Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32001D0803

    2001/803/EG: Beschikking van de Commissie van 25 april 2001 betreffende de staatssteun die Finland heeft toegekend aan Ojala-Yhtymä Oy (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2001) 1139)

    PB L 304 van 21.11.2001, p. 20–25 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2001/803/oj

    32001D0803

    2001/803/EG: Beschikking van de Commissie van 25 april 2001 betreffende de staatssteun die Finland heeft toegekend aan Ojala-Yhtymä Oy (Voor de EER relevante tekst) (kennisgeving geschied onder nummer C(2001) 1139)

    Publicatieblad Nr. L 304 van 21/11/2001 blz. 0020 - 0025


    Beschikking van de Commissie

    van 25 april 2001

    betreffende de staatssteun die Finland heeft toegekend aan Ojala-Yhtymä Oy

    (kennisgeving geschied onder nummer C(2001) 1139)

    (Slechts de tekst in de Finse en de Zweedse taal is authentiek)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2001/803/EG)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

    Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name op artikel 62, lid 1, onder a),

    Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde bepalingen te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken(1),

    Overwegende hetgeen volgt:

    I. DE PROCEDURE

    (1) Bij brief van 23 september 1999 heeft Finland, overeenkomstig artikel 88, lid 3, van het EG-Verdrag, genoemde steunmaatregel bij de Commissie aangemeld. De Commissie heeft Finland bij brieven van 11 oktober en 8 december 1999 om aanvullende informatie gevraagd. Finland heeft bij brieven van 12 november 1999 en 12 januari 2000 geantwoord.

    (2) Volgens de van Finland ontvangen informatie was een deel van de voorgenomen steun op het tijdstip van de aanmelding al uitgekeerd aan de betrokken onderneming. Om deze reden werd de zaak geregistreerd als niet-aangemelde steun.

    (3) De Commissie stelde Finland bij brief van 17 april 2000 in kennis van haar besluit om ten aanzien van deze steun de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden. Finland heeft zijn opmerkingen kenbaar gemaakt bij brieven van 17 en 19 mei 2000. Aanvullende informatie werd verstrekt bij brieven van 22 december 2000 en 20 maart 2001.

    (4) Het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen(2). De Commissie heeft de belanghebbenden uitgenodigd hun opmerkingen over deze steunmaatregel kenbaar te maken.

    (5) De Commissie heeft geen opmerkingen van belanghebbenden ontvangen.

    II. UITVOERIGE BESCHRIJVING VAN DE STEUN

    (6) Het project waarvoor steun werd verleend, is de bouw door Ojala-Yhtymä Oy van een nieuwe aluminiumspuitgieterij in Haapajärvi. Voor de periode 2000-2006 werd Haapajärvi opgenomen in de lijst van de zones die onder doelstelling 2 van de structuurfondsen vallen. De installaties voldoen aan de recentste technologische ontwikkelingen, die elders in de noordse landen nog niet beschikbaar zijn. In de installatie zullen diverse onderdelen worden geproduceerd volgens het procédé van het spuitgieten. De capaciteit van de installatie is [...](3) en het is de bedoeling dat zij uiterlijk eind 2001 in bedrijf is. Ojala-Yhtymä Oy zal tegen eind 2001 80 werknemers in dienst hebben en tegen eind 2003 100. De investering is in 1999 begonnen en loopt tot eind 2003.

    (7) Ojala-Yhtymä Oy behaalde in 1998-1999 een omzet van 212 miljoen FIM (36 miljoen EUR) en boekte een winst van 17 miljoen FIM (2,8 miljoen EUR). Ongeveer 95 % van de omzet werd in Finland behaald. De onderneming had in 1999 260 werknemers in dienst.

