Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52014AE1436

    Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad inzake de deelneming van de Europese Unie in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds (COM(2014) 66 final — 2014/0034 (COD))

    PB C 226 van 16.7.2014, p. 61–62 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    16.7.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 226/61


    Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad inzake de deelneming van de Europese Unie in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds

    (COM(2014) 66 final — 2014/0034 (COD))

    2014/C 226/11

    Algemeen rapporteur: de heer Smyth

    De Raad en het Europees Parlement hebben op resp. 18 februari 2014 en 24 februari 2014 besloten het Europees Economisch en Sociaal Comité overeenkomstig artikel 173, lid 3, van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie, te raadplegen over het

    Voorstel voor een Besluit van het Europees Parlement en de Raad inzake de deelneming van de Europese Unie in de kapitaalverhoging bij het Europees Investeringsfonds

    COM(2014) 66 final — 2014/0034 (COD).

    Het bureau van het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft op 25 februari 2014 besloten de afdeling Interne markt, Productie en Consumptie met de voorbereiding van de desbetreffende werkzaamheden te belasten.

    Gezien de urgente aard van de werkzaamheden heeft het Europees Economisch en Sociaal Comité tijdens zijn op 25 en 26 maart 2014 gehouden 497e zitting (vergadering van 25 maart 2014) besloten de heer Smyth aan te wijzen als algemeen rapporteur, en heeft het met 133 stemmen vóór en 1 stem stem tegen, bij 3 onthoudingen, het volgende advies uitgebracht.

    1.   Inleiding

    1.1

    Het EESC staat achter de herkapitalisering van het Europees Investeringsfonds (EIF), op grond waarvan het fonds een grotere rol kan spelen als verstrekker van risicokapitaal aan snelgroeiende en innovatieve kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's).

    1.2

    Het besluit om het geplaatste kapitaal van het EIF te verhogen met 1,5 miljard EUR is een enorme stimulans voor de investeringsopties van het EIF in de context van de economische crisis en de stagnerende Europese economie. Misschien is deze verhoging wel te gering?

    1.3

    Recente enquêtes en data over financiering en bankleningen aan kmo's tonen aan dat toegang tot financiering (zowel kapitaal voor investeringen als werkkapitaal) voor kmo's het nijpendste probleem is. De toename in leningen aan bedrijven is de laatste drie maanden gestaag gedaald. De inzet van het EIF betreft specifiek innovatieve bedrijven en meer groei; valt er iets te zeggen voor een nog hogere herkapitalisering zodat het Fonds nog meer kan doen?

    1.4

    Het EESC pleit opnieuw voor een substantiële herkapitalisering van het EIF zodat het zijn aanvankelijk vooropgestelde taak kan vervullen, namelijk als Europees fonds voor durfkapitaal, met als speciale opdracht de financiering van high-tech starters.

    1.5

    Het EESC stelt voor 20 % van de nettowinst als dividend uit te betalen en te gebruiken voor de dekking van een deel van de kosten van de kapitaalverhoging. Het EESC onderschrijft de inspanningen voor een evenwicht tussen de financiële en politieke resultaten van het EIF en voor het aantrekken van passende financiële instellingen voor de verhoging van het geplaatste kapitaal van het EIF.

    2.   Het voorstel

    2.1

    De kerntaken van het Europees Investeringsfonds (EIF) zijn tweeërlei:

    verstrekking van durfkapitaal om de beschikbaarstelling van risicokapitaal te verbeteren voor snelgroeiende en innovatieve kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's);

    verschaffing van garanties en andere risicodelende initiatieven om de kredietverleningscapaciteit van financiële instellingen voor kmo's te vergroten.

