Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32024R0855

    Uitvoeringsverordening (EU) 2024/855 van de Commissie van 15 maart 2024 tot wijziging van de in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451 vastgestelde technische uitvoeringsnormen wat betreft regels voor de toezichtrapportage van renterisico buiten de handelsportefeuille

    C/2024/1620

    PB L, 2024/855, 24.4.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/855/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/855/oj

    European flag

    Publicatieblad
    van de Europese Unie

    NL

    L-serie


    2024/855

    24.4.2024

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2024/855 VAN DE COMMISSIE

    van 15 maart 2024

    tot wijziging van de in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451 vastgestelde technische uitvoeringsnormen wat betreft regels voor de toezichtrapportage van renterisico buiten de handelsportefeuille

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (1), en met name artikel 430, lid 7, vijfde alinea,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451 van de Commissie (2) legt ten behoeve van de in artikel 430, leden 1 tot en met 4, van Verordening (EU) nr. 575/2013 bedoelde rapportage de eenvormige rapportageformats- en templates, de instructies en methodologie voor het gebruik van die templates, de rapportagefrequentie en -data, de definities en de IT-oplossingen vast. Verordening (EU) nr. 575/2013 is gewijzigd bij Verordening (EU) 2019/876 van het Europees Parlement en de Raad (3). Voorts is met Richtlijn (EU) 2019/878 van het Europees Parlement en de Raad (4) een aantal nieuwe prudentiële vereisten opgenomen in Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad (5). Die wijzigingen moeten worden weerspiegeld in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451.

    (2)

    Daarom moeten de rapportagetemplates worden vastgesteld die moeten worden gebruikt om toezichthouders de data te verschaffen die dezen nodig hebben voor het monitoren van renterisico’s buiten de handelsportefeuille (renterisico’s in het bankenboek) (“IRRBB”) en de impact op instellingen van veranderingen in beleidsrentes, met inbegrip van de interactie tussen de IRRBB en de beheersing van renterisico’s door instellingen, en de identificatie van uitbijters bij zowel de uitbijtertest voor toezichtdoeleinden (“SOT”) voor de economische waarde van eigen vermogen als de SOT voor nettorente-inkomsten.

    (3)

    Overeenkomstig artikel 430, lid 8, punt e), van Verordening (EU) nr. 575/2013 moet de Europese Bankautoriteit (“EBA”) aanbevelingen formuleren over de manier waarop de rapportagevereisten kunnen worden beperkt, ten minste voor kleine en niet-complexe instellingen, zodat deze hun neerslag vinden in het rapportageraamwerk. In 2021 heeft de EBA haar studie over de compliancekosten van verplichtingen inzake toezichtrapportage (6) gepubliceerd, die aanbevelingen bevat om de evenredigheid van de toezichtrapportage verder te verbeteren. Rekening houdende met die aanbevelingen en om de rapportagedruk te beperken, zouden kleine en niet-complexe instellingen een reeks beperkte templates moeten rapporteren.

    (4)

    Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (5)

    Om duidelijkheid te geven en voldoende tijd te bieden om de uitvoering van de met deze verordening ingevoerde rapportagevereisten voor te bereiden, moeten instellingen overeenkomstig artikel 430, lid 7, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 575/2013 ten vroegste zes maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening beginnen te rapporteren overeenkomstig deze verordening. Als gevolg daarvan, en om instellingen verdere tijd te geven om de met deze verordening ingevoerde wijzigingen ten uitvoer te leggen, moeten instellingen de gewijzigde set informatie ten vroegste vanaf de referentiedatum van 30 september 2024 beginnen te rapporteren.

    (6)

    Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische uitvoeringsnormen die de EBA bij de Commissie heeft ingediend.

    (7)

    De EBA heeft open publieke consultaties georganiseerd over de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, heeft de mogelijke daaraan verbonden kosten en baten geanalyseerd en het advies ingewonnen van de bij artikel 37 van Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad (7) opgerichte Stakeholdergroep bankwezen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451 wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Het volgende artikel 20 bis wordt ingevoegd:

    “Artikel 20 bis

    Rapportage van renterisico buiten de handelsportefeuille

    Om overeenkomstig artikel 430, lid 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013 informatie te rapporteren over hun renterisico buiten de handelsportefeuille, dienen instellingen de in bijlage XXVIII gespecificeerde informatie op individuele en op geconsolideerde basis in, volgens de instructies in bijlage XXIX, met de volgende frequenties, afhankelijk van de aard van de rapporterende instellingen:

    a)

    template 1: per kwartaal door alle instellingen;

    b)

    de templates 2, 5 en 8: per kwartaal door grote instellingen;

    c)

    de templates 3 en 6: per kwartaal door instellingen niet zijnde grote instellingen of kleine en niet-complexe instellingen;

    d)

    de templates 4 en 7: per kwartaal door kleine en niet-complexe instellingen;

    e)

    template 9: per kwartaal door instellingen niet zijnde grote instellingen of kleine en niet-complexe instellingen en door kleine en niet-complexe instellingen;

    f)

    template 10: jaarlijks door grote instellingen;

    g)

    template 11: jaarlijks door instellingen niet zijnde grote instellingen of kleine en niet-complexe instellingen en door kleine en niet-complexe instellingen.”.

    2)

    De tekst in bijlage I bij deze verordening wordt toegevoegd als bijlage XXVIII.

    3)

    De tekst in bijlage II bij deze verordening wordt toegevoegd als bijlage XXIX.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 september 2024.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 15 maart 2024.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Ursula VON DER LEYEN


    (1)   PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2013/575/oj.

    (2)  Uitvoeringsverordening (EU) 2021/451 van de Commissie van 17 december 2020 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de rapportage aan de toezichthoudende autoriteit door instellingen en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 680/2014 (PB L 97 van 19.3.2021, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2021/451/oj).

    (3)  Verordening (EU) 2019/876 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 575/2013 wat betreft de hefboomratio, de nettostabielefinancieringsratio, vereisten inzake eigen vermogen en in aanmerking komende passiva, tegenpartijkredietrisico, marktrisico, blootstellingen aan centrale tegenpartijen, blootstellingen aan instellingen voor collectieve belegging, grote blootstellingen, rapportage- en openbaarmakingsvereisten, en van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 150 van 7.6.2019, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2019/876/oj).

    (4)  Richtlijn (EU) 2019/878 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot wijziging van Richtlijn 2013/36/EU met betrekking tot vrijgestelde entiteiten, financiële holdings, gemengde financiële holdings, beloning, toezichtsmaatregelen en -bevoegdheden en kapitaalconserveringsmaatregelen (PB L 150 van 7.6.2019, blz. 253, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2019/878/oj).

    (5)  Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 338, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2013/36/oj).

    (6)  EBA, Study of the cost of compliance with supervisory reporting requirements, 7 juni 2021 (EBA/Rep/2021/15).

    (7)  Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 12, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/1093/oj).


    BIJLAGE I

    “BIJLAGE XXVIII

    RAPPORTAGE OVER RENTERISICO BUITEN DE HANDELSPORTEFEUILLE

    IRRBB-TEMPLATES

    Templatenummer

    Templatecode

    Adressaten

    Naam template/groep templates

    WAARDERING IRRBB: MUTATIES EVE/NII SOT EN MV [PER KWARTAAL]

    1

    J 01.00

    Alle instellingen

    WAARDERING IRRBB: MUTATIES EVE/NII SOT EN MV

    UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN [PER KWARTAAL]

    2

    J 02.00

    Grote instellingen

    UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN

    3

    J 03.00

    “Andere” instellingen

    UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR “ANDERE” INSTELLINGEN)

    4

    J 04.00

    SNCI’s

    UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s)

    KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN [PER KWARTAAL]

    5

    J 05.00

    Grote instellingen

    KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN

    6

    J 06.00

    “Andere” instellingen

    KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR “ANDERE” INSTELLINGEN)

    7

    J 07.00

    SNCI’s

    KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s)

    RELEVANTE PARAMETERS [PER KWARTAAL]

    8

    J 08.00

    Grote instellingen

    RELEVANTE PARAMETERS

    9

    J 09.00

    “Andere” instellingen en SNCI’s

    RELEVANTE PARAMETERS (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s EN “ANDERE” INSTELLINGEN)

    KWALITATIEVE INFORMATIE [JAARLIJKS]

    10,1

    J 10.01

    Grote instellingen

    ALGEMENE KWALITATIEVE INFORMATIE

    10,2

    J 10.02

    Grote instellingen

    KWALITATIEVE INFORMATIE PER VALUTA

    11,1

    J 11.01

    “Andere” instellingen en SNCI’s

    ALGEMENE KWALITATIEVE INFORMATIE (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s EN “ANDERE” INSTELLINGEN)

    11,2

    J 11.02

    “Andere” instellingen en SNCI’s

    ALGEMENE KWALITATIEVE INFORMATIE PER VALUTA (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s EN “ANDERE” INSTELLINGEN)


    J 01.00 – WAARDERING IRRBB: MUTATIES EVE/NII SOT EN MV


    Valuta:

    Image 1


     

     

    Bedrag

     

     

    0010

    Economische waarde eigen vermogen

    Δ EVE in worstcasescenario

    0010

     

    Δ EVE-ratio in worstcasescenario

    0020

     

    EVE in basisscenario en in schokscenario’s voor toezichtdoeleinden

    Niveau EVE in basisscenario

    0030

     

    Δ EVE bij parallelle opwaartse schok

    0040

     

    Δ EVE bij parallelle neerwaartse schok

    0050

     

    Δ EVE bij versteilende schok

    0060

     

    Δ EVE bij vervlakkende schok

    0070

     

    Δ EVE bij opwaartse schok korte rente

    0080

     

    Δ EVE bij neerwaartse schok korte rente

    0090

     

    Nettorente-inkomsten

    Δ NII in worstcasescenario

    0100

     

    Δ NII-ratio in worstcasescenario

    0110

     

    NII in basisscenario en in schokscenario’s voor toezichtdoeleinden

    Niveau NII in basisscenario

    0120

     

    Δ NII bij parallelle opwaartse schok

    0130

     

    Δ NII bij parallelle neerwaartse schok

    0140

     

    IMS mutaties marktwaarde

    MV in basisscenario en in schokscenario’s voor toezichtdoeleinden

    Niveau marktwaarde (MV) in basisscenario

    0150

     

    Δ MV bij parallelle opwaartse schok

    0160

     

    Δ MV bij parallelle neerwaartse schok

    0170

     

    Overige valuta: Omvang renteschokken

    Parallelle schok

    0180

     

    Schok korte rente

    0190

     

    Schok lange rente

    0200

     


    J 02.00 – UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN


    Valuta:

    Image 2


     

    Boekwaarde

    Duration

    Schatting bank van IRRBB-gevoeligheden, incl. gedragsgedreven, voorwaardelijke en automatische optionaliteit

    Economische waarde eigen vermogen (EVE)

    Nettorente-inkomsten (NII)

    Marktwaarde (MV)

    Niveau EVE – Basisscenario

    Δ EVE – Parallelle opwaartse schok

    Δ EVE – Parallelle neerwaartse schok

    Δ EVE – Versteilende schok

    Δ EVE – Vervlakkende schok

    Δ EVE – Opwaartse schok korte rente

    Δ EVE – Neerwaartse schok korte rente

    Niveau NII – Basisscenario

    Δ NII – Parallelle opwaartse schok

    Δ NII – Parallelle neerwaartse schok

    Niveau MV – Basisscenario

    Δ MV – Parallelle opwaartse schok

    Δ MV – Parallelle neerwaartse schok

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    0110

    0120

    0130

    0140

    0150

    TOTAAL ACTIVA

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: als gevolg van automatische optionaliteit

    0020

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Leningen en voorschotten

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0060

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: niet-renderend

    0070

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0080

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: gedekt door niet-zakelijk onroerend goed

    0090

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0100

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0110

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0120

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0130

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die activa hedgen

    0140

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0150

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0160

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere activa

    0170

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0180

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TOTAAL PASSIVA

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: als gevolg van automatische optionaliteit

    0210

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0240

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0250

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: aanvullend tier 1 of tier 2

    0260

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0270

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0280

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0290

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0300

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0310

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0320

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0330

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0340

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0350

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0360

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0370

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0380

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0390

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0400

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: operationele deposito’s

    0410

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Termijndeposito’s

    0420

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0430

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0440

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0450

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0460

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die passiva hedgen

    0470

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vastrentend

    0480

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0490

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere passiva

    0500

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0510

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Passiva buiten balanstelling: Voorwaardelijke verplichtingen

    0520

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere derivaten (Netto activa/passiva)

    0530

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PRO-MEMORIEPOSTEN

    Nettoderivaten

    0540

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Nettorentepositie zonder derivaten

    0550

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Nettorentepositie met derivaten

    0560

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal activa met MV-impact

    0570

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0580

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0590

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0600

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal passiva met MV-impact

    0610

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0620

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0630

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0640

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 03.00 – UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR “ANDERE” INSTELLINGEN)


