Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32011R1224

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1224/2011 van de Commissie van 28 november 2011 voor de toepassing van de artikelen 66 tot en met 73 van Verordening (EG) nr. 1186/2009 van de Raad betreffende de instelling van een communautaire regeling inzake douanevrijstellingen (codificatie)

    PB L 314 van 29.11.2011, p. 14–19 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 01/07/2013

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2011/1224/oj

    29.11.2011   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 314/14


    UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1224/2011 VAN DE COMMISSIE

    van 28 november 2011

    voor de toepassing van de artikelen 66 tot en met 73 van Verordening (EG) nr. 1186/2009 van de Raad betreffende de instelling van een communautaire regeling inzake douanevrijstellingen

    (codificatie)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1186/2009 van de Raad van 16 november 2009 betreffende de instelling van een communautaire regeling inzake douanevrijstellingen (1),

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EEG) nr. 2289/83 van de Commissie van 29 juli 1983 houdende uitvoeringsbepalingen van de artikelen 70 tot en met 78 van Verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad betreffende de instelling van een communautaire regeling inzake douanevrijstellingen (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

    (2)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    TITEL I

    TOEPASSINGSGBIED

    Artikel 1

    In deze verordening worden de uitvoeringsbepalingen vastgesteld van de artikelen 66 tot en met 73 van Verordening (EG) nr. 1186/2009.

    TITEL II

    BEPALINGEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP INVOEREN VERRICHT DOOR INSTELLINGEN OF ORGANISATIES

    HOOFDSTUK I

    Algemene bepalingen

    Afdeling 1

    Verplichtingen van de instelling of organisatie van bestemming

    Artikel 2

    1.   De invoer met vrijstelling van de rechten bij invoer van voorwerpen als bedoeld in de artikelen 67 en 68 van Verordening (EG) nr. 1186/2009 houdt voor de instelling of de organisatie van bestemming de verplichting in om:

    a)

    deze voorwerpen rechtstreeks over te brengen naar de aangegeven plaats van bestemming;

    b)

    deze op te nemen in haar inventarislijst;

    c)

    deze uitsluitend te gebruiken voor de in de genoemde artikelen vermelde doeleinden;

    d)

    elke controle te vergemakkelijken die de bevoegde autoriteiten noodzakelijk achten, teneinde na te gaan of aan de voorwaarden voor het verlenen van de vrijstelling is en nog steeds wordt voldaan.

    2.   Het hoofd van de instelling of organisatie van bestemming, of diens gevolmachtigde, dient aan de bevoegde autoriteiten een verklaring over te leggen dat hij kennis heeft genomen van de verschillende in lid 1 opgesomde verplichtingen en dat hij zich ertoe verbindt deze te zullen naleven.

    De bevoegde autoriteiten kunnen bepalen dat de in de eerste alinea bedoelde verklaring wordt overgelegd, hetzij bij elke invoer, hetzij voor een aantal invoerhandelingen, hetzij eventueel voor de totale invoer die door de instelling of organisatie van bestemming wordt verricht.

    Afdeling 2

    Bepalingen die van toepassing zijn in geval van bruikleen, verhuur of overdracht

    Artikel 3

    1.   Wanneer het bepaalde van artikel 72, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 wordt toegepast, dient de instelling of organisatie aan welke een voor gehandicapten bestemd voorwerp in bruikleen gegeven, verhuurd of overgedragen wordt, vanaf de datum van ontvangst ervan, dezelfde verplichtingen in acht te nemen als bedoeld in artikel 2 van de onderhavige verordening.

    2.   Wanneer de instelling of organisatie waaraan een voorwerp in bruikleen gegeven, verhuurd of overgedragen wordt, in een andere lidstaat is gevestigd dan die waarin de instelling of organisatie is gevestigd die het voorwerp in bruikleen geeft, verhuurt of overdraagt, wordt bij de verzending van bedoeld voorwerp door het bevoegde douanekantoor van de lidstaat van vertrek overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 912 bis tot en met 912 octies van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie (4) een controle-exemplaar T 5 afgegeven om te waarborgen dat dit voorwerp wordt gebruikt voor een doel dat recht geeft op handhaving van de vrijstelling van de rechten bij invoer.

    Hiertoe moet op het bedoelde controle-exemplaar T 5 in vak 104, onder de rubriek „andere”, een van de in bijlage I opgenomen vermeldingen zijn aangebracht.

    3.   De leden 1 en 2 zijn van overeenkomstige toepassing op bruikleen, verhuur of overdracht van reserveonderdelen, onderdelen of specifieke hulpstukken geschikt voor voorwerpen bestemd voor gehandicapten, alsmede op gereedschap voor het onderhoud, de controle, het kalibreren, of het herstel van deze voorwerpen, die op grond van artikel 67, lid 2, en artikel 68, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 met vrijstelling zijn ingevoerd.