    (8) Ojala-Yhtymä Oy behoort tot het Ojala-concern. Het Ojala-concern produceert metalen onderdelen uit dunne plaat. De tot het Ojala-concern behorende ondernemingen ontwerpen, vervaardigen en assembleren ook elektrische, elektronische en telecommunicatieonderdelen van dunne plaat voor bepaalde afnemers uit de elektronica- en telecommunicatie-industrie. Het Ojala-concern is op vier locaties in Finland actief en op twee nieuwe locaties (Haapajärvi en Piippola) worden nieuwe productiefaciliteiten gebouwd. Het concern heeft 620 werknemers en de voor 1999 begrote omzet was 500 miljoen FIM. De belangrijkste afnemers van het Ojala-concern zijn [...] en naast Finland zijn de belangrijkste markten [...].

    (9) De totale investering in het gesteunde project beloopt 101,5 miljoen FIM (16,9 miljoen EUR). Het betreft investeringen in machines, uitrusting en gebouwen. Voor machines en uitrusting bedragen de investeringen [...] miljoen FIM en voor gebouwen [...] miljoen FIM.

    (10) Finland heeft de volgende steun aangemeld:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    (11) Het bedrag van 15 miljoen FIM bestaat uit een lening, die tijdens de looptijd van vijf jaar niet wordt afbetaald. Indien de onderneming de investering volgens plan uitvoert, behoeft zij de lening niet terug te betalen. Als zekerheid voor de lening is in Haapajärvi een hypotheek afgesloten op de grond en op de gebouwen die de onderneming daarop zal bouwen.

    (12) 10 miljoen FIM van de steun is een subsidie die rechtstreeks door Haapajärvi aan de onderneming wordt betaald. De subsidie wordt betaald via het "Elinkeinoelämän kehittämisrahasto", een ontwikkelingsfonds voor het bedrijfsleven.

    (13) Vóór eind 1999 was het gehele bedrag van de steun, 25 miljoen FIM, aan de onderneming betaald.

    (14) In haar besluit om de formele onderzoeksprocedure in te leiden, stelde de Commissie vast dat de onderneming de staat om 21 miljoen FIM aan investeringssteun had gevraagd en dat de behandeling van de aanvraag nog liep. De Commissie verklaarde derhalve dat zij de betrokken aanvraag in deze procedure buiten beschouwing zou laten, tenzij tijdens de procedure nieuwe, voor de beoordeling van de zaak relevante informatie aan het licht komt naar aanleiding van de beslissing die de Finse autoriteiten over de aanvraag nemen.

    (15) In haar besluit om de procedure in te leiden, stelde de Commissie tevens vast dat Haapajärvi voor de prijs van 140000 FIM (10000 FM/ha, 1 FIM/m2) aan de onderneming 14 ha grond had verkocht voor de productiefaciliteit.

    (16) In dit verband merkt de Commissie op dat de verkoop van grond door de autoriteiten in overeenstemming moet zijn met de mededeling van de Commissie betreffende staatssteunelementen bij de verkoop van gronden en gebouwen door openbare instanties(4). Volgens deze mededeling moet de verkoop worden uitgevoerd via een openbare biedprocedure of moet de marktwaarde door een onafhankelijke deskundige worden vastgesteld.

    (17) In haar besluit om de procedure in te leiden, stelde de Commissie dat de verkoop niet is geschied via een openbare biedprocedure. Derhalve had de marktwaarde moeten worden vastgesteld door een taxateur die voldoet aan de voorwaarden van punt 2, onder a), van de mededeling. Zonder een dergelijke taxatie kon de Commissie er niet zeker van zijn dat de verkoop van grond door de stad Haapajärvi aan Ojala-Yhtymä Oy geen staatssteunelementen omvatte.

    (18) De Commissie stelde vast dat de aangemelde steun ad-hocsteun was. Volgens punt 2, derde alinea, van de richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen(5) voldoet ad-hocsteun doorgaans niet aan de voorwaarden van de richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen en de afwijkingen krachtens artikel 87, lid 3, onder a) en c), worden normaliter alleen toegestaan voor steun die in het kader van goedgekeurde steunregelingen wordt toegekend. Om deze reden moest apart worden onderzocht of de steun in overeenstemming was met de regels inzake regionale steun.

