Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31998R1367

Verordening (EG) nr. 1367/98 van de Commissie van 29 juni 1998 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 94/92 tot vaststelling van nadere bepalingen inzake de regeling voor de invoer uit derde landen, als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad (Voor de EER relevante tekst)

PB L 185 van 30.6.1998, p. 11–12 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 07/05/2008; stilzwijgende opheffing door 32008R0345

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1998/1367/oj

31998R1367

Verordening (EG) nr. 1367/98 van de Commissie van 29 juni 1998 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 94/92 tot vaststelling van nadere bepalingen inzake de regeling voor de invoer uit derde landen, als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 185 van 30/06/1998 blz. 0011 - 0012


VERORDENING (EG) Nr. 1367/98 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 1998 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 94/92 tot vaststelling van nadere bepalingen inzake de regeling voor de invoer uit derde landen, als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad (Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad van 24 juni 1991 inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1488/97 van de Commissie (2), en met name op artikel 11,

Overwegende dat in artikel 11, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 is bepaald dat uit derde landen ingevoerde producten slechts in de handel mogen worden gebracht als zij van oorsprong zijn uit een derde land dat is opgenomen in een lijst die is opgesteld met inachtneming van de in lid 2 van dat artikel vastgestelde voorwaarden; dat een dergelijke lijst is vastgesteld in de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 94/92 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 314/97 (4);

Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 314/97 Hongarije en Zwitserland in de in artikel 11, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde lijst zijn opgenomen voor een periode die afloopt op 30 juni 1998, met de bedoeling om in deze periode bepaalde aspecten van de tenuitvoerlegging, in deze landen, van voorschriften die gelijkwaardig zijn aan die van Verordening (EEG) nr. 2092/91, grondig te verifiëren;

Overwegende dat bij een door de Commissie ter plaatse uitgevoerd onderzoek is gebleken dat in Hongarije voorschriften ten uitvoer zijn gelegd die gelijkwaardig zijn aan die van Verordening (EEG) nr. 2092/91;

Overwegende dat Zwitserland een nieuwe controle-instantie heeft erkend, die de door het Zwitserse besluit inzake de biologische landbouw voorgeschreven inspecties zal uitvoeren;

Overwegende dat voor de effectieve toepassing van de regeling moet worden bepaald welke instanties in elk derde land belast zijn met de afgifte van het in artikel 11, lid 1, onder b), van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde controlecertificaat;

Overwegende dat Australië wijzigingen in zijn controleregeling heeft gemeld; dat de controles op de marktdeelnemers in dit land momenteel worden uitgevoerd door particuliere controle-instanties die onder toezicht staan van een overheidsinstantie;

Overwegende dat Israël heeft bevestigd dat de inspectie en de certificering van biologische producten zullen worden uitgevoerd door het Ministerie van Landbouw;

Overwegende dat op grond van het onderzoek van de door vorengenoemde derde landen verstrekte informatie is geconcludeerd dat de voorwaarden gelijkwaardig zijn aan die van de communautaire wetgeving;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 bedoelde comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EEG) nr. 94/92 wordt gewijzigd zoals is aangegeven in de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 1998.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 1998.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB L 198 van 22. 7. 1991, blz. 1.

(2) PB L 202 van 30. 7. 1997, blz. 12.

(3) PB L 11 van 17. 1. 1992, blz. 14.

(4) PB L 51 van 21. 2. 1997, blz. 34.

BIJLAGE

1. De punten 3 en 4 van de tekst betreffende Australië worden vervangen door:

"3. Controle-instanties:

- Australian Quarantine Inspection Service (AQIS)

- Bio-dynamic Research Institute (BDRI)

- Biological Farmers of Australia (BFA)

- Organic Vignerons Association of Australia Inc. (OVAA)

- Organic Herb Growers of Australia Inc. (OHGA)

- National Association of Sustainable Agriculture, Australia (NASAA)

4. Instanties die het certificaat afgeven: idem als in punt 3.".

2. Punt 5 van de tekst betreffende Hongarije wordt vervangen door:

"5. Geldigheidsduur van de opneming in de lijst: tot en met 30 juni 2000.".

3. De punten 3 en 4 van de tekst betreffende Israël worden vervangen door:

"3. Controle-instantie: Ministerie van Landbouw.

4. Instantie die het certificaat afgeeft: idem als in punt 3.".

4. De punten 1, 3, 4 en 5 van de tekst betreffende Zwitserland worden vervangen door:

"1. Productcategorieën:

a) onverwerkte plantaardige landbouwproducten in de zin van artikel 1, lid 1, onder a), van Verordening (EEG) nr. 2092/91, met uitzondering van de producten die zijn voortgebracht tijdens de omschakelingsperiode als bedoeld in artikel 5, lid 5, van voornoemde verordening;

b) producten bestemd voor menselijke voeding, die hoofdzakelijk bestaan uit één of meer ingrediënten van plantaardige oorsprong, in de zin van artikel 1, lid 1, onder b), van Verordening (EEG) nr. 2092/91, met uitzondering van de producten bedoeld in artikel 5, lid 5, van voornoemde verordening, die een ingrediënt van agrarische oorsprong bevatten die is geproduceerd tijdens de omschakelingsperiode.".

"3. "Vereinigung Schweizerischer Biologischer Landbauorganisationen" (VSBLO), "Institut für Marktökologie" (IMO), "Forschungsinstitut für Biologischen Landbau" (FIBL) en "Association suisse pour systèmes de qualité et management" (SQS).

4. Instantie die het certificaat afgeeft: idem als in punt 3.

5. Geldigheidsduur van de opening in de lijst: tot en met 31 december 2002.".

Top