangenomen in het kader van deze richtlijn van kracht.
De beschikkingen en besluiten tot vaststelling van vragenlijsten met betrekking tot Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad blijven geldig en relevant. De krachtens artikel 21, lid 1, van Richtlijn 2003/87/EG vereiste jaarlijkse verslagen van de lidstaten zijn gebaseerd op deze vragenlijsten, verstrekken essentiële informatie over de toepassing van deze richtlijn en dienen als basis voor het opstellen van een verslag voor de hele EU. Het gaat hierbij om de volgende beschikkingen en besluiten:
Uitvoeringsbesluit 2014/166/EU van de Commissie van 21 maart 2014 tot wijziging van Beschikking 2005/381/EG wat betreft de vragenlijst voor de rapportage over de toepassing van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2014) 1726)
,
Beschikking 2005/381/EG van de Commissie van 4 mei 2005 tot vaststelling van een vragenlijst voor de rapportage over de toepassing van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 1359)
en
Beschikking 2006/803/EG van de Commissie van 23 november 2006 houdende wijziging van Beschikking 2005/381/EG tot vaststelling van een vragenlijst voor de rapportage over de toepassing van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 5546)
.
Bovendien blijven de volgende beschikkingen en besluiten op het gebied van afvalwetgeving ook van kracht aangezien het de enige instrumenten voor het toezicht op de tenuitvoerlegging van de respectieve richtlijnen zijn:
Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 18 april 2012 tot vaststelling van een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de uitvoering van Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende afvalstoffen,
Beschikking 2004/249/EG van de Commissie van 11 maart 2004 betreffende een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA)
,
Beschikking 2007/151/EG van de Commissie van 6 maart 2007 tot wijziging van de Beschikkingen 94/741/EG en 97/622/EG wat betreft de vragenlijsten voor het verslag over de uitvoering van Richtlijn 2006/12/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende afvalstoffen en over de uitvoering van Richtlijn 91/689/EEG van de Raad betreffende gevaarlijke afvalstoffen,
Beschikking 2000/738/EG van de Commissie van 17 november 2000 inzake een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de uitvoering van Richtlijn 1999/31/EG betreffende het storten van afvalstoffen
,
Beschikking 2001/753/EG van de Commissie van 17 oktober 2001 inzake een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende autowrakken
,
Beschikking 97/622/EG van de Commissie van 27 mei 1997 inzake de vragenlijsten voor de verslagen van de lidstaten betreffende de toepassing van bepaalde richtlijnen in de sector afvalstoffen
en
Beschikking 94/741/EG van de Commissie van 24 oktober 1994 inzake de vragenlijsten voor de verslagen van de lidstaten betreffende de toepassing van bepaalde richtlijnen in de sector afvalstoffen
.
4.Conclusie
In het kader van de actie ter vereenvoudiging van de wetteksten van de Commissie, heeft de Commissie besloten dat:
de in bijlage II genoemde handelingen uit de geldende EU-wetgeving (acquis) worden geschrapt;
het Bureau voor publicaties van de Europese Unie wordt verzocht deze handelingen uit het Repertorium van de geldende EU-wetgeving te verwijderen;
bijlage II wordt gepubliceerd in de C-reeks van het Publicatieblad van de Europese Unie.
Bijlage I
Specifieke rechtvaardiging waarom de op grond van Richtlijn 91/692/EEG vastgestelde beschikkingen en besluiten achterhaald moeten worden verklaard
-Uitvoeringsbesluit 2011/632/EU van de Commissie van 21 september 2011 tot vaststelling van een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2000/76/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verbranding van afval. De rechtsgrondslag, Richtlijn 2000/76/EG, is per 7 januari 2014 ingetrokken bij Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies en de vragenlijst is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 2007/531/EG van de Commissie van 26 juli 2007 betreffende een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de uitvoering van Richtlijn 1999/13/EG van de Raad inzake de beperking van de emissie van vluchtige organische stoffen ten gevolge van het gebruik van organische oplosmiddelen bij bepaalde werkzaamheden en in installaties in de periode 2008-2010. De rechtsgrondslag, Richtlijn 1999/13/EG van de Raad, is per 7 januari 2014 ingetrokken bij Richtlijn 2010/75/EU en de vragenlijst is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 2003/241/EG van de Commissie van 26 maart 2003 tot wijziging van Beschikking 1999/391/EG van de Commissie van 31 mei 1999 betreffende de vragenlijst met betrekking tot Richtlijn 96/61/EG van de Raad inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (IPPC) (tenuitvoerlegging van Richtlijn 91/692/EEG van de Raad)
. De rechtsgrondslag, Richtlijn 96/61/EG van de Raad, is per 18 februari 2008 ingetrokken bij Richtlijn 2008/1/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging, die op haar beurt is ingetrokken bij Richtlijn 2010/75/EG van de Raad, en de vragenlijst is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 2002/605/EG van de Commissie van 17 juli 2002 inzake de vragenlijst over Richtlijn 96/82/EG van de Raad betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken. De rechtsgrondslag, Richtlijn 96/82/EG van de Raad, is per 1 juni 2015 ingetrokken bij Richtlijn 2012/18/EU van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken, houdende wijziging en vervolgens intrekking van Richtlijn 96/82/EG van de Raad, en de vragenlijst heeft haar rechtsgevolgen verloren, is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 1999/391/EG van de