    (19) In haar besluit om de procedure in te leiden, verklaarde de Commissie dat zij op grond van de informatie over de betrokken markt en regio niet kon concluderen dat het in de richtsnoeren inzake regionale steun genoemde evenwicht tussen de uit de steun voortvloeiende concurrentiedistorsies en de voordelen van de steun wat de ontwikkeling van een achtergebleven regio aangaat, kon worden gegarandeerd.

    (20) Om de hierboven genoemde redenen betwijfelde de Commissie of de steun in overeenstemming was met de richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen en was zij van mening dat de verkoop van grond door de stad Haapajärvi aan Ojala-Yhtymä Oy een staatssteunelement kan omvatten.

    III. OPMERKINGEN VAN FINLAND

    (21) Volgens Finland moet de steun als gerechtvaardigd worden beschouwd overeenkomstig artikel 87, lid 3, van het EG-Verdrag. De steun is in overeenstemming met de beginselen van de richtsnoeren inzake regionale steun. Vanuit het gezichtspunt van de werkelijke invloed van de steun is het niet van belang of de steun via een goedgekeurde steunregeling dan wel als ad-hocsteun is toegekend. Van belang is dat de steun, onafhankelijk van de bron ervan, in overeenstemming is met de standaardbeginselen die in de Gemeenschap voor regionale steun worden toegepast.

    (22) Finland wijst erop dat het maximum van de regionale steun voor grote ondernemingen in Haapajärrvi in de periode 2000-2006 20 % NSE is, zoals door de Commissie is goedgekeurd. Dit komt neer op 25-26 % BSE. De steunintensiteit van de aangemelde steun, d.w.z. de subsidie en de lening, is minder dan 25 % BSE en ligt dus onder het regionale maximum.

    (23) Over de marktsituatie merkt Finland op dat meer dan 60 % van de uitvoer van Ojala-Yhtymä Oy naar landen buiten de EER gaat, zoals de Verenigde Staten (47,74 %), Australië (8,12 %) en China (2,76 %). De aluminiumonderdelen die in Haapajärvi zullen worden geproduceerd, zullen in de plaats komen van de invoer van deze producten uit derde landen, met name China.

    (24) Finland legt uit dat Ojala-Yhtymä Oy door de locatie in Haapajärvi logistisch gezien 10-15 % zwakker is dan haar concurrenten. Om deze reden moeten de productiekosten evenredig lager zijn, opdat de onderneming internationaal concurrerend kan blijven. Dit geschiedt door de productiviteit te verhogen en de productie te rationaliseren. De in Haapajärvi te bouwen productiefaciliteit gebruikt de nieuwste technieken en is bijzonder milieuvriendelijk. Het bij de productie gebruikte aluminium wordt gerecycleerd en de airconditioning- en watersystemen zijn gesloten, zodat geen vervuilende stoffen in het milieu worden geloosd. Volgens Finland zal de steun de onderneming helpen gelijke tred te houden met haar concurrenten, maar de concurrentie op de relevante markten niet verstoren.

    (25) Finland wijst erop dat Haapajärvi voor 2000-2006 is ingedeeld als steungebied voor doelstelling 2. De regio is er duidelijk slechter aan toe dan het gemiddelde van de regio's en de toekenning van regionale steun is dus gerechtvaardigd. De financiële positie van Haapajärvi is de laatste drie jaar slecht. Het tekort gedurende deze boekjaren beliep 9,1 miljoen FIM in 1997, 8,3 miljoen FIM in 1998 en 0,5 miljoen FIM in 1999.

    (26) Finland wijst erop dat Haapajärvi een kleine stad is met 8232 inwoners op 1 januari 2001. Het inwonertal van Haapajärvi loopt terug, omdat geschoolde jongeren de streek verlaten gezien de slechte vooruitzichten op een baan (- 129 personen in 1999). De werkloosheid ligt duidelijk boven het nationale gemiddelde (17,3 % op 31 december 2000). 18 % van de werklozen is jonger dan 25 en 19 % is langdurig werkloos.