    Valuta:

    Image 3


     

    Boekwaarde

    Duration

    Schatting bank van IRRBB-gevoeligheden, incl. gedragsgedreven, voorwaardelijke en automatische optionaliteit

    Economische waarde eigen vermogen (EVE)

    Nettorente-inkomsten (NII)

    Marktwaarde (MV)

    Niveau EVE – Basisscenario

    Δ EVE – Parallelle opwaartse schok

    Δ EVE – Parallelle neerwaartse schok

    Δ EVE – Versteilende schok

    Δ EVE – Vervlakkende schok

    Δ EVE – Opwaartse schok korte rente

    Δ EVE – Neerwaartse schok korte rente

    Niveau NII – Basisscenario

    Δ NII – Parallelle opwaartse schok

    Δ NII – Parallelle neerwaartse schok

    Niveau MV – Basisscenario

    Δ MV – Parallelle opwaartse schok

    Δ MV – Parallelle neerwaartse schok

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    0110

    0120

    0130

    0140

    0150

    TOTAAL ACTIVA

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Leningen en voorschotten

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0120

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die activa hedgen

    0140

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0160

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere activa

    0170

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0180

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TOTAAL PASSIVA

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0240

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0270

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0310

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0350

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0390

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Termijndeposito’s

    0420

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die passiva hedgen

    0470

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0490

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere passiva

    0500

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0510

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Passiva buiten balanstelling: Voorwaardelijke verplichtingen

    0520

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere derivaten (Netto activa/passiva)

    0530

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PRO-MEMORIEPOSTEN

    Nettoderivaten

    0540

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Nettorentepositie zonder derivaten

    0550

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Nettorentepositie met derivaten

    0560

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal activa met MV-impact

    0570

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0580

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0590

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0600

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal passiva met MV-impact

    0610

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0620

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0630

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0640

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 04.00 – UITSPLITSING GEVOELIGHEIDSSCHATTINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s)


    Valuta:

    Image 4


     

    Boekwaarde

    Duration

    Schatting bank van IRRBB-gevoeligheden, incl. gedragsgedreven, voorwaardelijke en automatische optionaliteit

    Economische waarde eigen vermogen (EVE)

    Nettorente-inkomsten (NII)

    Marktwaarde (MV)

    Niveau EVE – Basisscenario

    Δ EVE – Parallelle opwaartse schok

    Δ EVE – Parallelle neerwaartse schok

    Δ EVE – Versteilende schok

    Δ EVE – Vervlakkende schok

    Δ EVE – Opwaartse schok korte rente

    Δ EVE – Neerwaartse schok korte rente

    Niveau NII – Basisscenario

    Δ NII – Parallelle opwaartse schok

    Δ NII – Parallelle neerwaartse schok

    Niveau MV – Basisscenario

    Δ MV – Parallelle opwaartse schok

    Δ MV – Parallelle neerwaartse schok

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    0110

    0120

    0130

    0140

    0150

    TOTAAL ACTIVA

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TOTAAL PASSIVA

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Passiva buiten balanstelling: voorwaardelijke verplichtingen

    0520

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PRO-MEMORIEPOSTEN

    Totaal activa met MV-impact

    0570

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0580

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0590

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0600

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal passiva met MV-impact

    0610

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0620

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0630

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0640

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 05.00 – KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN


    Valuta:

    Image 5

    Modellering

    Image 6


     

    Vastrentend

    Variabelrentend

    Notioneel bedrag

     

     

     

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    Notioneel bedrag

     

     

     

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Overnight

    Langer dan overnight en tot 1 maand

    Langer dan 1 maand en tot 3 maanden

    Langer dan 3 maanden en tot 6 maanden

    Langer dan 6 maanden en tot 9 maanden

    Langer dan 9 maanden en tot 12 maanden

    Langer dan 12 maanden en tot 1,5 jaar

    Langer dan 1,5 jaar en tot 2 jaar

    Langer dan 2 jaar en tot 3 jaar

    Langer dan 3 jaar en tot 4 jaar

    Langer dan 4 jaar en tot 5 jaar

    Langer dan 5 jaar en tot 6 jaar

    Langer dan 6 jaar en tot 7 jaar

    Langer dan 7 jaar en tot 8 jaar

    Langer dan 8 jaar en tot 9 jaar

    Langer dan 9 jaar en tot 10 jaar

    Langer dan 10 jaar en tot 15 jaar

    Langer dan 15 jaar en tot 20 jaar

    Langer dan 20 jaar

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Overnight

    Langer dan overnight tot 1 maand

    Langer dan 1 maand en tot 3 maanden

    Langer dan 3 maanden en tot 6 maanden

    Langer dan 6 maanden en tot 9 maanden

    Langer dan 9 maanden en tot 12 maanden

    Langer dan 12 maanden en tot 1,5 jaar

    Langer dan 1,5 jaar en tot 2 jaar

    Gekocht

    Verkocht

    Gekocht

    Verkocht

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    0110

    0120

    0130

    0140

    0150

    0160

    0170

    0180

    0190

    0200

    0210

    0220

    0230

    0240

    0250

    0260

    0270

    0280

    0290

    0300

    0310

    0320

    0330

    0340

    0350

    0360

    0370

    0380

    0390

    TOTAAL ACTIVA

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Leningen en voorschotten

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: niet-renderend

    0070

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0080

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: gedekt door niet-zakelijk onroerend goed

    0090

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0100

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0110

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0120

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die activa hedgen

    0140

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0160

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere activa

    0170

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0180

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TOTAAL PASSIVA

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0240

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: aanvullend tier 1 of tier 2

    0260

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0270

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0290

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0300

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0310

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0330

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0340

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0350

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0370

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0380

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0390

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: operationele deposito’s

    0410

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Termijndeposito’s

    0420

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0440

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0450

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0460

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die passiva hedgen

    0470

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0490

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere passiva

    0500

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0510

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Passiva buiten balanstelling: voorwaardelijke verplichtingen

    0520

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere derivaten (Netto activa/passiva)

    0530

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PRO-MEMORIEPOSTEN

    Totaal activa met MV-impact

    0570

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0580

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0590

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0600

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal passiva met MV-impact

    0610

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0620

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0630

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0640

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 06.00 – KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR “ANDERE” INSTELLINGEN)


    Valuta:

    Image 7

    Modellering

    Image 8


     

    Vastrentend

    Variabelrentend

    Notioneel bedrag

     

     

     

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    Notioneel bedrag

     

     

     

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Overnight

    Langer dan overnight tot 1 maand

    Langer dan 1 maand en tot 3 maanden

    Langer dan 3 maanden en tot 6 maanden

    Langer dan 6 maanden en tot 9 maanden

    Langer dan 9 maanden en tot 12 maanden

    Langer dan 12 maanden en tot 1,5 jaar

    Langer dan 1,5 jaar en tot 2 jaar

    Langer dan 2 jaar en tot 3 jaar

    Langer dan 3 jaar en tot 4 jaar

    Langer dan 4 jaar en tot 5 jaar

    Langer dan 5 jaar en tot 6 jaar

    Langer dan 6 jaar en tot 7 jaar

    Langer dan 7 jaar en tot 8 jaar

    Langer dan 8 jaar en tot 9 jaar

    Langer dan 9 jaar en tot 10 jaar

    Langer dan 10 jaar en tot 15 jaar

    Langer dan 15 jaar en tot 20 jaar

    Langer dan 20 jaar

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Overnight

    Langer dan overnight tot 1 maand

    Langer dan 1 maand en tot 3 maanden

    Langer dan 3 maanden en tot 6 maanden

    Langer dan 6 maanden en tot 9 maanden

    Langer dan 9 maanden en tot 12 maanden

    Langer dan 12 maanden en tot 1,5 jaar

    Langer dan 1,5 jaar en tot 2 jaar

    Gekocht

    Verkocht

    Gekocht

    Verkocht

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    0110

    0120

    0130

    0140

    0150

    0160

    0170

    0180

    0190

    0200

    0210

    0220

    0230

    0240

    0250

    0260

    0270

    0280

    0290

    0300

    0310

    0320

    0330

    0340

    0350

    0360

    0370

    0380

    0390

    TOTAAL ACTIVA

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Leningen en voorschotten

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0120

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die activa hedgen

    0140

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0160

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere activa

    0170

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0180

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TOTAAL PASSIVA

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0240

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: aanvullend tier 1 of tier 2

    0260

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0270

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0290

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0300

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0310

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0330

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0340

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0350

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0370

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0380

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0390

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: operationele deposito’s

    0410

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Termijndeposito’s

    0420

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0440

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0450

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0460

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die passiva hedgen

    0470

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging schuldbewijzen

    0490

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Hedging andere passiva

    0500

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0510

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Passiva buiten balanstelling: voorwaardelijke verplichtingen

    0520

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere derivaten (Netto activa/passiva)

    0530

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PRO-MEMORIEPOSTEN

    Totaal activa met MV-impact

    0570

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0580

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0590

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0600

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal passiva met MV-impact

    0610

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0620

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0630

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0640

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 07.00 – KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s)


    Valuta:

    Image 9

    Modellering

    Image 10


     

    Vastrentend

    Variabelrentend

    Notioneel bedrag

     

     

     

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    Notioneel bedrag

     

     

     

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Overnight

    Langer dan overnight tot 1 maand

    Langer dan 1 maand en tot 3 maanden

    Langer dan 3 maanden en tot 6 maanden

    Langer dan 6 maanden en tot 9 maanden

    Langer dan 9 maanden en tot 12 maanden

    Langer dan 12 maanden en tot 1,5 jaar

    Langer dan 1,5 jaar en tot 2 jaar

    Langer dan 2 jaar en tot 3 jaar

    Langer dan 3 jaar en tot 4 jaar

    Langer dan 4 jaar en tot 5 jaar

    Langer dan 5 jaar en tot 6 jaar

    Langer dan 6 jaar en tot 7 jaar

    Langer dan 7 jaar en tot 8 jaar

    Langer dan 8 jaar en tot 9 jaar

    Langer dan 9 jaar en tot 10 jaar

    Langer dan 10 jaar tot 15 jaar

    Langer dan 15 jaar en tot 20 jaar

    Langer dan 20 jaar

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Overnight

    Langer dan overnight tot 1 maand

    Langer dan 1 maand en tot 3 maanden

    Langer dan 3 maanden en tot 6 maanden

    Langer dan 6 maanden en tot 9 maanden

    Langer dan 9 maanden en tot 12 maanden

    Langer dan 12 maanden en tot 1,5 jaar

    Langer dan 1,5 jaar en tot 2 jaar

    Gekocht

    Verkocht

    Gekocht

    Verkocht

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    0110

    0120

    0130

    0140

    0150

    0160

    0170

    0180

    0190

    0200

    0210

    0220

    0230

    0240

    0250

    0260

    0270

    0280

    0290

    0300

    0310

    0320

    0330

    0340

    0350

    0360

    0370

    0380

    0390

    TOTAAL ACTIVA

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Leningen en voorschotten

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0120

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die activa hedgen

    0140

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0180

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    TOTAAL PASSIVA

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Centrale banken

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Interbancair

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0240

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0270

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0290

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0300

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0310

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0330

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0340

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0350

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0370

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0380

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0390

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: operationele deposito’s

    0410

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Termijndeposito’s

    0420

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0440

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0450

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0460

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten die passiva hedgen

    0470

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0510

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Passiva buiten balanstelling: voorwaardelijke verplichtingen

    0520

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere derivaten (Netto activa/passiva)

    0530

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PRO-MEMORIEPOSTEN

    Totaal activa met MV-impact

    0570

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0580

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0590

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0600

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Totaal passiva met MV-impact

    0610

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Uitgegeven schuldbewijzen

    0620

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Derivaten

    0630

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Andere

    0640

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 08.00 – RELEVANTE PARAMETERS


    Valuta:

    Image 11


     

    Notioneel bedrag

     

    Basisscenario (contractueel)

    Basisscenario (gedragsgedreven)

    Parallelle opwaartse schok

    Parallelle neerwaartse schok

    Versteilende schok

    Vervlakkende schok

    Opwaartse schok korte rente

    Neerwaartse schok korte rente

    Onderhevig aan gedragsmodellering (%)

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    NMD’s – Gedragsmodellering

    Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0020

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0060

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0070

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0080

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0090

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0100

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: operationele deposito’s

    0110

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    PTR over horizon 1 jaar

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0120

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0130

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0140

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0150

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Vastrentend – Risico vervroegde aflossing

    Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Leningen en voorschotten

    0160

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: niet-renderend

    0170

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0180

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: gedekt door niet-zakelijk onroerend goed

    0190

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0200

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0210

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Percentages voorwaardelijke vervroegde aflossing (jaargemiddelde)

    Leningen en voorschotten

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: niet-renderend

    0240

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0250

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: gedekt door niet-zakelijk onroerend goed

    0260

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0270

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0280

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0290

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Vastrentend – Vervroegde opname

    Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Termijndeposito’s

    0300

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0310

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0320

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0330

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Percentages vervroegde aflossing (cumulatief gemiddelde)

    Termijndeposito’s

    0340

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Particulieren en kleine partijen

    0350

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale niet-financiëlen

    0360

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Wholesale financiëlen

    0370

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 09.00 – RELEVANTE PARAMETERS (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s EN “ANDERE” INSTELLINGEN)


    Valuta:

    Image 12


     

    Notioneel bedrag

     

    Basisscenario (contractueel)

    Basisscenario (gedragsgedreven)

    Parallelle opwaartse schok

    Parallelle neerwaartse schok

    Versteilende schok

    Vervlakkende schok

    Opwaartse schok korte rente

    Neerwaartse schok korte rente

    Onderhevig aan gedragsmodellering (%)

    0010

    0020

    0030

    0040

    0050

    0060

    0070

    0080

    0090

    0100

    NMD’s – Gedragsmodellering

    Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    0010

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0020

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0030

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    0040

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0050

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0060

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    0070

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: kerncomponent

    0080

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    0090

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    0100

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    waarvan: operationele deposito’s

    0110

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Vastrentend – Risico vervroegde aflossing

    Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Leningen en voorschotten

    0160

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0220

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Percentages voorwaardelijke vervroegde aflossing (gemiddelde)

    Leningen en voorschotten

    0230

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Schuldbewijzen

    0290

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Vastrentend – Vervroegde opname

    Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Termijndeposito’s

    0300

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    Percentages vervroegde aflossing (gemiddelde)

    Termijndeposito’s

    0340

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     


    J 10.00 – KWALITATIEVE INFORMATIE

    10.1   Algemene kwalitatieve informatie

    Benadering NII- en EVE SOT-schattingen

    Voor SOT gehanteerde benadering (NII/EVE)

    0010

     

    Verplichting opgelegd door bevoegde autoriteit (NII/EVE)

    0020

     

    NII-methode

    Methode (NII)

    0030

     

    Voorwaardelijke kasstromen (NII)

    0040

     

    Optierisico (NII)

    0050

     

    Basisrisico (NII)

    0060

     

    EVE-methode

    Methode (EVE)

    0070

     

    Voorwaardelijke kasstromen (EVE)

    0080

     

    Optierisico (EVE)

    0090

     

    Basisrisico (EVE)

    0100

     

    Commerciële marges/andere spreadcomponenten (EVE)

    0110

     

    Reikwijdte / Materialiteitsdrempels (NII/EVE)

    Vergoedingen voor vervroegde aflossing leningen

    0120

     

    Pensioenverplichtingen/activa pensioenregelingen

    0130

     

    Niet-renderende blootstellingen

    0140

     

    Toezeggingen vastrentende leningen

    0150

     

    Risico vervroegde aflossing

    0160

     

    Risico vervroegde opname

    0170

     

    Aanvullende kwalitatieve informatie

    Algemene benadering NMD-modellering

    0180

     

    Identificatie kerncomponent NMD-saldi

    0190

     

    Relevante bepalende factoren NMD-saldi

    0200

     

    Saldi NMD-kerncomponenten (indeling saldi kerncomponenten)

    0210

     

    5-jaars plafond NMD-renteherzieningen voor IRRBB-risicobeheersing

    0220

     

    Vrijstellingen van het 5-jaars plafond voor NMD-renteherzieningen

    0230

     

    Modellering operationele NMD’s van financiële cliënten

    0240

     

    Veranderingen balansstructuur door rente

    0250

     

    Strategieën voor IRRBB-mitigatie en -hedging (EVE)

    0260

     

    Strategieën voor IRRBB-mitigatie en -hedging (NII)

    0270

     

    SOT voor NII-risicomaatstaf in IMS-benadering – PTR retailtermijndeposito’s

    0280

     

    SOT voor NII-risicomaatstaf in IMS-benadering – PTR vastrentende retailleningen

    0290

     

    Basisrisico

    0300

     

    CSRBB

    0310

     

    10.2   Kwalitatieve informatie per valuta

    Valuta:

    Image 13


    Risicovrije rendementscurve (discontering in EBE SOT)

    0320

     

    Risicovrije rendementscurve (interne risicomaatstaven EVE)

    0330

     

    Verandering materiële aannames (EVE)

    0340

     

    Verandering materiële aannames (NII)

    0350

     

    Renteondergrens na schok (NII/EVE)

    0360

     


    J 11.00 – ALGEMENE KWALITATIEVE INFORMATIE (VEREENVOUDIGD VOOR SNCI’s EN “ANDERE” INSTELLINGEN)

    11.1   Algemene kwalitatieve informatie (Vereenvoudigd)

    Benadering NII- en EVE SOT-schattingen

    Voor SOT gehanteerde benadering (NII/EVE)

    0010

     

    Verplichting opgelegd door bevoegde autoriteit (NII/EVE)

    0020

     

    NII-methode

    Methode (NII)

    0030

     

    Voorwaardelijke kasstromen (NII)

    0040

     

    Optierisico (NII)

    0050

     

    Basisrisico (NII)

    0060

     

    EVE-methode

    Methode (EVE)

    0070

     

    Voorwaardelijke kasstromen (EVE)

    0080

     

    Optierisico (EVE)

    0090

     

    Basisrisico (EVE)

    0100

     

    Commerciële marges/andere spreadcomponenten (EVE)

    0110

     

    Reikwijdte/Materialiteitsdrempels (NII/EVE)

    Vergoedingen voor vervroegde aflossing leningen

    0120

     

    duration

    0130

     

    Niet-renderende blootstellingen

    0140

     

    Toezeggingen vastrentende leningen

    0150

     

    Risico vervroegde aflossing

    0160

     

    Risico vervroegde opname

    0170

     

    Aanvullende kwalitatieve informatie

    Algemene benadering NMD-modellering

    0180

     

    Identificatie kerncomponent NMD-saldi

    0190

     

    Relevante bepalende factoren NMD-saldi

    0200

     

    Saldi NMD-kerncomponenten (indeling saldi kerncomponenten)

    0210

     

    5-jaars plafond NMD-renteherzieningen voor IRRBB-risicobeheersing

    0220

     

    Vrijstellingen van het 5-jaars plafond voor NMD-renteherzieningen

    0230

     

    Modellering operationele NMD’s van financiële cliënten

    0240

     

    Strategieën voor IRRBB-mitigatie en -hedging (EVE)

    0260

     

    Strategieën voor IRRBB-mitigatie en -hedging (NII)

    0270

     

    SOT voor NII-risicomaatstaf in IMS-benadering – PTR retailtermijndeposito’s

    0280

     

    SOT voor NII-risicomaatstaf in IMS-benadering – PTR vastrentende retailleningen

    0290

     

    Basisrisico

    0300

     

    CSRBB

    0310

     

    11.2   Kwalitatieve informatie per valuta (Vereenvoudigd)

    Valuta:

    Image 14


    Risicovrije rendementscurve (discontering in EVE SOT)

    0320

     

    Risicovrije rendementscurve (interne risicomaatstaven EVE)

    0330

     

    Renteondergrens na schok (NII/EVE)

    0360

     


    BIJLAGE II

    “BIJLAGE XXIX

    INSTRUCTIES VOOR DE RAPPORTAGE VAN RENTERISICO BUITEN DE HANDELSPORTEFEUILLE

    Inhoudsopgave

    DEEL I 2
    ALGEMENE INSTRUCTIES 24

    1.

    Structuur 24

    2.

    Reikwijdte van de rapportage 24

    3.

    Behandeling van vast-/variabelrentende instrumenten 24

    4.

    Behandeling van opties 25

    5.

    Gebruik van tekens 25

    6.

    Afkortingen 25

    7.

    Overige conventies 26
    DEEL II 5
    WAARDERING IRRBB: MUTATIES EVE/NII SOT EN MV (J 01.00) 26

    1.

    Algemene opmerkingen 26

    2.

    Instructies voor specifieke posities 26
    DEEL III 10
    UITSPLITSING SCHATTINGEN GEVOELIGHEID (J 02.00, J 03.00 EN J 04.00) 29

    1.

    Algemene opmerkingen 29

    2.

    Instructies voor specifieke posities 29
    DEEL IV 20
    KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN (J 05.00, J 06.00 en J 07.00) 36

    1.

    Algemene opmerkingen 36

    2.

    Instructies voor specifieke posities 37
    DEEL V 24
    RELEVANTE PARAMETERS (J 08.00 en J 09.00) 39

    1.

    Algemene opmerkingen 39

    2.

    Instructies voor specifieke posities 39
    DEEL VI 28
    KWALITATIEVE INFORMATIE (J 10.00 en J 11.00) 41

    1.

    Algemene opmerkingen 41

    2.

    Instructies voor specifieke posities 42

    DEEL I

    ALGEMENE INSTRUCTIES

    1.   Structuur

    1.1.

    Deze bijlage bevat de instructies voor het rapporteren van de templates voor renterisico buiten de handelsportefeuille (renterisico in het bankenboek) (“IRRBB”).

    1.2.

    Deze bijlage bestaat uit vijf aparte sets templates:

    a)

    waardering IRRBB: uitbijtertests voor toezichtdoeleinden (“SOT’s”) van de economische waarde van het eigen vermogen (“EVE”) en nettorente-inkomsten (“NII)” en mutaties van de marktwaarde (“MV”) (J 01.00);

    b)

    uitsplitsing van schattingen van IRRBB-gevoeligheden (J 02.00, J 03.00 en J 04.00);

    c)

    IRRBB-kasstromen uit renteherzieningen (J 05.00, J 06.00 en J 07.00);

    d)

    relevante parameters voor gedragsmodelering (J 08.00 en J 09.00);

    e)

    kwalitatieve informatie (J 10.00 en J 11.00).

    1.3.

    Voor elke template zijn verwijzingen naar wetgeving opgenomen. Deze bijlage bevat nadere informatie over meer algemene aspecten van de rapportage voor elke reeks templates en instructies voor specifieke posities.

    1.4.

    Instellingen rapporteren de templates in de rapportagevaluta, ongeacht de valuta waarin activa, passiva en posten buiten de balanstelling feitelijk luiden. Valuta niet zijnde de rapportagevaluta worden naar de rapportagevaluta geconverteerd tegen de contante wisselkoers van de Europese Centrale Bank op de referentiedatum. De instellingen rapporteren de templates, uitgesplitst volgens de betrokken valuta, overeenkomstig Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 van de Commissie (1).

    1.5.

    Overeenkomstig artikel 3, lid 2, punt c), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 brengen instellingen, in voorkomend geval, automatische en gedragsgedreven opties tot uiting in hun berekeningen, tenzij anders is bepaald.

    2.   Reikwijdte van de rapportage

    Instellingen maken een prognose van hun IRRBB-schattingen en verschaffen informatie over hun renteblootstellingen voortvloeiend uit de rentegevoelige posities buiten de handelsportefeuille die onder de SOT’s vallen (artikelen 3 en 4 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856). Met name nemen instellingen alle instrumenten in aanmerking overeenkomstig artikel 3, lid 2, punten a) tot en met f), en artikel 3, leden 3, 4 en 5, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856.

    3.   Behandeling van vast-/variabelrentende instrumenten

    Wanneer om afzonderlijke informatie wordt gevraagd voor vast- of variabelrentende instrumenten, zijn de volgende definities van toepassing:

    a)

    “vastrentend instrument”: een vastrentend instrument zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 4), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 van de Commissie (2). Meer bepaald:

    i)

    instrumenten zonder een specifieke contractuele looptijd (d.w.z. producten zonder einddatum), waarvan kasstromen uit rentebetalingen niet contractueel of wettelijk zijn gekoppeld aan bewegingen van een externe benchmark of een intern beheerde index van een instelling, maar die aan de discretie van de instelling of een overheidsinstantie zijn;

    ii)

    instrumenten met een specifieke contractuele looptijd, waarvan de kasstromen uit rentebetalingen niet van begin tot einde van de looptijd van het instrument vastliggen, of waarvan de termijn voor een contractuele renteherziening meer dan één jaar bedraagt, of waarvan veranderingen in de vergoeding ervan — op enig tijdstip tijdens de looptijd van het contract — aan de discretie van de instelling of een overheidsinstantie zijn;

    b)

    “variabelrentend instrument”: een instrument met variabele rente zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 5), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857. Meer bepaald:

    i)

    instrumenten zonder een specifieke contractuele looptijd (d.w.z. producten zonder einddatum), waarvan kasstromen uit rentebetalingen niet aan de discretie van de instelling of een overheidsinstantie zijn, maar die contractueel of wettelijk zijn gekoppeld aan bewegingen van een externe benchmark of een intern beheerde index van een instelling;

    ii)

    instrumenten met een specifieke contractuele looptijd, waarvan de kasstromen uit rentebetalingen niet van begin tot einde van de looptijd van het instrument vastliggen, waarvan de termijn voor een contractuele renteherziening maximaal één jaar bedraagt, en waarvan veranderingen in de vergoeding ervan tijdens de looptijd van het contract niet aan de discretie van de instelling of een overheidsinstantie zijn.

