Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32021R2222

    Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2222 van de Commissie van 30 september 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad met nadere bepalingen inzake de werking van het centraal register voor rapportage en statistieken

    C/2021/4983

    PB L 448 van 15.12.2021, p. 1–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2021/2222/oj

    15.12.2021   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 448/1


    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2021/2222 VAN DE COMMISSIE

    van 30 september 2021

    tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad met nadere bepalingen inzake de werking van het centraal register voor rapportage en statistieken

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de Unie-informatiesystemen op het gebied van politiële en justitiële samenwerking, asiel en migratie en tot wijziging van Verordeningen (EU) 2018/1726, (EU) 2018/1862 en (EU) 2019/816 (1), en met name artikel 39, lid 5,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EU) 2019/818 stelt, samen met Verordening (EU) 2019/817 van het Europees Parlement en de Raad (2), een kader vast dat de interoperabiliteit tussen de Unie-informatiesystemen op het gebied van grenzen, visa, politiële en justitiële samenwerking, asiel en migratie moet waarborgen.

    (2)

    Dit kader omvat een aantal componenten en tools ter ondersteuning van interoperabiliteit, waaronder een centraal register voor rapportage en statistieken (het “centrale register”). In het centrale register worden geanonimiseerde gegevens opgeslagen die zijn geëxtraheerd uit de onderliggende Unie-informatiesystemen, de gezamenlijke dienst voor biometrische matching, het gemeenschappelijke identiteitsregister en de detector van meerdere identiteiten, teneinde te voorzien in systeemoverschrijdende statistische rapportage voor doeleinden op het gebied van beleid, operationaliteit en gegevenskwaliteit.

    (3)

    Het Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (“eu-LISA”) is belast met het opstellen, implementeren en hosten van het centrale register en met het operationele beheer ervan.

    (4)

    Om het mogelijk te maken dat het centrale register grensoverschrijdende statistische gegevens verstrekt, moeten nadere bepalingen worden vastgesteld inzake de werking ervan, met inbegrip van specifieke normen voor de verwerking van persoonsgegevens, en veiligheidsvoorschriften.

    (5)

    Om het onmogelijk te maken dat personen worden geïdentificeerd aan de hand van de in het centrale register opgeslagen statistische gegevens, moet eu-LISA een tool voor het anonimiseren van gegevens ontwikkelen als onderdeel van de architectuur van eu-LISA. Het anonimiseringsproces moet geautomatiseerd verlopen.

    (6)

    Gecontroleerde en beveiligde toegang moet worden verleend aan uitsluitend gemachtigde personeelsleden van de bevoegde autoriteiten en instellingen en agentschappen van de Unie, om hen in staat te stellen de gegevens en statistieken in het centrale register te raadplegen. Daartoe moet eu-LISA een rapportagetool ontwikkelen als onderdeel van de architectuur van eu-LISA. Personeelsleden van eu-LISA mogen geen rechtstreekse toegang hebben tot persoonsgegevens die zijn opgeslagen in de Unie-informatiesystemen of de interoperabiliteitscomponenten.

    (7)

    Om voor relevante statistische doeleinden een overzicht te kunnen krijgen van de matching van identiteitsbestanden binnen de relevante Unie-informatiesystemen of tussen die systemen onderling, moet in het centrale register een uniek referentienummer worden bijgehouden. Het moet niet mogelijk zijn om door middel van dat nummer informatie uit de identiteitsbestanden op te halen.

    (8)

    De technische oplossing voor de hosting van het centrale register moet permanent beschikbaar zijn en daartoe worden geïmplementeerd op zowel de technische locatie als de back-uplocatie van eu-LISA.

    (9)

    Aangezien Verordening (EU) 2019/818 voortbouwt op het Schengenacquis, heeft Denemarken overeenkomstig artikel 4 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, kennisgegeven van de omzetting van Verordening (EU) 2019/818 in zijn nationale wetgeving. Denemarken is derhalve door deze verordening gebonden.

    (10)

    Deze verordening houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt (3). Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van deze verordening en deze is niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

    (11)

    Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt deze verordening een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis, in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (4), die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punt A, van Besluit 1999/437/EG van de Raad (5).

    (12)

    Wat Zwitserland betreft, houdt deze verordening een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis, in de zin van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (6), die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punt A, van Besluit 1999/437/EG, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2008/146/EG van de Raad (7).

    (13)

    Wat Liechtenstein betreft, houdt deze verordening een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis, in de zin van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (8), die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 1, punt A, van Besluit 1999/437/EG van de Raad, in samenhang met artikel 3 van Besluit 2011/350/EU van de Raad (9).

