Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007R0828

    Verordening (EG) nr. 828/2007 van de Commissie van 13 juli 2007 tot verlening van permanente en voorlopige vergunningen voor bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding (Voor de EER relevante tekst)

    PB L 184 van 14.7.2007, p. 12–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 18/07/2017; opgeheven door 32017R1145

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2007/828/oj

    14.7.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 184/12


    VERORDENING (EG) Nr. 828/2007 VAN DE COMMISSIE

    van 13 juli 2007

    tot verlening van permanente en voorlopige vergunningen voor bepaalde toevoegingsmiddelen voor diervoeding

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Richtlijn 70/524/EEG van de Raad van 23 november 1970 betreffende toevoegingsmiddelen in de diervoeding (1), en met name op artikel 3, artikel 9.D, lid 1, en artikel 9.E, lid 1,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (2), en met name op artikel 25,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EG) nr. 1831/2003 voorziet in de toelating van toevoegingsmiddelen voor diervoeding.

    (2)

    Artikel 25 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 bevat overgangsmaatregelen voor vergunningaanvragen betreffende toevoegingsmiddelen die vóór de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 1831/2003 overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG zijn ingediend.

    (3)

    De aanvragen voor de in de bijlagen bij deze verordening genoemde toevoegingsmiddelen zijn vóór de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingediend.

    (4)

    De eerste opmerkingen betreffende deze aanvragen zijn krachtens artikel 4, lid 4, van Richtlijn 70/524/EEG vóór de datum van toepassing van Verordening (EG) nr. 1831/2003 aan de Commissie toegezonden. Die aanvragen moeten daarom nog overeenkomstig artikel 4 van Richtlijn 70/524/EEG worden behandeld.

    (5)

    Voor het gebruik van het preparaat endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Trichoderma longibrachiatum (MUCL 39203), is bij Verordening (EG) nr. 1436/98 van de Commissie (3) voor het eerst een voorlopige vergunning verleend voor mestkippen. Er zijn nieuwe gegevens ingediend ter staving van een aanvraag van een vergunning zonder tijdsbeperking voor dat preparaat voor mestkippen. Uit de beoordeling blijkt dat aan de voorwaarden van artikel 3.A van Richtlijn 70/524/EEG voor een dergelijke vergunning wordt voldaan. Het gebruik van dat preparaat, zoals omschreven in bijlage I bij deze verordening, moet daarom zonder tijdsbeperking worden toegestaan.

    (6)

    Voor het gebruik van het preparaat endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Trichoderma longibrachiatum (IMI SD 135), is bij Verordening (EG) nr. 1353/2000 van de Commissie (4) voor het eerst een voorlopige vergunning verleend voor mestkalkoenen. Er zijn nieuwe gegevens ingediend ter staving van een aanvraag van een vergunning zonder tijdsbeperking voor dat preparaat voor kalkoenen. Uit de beoordeling blijkt dat aan de voorwaarden van artikel 3.A van Richtlijn 70/524/EEG voor een dergelijke vergunning wordt voldaan. Het gebruik van dat preparaat, zoals omschreven in bijlage II bij deze verordening, moet daarom zonder tijdsbeperking worden toegestaan.

    (7)

    Er zijn gegevens ingediend ter staving van een aanvraag van een vergunning voor vier jaar voor het preparaat Phaffia rhodozyma, rijk aan astaxanthine (ATCC SD-5340) voor zalm en forel. De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft haar advies over het gebruik van dit preparaat op 25 januari 2006 uitgebracht. Uit de beoordeling blijkt dat aan de voorwaarden van artikel 9.E, lid 1, van Richtlijn 70/524/EEG voor een dergelijke vergunning wordt voldaan. Voor het gebruik van dat preparaat, zoals omschreven in bijlage III bij deze verordening, moet daarom een voorlopige vergunning voor vier jaar worden verleend.

    (8)

    Uit de beoordeling van deze aanvragen blijkt dat er bepaalde procedures nodig zijn om werknemers tegen blootstelling aan de in de bijlagen opgenomen toevoegingsmiddelen te beschermen. Die bescherming moet worden gewaarborgd door toepassing van Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (5).

    (9)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Voor het tot de groep „Enzymen” behorende preparaat in bijlage I wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning zonder tijdsbeperking voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.

    Artikel 2

    Voor het tot de groep „Enzymen” behorende preparaat in bijlage II wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning zonder tijdsbeperking voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.

    Artikel 3

    Voor het tot de groep „Kleurstoffen met inbegrip van pigmenten” behorende preparaat in bijlage III wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een voorlopige vergunning voor vier jaar voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.

