This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32022R0633
Commission Implementing Regulation (EU) 2022/633 of 13 April 2022 concerning the authorisation of a preparation of Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 as a silage additive for all animal species (Text with EEA relevance)
Uitvoeringsverordening (EU) 2022/633 van de Commissie van 13 april 2022 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 als inkuiltoevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (Voor de EER relevante tekst)
Uitvoeringsverordening (EU) 2022/633 van de Commissie van 13 april 2022 tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 als inkuiltoevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten (Voor de EER relevante tekst)
C/2022/2273
PB L 117 van 19.4.2022, p. 26–28
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
19.4.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 117/26 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2022/633 VAN DE COMMISSIE
van 13 april 2022
tot verlening van een vergunning voor een preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 als inkuiltoevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de gronden en procedures voor het verlenen van dergelijke vergunningen, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is een aanvraag voor een vergunning voor een preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 ingediend. De krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste nadere gegevens en documenten waren bij de aanvraag gevoegd. |
(3) |
De aanvraag betreft de verlening van een vergunning voor het preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 als toevoegingsmiddel in de categorie “technologische toevoegingsmiddelen” voor alle diersoorten. |
(4) |
De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 29 september 2021 (2) geconcludeerd dat het preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 onder de voorgestelde gebruiksvoorwaarden geen ongunstige gevolgen heeft voor de diergezondheid, de consumentenveiligheid of het milieu. Ook heeft zij geconcludeerd dat het toevoegingsmiddel als een inhalatieallergeen moet worden beschouwd. De Commissie is daarom van mening dat passende beschermende maatregelen moeten worden genomen om negatieve gevolgen voor de menselijke gezondheid — en met name de gezondheid van de gebruikers van het toevoegingsmiddel — te voorkomen. De EFSA heeft tevens geconcludeerd dat het betrokken preparaat het potentieel heeft om het behoud van de nutriënten in met gemakkelijk, middelmatig moeilijk en moeilijk in te kuilen materiaal geproduceerd kuilvoer te verbeteren. De EFSA heeft ook het verslag over de analysemethode voor de toevoegingsmiddelen voor diervoeding geverifieerd dat door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium was ingediend. |
(5) |
Uit de beoordeling van het preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. Het gebruik van het preparaat zoals gespecificeerd in de bijlage bij deze verordening moet daarom worden toegestaan. |
(6) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor het in de bijlage beschreven preparaat, dat behoort tot de categorie “technologische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “inkuiltoevoegingsmiddelen”, wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 13 april 2022.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.
(2) EFSA Journal 2021;19(10):6898.
BIJLAGE
Identificatienummer van het toevoegingsmiddel |
Toevoegingsmiddel |
Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode |
Diersoort of -categorie |
Maximumleeftijd |
Minimumgehalte |
Maximumgehalte |
Overige bepalingen |
Einde van de vergunningsperiode |
||||||
kve toevoegingsmiddel/kg vers materiaal |
||||||||||||||
Categorie: technologische toevoegingsmiddelen. Functionele groep: inkuiltoevoegingsmiddelen |
||||||||||||||
1k1604 |
Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 |
Samenstelling van het toevoegingsmiddel Preparaat van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571 met ten minste 1 × 1011 kve/g toevoegingsmiddel. Vaste vorm |
Alle diersoorten |
— |
— |
— |
|
9 mei 2032 |
||||||
Karakterisering van de werkzame stof Levensvatbare cellen van Lactiplantibacillus plantarum DSM 26571. |
||||||||||||||
Analysemethode (1)
|
(1) Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://ec.europa.eu/jrc/en/eurl/feed-additives/evaluation-reports