    (14)

    Wat Cyprus, Bulgarije en Roemenië, en Kroatië betreft, vormt deze verordening een rechtshandeling die voortbouwt op het Schengenacquis of anderszins daaraan is gerelateerd, in de zin van artikel 3, lid 1, van de Toetredingsakte van 2003, artikel 4, lid 1, van de Toetredingsakte van 2005 en artikel 4, lid 1, van de Toetredingsakte van 2011.

    (15)

    De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd overeenkomstig artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (10) en heeft op 17 juni 2021 een advies uitgebracht,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Definities

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    1)

    “statistische gegevens”: de geanonimiseerde gegevens die uitsluitend worden gebruikt voor het opstellen van statistische verslagen overeenkomstig Verordening (EU) 2017/2226 (11), Verordening (EU) 2018/1240 (12), Verordening (EU) 2018/1860 (13), Verordening (EU) 2018/1861 (14), Verordening (EU) 2018/1862 (15) en Verordening (EU) 2019/816 (16) van het Europees Parlement en de Raad;

    2)

    “(statistisch) verslag”: een georganiseerde verzameling van statistische gegevens, geautomatiseerd opgesteld door het centrale register volgens een aantal van tevoren vastgestelde regels en in het centrale register opgeslagen;

    3)

    “op maat gesneden verslag”: een statistisch verslag dat op basis van statistische gegevens die in het centrale register zijn vervat, wordt gegenereerd volgens specifieke regels die per geval door een gebruiker worden bepaald, en dat in het centrale register wordt opgeslagen;

    4)

    “kritieke identiteitsgegevens”: elk van de onderstaande gegevens, of een combinatie daarvan, aan de hand waarvan personen kunnen worden geïdentificeerd:

    a)

    naam, voornaam, achternaam, familienaam, bijnaam of alias van een persoon van wie de gegevens mogelijk zijn opgeslagen in een Unie-informatiesysteem;

    b)

    nummer van een reisdocument;

    c)

    adres (straatnaam, huisnummer);

    d)

    telefoonnummer, IP-adres;

    e)

    e-mailadressen;

    f)

    biometrische gegevens.

    Artikel 2

    In het centrale register op te nemen informatie

    1.   De in artikel 39, lid 2, van Verordening (EU) 2019/818 bedoelde gegevens worden overeenkomstig deze verordening ter beschikking gesteld en in het centrale register opgenomen.

    2.   In het centrale register worden statistische gegevens opgenomen, met inbegrip van verslagen inzake het gebruik van het systeem, met het oog op de monitoring van de werking van de interoperabiliteitscomponenten bedoeld in artikel 62 van Verordening (EU) 2019/818.

    3.   In het centrale register worden technische verslagen opgenomen met het oog op de monitoring door eu-LISA van de ontwikkeling en de werking van de interoperabiliteitscomponenten overeenkomstig artikel 74, lid 1, van Verordening (EU) 2019/818.

    4.   Het centrale register houdt een uniek referentienummer bij aan de hand waarvan voor statistische doeleinden een overzicht kan worden verkregen van de matching van identiteitsbestanden binnen de relevante Unie-informatiesystemen of tussen die systemen onderling. Het moet niet mogelijk zijn om door middel van dat referentienummer de onderliggende identiteitsbestanden op te halen.

    5.   Het centrale register biedt gemachtigde personeelsleden van de in artikel 39, lid 2, van Verordening (EU) 2019/818 bedoelde bevoegde autoriteiten de mogelijkheid om het volgende te verkrijgen:

    a)

    de in artikel 74 van Verordening (EU) 2018/1862 bedoelde verslagen met de volgende statistieken betreffende de in het Schengeninformatiesysteem opgeslagen records:

    i)

    dag-, maand- en jaarstatistieken over het aantal records voor elke categorie signaleringen, zowel voor elke lidstaat afzonderlijk als voor alle lidstaten gezamenlijk, zoals bedoeld in artikel 74, lid 3, van die verordening;

    ii)

    jaarverslagen over het aantal treffers per signaleringscategorie, het aantal malen dat het Schengeninformatiesysteem is doorzocht en het aantal malen dat ertoe toegang is verkregen om een signalering in te voeren, bij te werken of te wissen, zowel voor elke lidstaat afzonderlijk als voor alle lidstaten gezamenlijk, zoals bedoeld in artikel 74, lid 3, van die verordening;

    iii)

    aanvullende gerichte statistische verslagen op verzoek van de Commissie, op gezette tijden of ad hoc, over de prestaties van het Schengeninformatiesysteem en het gebruik dat ervan wordt gemaakt, alsook over de uitwisseling van aanvullende informatie, overeenkomstig artikel 74, lid 6, tweede alinea, van die verordening;

    iv)

    aanvullende gerichte statistische verslagen op verzoek van Europees Grens- en kustwachtagentschap, op gezette tijden of ad hoc, met het oog op het uitvoeren van kwetsbaarheids- en risicobeoordelingen, overeenkomstig artikel 74, lid 6, derde alinea, van die verordening;