    2.2

    Het Fonds gebruikt eigen middelen en beheert de komende jaren tevens een aantal EU-programma's, zoals Horizon 2020 en COSME. Het EIF verwacht dat de risico's in verband met garanties en durfkapitaal zullen verdubbelen; een verhoging van het kapitaal van het Fonds is dus essentieel. Momenteel is het EIF grotendeels (62,1 %) in handen van de Europese Investeringsbank (EIB). De overige aandeelhouders zijn de Europese Unie (30 %) en 24 publieke en private financiële instellingen (7,9 %).

    2.3

    Het is de bedoeling het geplaatste kapitaal van het Fonds te verhogen van 3 miljard EUR tot 4,5 miljard EUR, waarvan 20 % wordt gestort. Door de verhoging krijgt het EIF meer armslag om krediet te verlenen: in 2014 en 2015 zal het EIF 11 à 15 miljard EUR aan de kmo's lenen.

    3.   Opmerkingen over het voorstel

    3.1

    Op het eerste gezicht is herkapitalisering van het EIF een onbetwistbaar positieve zaak. Gegevens van de ECB tonen aan dat het totale aantal leningen aan bedrijven de laatste drie maanden, tot januari 2014, terugliep. Uit het meest recente leningenoverzicht van banken komt naar voren dat toegang tot financiering voor kmo's in de eurozone het probleem bij uitstek is, hoewel de geografische spreiding uiteenloopt. De behoefte van de kmo's aan extern kapitaal betreft vooral werkkapitaal en kapitaal voor investeringen in vaste activa. De herkapitalisering van het EIF biedt voor deze kwestie enig soelaas, maar de behoeften zijn zeer groot.

    3.2

    Het EESC is ingenomen met de herkapitalisering van het EIF. Opgemerkt zij dat de Europese Raad in december de Commissie en de EIB verzocht om het kapitaal van het EIF verder te verhogen. Het EESC kijkt uit naar het resultaat van dit voorstel. Het Comité heeft in eerdere adviezen zijn zorg uitgesproken over de rol van het EIF en doet dat nu opnieuw (1).

    3.3

    Verhoging van het kapitaal van het EIF zal bijdragen aan extra capaciteit om kapitaal te investeren ter ondersteuning van innovatie, onderzoek en technologische ontwikkeling van de bedrijven in alle lidstaten. Om dit doel met minimale begrotingsuitgaven te bereiken, beveelt het EESC aan dat op de jaarvergadering van het EIF in 2014 besloten wordt om 20 % van de nettowinst in dividend te betalen. Volgens het EESC is het zinvol om de jaarlijkse dividenden die de Unie tussen 2014 en 2017 voor haar deelname aan het fonds ontvangt, te beschouwen als externe bestemmingsontvangsten en te gebruiken ter dekking van een deel van de kosten voor de kapitaalverhoging. Het EESC staat achter de inspanningen voor een evenwicht tussen de financiële en politieke resultaten van het EIF alsmede de inspanningen voor het behoud van de tripartite structuur. In dit verband pleit het voor de opname van meer gelijkgezinde financiële instellingen als nieuwe aandeelhouders.

    3.4

    Bij de eerste opzet in 1993 werd ervoor gepleit dat het EIF ondernemingen niet alleen zou ondersteunen met garanties voor kapitaalinvesteringen en leningen, maar ook door de oprichting van een Europees durfkapitaalfonds van maximaal 60 miljard EUR. Dit moest het gebrek aan particulier durfkapitaal in Europa t.o.v. Noord-Amerika compenseren en de afhankelijkheid van leningen tegen een vaste rentevoet verminderen, die nieuwe en jonge bedrijven benadeelt. Toen het EIF in 1994 is opgericht kwam het durfkapitaalaspect op de achtergrond te staan en overheerste de rol van de kredietgaranties.

    3.5

    Volgens het EESC moet het EIF meer met durfkapitaal gaan doen, zoals aanvankelijk de bedoeling was.

    Brussel, 25 maart 2014

    De voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité

    Henri MALOSSE


    (1)  PB C 143, 22.05.2012, blz. 10.


    Top