    (27) Volgens Finland draagt het gesteunde project bij tot de ontwikkeling van de regio door een nieuwe economische activiteit en nieuwe arbeidsplaatsen te creëren. Er zullen direct 100 en indirect 200 arbeidsplaatsen worden geschapen. Het project zal de gevolgen van de structurele veranderingen in de regio verzachten en bijdragen tot de diversificatie van de industriële structuur ervan. Het zal het werkloosheidspercentage helpen terugdringen en de vooruitzichten op werk voor jongeren en langdurig werklozen verbeteren. Daarnaast zal het de stad 3 miljoen FIM aan belastingopbrengsten opleveren, hetgeen de slechte financiële situatie van Haapajärvi zal verbeteren. Het project zal tevens knowhow naar de regio brengen en nieuwe activiteiten in de dienstensector bevorderen.

    (28) Finland heeft de Commissie tevens de door de taxateur(6) opgestelde taxatie van de verkoopprijs van de grond toegezonden, alsmede een kaart met daarop de verkochte grond. Volgens de taxatie gaat het om bosgrond, waarvan 11 ha bos en 3 ha verwaarloosd bouwland. De grond ligt buiten het gebied waarop het bestemmingsplan betrekking heeft, en er is geen infrastructuur.

    (29) De grondsoort is hoofdzakelijk bosgrond en bij het bouwland gaat het om veengrond. De houtopstand is 830 m2, voor het grootste deel pulphout. De houtopstand is getaxeerd op basis van de prijzen voor hout op stam die door de associatie voor bosbeheer (metsänhoitoyhdistys) van Nivala-Haapajärvi voor Haapajärvi worden gehanteerd. De taxatie heeft betrekking op de volgende houtopstand: timmerhout van den (30 m2), timmerhout van spar (60 m2), pulphout van den (150 m2), pulphout van spar (490 m2) en pulphout van berk (100 m2). De taxatie omvat tevens 3 ha jonge aanplant en de waarde van de grond. Volgens de taxatie is de waarde van de grond 133500 FIM. De foutmarge is ± 5 %.

    IV. BEOORDELING VAN DE STEUN

    (30) Krachtens artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag zijn steunmaatregelen van een lidstaat of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt, voorzover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt. Volgens de vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie en het Gerecht van eerste aanleg is sprake van ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer tussen de lidstaten, indien de begunstigde onderneming zich bezighoudt met een activiteit die handel tussen de lidstaten omvat.

    (31) De Commissie wijst erop dat de steun uit staatsmiddelen wordt toegekend aan één onderneming, die daardoor een voordeel heeft omdat de kosten worden verlaagd die zij anders zou moeten dragen om het investeringsproces uit te voeren. Bovendien produceert de begunstigde onderneming, Ojala-Yhtymä Oy, metalen componenten voor de elektriciteits- en elektronica-industrie, een bedrijfsactiviteit die handel tussen de lidstaten omvat. De steun in kwestie valt dus onder artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

    (32) De steun bestaat uit rechtstreekse subsidies van de stad Haapajärvi voor een investering in de regio. Haapajärvi is een steungebied in de zin van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag. In 1999, toen de steun in strijd met de regels werd toegekend en aan de onderneming werd betaald, was Haapajärvi echter een steungebied in de zin van artikel 87, lid 3, onder a), van het EG-Verdrag(7).

    (33) Volgens punt 2 van de richtsnoeren inzake regionale steun zijn de richtsnoeren van toepassing op alle economische sectoren, met uitzondering van de sectoren waarvoor specifieke regels gelden. Aangezien voor de productie van metalen onderdelen geen specifieke regels gelden, moet de steun worden getoetst aan de richtsnoeren inzake regionale steun.

    (34) De Commissie merkt op dat de steun reeds aan de begunstigde, Ojala-yhtymä Oy, is betaald en dat deze steun niet via een goedgekeurde steunregeling is toegekend. De steun wordt derhalve beschouwd als niet-aangemelde ad-hocsteun.