    4.   Behandeling van opties

    Wanneer om afzonderlijke informatie over opties wordt gevraagd, rapporteren instellingen als volgt:

    a)

    embedded opties samen met het betrokken basisinstrument ervan;

    b)

    expliciete/stand-alone opties apart van andere soorten balansposten als derivaten (d.w.z. zij rapporteren die opties samen met de gehedgede post).

    5.   Gebruik van tekens

    5.1.

    In de regel rapporteren instellingen positieve waarden in de templates. In geldeenheden uitgedrukte cijfers voor het EVE-niveau, NII-niveau en MV-niveau worden in de regel als een positieve waarde gerapporteerd, ongeacht of het gaat om activa of passiva. Wel gelden de volgende uitzonderingen: wanneer het NII-niveau negatief is indien de rente-uitgaven in het basisscenario hoger zijn dan de rente-inkomsten, of in het geval van derivaten waarbij genetteerde waarden van de gedeelten (“legs”) van de derivaten moeten worden gerapporteerd.

    5.2.

    Instellingen rapporteren de mutaties (Δ) van EVE, NII en MV met positieve of negatieve waarden, afhankelijk van de variatie. instellingen berekenen de Δ als het verschil tussen de EVE/NII/MV in shockscenario’s, ongerekend het basisscenario. EVE- (en MV-)gevoeligheden van een bepaald activum of passivum worden als positief gerapporteerd indien de EVE (en MV) van dat activum of passivum toeneemt in een bepaald rentescenario. Evenzo worden NII-gevoeligheden van een bepaald activum of passivum als positief gerapporteerd wanneer de rente-inkomsten van dat activum of de rente-uitgaven van dat passivum in een concreet rentescenario stijgen.

    5.3.

    Wat betreft datapunten voor notionele blootstellingen of boekwaarden geldt dezelfde regel: instellingen rapporteren positieve waarden voor activa en passiva.

    5.4.

    Instellingen rapporteren positieve parameters, ongeacht of deze parameters activa of passiva betreffen, en ongeacht of deze parameters de waarde van de IRRBB-maatstaven doen stijgen of dalen. In sommige uitzonderlijke gevallen kan het zijn dat instellingen voor parameters negatieve cijfers rapporteren, onder meer voor het gemiddelde rendement van activa/passiva indien de recentste renteherziening was gebaseerd op een negatieve marktrenteomgeving.

    6.   Afkortingen

    Daarnaast worden de volgende afkortingen gebruikt: “EVE” = economische waarde van het eigen vermogen; “NII” = nettorente-inkomsten; “MV” = marktwaarde; “SOT” = uitbijtertest voor toezichtdoeleinden; “NMD’s” = deposito’s zonder einddatum; “IMS” = intern meetsysteem, en “SA” = standaardbenadering.

    7.   Overige conventies

    7.1.

    In deze hele bijlage wordt verwezen naar Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 of “SOT-RTS” en Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 of “SA-RTS”. Wanneer in de tekst wordt verwezen naar de definities die zijn vastgesteld in Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857, zijn die definities van toepassing op alle rapporterende instellingen (en niet alleen op de instellingen die de standaardbenadering toepassen).

    7.2.

    De definities die in artikel 1 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 zijn vastgesteld, zijn in deze bijlage van toepassing.

    DEEL II

    WAARDERING IRRBB: MUTATIES EVE/NII SOT EN MV (J 01.00)

    1.   Algemene opmerkingen

    1.1.

    Template J 01.00 bevat de niveaus en mutaties van EVE (ΔΕVE) en niveaus en mutaties van NII (ΔΝII), berekend overeenkomstig Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856, alsmede het niveau en mutaties van MV, berekend volgens de interne criteria voor risicobeheersing, rekening houdende met een tijdshorizon van één jaar en een aanname van een constante balans. Deze template bevat onder meer de gespecificeerde omvang van renteschokken voor valuta niet vermeld in deel A van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en ratio’s van ΔΕVE en ΔΝII ten opzichte van het tier 1-kapitaal in de zin van artikel 25 van Verordening (EU) nr. 575/2013, de ΔΕVE en ΔΝII in worstcasescenario’s en het EVE- en NII-niveau in het basisscenario, alsmede ΔΕVE, ΔΝII en ΔΜV in bepaalde wettelijke renteschokscenario’s.

    1.2.

    Deze template wordt gerapporteerd voor elke valuta afzonderlijk die overeenkomstig artikel 1, leden 3 en 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 in de berekening van de SOT is opgenomen, alsmede voor het totaal van alle valuta waarop artikel 1, lid 4, van die gedelegeerde verordening van toepassing is. Bij het berekenen van de geaggregeerde mutaties (voor alle valuta) voor elk renteschokscenario is artikel 3, lid 8, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 van toepassing.

    2.   Instructies voor specifieke posities

    Rij

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010-0090

    Economische waarde eigen vermogen

    EVE-schattingen berekend overeenkomstig artikel 98, lid 5, punt a), van Richtlijn 2013/36/EU en de artikelen 1 tot en met 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856. Wat betreft de aannames voor modellering en parameters die niet in artikel 3 van die gedelegeerde verordening zijn gespecificeerd, gebruiken instellingen de aannames die zij bij het meten en beheersen van hun IRRBB hanteren, d.w.z. hun interne meetmethoden, de standaardbenadering of de vereenvoudigde standaardbenadering, al naargelang.

    0010

    Δ EVE in worstcasescenario

    De EVE-mutatie in de in artikel 1, lid 1, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde schokscenario’s voor toezichtdoeleinden die de grootste daling van de EVE veroorzaken. In deze rij wordt de slechtste uitkomst van de waarden in de rijen 0040 tot en met 0090 gerapporteerd.

    0020

    Δ EVE-ratio in worstcasescenario

    De ratio van de in rij 0010 gerapporteerde waarde ten opzichte van het overeenkomstig artikel 25 van Verordening (EU) nr. 575/2013 bepaalde tier 1-kapitaal.

    0030-0090

    EVE in basisscenario en in schokscenario’s voor toezichtdoeleinden

    EVE-niveau in het basisscenario en de EVE-mutaties (d.w.z. Δ EVE) in de in artikel 1, lid 1, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde schokscenario’s voor toezichtdoeleinden.

    0030

    Niveau EVE in basisscenario

    EVE-niveau in de basisrentescenario’s per de referentiedatum.

    0040

    Δ EVE bij parallelle opwaartse schok

    De mutatie van de EVE in het in artikel 1, lid 1, punt a), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een parallelle opwaartse schok.

    0050

    Δ EVE bij parallelle neerwaartse schok

    De EVE-mutatie in het in artikel 1, lid 1, punt b), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een parallelle neerwaartse schok.

    0060

    Δ EVE bij versteilende schok

    De EVE-mutatie in het in artikel 1, lid 1, punt c), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een versteilende schok.

    0070

    Δ EVE bij vervlakkende schok

    De EVE-mutatie in het in artikel 1, lid 1, punt d), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een vervlakkende schok.

    0080

    Δ EVE bij opwaartse schok korte rente

    De EVE-mutatie in het in artikel 1, lid 1, punt e), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een opwaartse schok voor de korte rente.

    0090

    Δ EVE bij neerwaartse schok korte rente

    De EVE-mutatie in het in artikel 1, lid 1, punt f), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een neerwaartse schok voor de korte rente.

    0100-0140

    Nettorente-inkomsten

    NII als bedoeld in artikel 98, lid 5, punt b), van Richtlijn 2013/36/EU en gespecificeerd in artikel 4 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856. Wat betreft de aannames voor modellering en parameters die niet in artikel 4 van die gedelegeerde verordening zijn gespecificeerd, gebruiken instellingen de aannames die zij bij het meten en beheersen van hun IRRBB hanteren, d.w.z. hun interne meetmethoden, de standaardbenadering of de vereenvoudigde standaardbenadering, al naargelang.

    Instellingen houden rekening met de boekhoudkundige verwerking van hedges (d.w.z. hedge accounting) en nemen de effecten van in artikel 33, lid 1, punt a), van Verordening (EU) nr. 575/2013 genoemde posten niet op.

    0100

    Δ NII in worstcasescenario

    De mutatie van de eenjaars NII in de in artikel 1, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde schokscenario’s voor toezichtdoeleinden die de grootste NII-daling veroorzaken. In deze rij wordt de slechtste uitkomst van de waarden in de rijen 0130 tot en met 0140 gerapporteerd.

    0110

    Δ NII-ratio in worstcasescenario

    De ratio van de in rij 0100 gerapporteerde waarde ten opzichte van het overeenkomstig artikel 25 van Verordening (EU) nr. 575/2013 bepaalde tier 1-kapitaal.

    0120-0140

    NII in basisscenario en in schokscenario’s voor toezichtdoeleinden

    NII-niveau in het basisscenario en Δ NII in de in artikel 1, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde schokscenario’s voor toezichtdoeleinden.

    0120

    Niveau NII in basisscenario

    NII-niveau in de basisrentescenario’s per de referentiedatum.

    0130

    Δ NII bij parallelle opwaartse schok

    De mutatie van de NII in het in artikel 1, lid 2, punt a), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een parallelle opwaartse schok.

    0140

    Δ NII bij parallelle neerwaartse schok

    De mutatie van de NII in het in artikel 1, lid 2, punt b), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een parallelle neerwaartse schok.

    0150-0170

    IMS mutaties marktwaarde

    MV in basisscenario en in schokscenario’s voor toezichtdoeleinden

    Prognoses van de MV-mutaties (ΔMV) van de boekwaarde over de horizon van één jaar in het basisscenario en in de schokscenario’s voor toezichtdoeleinden worden verwerkt ofwel in de winst- en verliesrekening of rechtstreeks in het eigen vermogen (zoals via overige onderdelen van het totaalresultaat). Instellingen rapporteren de ΔMV, ongerekend het effect van voor boekhoudkundige doeleinden gebruikte hedges (d.w.z. hedge accounting), en laten de effecten van de in artikel 33, lid 1, punt a), van Verordening (EU) nr. 575/2013 bedoelde bestanddelen (effectieve component van derivaten die bij kasstroomhedgeaccounting worden gebruikt om posten tegen geamortiseerde kostprijs te hedgen) buiten beschouwing.

    Instellingen gebruiken de prognoses van de ΔMV overeenkomstig de IRRBB IMS van de instelling of, in voorkomend geval, artikel 22 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 voor de in artikel 1, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde schokscenario’s voor toezichtdoeleinden.

    De totale omvang en samenstelling van het bedrag waarvan de waarde gevoelig is voor ΔMV, wordt behouden door aflopende instrumenten te vervangen door nieuwe instrumenten met vergelijkbare kenmerken (zoals valuta en nominaal bedrag van de instrumenten).

    Risicoschattingen, waarvan de betrokken parameters worden afgeleid, zijn gelijkwaardig aan die voor het berekenen van de SOT’s, met inbegrip van (in voorkomend geval) gedragsmodellering en automatische optionaliteit.

    0150

    Niveau MV-waarde in basisscenario

    MV-niveau in de basisrentescenario’s per de referentiedatum.

    0160

    Δ MV bij parallelle opwaartse schok

    De MV-mutatie in het in artikel 1, lid 2, punt a), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een parallelle opwaartse schok.

    0170

    Δ MV bij parallelle neerwaartse schok

    De MV-mutatie in het in artikel 1, lid 2, punt b), en artikel 2 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde scenario van een parallelle neerwaartse schok.

    0180-0200

    Overige valuta: Omvang renteschokken

    Deel B van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856.

    Renteschokken voor valuta gekalibreerd overeenkomstig deel B van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en artikel 2 van die gedelegeerde verordening. De omvang van de renteschokken wordt gerapporteerd in basispunten en als absolute waarde. De omvang van de schok is het verschil (ΔR) met de risicovrije rente.

    Deze rijen worden niet gerapporteerd voor de in deel A van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 genoemde valuta. Zij worden alleen gerapporteerd voor de in de SOT in aanmerking genomen valuta, overeenkomstig artikel 1, lid 4, van die gedelegeerde verordening.

    0180

    Parallelle schok

    Omvang van de parallelle renteschok in basispunten, gekalibreerd overeenkomstig deel B van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en artikel 2, lid 1, van die gedelegeerde verordening.

    0190

    Schok korte rente

    Omvang van de schok voor de korte rente in basispunten, gekalibreerd overeenkomstig de in deel B van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en artikel 2, lid 2, van die gedelegeerde verordening bedoelde korte schok.

    0200

    Schok lange rente

    Omvang van de schok voor de lange rente in basispunten, gekalibreerd overeenkomstig de in deel B van de bijlage bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en artikel 2, lid 3, van die gedelegeerde verordening bedoelde lange schok.


    Kolommen

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010

    Bedrag

    De gespecificeerde omvang van renteschokken wordt gerapporteerd in basispunten (bp), terwijl de ΔEVE’s en ΔNII’s worden gerapporteerd als ratio’s en als bedragen (volgens de instructies voor de betrokken rijen). Bedragen worden gerapporteerd in de rapportagevaluta.