    v)

    verslagen en statistieken met het oog op het technische onderhoud, verslaglegging, rapportage over gegevenskwaliteit en statistieken overeenkomstig artikel 74, lid 2, van die verordening;

    vi)

    verslagen over gegevenskwaliteit zoals bedoeld in artikel 15, lid 4, van die verordening;

    b)

    de in artikel 32 van Verordening (EU) 2019/816 bedoelde verslagen met de volgende statistieken over de in het Europees Strafregisterinformatiesysteem voor onderdanen van derde landen (Ecris-TCN) en de Ecris-referentie-implementatie opgeslagen records:

    i)

    op maat gesneden verslagen en statistieken in verband met de registratie, opslag en uitwisseling van informatie die via het Europees Strafregisterinformatiesysteem voor onderdanen van derde landen uit strafregisters is verkregen;

    ii)

    verslagen en statistieken met het oog op het technische onderhoud, rapportage over gegevenskwaliteit en statistieken overeenkomstig artikel 32, lid 3, van die verordening.

    6.   In de in lid 2 bedoelde technische verslagen worden statistieken opgenomen over het gebruik en de beschikbaarheid van het systeem, incidenten, het prestatievermogen, de biometrische nauwkeurigheid, de gegevenskwaliteit en in voorkomend geval lopende handelingen.

    7.   Met behulp van een rapportagetool die samen met het centrale register beschikbaar wordt gesteld, kunnen gebruikers het centrale register op maat gesneden bedrijfsverslagen laten produceren door gegevens te laten filteren of groeperen.

    8.   Er wordt een catalogus van verslagen aangeboden. Verzoeken om nieuwe verslagen of om wijziging van bestaande verslagen worden behandeld overeenkomstig het beleid van eu-LISA op het gebied van wijzigingsmanagement.

    Artikel 3

    Gegevensregister en verslagleggingstool

    1.   Het centrale register maakt gebruik van een technische oplossing voor het hosten van de uit de onderliggende Unie-informatiesystemen en interoperabiliteitscomponenten geëxtraheerde gegevens.

    2.   De technische oplossing omvat een rapportagetool die is geconfigureerd voor het creëren, onderhouden en uitvoeren van de in artikel 2 bedoelde verslagen en op maat gesneden verslagen.

    3.   De rapportagetool voorziet in het genereren van bedrijfsverslagen en technische verslagen en het ophalen daarvan door de gebruiker.

    4.   De rapportagetool maakt het mogelijk systeemoverschrijdende statistische gegevens en analytische verslagen voor doeleinden op het gebied van beleid, operationaliteit en gegevenskwaliteit te verkrijgen, wanneer het Unierecht daarin voorziet.

    5.   Alle verslagen worden beheerd binnen het kader van de technische oplossing. Er worden in de technische oplossing passende beveiligings- en integriteitsmaatregelen uitgevoerd om te voldoen aan de vereisten van het veiligheidsplan bedoeld in artikel 42, lid 3, van Verordening (EU) 2019/818.

    6.   De technische oplossing wordt geïmplementeerd op de technische locatie en de back-uplocatie van eu-LISA.

    Artikel 4

    Gegevensextractie

    Met het oog op het opstellen van de in artikel 39 en 62 van Verordening (EU) 2019/818 bedoelde verslagen en statistieken stellen de Unie-informatiesystemen aan het centrale register alleen uitleesbare kopieën ter beschikking van de gegevens bedoeld in artikel 39, lid 2, en artikel 62, leden 1, 2 en 3, van die verordening. Deze gegevens worden op regelmatige basis, maar ten minste éénmaal per dag, verkregen door middel van extractie in één richting.

    Artikel 5

    Tool voor gegevensanonimisering

    1.   De gegevens die uit de onderliggende Unie-informatiesystemen en interoperabiliteitscomponenten zijn geëxtraheerd, worden geanonimiseerd met behulp van een tool voor gegevensanonimisering. In het centrale register worden slechts geanonimiseerde gegevens opgeslagen.

    2.   De tool voor gegevensanonimisering identificeert kritieke identiteitsgegevens in de Unie-informatiesystemen en anonimiseert deze door middel van een geautomatiseerd proces, voordat de statistische gegevens in het centrale register worden opgeslagen. Het anonimiseringsproces is onomkeerbaar.

    Artikel 6

    Toegang

    1.   De toegang van gemachtigde personeelsleden tot het centrale register wordt verleend en beheerd overeenkomstig artikel 74 van Verordening (EU) 2018/1862 en artikel 32 van Verordening (EU) 2018/816.

