EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012R0836

Verordening (EU) nr. 836/2012 van de Commissie van 18 september 2012 tot wijziging van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) wat betreft lood Voor de EER relevante tekst

PB L 252 van 19.9.2012, p. 4–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2012/836/oj

19.9.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 252/4


VERORDENING (EU) Nr. 836/2012 VAN DE COMMISSIE

van 18 september 2012

tot wijziging van bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) wat betreft lood

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (1), en met name artikel 68, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In Verordening (EG) nr. 1907/2006 is bepaald dat indien een lidstaat van oordeel is dat de vervaardiging, het in de handel brengen of het gebruik van een stof als zodanig of in een mengsel of voorwerp een risico voor de gezondheid van de mens of voor het milieu met zich meebrengt dat niet afdoende wordt beheerst en moet worden aangepakt, deze lidstaat een dossier moet samenstellen, nadat hij het Agentschap voor chemische stoffen („het Agentschap”) heeft medegedeeld hiertoe te willen overgaan.

(2)

Op 15 april 2010 heeft Frankrijk bij het Agentschap een dossier overeenkomstig artikel 69, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingediend om een beperkingsprocedure volgens de artikelen 69 tot en met 73 van die verordening in te leiden. In dat dossier werd aangetoond dat kinderen, met name als zij jonger dan 36 maanden zijn, door hun sabbelgedrag herhaaldelijk blootgesteld kunnen worden aan lood dat uit juwelen vrijkomt. Die herhaalde blootstelling aan lood kan ernstige, onomkeerbare neurologische effecten op het gedrag en de ontwikkeling teweegbrengen, en kinderen zijn hier bijzonder gevoelig voor doordat hun centrale zenuwstelsel nog niet volledig ontwikkeld is. Uit het dossier blijkt dat naast eventueel al genomen maatregelen op het niveau van de Unie actie moet worden ondernomen om blootstelling aan lood en loodverbindingen in juwelen zo veel mogelijk te voorkomen. In het dossier wordt daarom voorgesteld het in de handel brengen en het gebruik van lood en loodverbindingen in juwelen te verbieden als de migratiesnelheid van lood groter is dan 0,09 μg/cm2/h.

(3)

Het Comité risicobeoordeling stelt in zijn advies van 10 maart 2011 dat de doeltreffendste maatregel op Unieniveau om de vastgestelde risico’s te beperken bestaat uit een verbod op het in de handel brengen en het gebruik van lood en loodverbindingen in metalen en niet-metalen delen van juwelen indien de loodconcentratie gelijk aan of groter is dan 0,05 gewichtsprocent van het deel is, tenzij kan worden aangetoond dat de loodafgifte van het sieraad of van enig deel daarvan niet meer bedraagt dan 0,05 μg/cm2/h (0,05 μg/g/h).

(4)

Het Comité sociaaleconomische analyse heeft zich in zijn advies van 15 september 2011 uitgesproken over het verbod op het in de handel brengen en het gebruik van lood en loodverbindingen in juwelen als de loodconcentratie gelijk aan of groter dan 0,05 gewichtsprocent van enig deel daarvan is. Die maatregel werd na afweging van de sociaaleconomische kosten tegen de sociaaleconomische baten gezien als de meest geschikte maatregel op Unieniveau om de geconstateerde risico’s aan te pakken. Aangezien er momenteel nog geen migratietestmethode beschikbaar is om sabbelen na te bootsen, was het Comité sociaaleconomische analyse van mening dat de beperking gebaseerd moet worden op het loodgehalte in enig afzonderlijk deel van juwelen en niet op de migratiesnelheid van lood uit dergelijke voorwerpen. Daarnaast adviseerde het Comité sociaaleconomische analyse om een uitzondering te maken voor kristalglas, email, inwendige onderdelen van horloges en natuurlijke edelstenen en halfedelstenen.

(5)

Op 23 september 2011 heeft het Agentschap de adviezen van beide comités aan de Commissie voorgelegd.