    DEEL III

    UITSPLITSING SCHATTINGEN GEVOELIGHEID (J 02.00, J 03.00 EN J 04.00)

    1.   Algemene opmerkingen

    1.1.

    De templates J 02.00, J 03.00 en J 04.00 geven een verdere uitsplitsing van schattingen van een instelling van haar SOT IRRBB-gevoeligheden (Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856) en MV-mutaties (interne risicobeheersing met een tijdshorizon van één jaar en een aanname van een constante balans), met inbegrip van gedragsgedreven/voorwaardelijke en automatische optionaliteit voor een specifieke uitsplitsing van balansposten.

    1.2.

    Instellingen rapporteren de inhoud van deze templates voor elke valuta afzonderlijk waarin de instelling posities heeft, wanneer de boekwaarde van in een valuta luidende financiële activa of passiva 5 % of meer bedraagt van de totale financiële activa of passiva buiten de handelsportefeuille, of minder dan 5 % indien de som van de in de berekening opgenomen financiële activa of passiva minder bedraagt dan 90 % van de totale financiële activa (m.u.v. materiële vaste activa) of passiva buiten de handelsportefeuille.

    2.   Instructies voor specifieke posities

    Rij

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010

    Totaal activa

    Totaal rentegevoelige activa die onder Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 vallen, ongeacht de boekhoudkundige verwerking daarvan. Deze rij omvat:

    activa ten aanzien van centrale banken;

    interbancaire activa;

    leningen en voorschotten;

    schuldbewijzen;

    derivaten die activa hedgen;

    andere.

    Instellingen rapporteren IRRBB-blootstellingen van activa die niet worden afgetrokken van overeenkomstig deel twee, titel I, hoofdstuk 2, van Verordening (EU) nr. 575/2013 bepaald tier 1-kernkapitaal (CET1), m.u.v. materiële activa zoals vastgoed, alsmede blootstellingen in aandelen buiten de handelsportefeuille als bedoeld in artikel 133 en artikel 147, lid 2, punt e), van Verordening (EU) nr. 575/2013. Die blootstellingen worden aan tegenpartijsectoren toegerekend, naargelang van de aard van de directe tegenpartij.

    0020

    waarvan: als gevolg van automatische optionaliteit

    Bijdrage van embedded en expliciete automatische optionaliteit aan de totale rentegevoelige activa die onder Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 vallen, ongeacht de boekhoudkundige verwerking daarvan.

    0030

    Centrale banken

    Activa ten aanzien van centrale banken, met inbegrip van tegoeden en direct opvraagbare deposito’s, als bedoeld in deel 1, punt 42, a), van bijlage V bij deze verordening.

    0040

    Interbancair

    Alle activa waarvan de tegenpartij een kredietinstelling is als bedoeld in deel 1, punt 42, c), van bijlage V bij deze verordening, m.u.v. blootstellingen met betrekking tot effecten en derivaten.

    0050

    Leningen en voorschotten

    Door instellingen gehouden schuldinstrumenten niet zijnde effecten, als bedoeld in deel 1, punt 32, van bijlage V bij deze verordening. Deze rij omvat geen blootstellingen uit de rijen 0030 en 0040.

    0060, 0130, 0150, 0250, 0280, 0320, 0360, 0400, 0430, 0480

    waarvan: vastrentend

    Instellingen rapporteren cijfers voor vastrentende instrumenten, volgens de conventies uit deel I, afdeling 3, van deze bijlage.

    0070

    waarvan: niet-renderend

    Niet-renderende leningen en voorschotten als bedoeld in artikel 3, lid 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en in artikel 47 bis, lid 3, van Verordening (EU) nr. 575/2013.

    0080

    Particulieren en kleine partijen

    Leningen en voorschotten aan een natuurlijke persoon of een kmo, waarbij de blootstellingen met betrekking tot kleine en middelgrote ondernemingen (“kmo’s”), die als blootstellingen met betrekking tot particulieren en kleine partijen kwalificeren in de standaard- of interneratingbenaderingen (“IRB-benadering”) voor kredietrisico zoals beschreven in deel één, titel II, hoofdstukken 2 en 3, van Verordening (EU) nr. 575/2013, of een onderneming die in aanmerking komt voor de behandeling uiteengezet in artikel 153, lid 4, van Verordening (EU) nr. 575/2013 en waarbij de geaggregeerde deposito’s van die kmo of onderneming op groepsbasis niet meer dan 1 miljoen EUR bedragen.

    In deze rij worden zowel renderende als niet-renderende leningen aan particulieren en kleine partijen gerapporteerd.

    0090

    waarvan: gedekt door niet-zakelijk onroerend goed

    Leningen aan particulieren en kleine partijen die formeel door zekerheden in de vorm van niet-zakelijk onroerend goed zijn gedekt, ongeacht de ratio lening/zekerheid (“LTV-ratio”) en de rechtsvorm van de zekerheid.

    0100

    Wholesale niet-financiëlen

    Leningen en voorschotten aan overheden en niet-financiële vennootschappen, als bedoeld in deel 1, punt 42, b) en e), van bijlage V bij deze verordening. Deze rij omvat geen blootstellingen uit rij 0080.

    0110

    Wholesale financiëlen

    Leningen en voorschotten aan andere financiële vennootschappen, als bedoeld in deel 1, punt 42, d), van bijlage V bij deze verordening.

    0120

    Schuldbewijzen

    Door de instelling gehouden schuldbewijzen, uitgegeven als effecten niet zijnde leningen, als bedoeld in deel 1, punt 31, van bijlage V bij deze verordening, met inbegrip van blootstellingen met betrekking tot gedekte obligaties en securitisaties.

    0140

    Derivaten die activa hedgen

    Derivaten zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 1, punt 29), van Verordening (EU) 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad  (3) . Instellingen rapporteren onder een hedgeaccountingmodel aangehouden derivaten volgens het toepasselijke boekhoudkundige raamwerk, waarbij de gehedgede post een rentegevoelig activum is.

    0160

    Hedging schuldbewijzen

    Voor hedgeaccounting gebruikte derivaten waarmee activa worden gehedged die schuldbewijzen zijn.

    0170

    Hedging andere activa

    Voor hedgeaccounting gebruikte derivaten waarmee activa worden gehedged die geen schuldbewijzen zijn.

    0180

    Andere

    Andere rentegevoelige activa op de balans die niet onder de bovenstaande rijen vallen, worden in deze rij gerapporteerd.

    0190

    Activa buiten balanstelling: voorwaardelijke activa

    In bijlage I bij Verordening (EU) nr. 575/2013 vermelde activa buiten de balanstelling die rentegevoelig zijn en die onder Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 vallen.

    Toezeggingen voor vastrentende leningen aan kandidaat-leningnemers worden ook opgenomen in deze rij.

    Een leningtoezegging wordt gerapporteerd als een combinatie van een korte en een lange positie. Dit is het geval bij een toezegging voor een vastrentende lening: de instelling heeft een lange positie in de lening bij het begin van de toezegging en een korte positie wanneer de lening geacht wordt te worden opgenomen. Instellingen rapporteren lange posities als activa en korte posities als passiva. In deze rij rapporteren zij alleen voorwaardelijke instrumenten die als activa kwalificeren.

    0200

    Totaal passiva

    Totaal rentegevoelige passiva die onder Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 vallen, ongeacht de boekhoudkundige verwerking daarvan. Deze rij omvat:

    passiva ten aanzien van centrale banken;

    interbancaire passiva;

    uitgegeven schuldbewijzen;

    deposito’s zonder einddatum;

    termijndeposito’s;

    derivaten die passiva hedgen;

    andere.

    0210

    waarvan: als gevolg van automatische optionaliteit

    Bijdrage van embedded en expliciete automatische optionaliteit aan de totale rentegevoelige passiva die onder Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 vallen, ongeacht de boekhoudkundige verwerking daarvan.

    0220

    Centrale banken

    Passiva ten aanzien van centrale banken als bedoeld in deel 1, punt 42, a), van bijlage V bij deze verordening.

    0230

    Interbancair

    Alle passiva waarvan de tegenpartij een kredietinstelling is als bedoeld in deel 1, punt 42, c), van bijlage V bij deze verordening, m.u.v. blootstellingen met betrekking tot effecten en derivaten.

    0240

    Uitgegeven schuldbewijzen

    Door instelling als effecten uitgegeven schuldinstrumenten niet zijnde deposito’s, als bedoeld in deel 1, punt 37, van bijlage V bij deze verordening.

    0260

    waarvan: aanvullend tier 1 of tier 2

    Schuldbewijzen uitgegeven overeenkomstig artikel 61 of artikel 71 van Verordening (EU) nr. 575/2013, m.u.v. perpetueel eigen vermogen zonder enige vervaldatum (artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856).

    0270

    NMD’s: Retaildeposito betaalrekening

    Op een betaalrekening aangehouden retail-NMD’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 10), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857. Op een betaalrekening aangehouden retail-NMD’s omvatten niet-rentedragende en andere rekeningen van particulieren en kleine partijen waarvan de vergoedingscomponent niet relevant is voor de beslissing van een cliënt om geld op die rekening aan te houden.

    0290, 0330, 0370

    waarvan: kerncomponent

    Kerncomponent van NMD’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 15), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857.

    NMD’s die stabiel zijn en waarvan de rente waarschijnlijk niet zal worden herzien, zelfs niet bij aanzienlijke veranderingen in de renteomgeving, of andere deposito’s waarvan de beperkte elasticiteit voor renteveranderingen door instellingen wordt gemodelleerd.

    0300, 0340, 0380

    waarvan: vrijgesteld van plafond 5 jaar

    Blootstellingen aan gereglementeerde spaargelden als bedoeld in artikel 428 septies, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 575/2013, doch niet beperkt tot het gecentraliseerde gedeelte, of spaargelden met materiële economische of fiscale restricties bij opname, waarvoor de instelling de maximale gewogen gemiddelde datum van de renteherziening niet beperkt tot vijf jaar.

    0310

    NMD’s: Retaildeposito niet-betaalrekening

    Op een niet-betaalrekening aangehouden retail-NMD’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 11), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857.

    Andere retaildeposito’s die niet als “NMD’s: retailtransacties” worden beschouwd, gelden als aangehouden op een niet-betaalrekening.

    Met name omvatten retaildeposito’s op niet-betaalrekeningen retailrekeningen (waaronder gereglementeerde retailrekeningen) waarvan de beloningscomponent relevant is voor de beslissing van de cliënt om geld op die rekening aan te houden.

    0350

    NMD’s: Wholesale niet-financiëlen

    Wholesaledeposito’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 12), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 die NMD’s zijn van overheden en niet-financiële vennootschappen als bedoeld in deel 1, punt 42, b) en e), van bijlage V bij deze verordening.

    0390

    NMD’s: Wholesale financiëlen

    Wholesaledeposito’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 12), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 die NMD’s zijn van tegenpartijen in de zin van deel 1, punt 42, d), van bijlage V bij deze verordening.

    0410

    waarvan: operationele deposito’s

    NMD’s die kwalificeren als operationele deposito’s in de zin van artikel 27, lid 1, punt a), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/61 van de Commissie (4).

    0420

    Termijndeposito’s

    Niet-overdraagbare deposito’s die de depositohouder niet mag opnemen vóór een overeengekomen einddatum of die vervroegd kunnen worden opgenomen op voorwaarde dat de depositohouder kosten en vergoedingen voor vervroegde opvraging (vervroegde aflossing) worden berekend. Deze post omvat administratief gereglementeerde spaartegoeden waarbij het looptijdcriterium niet relevant is. Alhoewel deposito’s met een vaste looptijd eventueel eerder kunnen worden opgezegd na voorafgaande kennisgeving, of op verzoek kunnen worden opgezegd op straffe van bepaalde boeten, worden deze kenmerken niet voor classificatiedoeleinden gebruikt. Deze rij omvat geen blootstellingen uit de rijen 0220 en 0230.

    0440

    Particulieren en kleine partijen

    Deze rij omvat termijndeposito’s van retailcliënten.

    0450

    Wholesale niet-financiëlen

    Termijndeposito’s van wholesale niet-financiële cliënten.

    Wholesaledeposito’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 12), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 die deposito’s andere dan NMD’s zijn van overheden en niet-financiële vennootschappen als bedoeld in deel 1, punt 42, b) en e), van bijlage V bij deze verordening.

    0460

    Wholesale financiëlen

    Termijndeposito’s van wholesale financiële cliënten.

    Wholesaledeposito’s zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 12), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 die deposito’s andere dan NMD’s zijn van tegenpartijen in de zin van deel 1, punt 42, d), van bijlage V bij deze verordening.

    0470

    Derivaten die passiva hedgen

    Derivaten zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 1, punt 29), van Verordening (EU) nr. 600/2014. Instellingen rapporteren onder een hedgeaccountingmodel aangehouden derivaten volgens het toepasselijke boekhoudkundige raamwerk, waarbij de gehedgede post een rentegevoelig passivum is.