    2.   Het centrale register is via een beveiligde netwerkverbinding (Testa) toegankelijk voor de lidstaten, de Commissie en de agentschappen van de Unie, in overeenstemming met hun toegangsrechten krachtens het Unierecht.

    3.   Slechts aan overeenkomstig artikel 39, lid 2, en artikel 62, leden 1 tot en met 5, van Verordening (EU) 2019/818 gemachtigde personeelsleden van de bevoegde autoriteiten wordt toegang verleend tot de in artikel 3, lid 2, van deze verordening bedoelde tool.

    4.   De bevoegde autoriteiten krijgen toegang tot het centrale register op basis van gebruikersprofielen. eu-LISA houdt een lijst van de gebruikersprofielen bij. Een autoriteit kan over verschillende profielen beschikken in overeenstemming met de toegangsrechten ervan.

    5.   De toegang tot het centrale register wordt geregistreerd in een logbestand. Het logbestand bevat ten minste de volgende gegevens:

    a)

    een tijdstempel;

    b)

    de autoriteit;

    c)

    de aard van het verslag in kwestie.

    6.   Op nationaal niveau en bij de Commissie, het Europees Grens- en kustwachtagentschap en Europol worden logbestanden bijgehouden aan de hand waarvan de gebruikers die toegang hebben verkregen tot het centrale register, kunnen worden geïdentificeerd. eu-LISA houdt logbestanden bij van alle toegang tot de gegevens. De logbestanden worden gedurende één jaar opgeslagen in het centrale register en daarna automatisch gewist.

    7.   Conflicterende rollen binnen het centrale register worden geïdentificeerd en toegang wordt verleend volgens de volgende beginselen:

    a)

    noodzaak tot kennisname;

    b)

    toegang met zo gering mogelijke bevoegdheden;

    c)

    scheiding van taken.

    8.   De overeenkomstig artikel 15, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1862 afgegeven verslagen over gegevenskwaliteit gaan vergezeld van een tool waarmee de lidstaten eu-LISA feedback kunnen geven met het oog op correctie van geconstateerde problemen.

    Artikel 7

    Verwerker

    In verband met de anonimisering van persoonsgegevens als bedoeld in artikel 5 treedt eu-LISA op als verwerker in de zin van artikel 3, punt 12, van Verordening (EU) 2018/1725.

    Artikel 8

    Andere aspecten van gegevensbescherming en -beveiliging

    1.   De in het centrale register opgeslagen gegevens worden uitsluitend geraadpleegd voor het opstellen van verslagen en statistieken.

    2.   eu-LISA voert de noodzakelijke beveiligingsmaatregelen uit om de integriteit van de gegevens in het centrale register te garanderen. Het is noodzakelijk dat elke wijziging van de gegevens traceerbaar is voor controledoeleinden.

    Artikel 9

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten overeenkomstig de Verdragen.

    Gedaan te Brussel, 30 september 2021.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    Ursula VON DER LEYEN


    (1)  PB L 135 van 22.5.2019, blz. 85.

    (2)  Verordening (EU) 2019/817 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de Unie-informatiesystemen op het gebied van grenzen en visa en tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EU) 2016/399, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1726 en (EU) 2018/1861 van het Europees Parlement en de Raad, Beschikking 2004/512/EG van de Raad en Besluit 2008/633/JBZ van de Raad (PB L 135 van 22.5.2019, blz. 27).

    (3)  Deze verordening valt niet onder het toepassingsgebied van de maatregelen waarin is voorzien in Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).

    (4)  PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.

    (5)  Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).

    (6)  PB L 53 van 27.2.2008, blz. 52.

    (7)  Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).

    (8)  PB L 160 van 18.6.2011, blz. 21.

    (9)  Besluit 2011/350/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis betreffende de afschaffing van controles aan de binnengrenzen en het verkeer van personen (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19).

    (10)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).

    (11)  Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011 (PB L 327 van 9.12.2017, blz. 20).

    (12)  Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).

    (13)  Verordening (EU) 2018/1860 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende het gebruik van het Schengeninformatiesysteem voor de terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 1).

    (14)  Verordening (EU) 2018/1861 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van grenscontroles, tot wijziging van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen en tot wijziging en intrekking van Verordening (EG) nr. 1987/2006 (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 14).

    (15)  Verordening (EU) 2018/1862 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken, tot wijziging en intrekking van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad en Besluit 2010/261/EU van de Commissie (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 56).

    (16)  Verordening (EU) 2019/816 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2019 tot invoering van een gecentraliseerd systeem voor de vaststelling welke lidstaten over informatie beschikken inzake veroordelingen van onderdanen van derde landen en staatlozen (Ecris-TCN) ter aanvulling van het Europees Strafregisterinformatiesysteem en tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1726 (PB L 135 van 22.5.2019, blz. 1).


    Top