    HOOFDSTUK II

    Bijzondere bepalingen betreffende de invoer met vrijstelling van voorwerpen op grond van artikel 67, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1186/2009

    Artikel 4

    1.   Om een voor blinden bestemd voorwerp op grond van artikel 67, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 met vrijstelling te kunnen invoeren, dient het hoofd van de instelling of organisatie van bestemming, of diens gevolmachtigde, een daartoe strekkend verzoek in te dienen bij de bevoegde autoriteit van de lidstaat waarin deze instelling of organisatie is gevestigd.

    Dit verzoek dient vergezeld te gaan van alle gegevens die door de bevoegde autoriteit noodzakelijk worden geacht om vast te stellen of aan de voorwaarden voor het verlenen van de vrijstelling is voldaan.

    2.   De bevoegde autoriteit van de lidstaat waarin de instelling of organisatie van bestemming is gevestigd beslist rechtstreeks over het in lid 1 bedoelde verzoek.

    HOOFDSTUK III

    Bijzondere bepalingen betreffende de invoer met vrijstelling van voorwerpen op grond van artikel 68, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1186/2009

    Artikel 5

    1.   Om een voor gehandicapten bestemd voorwerp op grond van artikel 68, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 met vrijstelling te kunnen invoeren, dient het hoofd van de instelling of organisatie van bestemming, of diens gevolmachtigde, bij de bevoegde autoriteit van de lidstaat waarin deze instelling of organisatie is gevestigd, een daartoe strekkend verzoek in te dienen.

    2.   Het in lid 1 bedoelde verzoek bevat de volgende gegevens betreffende het betrokken voorwerp:

    a)

    de door de fabrikant gebruikte nauwkeurige handelsbenaming van het voorwerp, de vermoedelijke indeling ervan in de gecombineerde nomenclatuur, alsmede de objectieve technische kenmerken op grond waarvan het kan worden beschouwd als speciaal te zijn ontworpen voor onderwijs aan, arbeid van of het verwerven van een plaats in de maatschappij door gehandicapten;

    b)

    de naam of firmanaam en het adres van de fabrikant en, in voorkomend geval, van de leverancier;

    c)

    het land van oorsprong van het voorwerp;

    d)

    de plaats van bestemming van het voorwerp;

    e)

    het specifieke gebruik waarvoor het voorwerp is bestemd;

    f)

    de prijs van het voorwerp of de douanewaarde ervan;

    g)

    het aantal voorwerpen van dezelfde soort.

    Bij het verzoek dient documentatiemateriaal te worden bijgevoegd met alle dienstige gegevens over de kenmerken en technische bijzonderheden van het voorwerp.

    Artikel 6

    De bevoegde autoriteit van de lidstaat waarin de instelling of organisatie van bestemming is gevestigd, beslist rechtstreeks over het in artikel 5 bedoelde verzoek.

    Artikel 7

    De geldigheidsduur van de vergunningen tot invoer met vrijstelling bedraagt zes maanden.

    Rekening houdend met de bijzondere omstandigheden van elke invoer kunnen de bevoegde autoriteiten echter een langere geldigheidsduur vaststellen.

    HOOFDSTUK IV

    Bijzondere bepalingen betreffende de invoer met vrijstelling van reserveonderdelen, onderdelen, of specifieke hulpstukken en gereedschap op grond van artikel 67, lid 2, en artikel 68, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1186/2009

    Artikel 8

    Voor de toepassing van artikel 67, lid 2, en van artikel 68, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 wordt verstaan onder specifieke hulpstukken, de artikelen welke speciaal zijn ontworpen om met een bepaald voorwerp te worden gebruikt teneinde het rendement of de gebruiksmogelijkheden ervan te verbeteren.

    Artikel 9

    Om reserveonderdelen, onderdelen of specifieke hulpstukken en gereedschap op grond van artikel 67, lid 2, of van artikel 68, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 met vrijstelling te kunnen invoeren, dient het hoofd van de instelling of organisatie van bestemming, of diens gevolmachtigde, een daartoe strekkend verzoek in te dienen bij de bevoegde autoriteit van de lidstaat waarin deze instelling of organisatie is gevestigd.

    Dit verzoek dient vergezeld te gaan van alle gegevens die door de bevoegde autoriteit noodzakelijk worden geacht om vast te stellen, of aan de in artikel 67, lid 2, of in artikel 68, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 gestelde voorwaarden is voldaan.

    Artikel 10

    De bevoegde autoriteit van de lidstaat waarin de instelling of organisatie van bestemming is gevestigd, beslist rechtstreeks over het in artikel 9 bedoelde verzoek.