(6)

Gezien het gebrek aan informatie over het vrijkomen van lood bij sabbelen en het ontbreken van geschikte alternatieven voor alle toepassingen in kristalglas en email zijn deze materialen van de maatregel uitgezonderd. Het Comité sociaaleconomische analyse heeft bovendien de uitzondering alleen geadviseerd voor de kristalglascategorieën 1 en 2 („volloodkristal” respectievelijk „loodkristal”) zoals omschreven in bijlage I bij Richtlijn 69/493/EEG van de Raad van 15 december 1969 voor de onderlinge aanpassing der wetgevingen van de lidstaten inzake kristalglas (2). De categorieën 3 en 4 („kristallijnglas, sonoorglas”) zoals omschreven in die richtlijn moeten echter ook van de beperking worden uitgezonderd om consistent te zijn met de vrijstelling in de bijlage bij Richtlijn 2002/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (3), zoals gewijzigd bij Besluit 2010/571/EU van de Commissie (4), en omdat zij een lager loodgehalte hebben dan de categorieën 1 en 2.

(7)

Om dezelfde redenen als gelden voor kristalglas en email moeten natuurlijke edelstenen en halfedelstenen die van nature lood bevatten, worden vrijgesteld.

(8)

Inwendige onderdelen van horloges, waar de consument niet bij kan komen, moeten van de beperking worden vrijgesteld omdat blootstelling van lood uit die onderdelen kan worden uitgesloten.

(9)

Een beperking op het in de handel brengen van tweedehands en antieke juwelen zou een groot sociaaleconomisch effect hebben, aangezien dergelijke voorwerpen hun marktwaarde in de Unie zouden verliezen; bovendien zou de handhaving problemen opleveren. Daarom moeten juwelen die uiterlijk twaalf maanden na de inwerkingtreding van de beperking voor het eerst in de handel gebracht worden en ingevoerde antieke juwelen van de beperking worden vrijgesteld.

(10)

De Commissie moet de uitzondering voor kristalglas, email en edelstenen en halfedelstenen evalueren in het licht van nieuwe wetenschappelijke informatie, onder meer over de migratie van lood uit die uitgezonderde voorwerpen, de beschikbaarheid van geschikte alternatieven en de ontwikkeling van migratietestmethoden.

(11)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingestelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 18 september 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1.

(2)  PB L 326 van 29.12.1969, blz. 36.

(3)  PB L 37 van 13.2.2003, blz. 19.

(4)  PB L 251 van 25.9.2010, blz. 28.


BIJLAGE

Aan bijlage XVII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 wordt de volgende vermelding 63 toegevoegd:

„63.

Lood

 

CAS-nr. 7439-92-1

 

EG-nr. 231-100-4

en de verbindingen daarvan

1.

Mogen niet in de handel gebracht of gebruikt worden in enig afzonderlijk deel van juwelen als de loodconcentratie (uitgedrukt als metaal) in dat deel gelijk aan of groter dan 0,05 gewichtsprocent is.

2.

Voor de toepassing van punt 1:

i)

wordt onder „juwelen” verstaan juwelen, namaakjuwelen en haaraccessoires, met inbegrip van:

a)

armbanden, kettingen en ringen,

b)

piercingsieraden,

c)

polshorloges en polssieraden,

d)

broches en manchetknopen;

ii)

omvat „enig afzonderlijk deel” zowel de materialen waarvan de juwelen zijn vervaardigd als de afzonderlijke bestanddelen van de juwelen.

3.

Punt 1 is ook van toepassing op afzonderlijke delen wanneer zij in de handel gebracht of gebruikt worden voor het maken van juwelen.

4.

Punt 1 is niet van toepassing op:

a)

kristalglas zoals omschreven in bijlage I (categorieën 1, 2, 3 en 4) bij Richtlijn 69/493/EEG van de Raad (1);

b)

inwendige onderdelen van horloges, waar de consument niet bij kan komen;

c)

natuurlijke edelstenen en halfedelstenen (GN-code 7103 volgens Verordening (EEG) nr. 2658/87), tenzij zij zijn behandeld met lood, loodverbindingen of mengsels die deze stoffen bevatten;

d)

email, gedefinieerd als verglaasbare mengsels die voortkomen uit het smelten, verglazen of sinteren van mineralen die bij een temperatuur van minimaal 500 °C worden gesmolten.

5.

Punt 1 is niet van toepassing op juwelen die vóór 9 oktober 2013 voor het eerst in de handel gebracht zijn of die vóór 10 december 1961 vervaardigd zijn.

6.

Uiterlijk op 9 oktober 2017 evalueert de Commissie deze vermelding in het licht van nieuwe wetenschappelijke informatie, waaronder de beschikbaarheid van alternatieven en de migratie van lood uit de in punt 1 bedoelde voorwerpen, en wijzigt zij deze vermelding indien en voor zover nodig.


(1)  PB L 326 van 29.12.1969, blz. 36.”.


Top