EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018H0910(27)

Aanbeveling van de Raad van 13 juli 2018 over het nationale hervormingsprogramma 2018 van het Verenigd Koninkrijk en met een advies van de Raad over het convergentieprogramma 2018 van het Verenigd Koninkrijk

ST/9453/2018/INIT

PB C 320 van 10.9.2018, p. 119–121 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

10.9.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 320/119


AANBEVELING VAN DE RAAD

van 13 juli 2018

over het nationale hervormingsprogramma 2018 van het Verenigd Koninkrijk en met een advies van de Raad over het convergentieprogramma 2018 van het Verenigd Koninkrijk

(2018/C 320/27)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 121, lid 2, en artikel 148, lid 4,

Gezien Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid (1), en met name artikel 9, lid 2,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

Gezien de resoluties van het Europees Parlement,

Gezien de conclusies van de Europese Raad,

Gezien het advies van het Comité voor de werkgelegenheid,

Gezien het advies van het Economisch en Financieel Comité,

Gezien het advies van het Comité voor sociale bescherming,

Gezien het advies van het Comité voor de economische politiek,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 22 november 2017 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan de jaarlijkse groeianalyse en daarmee de aanzet gegeven tot het Europees Semester 2018 voor coördinatie van het economisch beleid. Er werd terdege rekening gehouden met de Europese pijler van sociale rechten, die op 17 november 2017 door het Europees Parlement, de Raad en de Commissie is geproclameerd. De prioriteiten van de jaarlijkse groeianalyse zijn op 22 maart 2018 door de Europese Raad bekrachtigd. Op 22 november 2017 heeft de Commissie op grond van Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad (2) ook het waarschuwingsmechanismeverslag aangenomen, waarin zij het Verenigd Koninkrijk niet heeft genoemd als een van de lidstaten die aan een diepgaande evaluatie zouden worden onderworpen.

(2)

Op 7 maart 2018 is het landverslag 2018 voor het Verenigd Koninkrijk gepubliceerd. Daarin werd de vooruitgang beoordeeld die het Verenigd Koninkrijk bij de uitvoering van de op 11 juli 2017 door de Raad vastgestelde landspecifieke aanbevelingen (3) heeft gemaakt, alsmede het gevolg dat is gegeven aan de landspecifieke aanbevelingen die in eerdere jaren werden goedgekeurd, en de vooruitgang die het Verenigd Koninkrijk richting zijn nationale Europa 2020-doelstellingen heeft geboekt.

(3)

Op 29 maart 2017 heeft het Verenigd Koninkrijk de Europese Raad in kennis gesteld van zijn voornemen om de Europese Unie te verlaten. Tenzij in een geratificeerd terugtrekkingsakkoord een andere datum wordt vastgesteld of de Europese Raad volgens artikel 50, lid 3, van Verdrag betreffende de Europese Unie en in overeenstemming met het Verenigd Koninkrijk met eenparigheid van stemmen beslist dat de Verdragen op een latere datum niet meer van toepassing zijn, is alle primaire en secundaire wetgeving van de Unie vanaf 30 maart 2019 om middernacht (Centraal-Europese Tijd) niet langer van toepassing op het Verenigd Koninkrijk. Het Verenigd Koninkrijk wordt dan een derde land. Er zijn onderhandelingen gaande om te zorgen voor een ordelijke terugtrekking, met inbegrip van een overgangsperiode tot het einde van 2020, waarin het Unierecht van toepassing zal zijn op en in het Verenigd Koninkrijk.

(4)

Op 30 april 2018 heeft het Verenigd Koninkrijk zijn nationale hervormingsprogramma 2018 en zijn convergentieprogramma 2018 ingediend. Om met de onderlinge verbanden tussen beide programma's rekening te houden, zijn deze tegelijkertijd geëvalueerd.

(5)

De desbetreffende landspecifieke aanbevelingen zijn meegenomen in de programmering voor de Europese structuur- en investeringsfondsen (ESI-fondsen) voor de periode 2014-2020. Als voorzien in artikel 23 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad (4) kan de Commissie een lidstaat verzoeken zijn partnerschapsovereenkomst en de desbetreffende programma's te herzien, en wijzigingen daarop voorstellen, indien dit nodig is om de uitvoering van de betrokken aanbevelingen van de Raad te ondersteunen. De Commissie heeft nadere gegevens verstrekt over de wijze waarop zij gebruik zal maken van die bepaling in richtsnoeren over de toepassing van de maatregelen die de doeltreffendheid van de ESI-fondsen koppelen aan gezond economisch bestuur.