    Artikel 4

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 13 juli 2007.

    Voor de Commissie

    Markos KYPRIANOU

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 270 van 14.12.1970, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1800/2004 van de Commissie (PB L 317 van 16.10.2004, blz. 37).

    (2)  PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 378/2005 van de Commissie (PB L 59 van 5.3.2005, blz. 8).

    (3)  PB L 191 van 7.7.1998, blz. 15.

    (4)  PB L 155 van 28.6.2000, blz. 15.

    (5)  PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2007/30/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 165 van 27.6.2007, blz. 21).


    BIJLAGE I

    EG-nr.

    Toevoegingsmiddel

    Chemische formule, beschrijving

    Diersoort of -categorie

    Maximumleeftijd

    Minimum

    Maximum

    Andere bepalingen

    Einde van de vergunningsperiode

    Activiteitseenheden/kg volledig veevoeder

    Enzymen

    E 1641

    Endo-1,4-bèta-xylanase

    EC 3.2.1.8

    Bereiding van endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Trichoderma longibrachiatum (MUCL 39203), met een minimale activiteit van:

     

    vast: 1 500 AXC/g (1)

     

    vloeibaar: 200 AXC/ml

    Mestkippen

    55 AXC

    1.

    In de gebruiksaanwijzing voor het toevoegingsmiddel en het voormengsel de opslagtemperatuur, de houdbaarheid en de stabiliteit bij verwerking tot pellets vermelden.

    2.

    Aanbevolen dosis per kg volledig diervoeder: 55-100 AXC.

    3.

    Voor gebruik in mengvoeders die rijk zijn aan niet-zetmeelpolysachariden (vooral arabinoxylanen), bv. voeders die meer dan 50 % tarwe bevatten.

    Zonder tijdsbeperking


    (1)  1 AXC is de hoeveelheid enzym die bij een pH van 4,7 en een temperatuur van 30 °C 17,2 micromol reducerende suikers (maltose-equivalent) per minuut vrijmaakt uit haverxylaan.


    BIJLAGE II

    EG-nr.

    Toevoegingsmiddel

    Chemische formule, beschrijving

    Diersoort of -categorie

    Maximumleeftijd

    Minimum

    Maximum

    Andere bepalingen

    Einde van de vergunningsperiode

    Activiteitseenheden/kg volledig veevoeder

    Enzymen

    E 1617

    Endo-1,4-bèta-xylanase

    EC 3.2.1.8

    Bereiding van endo-1,4-bèta-xylanase, geproduceerd door Trichoderma longibrachiatum (IMI SD 135), met een minimale activiteit van:

     

    vast: 6 000 EPU/g (1)

     

    vloeibaar: 6 000 EPU/ml

    Mestkalkoenen

    1 050 EPU

    1.

    In de gebruiksaanwijzing van het toevoegingsmiddel en het voormengsel de opslagtemperatuur, de maximale opslagduur en de stabiliteit bij verwerking tot pellets vermelden.

    2.

    Aanbevolen dosis/kg volledig diervoeder: 1 050-3 000 EPU.

    3.

    Voor gebruik in mengvoeders die rijk zijn aan niet-zetmeelpolysachariden (vooral arabinoxylanen), bv. voeders die meer dan 40 % tarwe bevatten.

    Zonder tijdsbeperking


    (1)  1 EPU is de hoeveelheid enzym die bij een pH van 4,7 en een temperatuur van 30 °C 0,0083 micromol reducerende suikers (xylose-equivalent) per minuut vrijmaakt uit haverxylaan.


    BIJLAGE III

    EG-nr.

    Toevoegingsmiddel

    Chemische formule, beschrijving

    Diersoort of -categorie

    Maximumleeftijd

    Minimum

    Maximum

    Andere bepalingen

    Einde van de vergunningsperiode

    mg/kg volledig diervoeder

    Kleurstoffen met inbegrip van pigmenten

    E 161y

    Phaffia rhodozyma,

    rijk aan astaxanthine

    (ATCC SD-5340)

    Geconcentreerde biomassa van de gedode gist Phaffia rhodozyma (ATCC 5340) met minstens 10,0 g astaxanthine per kilogram toevoegingsmiddel

    Zalm

    100

    Het maximumgehalte is uitgedrukt in astaxanthine.

    Het toevoegingsmiddel mag alleen worden toegediend aan dieren die minstens zes maanden oud zijn.

    Het toevoegingsmiddel mag met canthaxanthine worden vermengd op voorwaarde dat de totale hoeveelheid astaxanthine en canthaxanthine niet groter is dan 100 mg per kg volledig diervoeder.

    3 augustus 2011

    Forel

    100


    Top