    (35) Volgens punt 2, tweede alinea, van de richtsnoeren inzake regionale steun kan voor regionale steun alleen een afwijking overeenkomstig artikel 87, lid 3, onder a) of c), worden toegestaan indien het evenwicht tussen de daaruit voortvloeiende concurrentiedistorsies en de voordelen van de steun wat de ontwikkeling van een achtergebleven regio aangaat, kan worden gewaarborgd.

    (36) Volgens punt 2, derde alinea, van de richtsnoeren inzake regionale steun voldoet ad-hocsteun, totdat het tegendeel is bewezen, niet aan de voorwaarden van de richtsnoeren. Derhalve worden afwijkingen krachtens artikel 87, lid 3, onder a), en artikel 87, lid 3, onder c), in beginsel alleen toegestaan voor steun die via goedgekeurde steunregelingen wordt verleend.

    (37) Om deze reden moet afzonderlijk worden onderzocht of de steun in overeenstemming is met de regels inzake regionale steun.

    Steunintensiteit

    (38) De Commissie wijst erop dat zij in haar besluit om de formele onderzoeksprocedure in te leiden, heeft vastgesteld dat Ojala-Yhtymä Oy een aanvraag om 21 miljoen FIM aan investeringssteun had ingediend en dat de aanvraag nog in behandeling was.

    (39) Op 22 december 2000 stelde Finland de Commissie ervan in kennis dat de aanvraag om investeringssteun van de onderneming was afgewezen. De Commissie stelt dan ook vast dat de aanvraag niet leidt tot extra steun die in het kader van deze beschikking in aanmerking moet worden genomen.

    (40) De Commissie wijst er voorts op dat zij in haar besluit om de formele onderzoeksprocedure in te leiden, vermoedde dat de verkoop van grond door Haapajärvi aan Ojala-Yhtymä Oy staatssteunelementen omvatte, aangezien de verkoopprijs niet door een onafhankelijke deskundige was vastgesteld overeenkomstig de mededeling van de Commissie betreffende staatssteunelementen bij de verkoop van gronden en gebouwen door openbare instanties(8).

    (41) Volgens de informatie van de Commissie gaat het bij de grond om bosgrond die niet onder het bestemmingsplan valt en waar geen infrastructuur is. De infrastructuur vergt een investering van 1,3 miljoen FIM, die door de onderneming wordt opgebracht. Indien sprake is van extra steun aan de onderneming, kan deze derhalve alleen zijn gelegen in de verkoop van de grond.

    (42) In de loop van de procedure heeft Finland de Commissie een taxatie van de waarde van de grond toegezonden, die is opgesteld door een particulier bedrijf dat zich bezighoudt met de verkoop en taxatie van onroerend goed in de regio. De taxatie werd uitgevoerd door een notaris die bij het bedrijf werkt.

    (43) Volgens de taxatie is de grond bosgrond, waarvan 11 ha bos en 3 ha verwaarloosd bouwland. De grond ligt buiten het gebied waarop het gemeentelijke bestemmingsplan betrekking heeft, en er is geen infrastructuur. De grond is hoofdzakelijk bosgrond en bij het bouwland gaat het om veengrond. De houtopstand is 830 m2, voor het grootste deel pulphout. De houtopstand is getaxeerd op basis van de prijzen voor hout op stam die door de associatie voor bosbeheer van Nivala-Haapajärvi voor Haapajärvi worden gehanteerd.

    (44) Als totale waarde van de houtopstand, jonge aanplant en de grond werd 118650 FIM opgegeven. Om de marktprijs te bepalen moet de som van de afzonderlijk getaxeerde onderdelen worden gecorrigeerd. Doorgaans wordt als correctiefactor 25 % gehanteerd en dat is ook in dit geval gebeurd. De gecorrigeerde waarde bedraagt dus 118650 × 0,75 = 89000 FIM. Omdat de grond buiten het gebied ligt waarop het bestemmingsplan (kaavoitettu alue) betrekking heeft, maar in het masterplan (yleiskaava) als reservegebied A (vara-alue A) is ingedeeld, moet een factor 1,5 worden toegepast om de definitieve marktwaarde te bepalen. Het resultaat hiervan is 89000 × 1,5 = 133500 FIM. De foutmarge bedraagt ± 5 %.