(6)

Het Verenigd Koninkrijk is momenteel onderworpen aan het preventieve deel van het stabiliteits- en groeipact en aan de overgangsregel voor de schuld. In haar convergentieprogramma 2017-2018 gaat de regering ervan uit dat het nominale tekort zal dalen van 2,2 % van het bbp in 2017-2018 tot 1,8 % van het bbp in 2018-2019 en tot 1,7 % van het bbp in 2019-2020. In het convergentieprogramma is geen begrotingsdoelstelling op middellange termijn opgenomen. Volgens het convergentieprogramma zal de overheidsschuldquote naar verwachting in grote lijnen stabiliseren op ongeveer 85,5 % van het bbp van 2017-2018 tot 2019-2020 alvorens in 2021-2022 te dalen tot 84,8 % van het bbp. Het macro-economische scenario dat aan die begrotingsprognoses ten grondslag ligt, is plausibel. De maatregelen die nodig zijn om de geplande tekortdoelstellingen te ondersteunen, zijn over het geheel genomen goed gespecificeerd, maar de toenemende druk op de overheidsuitgaven in een aantal beleidsterreinen vormt een risico voor de totstandkoming van de geplande tekortvermindering.

(7)

Op 11 juli 2017 heeft de Raad het Verenigd Koninkrijk de aanbeveling gedaan ervoor te zorgen dat de nominale groei van de netto primaire overheidsuitgaven (5) in 2018-2019 niet meer dan 1,8 % bedraagt, hetgeen overeenstemt met een jaarlijkse structurele aanpassing van 0,6 % van het bbp. Terzelfder tijd heeft de Raad aangegeven dat terdege rekening moet gehouden met de doelstelling om een begrotingskoers te bereiken die bijdraagt aan zowel het versterken van het huidige herstel als aan het waarborgen van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. Op basis van de voorjaarsprognoses 2018 van de Commissie bestaat het risico dat in 2018-2019 enigszins zal worden afgeweken van de vereisten van het preventieve deel van het stabiliteits- en groeipact.

(8)

Voor 2019-2020 zou, aangezien de overheidsschuldquote van het Verenigd Koninkrijk meer dan 60 % van het bbp bedraagt en de verwachte output gap 0,4 %, de nominale groei van de netto primaire overheidsuitgaven op niet meer dan 1,6 % moeten uitkomen, in overeenstemming met de structurele aanpassing van 0,6 % van het bbp die resulteert uit de gezamenlijk overeengekomen aanpassingsmatrix van vereisten in het kader van het stabiliteits- en groeipact. Bij ongewijzigd beleid zal het Verenigd Koninkrijk naar verwachting voldoen aan deze vereiste in 2019-2020. Volgens ramingen zal het Verenigd Koninkrijk op het eerste gezicht voldoen aan de overgangsregel voor de schuld in 2018-2019 en in 2019-2020 als gevolg van de toegestane afwijking van 0,25 %van het bbp op jaarbasis. Al met al is de Raad van oordeel dat het Verenigd Koninkrijk bereid moet zijn om vanaf 2018-2019 verdere maatregelen te nemen om aan de bepalingen van het stabiliteits- en groeipact te voldoen.

(9)

Het jaarlijkse netto woningaanbod blijft toenemen in het kader van een waaier van overheidsmaatregelen die erop gericht zijn de woningmarkt te stimuleren en een conjunctureel herstel te bevorderen. Het aanbod blijft evenwel ver onder de ramingen van de vraag naar huisvesting en het Verenigd Koninkrijk blijft geconfronteerd met een groot probleem op het vlak van een toereikend woningaanbod. Deze kwestie houdt verband met de zeer strenge en complexe regulering van de grondmarkt. Woningnood en hoge huisvestingkosten zijn nijpende problemen in gebieden met een grote en groeiende vraag, zoals in en rond stedelijke centra. De regering is zich hiervan bewust en heeft ambitieuze doelstellingen vastgesteld om het woningaanbod in de komende jaren te vergroten. Terzelfder tijd heeft de regering nogmaals bevestigd dat zij vasthoudt aan de beperking van de ontwikkeling rond stedelijke centra. Het woningbezit is aanzienlijk gedaald onder jongeren, hetgeen bijdraagt tot intergenerationele ongelijkheid.

(10)

De arbeidsproductiviteit is laag en stagneert. Grote delen van de economie presteren relatief zwak op het vlak van de belangrijkste aanjagers voor het verbeteren van de productiviteit — vaardigheden, investeringen en efficiënte bedrijfsvoering. De wegen-, spoor-en luchtvaartnetwerken in het Verenigd Koninkrijk kampen ook met een aanzienlijke en toenemende druk op de bezettingsgraad.