    0490

    Hedging schuldbewijzen

    Voor hedgeaccounting gebruikte derivaten waarmee passiva worden gehedged die schuldbewijzen zijn.

    0500

    Hedging andere passiva

    Voor hedgeaccounting gebruikte derivaten waarmee passiva worden gehedged die geen schuldbewijzen zijn.

    0510

    Andere

    Andere rentegevoelige passiva op de balans die niet onder de bovenstaande rijen vallen, worden in deze rij gerapporteerd.

    0520

    Passiva buiten balanstelling: Voorwaardelijke verplichtingen

    Posten buiten de balanstelling omvatten producten zoals rentegevoelige leningtoezeggingen.

    Voorwaardelijke verplichtingen worden beschouwd als een combinatie van een korte en een lange positie. Meer bepaald heeft de instelling, in het geval van een kredietlijn bij andere instellingen, een lange positie wanneer de lening geacht wordt te worden opgenomen en een korte positie op de datum dat de kredietlijn wordt geopend.

    Lange posities worden gerapporteerd als activa en korte posities als passiva. Alleen de voorwaardelijke instrumenten die als passiva kwalificeren, worden in deze rij gerapporteerd.

    0530

    Andere derivaten (Netto activa/passiva)

    Rentederivaten die niet zijn ontworpen als accounting hedges zoals economische rentehedges, die bedoeld zijn om het renterisico buiten de handelsportefeuille te hedgen, maar die niet onder een hedgeaccountingmodel vallen.

    0540-0640

    Pro-memorieposten

    0540

    Nettoderivaten

    Nettobijdrage van alle rentederivaten buiten de handelsportefeuille, rekening houdende met de rentederivaten die activa (rij 0140) of passiva (rij 0470) buiten de handelsportefeuille hedgen onder een hedgeaccountingmodel, en economische rentehedges (rij 0530) van andere rentederivaten buiten de handelsportefeuille die niet zijn ontworpen als voor boekhoudkundige doeleinden gebruikte hedges.

    0550

    Nettorentepositie zonder derivaten

    Alle renteblootstellingen buiten de handelsportefeuille, met inbegrip van blootstellingen buiten de balanstelling en met uitsluiting van rentederivaten. Met name alle activa en passiva met uitsluiting van het effect van derivaten.

    0560

    Nettorentepositie met derivaten

    Alle activa en passiva, met inbegrip van blootstellingen buiten de balanstelling en rentederivaten.

    0570

    Totaal activa met MV-impact

    Totale activa wanneer MV-mutaties relevant zijn voor winst of verlies of eigen vermogen, m.u.v. in rij 0530 gerapporteerde, niet voor hedge accounting gebruikte derivaten. Voor instellingen die IFRS op grond van Verordening (EG) nr.1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad (5) toepassen: activa buiten de handelsportefeuille die volgens het toepasselijke boekhoudkundige raamwerk worden opgenomen tegen reële waarde (met verwerking in winst of verlies of in de overige onderdelen van het totaalresultaat), samen met schuldbewijzen en andere instrumenten opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs met toepassing van reële-waarde-hedgeaccounting. Derivaten die activa buiten de handelsportefeuille hedgen onder een hedgeaccountingmodel, worden in deze afdeling gerapporteerd, m.u.v. de effectieve component van de derivaten die bij kasstroomhedgeaccounting worden gebruikt om posten tegen geamortiseerde kostprijs te hedgen als bedoeld in artikel 33, lid 1, punt a), van Verordening (EU) nr. 575/2013.

    0580

    Schuldbewijzen

    Schuldbewijzen wanneer MV-mutaties relevant zijn voor winst of verlies of eigen vermogen. Dit omvat schuldbewijzen gewaardeerd tegen reële waarde, samen met schuldbewijzen opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs met toepassing van reële-waarde-hedgeaccounting.

    0590

    Derivaten

    Derivaten zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 1, punt 29), van Verordening (EU) nr. 600/2014.

    Derivaten die activa hedgen onder een hedgeaccountingmodel, worden in deze rij gerapporteerd, m.u.v. de derivaten die bij kasstroomhedgeaccounting dienen om posten tegen geamortiseerde kostprijs te hedgen.

    0600

    Andere

    Andere activa gewaardeerd tegen reële waarde, samen met andere activa opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs met toepassing van reële-waarde-hedgeaccounting.

    0610

    Totaal passiva met MV-impact

    Totale passiva waarbij MV-mutaties relevant zijn voor winst of verlies of eigen vermogen, m.u.v. in rij 0530 gerapporteerde, niet voor hedge accounting gebruikte derivaten.

    Passiva die tegen reële waarde worden opgenomen volgens het toepasselijke boekhoudkundige raamwerk (met verwerking in winst of verlies of in de overige onderdelen van het totaalresultaat), samen met schuldbewijzen en andere passiva opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs met toepassing van reële-waarde-hedgeaccounting. Ook derivaten die passiva hedgen onder een hedgeaccountingmodel, worden in deze afdeling gerapporteerd, m.u.v. de effectieve component van de derivaten die bij kasstroomhedgeaccounting worden gebruikt om posten tegen geamortiseerde kostprijs te hedgen als bedoeld in artikel 33, lid 1, punt a), van Verordening (EU) nr. 575/2013.

    0620

    Uitgegeven schuldbewijzen

    Door de instelling uitgegeven schuldbewijzen niet zijnde deposito’s, zoals gedefinieerd in deel 1, punt 37, van bijlage V bij deze verordening die worden opgenomen wanneer MV-mutaties relevant zijn voor winst of verlies of eigen vermogen.

    0630

    Derivaten

    Derivaten zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 1, punt 29), van Verordening (EU) nr. 600/2014.

    Instellingen rapporteren in deze afdeling de derivaten die passiva hedgen onder een hedgeaccountingmodel, m.u.v. de derivaten die bij kasstroomhedgeaccounting dienen om posten tegen geamortiseerde kostprijs te hedgen.

    0640

    Andere

    Andere passiva gewaardeerd tegen reële waarde, samen met andere passiva opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs met toepassing van reële-waarde-hedgeaccounting.


    Kolommen

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010

    Boekwaarde

    Deel 1, punt 27, van bijlage V bij deze verordening.

    0020

    Duration

    Gewijzigde duration (“Dmod”; gerapporteerd in jaren), met inbegrip van automatische optionaliteit, waarbij: Dmod = EV01/(Economische waarde * 0,0001)

    EV01 is gelijk aan een +1 bp gevoeligheid (parallelle schok) van de economische waarde (EV).

    0030-0090

    Economische waarde eigen vermogen

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0010-r0090}.

    0030

    Niveau EVE — Basisscenario

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0030}.

    0040

    Δ EVE — Parallelle opwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0040}.

    0050

    Δ EVE — Parallelle neerwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0050}.

    0060

    Δ EVE — Versteilende schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0060}.

    0070

    Δ EVE — Vervlakkende schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0070}.

    0080

    Δ EVE — Opwaartse schok korte rente

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0080}.

    0090

    Δ EVE — Neerwaartse schok korte rente

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0090}.

    0100-0120

    Nettorente-inkomsten

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0100-r0140}.

    0100

    Niveau NII — Basisscenario

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0120}.

    0110

    Δ NII — Parallelle opwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0130}.

    0120

    Δ NII — Parallelle neerwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0140}.

    0130-0150

    Marktwaarde

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0150-r0170}.

    0130

    Niveau MV — Basisscenario

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0150}.

    0140

    Δ MV — Parallelle opwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0160}.

    0150

    Δ MV — Parallelle neerwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0170}.

    DEEL IV

    KASSTROMEN UIT RENTEHERZIENINGEN (J 05.00, J 06.00 en J 07.00)

    1.   Algemene opmerkingen

    1.1.

    De templates J 05.00, J 06.00 en J 07.00 bevatten nadere informatie over de kasstromen uit renteherzieningen voor de in de templates J 02.00, J 03.00 en J 04.00 gerapporteerde balansposten. Instellingen rapporteren die informatie uit een EVE-oogpunt, rekening houdende met de vereisten en modelleringsaannames bepaald in artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 en rekening houdende met contractuele en gedragsinformatie, waarbij in beide gevallen automatische optionaliteit buiten beschouwing wordt gelaten. De instructies voor deze rijen zijn dezelfde als die in deel IV, afdeling 2, van deze bijlage. Voorts houden instellingen terdege rekening met de rapportageconventies uit deel I, met name die wat betreft de definitie van vast-/variabelrentende instrumenten en de behandeling van opties.

    1.2.

    Instellingen rapporteren de inhoud van deze templates voor elke valuta afzonderlijk waarin de instelling posities heeft, wanneer de boekwaarde van in een valuta luidende financiële activa of passiva 5 % of meer bedraagt van de totale financiële activa of passiva buiten de handelsportefeuille, of minder dan 5 % wanneer de som van de in de berekening opgenomen financiële activa of passiva minder bedraagt dan 90 % van de totale financiële activa (m.u.v. materiële vaste activa) of passiva buiten de handelsportefeuille.

    1.3.

    Instellingen rapporteren de inhoud van deze templates afzonderlijk voor contractuele en voor gedragsgedreven voorwaarden (Modellering: contractueel of gedragsgedreven):

    a)

    contractueel: overeenkomstig de contractuele datum van de renteherziening zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 2), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857, zonder rekening te houden met gedragsaannames. Alleen contractuele en juridische aspecten worden in aanmerking genomen (automatische opties en wettelijke caps/floors worden buiten beschouwing gelaten). Het kasstroomprofiel van producten zonder einddatum (zoals NMD’s) wordt behandeld als variabele posities op korte termijn (kortste tijdsinterval). Geen gedragsgedreven vervroegde beëindiging en vervroegde opname wordt toegepast, hetgeen gelijkwaardig is aan 0 %-tarieven voor voorwaardelijke vervroegde aflossing en vervroegde beëindiging;

    b)

    gedragsmodellering in het basisscenario: overeenkomstig de gemodelleerde kasstromen uit renteherziening die, in voorkomend geval, gedragsaannames in het basisscenario onderbouwen.

    1.4.

    In het geval van derivaten rapporteren instellingen de nettobedragen van kasstromen uit renteherziening (d.w.z. niet uitgesplitst in receiver-/payerdelen). Bij derivaten die activa hedgen, krijgt het lange deel (receiver/activum) van het derivaat een positief teken, terwijl het korte deel (payer/passivum) een negatief teken krijgt bij het berekenen van de nettobedragen per tijdsinterval. Uitzonderingen op deze regel gelden voor het geval een coupon van de receiver die is vastgelegd in een negatieve renteomgeving; deze krijgt een negatief teken zelfs als deze deel uitmaakt van het lange deel (receiver/activum) dat een positief teken heeft gekregen. Het omgekeerde geldt voor derivaten die passiva hedgen: het lange deel (receiver/activum) krijgt een negatief teken, terwijl het korte deel (payer/passivum) een positief teken krijgt bij het berekenen van de nettokasstromen uit renteherzieningen.

    1.5.

    Instellingen rapporteren in de bladen voor contractuele voorwaarden geen kolommen voor het notionele bedrag, informatie over automatische opties en gedragsmodellering, het gemiddelde rendement en de contractuele looptijd.

    2.   Instructies voor specifieke posities

    Kolommen

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010-0250

    Vastrentend

    Instellingen rapporteren schattingen voor vastrentende instrumenten, volgens de conventies uit deel I, afdeling 3, van deze bijlage.

    0260-0390

    Variabelrentend

    Instellingen rapporteren schattingen voor variabelrentende instrumenten, volgens de conventies uit deel I, afdeling 3, van deze bijlage.

    0010

    Notioneel bedrag

    Instellingen rapporteren het bedrag van de uitstaande hoofdsom van instrumenten.

    In het geval van derivaten wordt het bedrag van de uitstaande hoofdsom van het activumdeel (receiver) gerapporteerd (dus geen genetteerde bedragen van receiver/payer-delen)

    0020 en 0270

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit — gekocht

    Percentage van het in de kolommen 0010 en 0260 gerapporteerde notionele bedrag met gekochte automatische renteopties. De optionaliteit kan voortvloeien uit door de instelling gekochte stand-alone-instrumenten (zoals floors, caps en swaptions) of kan “besloten” zijn in de contractuele voorwaarden van andere bancaire standaardproducten.

    Embedded automatische renteopties worden gerapporteerd samen met het betrokken basisinstrument (activum of passivum). Expliciete automatische renteopties worden als afgeleide instrumenten gerapporteerd.

    Embedded gekochte automatische opties omvatten, in het geval van variabelrentende posities: i) gekochte floors voor variabelrentende activa (leningen of schuldbewijzen); ii) gekochte caps voor uitgegeven variabelrentende schuldbewijzen enz.