    TITEL III

    BEPALINGEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP INVOER VERRICHT DOOR BLINDEN EN ANDERE GEHANDICAPTEN

    Artikel 11

    Op de invoer met vrijstelling van de rechten bij invoer van voorwerpen als bedoeld in artikel 67 van Verordening (EG) nr. 1186/2009, die door de blinden zelf en voor hun eigen gebruik worden ingevoerd, zijn respectievelijk de bepalingen van de artikelen 4, 8, 9 en 10 van de onderhavige verordening van overeenkomstige toepassing.

    Artikel 12

    Op de invoer met vrijstelling van de rechten bij invoer van voorwerpen die door de gehandicapten zelf en voor hun eigen gebruik worden ingevoerd, zijn de volgende bepalingen van overeenkomstige toepassing:

    a)

    de bepalingen van de artikelen 5, 6 en 7, wanneer het gaat om in artikel 68, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 bedoelde voorwerpen;

    b)

    de bepalingen van de artikelen 8, 9 en 10, wanneer het gaat om in artikel 68, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1186/2009 bedoelde voorwerpen.

    Artikel 13

    De bevoegde autoriteiten kunnen toestaan dat het in de artikelen 4 en 5 bedoelde verzoek op een vereenvoudigde wijze wordt gedaan wanneer het betrekking heeft op voorwerpen welke zijn ingevoerd onder de in de artikelen 11 en 12 bedoelde voorwaarden.

    TITEL IV

    SLOTBEPALINGEN

    Artikel 14

    Verordening (EEG) nr. 2289/83 wordt ingetrokken.

    Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

    Artikel 15

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 28 november 2011.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 324 van 10.12.2009, blz. 23.

    (2)  PB L 220 van 11.8.1983, blz. 15.

    (3)  Zie bijlage II.

    (4)  PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.


    BIJLAGE I

    In artikel 3, lid 2, bedoelde vermeldingen

    „Артикул за лицата с увреждания: продължаването на митническите освобождавания подлежи на спазване на член 72, параграф 2, втора алинея от Регламент (ЕО) № 1186/2009”;

    „Objeto para personas minusválidas: se mantiene la franquicia subordinada al respeto del artículo 72, apartado 2, segundo párrafo, del Reglamento (CE) no 1186/2009”;

    „Zboží pro postižené osoby: zachování osvobození za předpokladu splnění podmínek čl. 72 odst. 2 druhého pododstavce nařízení (ES) č. 1186/2009”;

    „Genstand til handicappede personer: Fortsat fritagelse betinget af overholdelse af artikel 72, stk. 2, andet afsnit, i forordning (EF) nr. 1186/2009”;

    „Gegenstand für Behinderte: Weitergewährung der Zollbefreiung abhängig von der Voraussetzung des Artikels 72 Absatz 2 zweiter Unterabsatz der Verordnung (EG) Nr. 1186/2009”;

    „Kaubaartiklid puuetega inimestele: impordimaksudest vabastamise jätkamine, tingimusel et täidetakse määruse (EÜ) nr 1186/2009 artikli 72 lõike 2 teist lõiku”;

    „Αντικείμενα προοριζόμενα για μειονεκτούντα άτομα: Διατήρηση της ατέλειας εξαρτώμενη από την τήρηση του άρθρου 72 παράγραφος 2 δεύτερο εδάφιο του κανονισμού (ΕΚ) αριθ. 1186/2009”;

    „Article for the handicapped: continuation of relief subject to compliance with the second subparagraph of Article 72(2) of Regulation (EC) No 1186/2009”;

    „Objet pour personnes handicapées: maintien de la franchise subordonné au respect de l’article 72, paragraphe 2, deuxième alinéa, du règlement (CE) no 1186/2009”;

    „Oggetto per persone disabili: la franchigia è mantenuta a condizione che venga rispettato l’articolo 72, paragrafo 2, secondo comma del regolamento (CE) n. 1186/2009”;

    „Invalīdiem paredzētas preces: atbrīvojuma turpmāka piemērošana atkarīga no atbilstības Regulas (EK) Nr. 1186/2009 72. panta 2. punkta otrajai daļai”;

    „Neįgaliesiems skirtas daiktas: atleidimo nuo muitų taikymo pratęsimas laikantis Reglamento (EB) Nr. 1186/2009 72 straipsnio 2 dalies antrosios pastraipos nuostatų”;

    „Áru behozatala fogyatékos személyek számára: a vámmentesség fenntartása az 1186/2009/EK rendelet 72. cikke (2) bekezdésének második albekezdésében foglalt feltételek teljesítése esetén”;