    (45) Volgens de beschikbare informatie is de waarde van een stuk bosgrond in Finland voornamelijk afhankelijk van de waarde van de bomen die erop groeien. Bosgrond zonder bomen heeft doorgaans vrijwel geen waarde. De waarde van de bomen die in een bepaald gebied groeien, hangt af van de kwaliteit van het land en de bomen.

    (46) De Commissie merkt op dat de taxatie werd uitgevoerd door een particuliere onderneming met gebruikmaking van de openbare prijzen voor hout op stam die door de associatie voor bosbeheer van de regio werden gehanteerd. De Commissie heeft dan ook geen reden om aan de onafhankelijkheid en de juistheid van de betrokken taxatie te twijfelen.

    (47) De Commissie stelt voorts vast dat de waarde van de bomen die op het stuk grond groeien, 118650 FIM, lager ligt dan de door Ojala-Yhtymä Oy betaalde verkoopprijs van 140000 FIM. De marktwaarde van de grond werd echter getaxeerd op 133500 FIM met een foutmarge van ± 5 %.

    (48) De Commissie wijst erop dat zelfs indien de getaxeerde waarde met 5 % wordt vermeerderd (tot 140175 FIM), de door Ojala-Yhtymä Oy betaalde verkoopprijs van 140000 FIM nog steeds in overeenstemming is met de marktwaarde van de grond en dat derhalve geen sprake is van extra steun aan de onderneming waarmee in het kader van deze beschikking rekening zou moeten worden gehouden.

    (49) Om de in de overwegingen 35 tot en met 48 uiteengezette redenen is de steun die in het kader van deze beschikking moet worden beoordeeld, het bedrag van 25 miljoen FIM dat door Haapajarvi aan de onderneming is betaald. De intensiteit van deze steun is 24,6 %.

    (50) De Commissie stelt vast dat Haapajärvi een steungebied is in de zin van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag. In het overzicht van de steungebieden voor 2000-2006 is Haapajärvi ingedeeld als doelstelling 2-regio, in welk geval het maximum voor regionale steun 20 % NSE of 26 % BSE is. Voorts stelt de Commissie vast dat Haapajärvi in 1999, toen de steun in strijd met de regels werd toegekend en aan de onderneming werd betaald, als doelstelling 1-regio was ingedeeld met een maximum voor regionale steun van 35 % BSE, zodat Haapajärvi een steungebied was in de zin van artikel 87, lid 3, onder a),van het EG-Verdrag.

    (51) De Commissie wijst erop dat de steunintensiteit in dit geval hoe dan ook onder het maximum voor regionale steun ligt.

    (52) Aangezien het hier om ad-hocsteun gaat, moet evenwel afzonderlijk worden onderzocht of het evenwicht kan worden gewaarborgd tussen de uit de steun voortvloeiende concurrentiedistorsies en de voordelen van de steun wat de ontwikkeling van een achtergebleven regio aangaat, overeenkomstig het bepaalde in punt 2, tweede alinea, van de richtsnoeren inzake regionale steun.

    Evenwicht tussen de concurrentiedistorsies en de voordelen van de steun wat de ontwikkeling van een achtergebleven regio aangaat

    (53) Inzake de concurrentievervalsing wijst de Commissie erop dat Ojala-Yhtymä Oy aluminiumcomponenten voor de elektrische en elektronische industrie produceert, inclusief telecommunicatieapparatuur. Haar grootste afnemers zijn [...].

    (54) Volgens de informatie van de Commissie heeft de elektrische machine- en elektronica-industrie in het laatste decennium een sterke groei doorgemaakt. In de periode 1993-1998 steeg de werkelijke productie bijna 30 % tot 361 miljard EUR. Dit komt overeen met een jaarlijkse stijging van meer dan 5,3 %. De uitvoer naar derde landen is in de tien jaar voor 1998 bijna verdrievoudigd; in 1998 beliep hij 107 miljard EUR. De handelsbalans bleef negatief, aangezien de invoer vanuit derde landen 131 miljard EUR bedroeg(9).