    Embedded gekochte automatische opties omvatten, in het geval van vastrentende posities: i) activa die vastrentende schuldbewijzen zijn met een optie voor vervroegde aflossing voor de instelling (embedded gekochte payer swaption); ii) uitgegeven passiva die vastrentende schuldbewijzen zijn met een optie voor vervroegde aflossing voor de instelling (embedded gekochte receiver swaption).

    Expliciete automatische gekochte opties zijn derivaten die omvatten: i) expliciete gekochte floors; ii) expliciete gekochte payer swaptions (een instelling heeft het recht een paying fixed/receiving variable renteswap aan te gaan); iii) expliciete gekochte caps; iv) expliciete gekochte receiver swaptions (een instelling heeft het recht een receiving fixed/paying variable renteswap aan te gaan).

    Bij het berekenen van de procentuele blootstelling houden instellingen terdege rekening met de conventies uit deel I, afdeling 3, wat betreft opties.

    0030 en 0280

    % met embedded of expliciete automatische optionaliteit — verkocht

    Percentage van het in de kolommen 0010 en 0260 gerapporteerde nationale bedrag met verkochte automatische renteopties. De optionaliteit kan voortvloeien uit door de instelling verkochte stand-alone-instrumenten (zoals floors, caps en swaptions) of kan “besloten” zijn in de contractuele voorwaarden van andere bancaire standaardproducten.

    Embedded automatische renteopties worden gerapporteerd samen met het betrokken basisinstrument ervan (activum of passivum). Expliciete automatische renteopties worden als afgeleide instrumenten gerapporteerd.

    Embedded verkochte automatische opties omvatten, in het geval van variabelrentende posities: i) verkochte caps voor variabelrentende activa (leningen en schuldbewijzen); ii) verkochte floors voor uitgegeven variabelrentende schuldbewijzen enz.

    Bij vastrentende posities omvatten embedded verkochte automatische renteopties: i) vastrentende schuldbewijzen met een optie voor vervroegde aflossing voor de emittent (embedded verkochte receiver swaption); ii) verkochte floors voor NMD’s en termijndeposito’s met inbegrip van juridische en impliciete floors, en iii) vastrentende schuldbewijzen uitgegeven met een optie voor vervroegde aflossing voor de belegger (embedded verkochte payer swaption).

    Expliciete automatische verkochte opties zijn derivaten die omvatten: i) expliciete verkochte caps; ii) expliciete verkochte receiver swaptions (een instelling is verplicht een paying fixed/receiving variable renteswap aan te gaan); iii) expliciete verkochte floors; iv) expliciete verkochte payer swaptions (een instelling is verplicht een receiving fixed/paying variable renteswap aan te gaan).

    Bij het berekenen van het percentage houden instellingen terdege rekening met de conventies uit deel I, afdeling 3, wat betreft opties.

    0040 en 0290

    % onderhevig aan gedragsmodellering

    Percentage van het in de kolommen 0010 en 0260 gerapporteerde notionele bedrag, onderhevig aan gedragsmodellering, waarvoor het tijdstip of het bedrag van de kasstromen afhankelijk is van het gedrag van cliënten.

    0050 en 0300

    Gewogen gemiddelde rendement

    Gemiddeld rendement op jaarbasis, gewogen naar het notionele bedrag.

    0060 en 0310

    Gewogen gemiddelde looptijd (contractueel)

    Gemiddelde contractuele looptijd in jaren, gewogen naar het notionele bedrag.

    0070-0250 en 0320-0390

    Renteherzieningsschema voor alle kasstromen uit notionele renteherzieningen

    Instellingen rapporteren alle toekomstige kasstromen uit notionele renteherzieningen die voortvloeien uit de rentegevoelige posities die onder Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 vallen, volgens de vooraf bepaalde tijdsintervallen waarin deze volgens hun datum van de renteherziening vallen. (definitie van “kasstroom uit notionele renteherzieningen” en “datum van de renteherziening” zoals bepaald in artikel 1, punten 1) en 2), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857)).

    Automatische renteopties worden, ongeacht of zij expliciet of embedded zijn, verwijderd uit hun basiscontracten en buiten beschouwing gelaten bij het indelen van de kasstromen uit notionele renteherzieningen.

    Derivaten niet zijnde automatische renteopties worden omgezet in posities in het betrokken onderliggende instrument en opgesplitst in paying- en receiving-posities (korte en lange posities) in het betrokken onderliggende instrument. De in aanmerking genomen bedragen zijn de hoofdsommen van het onderliggende instrument of het notionele onderliggende instrument. Futures en forward-contracten met inbegrip van forward rate agreements (FRA’s) worden behandeld als een combinatie van korte en lange posities.

    Wanneer instellingen de kasstromen uit renteherziening weergeven van derivaten niet zijnde automatische renteopties, houden zij terdege rekening met de conventies uit deel IV, afdeling 1, punt 1.4, wat betreft derivaten.

    DEEL V

    RELEVANTE PARAMETERS (J 08.00 en J 09.00)

    1.   Algemene opmerkingen

    1.1.

    De templates J 08.00 en J 09.00 bevatten informatie over de parameters die van belang zijn om de modellering van het IRRBB te monitoren. Het merendeel van de informatie in deze template wordt afgeleid van de in de templates J 02.00 tot en met J 07.00 gerapporteerde informatie. De informatie wordt gerapporteerd uit een EVE-oogpunt, met inbegrip van de vereisten en modelleringsaannames bepaald in artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856, waarbij automatische optionaliteit buiten beschouwing wordt gelaten, behalve voor de rijen 0120 tot en met 0150.

    1.2.

    Deze templates worden gerapporteerd voor elke valuta afzonderlijk waarin de instelling posities heeft, wanneer de boekwaarde van in een valuta luidende financiële activa of passiva 5 % of meer bedraagt van de totale financiële activa of passiva buiten de handelsportefeuille, of minder dan 5 % wanneer de som van de in de berekening opgenomen financiële activa of passiva minder bedraagt dan 90 % van de totale financiële activa (m.u.v. materiële vaste activa) of passiva buiten de handelsportefeuille.

    2.   Instructies voor specifieke posities

    Rij

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010-0110

    NMD’s — Gedragsmodellering — Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Gemiddelde data van de renteherziening, gemeten in jaren, worden berekend per NMD-categorie, volgens de uitsplitsing gegeven in deel III, afdeling 2, van deze bijlage, met een verdere uitsplitsing van: a) het deel dat als het “kern”-volume geldt (voor NMD’s andere dan wholesale financiëlen, en volgens de definitie van “kerncomponent” in artikel 1, punt 15), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857); b) de perimeter van gereglementeerde spaargelden als bedoeld in artikel 428 septies, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 575/2013 — niet beperkt tot het gecentraliseerde deel — of andere spaargelden met materiële economische of fiscale restricties bij opname, waarvoor de instelling bij haar interne IRRBB-risicobeheersing geen plafond hanteert voor de looptijd van de renteherziening (zoals het vijfjaarsplafond), en c) de perimeter van operationele deposito’s zoals gedefinieerd in artikel 27, lid 1, punt a), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/61.

    De gemiddelde data van de renteherziening worden berekend als een gewogen gemiddelde van de “data van de renteherziening” en de weging toegekend op basis van “kasstromen uit notionele renteherzieningen” van de posities in elke betrokken NMD-categorie/-uitsplitsing (definitie van “kasstromen uit notionele renteherzieningen” en “datum van de renteherziening” zoals bepaald in artikel 1, punten 1) en 2), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857).

    0120-0150

    NMD’s — Gedragsmodellering — PTR over horizon één jaar

    Het doorgegeven aandeel in de rente (pass-through rate — “PTR”) zoals gedefinieerd in artikel 1, punt 14), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 wordt gerapporteerd per NMD-categorie volgens de uitsplitsing gegeven in deel III, afdeling 2, van deze bijlage, en voor een tijdshorizon van één jaar.

    Als PTR rapporteren instellingen het gewogen gemiddelde percentage van de renteschok waarvoor de aanname geldt dat dit aan hun NMD’s wordt doorgegeven, volgens de wettelijke rentescenario’s en NII-maatstaf gespecificeerd in Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856.

    0160-0220

    Vastrentend — Risico vervroegde aflossing — Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Gemiddelde data van de renteherziening, gemeten in jaren, worden per betrokken categorie uit deel III, afdeling 2, van deze bijlage berekend voor vastrentende “leningen en voorschotten” en vastrentende “schuldbewijzen” onderhevig aan risico op vervroegde aflossing.

    Instellingen beschouwen alleen de posities waarvoor de cliënt niet de volledige economische kosten van de vervroegde aflossing draagt, als aan risico op vervroegde aflossing onderhevige posities. Posities waarvoor de cliënt de volledige economische kosten van de vervroegde aflossing draagt, gelden voor de berekening niet als onderhevig aan risico op vervroegde aflossing. De gemiddelde data van de renteherziening worden berekend als een gewogen gemiddelde van de “data van de renteherziening” en de weging toegekend op basis van “kasstromen uit notionele renteherzieningen” van posities in elke betrokken categorie/uitsplitsing vastrentende “leningen en voorschotten” en vastrentende “schuldbewijzen” (definitie van “kasstromen uit notionele renteherzieningen” en “datum van de renteherziening” zoals bepaald in artikel 1, punten 1) en 2), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857).

    0230-0290

    Vastrentend — Risico vervroegde aflossing — Percentages voorwaardelijke vervroegde aflossing (percentage op jaarbasis)

    Het gemiddelde jaarpercentage voorwaardelijke vervroegde aflossingen (CPR) wordt, per betrokken categorie uit deel III, afdeling 2, van deze bijlage, op jaarbasis gerapporteerd als het gewogen gemiddelde percentage vervroegde aflossingen op jaarbasis, volgens het uitstaande bedrag in elke jaarperiode — tot aan de run-off van de portefeuille — van de aan risico op vervroegde aflossing onderhevige portefeuilles vastrentende “leningen en voorschotten” en vastrentende “schuldbewijzen”.

    0300-0330

    Vastrentend — Risico vervroegde opname — Gemiddelde data renteherziening vóór en na modellering

    Gemiddelde data van de renteherziening, gemeten in jaren, worden per betrokken categorie uit deel III, afdeling 2, van deze bijlage berekend voor vastrentende “termijndeposito’s” onderhevig aan risico op vervroegde opname.

    De gemiddelde data van de renteherziening worden berekend als een gewogen gemiddelde van de “data van de renteherziening” en de weging toegekend op basis van “kasstromen uit notionele renteherzieningen” van geaggregeerde posities in elke betrokken categorie/uitsplitsing (definitie van “kasstromen uit notionele renteherzieningen” en “datum van de renteherziening” zoals bepaald in artikel 1, punten 1) en 2), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857).

    Instellingen beschouwen alleen de posities waarvoor de cliënt niet de volledige economische kosten van de vervroegde opname draagt, als aan risico op vervroegde opname onderhevige posities. Posities waarvoor de cliënt de volledige economische kosten van de vervroegde opname draagt, gelden voor de berekening niet als onderhevig aan risico op vervroegde opname.

    0340-0370

    Vastrentend — Risico vervroegde opname — Percentages vervroegde opname (cumulatief gemiddelde)

    Het cumulatieve gemiddelde percentage voorwaardelijke vervroegde opnames wordt, per betrokken categorie uit deel III, afdeling 2, van deze bijlage, gerapporteerd als de verhouding tussen het vervroegd opgenomen bedrag van de aan risico op vervroegde opname onderhevige posities in vastrentende “termijndeposito’s” (per betrokken categorie), gedeeld door het totale uitstaande bedrag van aan risico op vervroegde opname onderhevige vastrentende “termijndeposito’s” (per betrokken categorie).


    Kolommen

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010

    Notioneel bedrag

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 05.00; c0010}.

    0020

    Onderhevig aan gedragsmodellering (%)

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 05.00; c0040}.

    0030

    Basisscenario (contractueel)

    Instellingen verschaffen voor aan contractuele voorwaarden en kenmerken onderhevige blootstellingen de desbetreffende parameters (d.w.z. gemiddelde data van de renteherziening) volgens de contractuele voorwaarden van de onderliggende instrumenten, in het basisrentescenario.

    Instellingen rapporteren gegevens op basis van de specificaties van artikel 98, lid 5, punt a), van Richtlijn 2013/36/EU en van artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856.

    Gedragsmodellen of voorwaardelijke modellen (als bedoeld in artikel 3, lid 2, punt c), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856), worden niet in aanmerking genomen bij het afleiden van de parameters.

    0040

    Basisscenario (gedragsgedreven)

    Instellingen verschaffen voor de desbetreffende parameters (d.w.z. gemiddelde data van de renteherziening) voor aan gedragsmodellering onderhevige blootstellingen, waarvoor de timing en het bedrag van kasstromen afhangen van het gedrag van cliënten, in het basisrentescenario.

    Instellingen rapporteren gegevens op basis van de specificaties van artikel 98, lid 5, punt a), van Richtlijn 2013/36/EU en van artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856.

    0050

    Parallelle opwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0040}.

    0060

    Parallelle neerwaartse schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0050}.

    0070

    Versteilende schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0060}.