    „Oġġett għal nies b’xi diżabilita’: tkomplija ta’ ħelsien mid-dazju suġġett għal osservanza tat-tieni subparagrafu ta’ l-Artiklu 72(2) tar-Regolament (KE) Nru 1186/2009”;

    „Voorwerp voor gehandicapten: handhaving van de vrijstelling is afhankelijk van de nakoming van artikel 72, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1186/2009”;

    „Artykuł przeznaczony dla osób niepełnosprawnych: kontynuacja zwolnienia z zastrzeżeniem zachowania warunków określonych w artikel 72 ust. 2 akapit drugi rozporządzenia (WE) nr 1186/2009”;

    „Objectos destinados às pessoas deficientes: é mantida a franquia desde que seja respeitado o n.o 2, segundo parágrafo, do artigo 72.o do Regulamento (CE) n.o 1186/2009”;

    „Articole pentru persoane cu handicap: menținerea scutirii este condiționată de respectarea dispozițiilor articolului 72 alineatul (2) al doilea paragraf din Regulamentul (CE) Nr. 1186/2009”;

    „Tovar pre postihnuté osoby: naďalej oslobodený, ak spĺňa podmienky ustanovené v článku 72 odseku 2 druhom pododseku nariadenia (ES) č. 1186/2009”;

    „Predmet za invalide: ohranitev oprostitve v skladu z drugim pododstavkom člena 72(2) Uredbe (ES) št. 1186/2009”;

    „Vammaisille tarkoitetut tavarat: tullittomuus jatkuu, edellyttäen että asetuksen (EY) N:o 1186/2009 72 artiklan 2 kohdan toisen alakohdan ehtoja noudatetaan”;

    „Föremål för funktionshindrade: Fortsatt tullfrihet under förutsättning att villkoren i artikel 72.2 andra stycket i förordning (EG) nr 1186/2009 uppfylls”.


    BIJLAGE II

    Ingetrokken verordening met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

    Verordening (EEG) nr. 2289/83 van de Commissie

    (PB L 220 van 11.8.1983, blz. 15)

     

    Verordening (EEG) nr. 1746/85 van de Commissie

    (PB L 167 van 27.6.1985, blz. 23)

     

    Punt I.18 van bijlage I bij de Toetredingsakte van 1985

    (PB L 302 van 15.11.1985, blz. 139)

     

    Verordening (EEG) nr. 3399/85 van de Commissie

    (PB L 322 van 3.12.1985, blz. 10)

    uitsluitend artikel 1, punt 3

    Verordening (EEG) nr. 735/92 van de Commissie

    (PB L 81 van 26.3.1992, blz. 18)

     

    Punt XIII.A.II.4 van bijlage I bij de Toetredingsakte van 1994

    (PB C 241 van 29.8.1994, blz. 274)

     

    Punt 19.B.1 van bijlage II bij de Toetredingsakte van 2003

    (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 771)

     

    Verordening (EG) nr. 1792/2006 van de Commissie

    (PB L 362 van 20.12.2006, blz. 1)

    uitsluitend punt 11.B.1 van de bijlage


    BIJLAGE III

    Concordantietabel

    Verordening (EEG) nr. 2289/83

    De onderhavige verordening

    Artikel 1

    Artikel 1

    Artikel 2, lid 1, aanhef

    Artikel 2, lid 1, aanhef

    Artikel 2, lid 1, eerste streepje

    Artikel 2, lid 1, onder a)

    Artikel 2, lid 1, tweede streepje

    Artikel 2, lid 1, onder b)

    Artikel 2, lid 1, derde streepje

    Artikel 2, lid 1, onder c)

    Artikel 2, lid 1, vierde streepje

    Artikel 2, lid 1, onder d)

    Artikel 2, lid 2

    Artikel 2, lid 2

    Artikel 3, lid 1

    Artikel 3, lid 1

    Artikel 3, lid 2, eerste alinea

    Artikel 3, lid 2, eerste alinea

    Artikel 3, lid 2, tweede alinea, aanhef

    Artikel 3, lid 2, tweede alinea

    Artikel 3, lid 2, tweede alinea, streepjes

    Bijlage I

    Artikel 3, lid 3

    Artikel 3, lid 3

    Artikel 4

    Artikel 4

    Artikel 6

    Artikel 5

    Artikel 7

    Artikel 6

    Artikel 10

    Artikel 7

    Artikel 13

    Artikel 8

    Artikel 14

    Artikel 9

    Artikel 15

    Artikel 10

    Artikel 16

    Artikel 11

    Artikel 17

    Artikel 12

    Artikel 18

    Artikel 13

    Artikel 19

    Artikel 14

    Artikel 20

    Artikel 15

    Bijlage II

    Bijlage III


    Top