    (55) De twee belangrijkste sectoren voor de beoordeling van dit geval zijn elektronische componenten en componenten voor telecommunicatieapparatuur.

    (56) Elektronische componenten worden in vrijwel alle apparatuur gebruikt en het aandeel in de kosten van de elektronische apparatuur dat zij vertegenwoordigen, is in de laatste tien jaar voortdurend gestegen. Volgens de EECA (European Electronic Component Manufacturers Association) is dit aandeel gestegen van minder dan 18 % in 1988 tot meer dan 24 % in 1998. Deze tendens zal zich naar verwachting doorzetten omdat de elektronische componenten steeds ingewikkelder worden. In 1998 was de productie van elektronische componenten in de Gemeenschap 25 miljard EUR waard. De groei in deze sector wordt voornamelijk veroorzaakt door de markt voor actieve componenten en met name halfgeleiders. De telecommunicatiesector is altijd een grote verbruiker geweest van passieve componenten, hetgeen door de explosieve groei van de mobiele telefonie verder is versterkt.

    (57) In 2000 beliep de productie van telecommunicatieapparatuur in de Gemeenschap 75 miljard EUR. Deze sector heeft de laatste jaren een sterke groei gekend en de productie is in 1999/2000 met 9,7 % gestegen. Volgens het European Information Technology Observatory (EITO) zal de jaarlijkse groei in de regio in de periode 1997-2002 bijna 30 % bedragen en zal het aantal mobiele telefoonaansluitingen in West-Europa bijna 200 miljoen bereiken(10). Dit is een van de weinige hightechindustrieën in Europa met een overschot. Het overschot bedroeg in 2000 17 miljard EUR. Het overschot is in de periode 1994-1998 jaarlijks met 23 % gestegen.

    (58) De Commissie wijst erop dat de desbetreffende bedrijfstakken volgens haar informatie een sterke groei kennen(11) en in sterke mate gericht zijn op uitvoer naar derde landen. Aangezien de groei in deze bedrijfstakken gedurende de laatste vijf jaar gemiddeld meer dan 5 % bedroeg en de groeivooruitzichten positief blijven, kan worden geconcludeerd dat geen sprake is van structurele overcapaciteit.

    (59) Voorts wijst de Commissie erop dat de omzet van Ojala-Yhtymä Oy in 1998 212 miljoen FIM (36 miljoen EUR) was en die van het Ojala-concern in 1999 500 miljoen FIM (84 miljoen EUR). Hoewel de omzetcijfers van de onderneming zijn gebaseerd op verkopen en de marktinformatie van de Commissie in productiewaarde is uitgedrukt, blijkt uit de omzetcijfers van zowel de onderneming als het concern dat zij een marktaandeel hebben van minder dan 1 % op de hierboven beschreven relevante markten.

    (60) Wat de situatie van de betrokken regio betreft, stelt de Commissie vast dat de financiële positie van Haapajärvi in de periode 1998-2000 slecht was en dat de balans een tekort vertoonde. De werkloosheid bedroeg op 31 december 2000 17,3 %. Het inwonertal van Haapajärvi daalde in 1999 met 129 personen, omdat geschoolde jongeren de regio verlaten wegens de slechte vooruitzichten op werk. Het aantal inwoners bedraagt momenteel 8232. Om deze redenen is de Commissie van oordeel dat de regio kan worden beschouwd als achtergebleven regio in de zin van de richtsnoeren inzake regionale steun.