(11)

Hoewel de nominale arbeidsmarktcijfers positief blijven voor de meeste maatstaven, is er aanhoudende bezorgdheid over de kwaliteit van sommige werkgelegenheid. Dit hangt samen met problemen op het vlak van de ontwikkeling van vaardigheden, bepaalde atypische vormen van werk, inkomen, productiviteit, arbeidsmarktparticipatie en armoede onder personen in de werkende leeftijd. Met betrekking tot al deze kwesties waren er belangrijke beleidsverklaringen en ontwikkelingen. Samenhang in deze aan elkaar gerelateerde beleidsterreinen is cruciaal. Wat vaardigheden betreft, is de aandacht tot dusver grotendeels toegespitst op leerlingplaatsen en hervormingen van het technisch onderwijs. Meer oog voor kwaliteit op beide terreinen zou kunnen resulteren in een duurzaam multiplicatoreffect waarmee zowel de samenleving als de economie gebaat is. Het Verenigd Koninkrijk is een van de lidstaten die reeds voldoen aan twee derde van de ontwerpcriteria van het Europees kader voor hoogwaardige en doeltreffende leerlingplaatsen, waardoor kwaliteitsdoelstellingen, bv. via het volgen van afgestudeerden, kunnen worden vastgesteld en opgevolgd. Middelen die vergelijkbaar zijn met die welke zijn uitgetrokken voor leerlingplaatsen en de nieuwe T-Level programma's voor schoolverlaters, zijn nodig voor programma's op het gebied van een leven lang leren, in het bijzonder voor wie vastzit in een startersbaan.

(12)

Vraagstukken op het vlak van sociale bescherming en inclusie vereisen ook de nodige aandacht. De uitrol van de hervormingen van de kinderbijslag is begonnen, maar meer voorbereiding zou noodzakelijk kunnen zijn, in het bijzonder voor kinderen jonger dan drie. De effecten van sommige hervormingen van de sociale voorzieningen en bezuinigingen hebben zich nog niet in hun volle omvang doen voelen, in het bijzonder voor werkende gezinnen.

(13)

In de context van het Europees Semester 2018 heeft de Commissie een brede analyse van het economische beleid van het Verenigd Koninkrijk verricht. Deze analyse is gepubliceerd in het landverslag 2018. Voorts heeft de Commissie zowel het convergentieprogramma 2018 als het nationale hervormingsprogramma 2018 doorgelicht en onderzocht welk gevolg is gegeven aan de aanbevelingen die in eerdere jaren tot het Verenigd Koninkrijk zijn gericht. Daarbij heeft de Commissie niet alleen gekeken naar de relevantie ervan voor een houdbaar begrotings- en sociaaleconomisch beleid in het Verenigd Koninkrijk, maar is zij ook nagegaan of de Unieregels en -richtsnoeren in acht zijn genomen, gezien de noodzaak de algehele economische governance van de Unie te versterken door middel van een inbreng op Unieniveau in toekomstige nationale besluiten.

(14)

In het licht van deze beoordeling heeft de Raad het convergentieprogramma 2018 onderzocht en zijn advies (6) daarover is met name in de onderstaande aanbeveling 1 weergegeven,

BEVEELT AAN dat het Verenigd Koninkrijk in de 2018 en 2019 de volgende actie onderneemt:

1.

Ervoor zorgen dat de nominale groei van de netto primaire overheidsuitgaven in 2019-2020 niet meer dan 1,6 % bedraagt, hetgeen overeenstemt met een jaarlijkse structurele aanpassing van 0,6 % van het bbp.

2.

Het woningaanbod stimuleren, in het bijzonder in gebieden met een grote vraag naar huisvesting, onder meer door middel van aanvullende hervormingen van het stelsel van ruimtelijke ordening.

3.

De noden op het gebied van vaardigheden en de verbetering daarvan aanpakken door streefcijfers vast te stellen voor de kwaliteit en doeltreffendheid van leerlingplaatsen en door meer in te investeren in de bijscholing van al wie reeds tot de arbeidsmarkt is toegetreden.

Gedaan te Brussel, 13 juli 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

H. LÖGER


(1)  PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 1176/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 betreffende de preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden (PB L 306 van 23.11.2011, blz. 25).

(3)  PB C 261 van 9.8.2017, blz. 1.

(4)  Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320).

(5)  De netto primaire overheidsuitgaven bestaan uit de totale overheidsuitgaven exclusief rente-uitgaven, uitgaven in het kader van programma's van de Unie die volledig met inkomsten uit Uniefondsen worden gefinancierd en niet-discretionaire veranderingen in de uitgaven voor werkloosheidsuitkeringen. Nationaal gefinancierde bruto-investeringen in vaste activa zijn gespreid over een periode van vier jaar. Er wordt rekening gehouden met discretionaire inkomstenmaatregelen of bij wet verplicht gestelde inkomstenstijgingen. Eenmalige maatregelen aan zowel de inkomsten- als de uitgavenzijde worden uitgevlakt.

(6)  Op grond van artikel 9, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1466/97.


Top