    0080

    Vervlakkende schok

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0070}.

    0090

    Opwaartse schok korte rente

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0080}.

    0100

    Neerwaartse schok korte rente

    Instellingen volgen hier dezelfde instructies als in {J 01.00; r0090}.

    DEEL VI

    KWALITATIEVE INFORMATIE (J 10.00 en J 11.00)

    1.   Algemene opmerkingen

    1.1.

    De templates J 10.00 en J 11.00 bevatten kwalitatieve data over de methoden die bij de beoordeling van het IRRBB worden gebruikt.

    1.2.

    Instellingen rapporteren de betrokken informatie aan de hand van een vooraf bepaalde lijst van opties. De rijen 0320 tot en met 0360 worden gerapporteerd voor elke valuta afzonderlijk waarin de instelling posities heeft, wanneer de boekwaarde van in een valuta luidende financiële activa of passiva 5 % of meer bedraagt van de totale financiële activa of passiva buiten de handelsportefeuille, of minder dan 5 % indien de som van de in de berekening opgenomen financiële activa of passiva minder bedraagt dan 90 % van de totale financiële activa (m.u.v. materiële vaste activa) of passiva buiten de handelsportefeuille. De overige rijen (0010 tot en met 0310) zijn niet valuta-afhankelijk.

    2.   Instructies voor specifieke posities

    Rij

    Verwijzingen naar wetgeving en instructies

    0010

    Voor SOT gehanteerde benadering (NII/EVE)

    Instellingen geven aan welke benadering zij hanteren voor het berekenen van de SOT (NII/EVE):

    vereenvoudigde standaardbenadering (SA);

    standaardbenadering (SA);

    intern meetsysteem (IMS).

    0020

    Verplichting opgelegd door bevoegde autoriteit (NII/EVE)

    Artikel 84, leden 3 en 4, van Richtlijn 2013/36/EU. Wanneer de door de instelling voor het berekenen van de EVE/NII gebruikte methode op de SA is gebaseerd, rapporteren instellingen of dit een eis was van hun bevoegde autoriteit:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0030

    Methode (NII)

    Instelling geven aan of bij de berekening van de NII SOT rekening is gehouden met een renteherzieningskloof, een volledige herwaardering of een gemengde benadering:

    renteherzieningskloof;

    volledige herwaardering;

    mix;

    andere.

    0040

    Voorwaardelijke kasstromen (NII)

    Instellingen geven aan of bij de berekening van de NII SOT rekening is gehouden met voorwaardelijke kasstromen:

    alle materiële posten;

    sommige materiële posten;

    geen rekening gehouden.

    0050

    Optierisico (NII)

    Instellingen geven aan of bij de berekening van de NII SOT rekening is gehouden met optierisico:

    rekening gehouden;

    geen rekening gehouden.

    0060

    Basisrisico (NII)

    Instellingen geven aan of bij de berekening van de NII SOT rekening is gehouden met basisrisico:

    — rekening gehouden;

    — geen rekening gehouden.

    0070

    Methode (EVE)

    Instelling geven aan of bij de berekening van de EVE SOT rekening is gehouden met een duration-kloof of een volledige herwaardering:

    duration-kloof;

    volledige herwaardering;

    mix;

    andere.

    0080

    Voorwaardelijke kasstromen (EVE)

    Instellingen geven aan of bij de berekening van de EVE SOT rekening is gehouden met voorwaardelijke kasstromen:

    alle materiële posten;

    sommige materiële posten;

    geen rekening gehouden.

    0090

    Optierisico (EVE)

    Instellingen geven aan of bij de berekening van de EVE SOT rekening is gehouden met optierisico:

    rekening gehouden;

    geen rekening gehouden.

    0100

    Basisrisico (EVE)

    Instellingen geven aan of bij de berekening van de EVE SOT rekening is gehouden met basisrisico:

    rekening gehouden;

    geen rekening gehouden.

    0110

    Commerciële marges/andere spreadcomponenten (EVE)

    Instellingen geven aan of commerciële marges en andere spreadcomponenten zijn opgenomen in de berekening van de EVE SOT-risicomaatstaf:

    — opgenomen;

    — uitgesloten.

    0120

    Vergoedingen voor vervroegde aflossing leningen

    Instellingen geven aan of vergoedingen voor vervroegde aflossing van leningen zijn opgenomen als onderdeel van de EVE/NII SOT:

    opgenomen;

    uitgesloten.

    0130

    Pensioenverplichtingen/activa pensioenregelingen

    Instellingen geven aan of pensioenverplichtingen en activa van pensioenregelingen zijn opgenomen in de berekening van EVE/NII SOT:

    opgenomen;

    uitgesloten.

    0140

    Niet-renderende blootstellingen

    Instellingen geven aan of niet-renderende blootstellingen zijn opgenomen in de berekening van EVE/NII SOT:

    opgenomen;

    uitgesloten.

    0150

    Toezeggingen vastrentende leningen

    Instellingen geven aan of toezeggingen voor vastrentende leningen zijn opgenomen in de berekening van EVE/NII SOT:

    — opgenomen;

    — uitgesloten.

    0160

    Risico vervroegde aflossing

    Instellingen geven aan of het risico op vervroegde aflossing door particulieren en kleine partijen is opgenomen in de EVE/NII SOT-berekeningen:

    opgenomen;

    uitgesloten.

    0170

    Risico vervroegde opname

    Instellingen geven aan of het risico op vervroegde opname is opgenomen in de EVE/NII SOT-berekeningen:

    opgenomen;

    uitgesloten.

    0180

    Algemene benadering NMD-modellering

    Instellingen geven aan welke methode is gebruikt voor het bepalen van het gedragsgedreven tijdstip voor de renteherziening van de NMD’s:

    tijdreeksmodel (Bazel/EBA stabiel/niet-stabiel/PTR-benadering);

    replicatieportefeuille;

    economische modellen (modellering allocatie financieel vermogen aan NMD’s of alternatieve beleggingen volgens verschillende marktscenario’s/economische factoren);

    deskundig oordeel;

    andere.

    0190

    Identificatie kerncomponent NMD-saldi

    Instellingen geven aan of zij moeilijkheden ondervinden om NMD-kernsaldi te identificeren die los staan van het rentescenario:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0200

    Relevante bepalende factoren NMD-saldi

    Instellingen geven een opsomming van de naam (namen) van de betrokken bepalende factor(en) die worden gebruikt om kernsaldi te identificeren.

    0210

    Saldi NMD-kerncomponenten (indeling saldi kerncomponenten)

    Instellingen geven aan hoe zij NMD-kernsaldi indelen:

    alle kernsaldi ingedeeld in slechts één looptijd met renteherziening;

    kernsaldi ingedeeld in verschillende looptijden met renteherziening.

    0220

    5-jaars plafond NMD-renteherzieningen voor IRRBB-risicobeheersing

    Instellingen geven aan of er een onbedoelde impact valt waar te nemen in termen van strategieën voor IRRBB-risicobeheersing en -hedging, als gevolg van het 5-jaars plafond voor renteherzieningen in de IRRBB IMS:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0230

    Vrijstellingen van het 5-jaars plafond voor NMD-renteherzieningen

    Instellingen geven aan of zij voor hun IRRBB-producten gebruikmaken van de uitzonderingen op het 5-jaars plafond voor renteherzieningen:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0240

    Modellering operationele NMD’s van financiële cliënten

    Instellingen geven aan of NMD’s van financiële cliënten die kwalificeren als operationele deposito’s, waarop artikel 27, lid 1, punt a), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/61 van toepassing is, onderhevig zijn aan gedragsmodellering:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0250

    Veranderingen balansstructuur door rente

    Instellingen geven aan welke veranderingen in hun balansstructuur hebben plaatsgevonden sinds de laatste IRRBB-rapportage:

    vermindering van de duration-kloof tussen activa en passiva door het verkorten van de duration van het activum;

    vermindering van de duration-kloof tussen activa en passiva door het verlengen van de duration van passiva;

    vermindering van de duration-kloof tussen activa en passiva door het verkorten van de duration van het activum en het verlengen van de duration van passiva;

    vergroting van de duration-kloof door het verlengen van de duration van activa;

    vergroting van de duration-kloof door het verkorten van de duration van passiva;

    vergroting van de duration-kloof door het verlengen van de duration van activa en het verkorten van de duration van passiva.

    0260

    Strategieën voor IRRBB-mitigatie en -hedging (EVE)

    Instellingen geven aan of zij verwachten voor EVE veranderingen door te voeren in hun strategieën voor mitigatie en hedging van renterisico in een van de scenario’s uit Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856:

    parallelle opwaartse schok;

    parallelle neerwaartse schok;

    versteilende schok;

    vervlakkende schok;

    opwaartse schok korte rente;

    neerwaartse schok korte rente.

    0270

    Strategieën voor IRRBB-mitigatie en -hedging (NII)

    Instellingen geven aan of zij verwachten voor NII veranderingen door te voeren in hun strategieën voor mitigatie en hedging van renterisico in een van de scenario’s uit Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856:

    parallelle opwaartse schok;

    parallelle neerwaartse schok.

    0280

    SOT voor NII-risicomaatstaf in IMS-benadering — PTR retailtermijndeposito’s

    Instellingen geven aan of zij 100 % van de veranderingen in de marktrente doorberekenen in de renteherziening van retailtermijndeposito’s na de vervaldag in het parallelle +200 rentescenario:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0290

    SOT voor NII-risicomaatstaf in IMS-benadering — PTR vastrentende retailleningen

    Instellingen geven aan of zij 100 % van de veranderingen in de marktrente doorberekenen in de renteherziening van vastrentende retailleningen na de vervaldag in het parallelle +200 rentescenario:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0300

    Basisrisico

    Instellingen geven aan of zij het basisrisico als materieel beschouwen:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0310

    Kredietspreadrisico buiten de handelsportefeuille (CSRBB)

    Instellingen geven aan of zij voor de NII- en EVE-maatstaven rekening hebben gehouden met een andere perimeter van aan het CSRBB onderhevige risico, als bedoeld in artikel 84, lid 2, van Richtlijn 2013/36/EU:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0320

    Risicovrije rendementscurve (discontering in EVE SOT)

    Instellingen rapporteren de risicovrije rendementscurve die is gebruikt bij de discontering overeenkomstig artikel 3, lid 10, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856:

    interbancair met onderpand;

    interbancair zonder onderpand overnight;

    interbancair zonder onderpand termijn;

    sovereign curve;

    productspecifieke curve;

    entiteitspecifieke curve;

    andere.

    0330

    Risicovrije rendementscurve (interne risicomaatstaven EVE)

    Instellingen rapporteren de risicovrije rendementscurve die voor interne doeleinden is gebruikt bij het disconteren van de interne EVE-risicomaatstaf:

    interbancair met onderpand;

    interbancair zonder onderpand overnight;

    interbancair zonder onderpand termijn;

    sovereign curve;

    productspecifieke curve;

    entiteitspecifieke curve;

    andere.

    0340

    Verandering materiële aannames (EVE)

    Instellingen geven aan of materiële aannames die ten grondslag liggen aan de berekening van de standaardschok voor toezichtdoeleinden in EVE SOT-maatstaven, zijn veranderd sinds de laatste rapportage:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0350

    Verandering materiële aannames (NII)

    Instellingen geven aan of materiële aannames die ten grondslag liggen aan de berekening van de standaardschok voor toezichtdoeleinden in NII SOT-maatstaven, zijn veranderd sinds de laatste rapportage:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.

    0360

    Renteondergrens na schok (NII/EVE)

    Overeenkomstig artikel 3, lid 7, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 geven instellingen aan of de looptijdafhankelijke renteondergrens na schok bindend is voor enigerlei gerapporteerde specifieke valuta:

    ja;

    nee;

    niet van toepassing.


    (1)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/856 van de Commissie van 1 december 2023 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van schokscenario’s voor toezichtdoeleinden, de gemeenschappelijke aannames voor modellering en parameters en de vraag wat een “grote daling” is (PB L, 2024/856, 24.4.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2024/856/oj).

    (2)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2024/857 van de Commissie van 1 december 2023 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot vaststelling van een gestandaardiseerde methode en van vereenvoudigde gestandaardiseerde methoden voor het beoordelen van uit potentiële renteveranderingen voortvloeiende risico’s die van invloed zijn op de economische waarde van eigen vermogen en de netto-rente-inkomsten van de activiteiten buiten de handelsportefeuille van een instelling (PB L, 2024/857, 24.4.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2024/857/oj).

    (3)  Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2014/600/oj).

    (4)  Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/61 van de Commissie van 10 oktober 2014 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot het liquiditeitsdekkingsvereiste voor kredietinstellingen (PB L 11 van 17.1.2015, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2015/61/oj).

    (5)  Verordening (EG) nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 19 juli 2002 betreffende de toepassing van internationale standaarden voor jaarrekeningen (PB L 243 van 11.9.2002, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2002/1606/oj).


    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/855/oj

    ISSN 1977-0758 (electronic edition)


    Top