    (61) Wat de voordelen van de steun voor de ontwikkeling van een achtergebleven regio betreft, stelt de Commissie vast dat uit het gesteunde project de enige grote industriële installatie zal voortkomen in deze dunbevolkte regio met een hoge werkloosheid. Het project zal direct 100 arbeidsplaatsen opleveren en kan indirect bijdragen aan het scheppen van een aanzienlijk aantal andere arbeidsplaatsen in de regio, hetgeen de ontvolkingstendens, die zich lijkt voort te zetten wegens het gebrek aan mogelijkheden om werk te vinden, zal helpen tegengaan. Het gesteunde project, waaruit de enige grote onderneming in de regio zal voortkomen, zal derhalve een cruciale rol spelen bij de verbetering van de sociale en economische situatie van de regio in de zin van de richtsnoeren inzake regionale steun.

    (62) Voorts wijst de Commissie erop dat het betrokken project in beginsel ook in aanmerking komt voor regionale investeringssteun in het kader van een goedgekeurde regeling voor investeringssteun. Zonder de door Haapajärvi toegekende ad-hocsteun had de steun voor het project via deze goedgekeurde regeling kunnen worden toegekend. Om deze reden is het positieve effect van de steun op de betrokken regio gelijk aan het effect dat de in het kader van de goedgekeurde regeling toegekende steun zou hebben gehad, ongeacht de vraag door wie de steun werd verleend (bij ad-hocsteun de gemeente Haapajärvi en bij steun in het kader van een goedgekeurde regeling de staat). Het feit dat de investeringssteun zonder de door de gemeente Haapajärvi toegekende ad-hocsteun in het kader van de goedgekeurde regeling zou zijn verleend, betekent dat de voordelen van de steun wat de ontwikkeling van een achtergebleven regio aangaat, als gelijk aan de effecten van de via een goedgekeurde regeling toegekende steun worden beschouwd en als zodanig worden gewaarborgd in de zin van de richtsnoeren inzake regionale steun.

    (63) Rekening houdend met het bovenstaande en met het geringe aandeel van zowel Ojala-Yhtymä Oy als het Ojala-concern op de relevante marktsegmenten, die niet met structurele overcapaciteit te kampen hebben, maar juist een sterke groei doormaken, is de Commissie van oordeel dat de voordelen van de steun voor de betrokken regio opwegen tegen de mogelijke concurrentiedistorsies die eruit voortvloeien. Om deze reden wordt de steun in overeenstemming geacht met de richtsnoeren inzake regionale steun.

    V. CONCLUSIE

    (64) De Commissie betreurt het feit dat Finland de steun in kwestie op onregelmatige wijze heeft toegekend en aldus inbreuk heeft gemaakt op artikel 88, lid 3, van het EG-Verdrag. Aangezien deze steun in overeenstemming met de richtsnoeren inzake regionale steun is toegekend, wordt hij evenwel als verenigbaar met artikel 87, lid 3, van het EG-Verdrag beschouwd,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

    Artikel 1

    De staatssteun ten bedrage van 4,15 miljoen EUR die Finland aan Ojala-Yhtymä Oy heeft toegekend, is verenigbaar met de gemeenschappelijke markt in de zin van artikel 87, lid 3, van het EG-Verdrag.

    Artikel 2

    Deze beschikking is gericht tot de Republiek Finland.

    Gedaan te Brussel, 25 april 2001.

    Voor de Commissie

    Mario Monti

    Lid van de Commissie

    (1) PB C 162 van 10.6.2000, blz. 9.

    (2) Zie voetnoot 1.

    (3) Vertrouwelijke informatie.

    (4) PB C 209 van 10.7.1997, blz. 3.

    (5) PB C 74 van 10.3.1998, blz. 9.

    (6) Kalajokilaakson Kiinteistöpiste Ky LKV, Tuomo Junttila, notaris, erkend makelaar in onroerend goed.

    (7) Ten tijde van de aanmelding van de steun was Haapajärvi ingedeeld als doelstelling 1-regio. Voor 2000-2006 is Haapajärvi ingedeeld als doelstelling 2-regio.

    (8) Zie voetnoot 3.

    (9) Eurostat: Panorama of European Industry 1999.

    (10) Eurostat: Panorama of European Industry 1999.

    (11) De gemiddelde groei van de industriële productie in de periode 1995-2000 bedroeg 2,54 % (Eurostat).

    Top