Commissie van 31 mei 1999 betreffende de vragenlijst met betrekking tot Richtlijn 96/61/EG van de Raad inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (IPPC) (tenuitvoerlegging van Richtlijn 91/692/EEG van de Raad). De rechtsgrondslag, Richtlijn 96/61/EG van de Raad, is per 18 februari 2008 ingetrokken bij Richtlijn 2008/1/EG, die op haar beurt is ingetrokken bij Richtlijn 2010/75/EU en de vragenlijst is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 1999/314/EG van de Commissie van 9 april 1999 inzake de vragenlijst over Richtlijn 96/82/EG van de Raad betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken. De rechtsgrondslag, Richtlijn 96/82/EG van de Raad, is per 1 juni 2015 ingetrokken bij Richtlijn 2012/18/EU van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken, houdende wijziging en vervolgens intrekking van Richtlijn 96/82/EG van de Raad, en de vragenlijst heeft haar rechtsgevolgen verloren, is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 98/184/EG van de Commissie van 25 februari 1998 inzake een vragenlijst voor de verslagen van de lidstaten over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 94/67/EG van de Raad betreffende de verbranding van gevaarlijke afvalstoffen (tenuitvoerlegging van Richtlijn 91/692/EEG van de Raad). De rechtsgrondslag, Richtlijn 94/67/EG van de Raad, is per 28 december 2005 ingetrokken bij Richtlijn 2000/76/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 december 2000 betreffende de verbranding van afval, die op haar beurt per 7 januari 2014 is ingetrokken bij Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies, en de vragenlijst is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 96/511/EG van de Commissie van 29 juli 1996 inzake de vragenlijsten bedoeld in de Richtlijnen 80/779/EEG, 82/884/EEG, 84/360/EEG en 85/203/EEG van de Raad. De rechtsgrondslag, Richtlijn 84/360/EEG van de Raad, is per 30 oktober 2007 ingetrokken bij Richtlijn 2008/1/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging. De rechtsgrondslag, Richtlijnen 80/779/EEG en 82/884/EEG van de Raad (beide per 1 januari 2005) en Richtlijn 85/203/EEG van de Raad (per 19 juli 2001), is ingetrokken bij Richtlijn 1999/30/EG van de Raad van 22 april 1999 betreffende grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, zwevende deeltjes en lood in de lucht, die op haar beurt per 10 juni 2010 is ingetrokken bij Richtlijn 2008/50/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2008 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa, en de vragenlijsten zijn achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 96/302/EG van de Commissie van 17 april 1996 tot vaststelling van de vorm waarin de ingevolge artikel 8, lid 3, van Richtlijn 91/689/EEG van de Raad betreffende gevaarlijke afvalstoffen vereiste informatie moet worden verstrekt. De rechtsgrondslag, artikel 8, lid 3, van Richtlijn 91/689/EEG van de Raad, is per 24 februari 2006 ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 166/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 januari 2006 betreffende de instelling van een Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen en tot wijziging van de Richtlijnen 91/689/EEG en 96/61/EG van de Raad, en de vragenlijst is achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 92/446/EEG van de Commissie van 27 juli 1992 inzake de vragenlijsten voor de richtlijnen voor de sector water is gewijzigd bij Beschikking 95/337/EG van de Commissie van 25 juli 1995 tot wijziging van Beschikking 92/446/EEG inzake de vragenlijsten voor de richtlijnen voor de sector water. De bij deze beschikkingen vastgestelde vragenlijsten bevatten verwijzingen naar verschillende wetteksten op het gebied van water die zijn ingetrokken bij Richtlijn 2000/60/EG van de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, of die zijn gewijzigd zonder gebruikmaking van Richtlijn 91/692/EEG van de Raad ten behoeve van de rapportage. Bijgevolg zijn deze vragenlijsten achterhaald en niet langer in gebruik.
-Beschikking 95/337/EG van de Commissie van 25 juli 1995 tot wijziging van Beschikking 92/446/EEG inzake de vragenlijsten voor de richtlijnen voor de sector water. De bij deze beschikking vastgestelde vragenlijst bevat verwijzingen naar verschillende wetteksten op het gebied van water die zijn ingetrokken bij Richtlijn 2000/60/EG van de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid of zijn gewijzigd zonder gebruikmaking van Richtlijn 91/692/EEG van de Raad ten behoeve van de rapportage. Deze vragenlijst is dus achterhaald en niet langer in gebruik.
Bijlage II
Lijst van uit het acquis te schrappen handelingen
1)Uitvoeringsbesluit 2011/632/EU van de Commissie van 21 september 2011 (PB L 247 van 24.9.2011, blz. 54)
2)Beschikking 2007/531/EG van de Commissie van 26 juli 2007 (PB L 195 van 27.7.2007, blz. 47)
3)Beschikking 2003/241/EG van de Commissie van 26 maart 2003 (PB L 89 van 5.4.2003, blz. 17)
4)Beschikking 2002/605/EG van de Commissie van 17 juli 2002 (PB L 195 van 24.7.2002, blz. 74)
5)Beschikking 1999/391/EG van de Commissie van 31 mei 1999 (PB L 148 van 15.6.1999, blz. 39)
6)Beschikking 1999/314/EG van de Commissie van 9 april 1999 (PB L 120 van 8.5.1999, blz. 43)
7)Beschikking 98/184/EG van de Commissie van 25 februari 1998 (PB L 67 van 7.3.1998, blz. 48)
8)Beschikking 96/511/EG van de Commissie van 29 juli 1996 (PB L 213 van 22.8.1996, blz. 16)
9)Beschikking 96/302/EG van de Commissie van 17 april 1996 (PB L 116 van 11.5.1996, blz. 26)
10)Beschikking 92/446/EEG van de Commissie van 27 juli 1992 (PB L 247 van 27.8.1992, blz. 10)
11)Beschikking 95/337/EG van de Commissie van 25 juli 1995 tot wijziging van Beschikking 92/446/EEG van 27 juli 1992 (PB L 200 van 24.8.1995, blz. 1)