EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31998D0139

98/139/EG: Beschikking van de Commissie van 4 februari 1998 houdende enige bepalingen inzake de door deskundigen van de Commissie in de lidstaten op veterinair gebied verrichte controles ter plaatse (Voor de EER relevante tekst)

PB L 38 van 12.2.1998, p. 10–13 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1998/139/oj

31998D0139

98/139/EG: Beschikking van de Commissie van 4 februari 1998 houdende enige bepalingen inzake de door deskundigen van de Commissie in de lidstaten op veterinair gebied verrichte controles ter plaatse (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 038 van 12/02/1998 blz. 0010 - 0013


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 4 februari 1998 houdende enige bepalingen inzake de door deskundigen van de Commissie in de lidstaten op veterinair gebied verrichte controles ter plaatse (Voor de EER relevante tekst) (98/139/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 64/433/EEG van de Raad van 26 juni 1964 inzake gezondheidsvraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in vers vlees (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 95/23/EG (2), en met name op artikel 12, alsmede op de overeenkomstige bepalingen van de andere richtlijnen en beschikkingen op veterinair gebied, met name die welke de gezondheidsvraagstukken betreffen die de intracommunautaire handel in producten van dierlijke oorsprong beïnvloeden, die welke de vereisten inzake de gezondheid van dieren voor de intracommunautaire handel in levende dieren en in producten van dierlijke oorsprong behelzen, die welke het onderzoek van dieren en van vers vlees op de aanwezigheid van residuen betreffen, die waarbij maatregelen ter bestrijding of uitroeiing van bepaalde ziekten worden ingevoerd, die waarbij normen voor het welzijn van dieren worden vastgesteld, die waarbij financiële acties voor de uitroeiing van bepaalde ziekten worden ingevoerd en die betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied,

Overwegende dat de Commissie de algemene uitvoeringsbepalingen dient vast te stellen die de voorwaarden behelzen waaronder de controles ter plaatse als vermeld in de betrokken richtlijnen en beschikkingen in samenwerking met de betrokken lidstaten dienen te worden uitgevoerd;

Overwegende dat de Commissie in het raam van de controles ter plaatse als bedoeld in artikel 12 van Richtlijn 64/433/EEG en in artikel 10 van Richtlijn 71/118/EEG van de Raad van 15 februari 1971 inzake gezondheidsvraagstukken op het gebied van de productie en het in de handel brengen van vers vlees van pluimvee (3), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 96/23/EG (4), onverwacht de toepassing van de bepalingen van Richtlijn 85/73/EEG van de Raad van 29 januari 1985 inzake de financiering van de keuringen en veterinaire controles zoals bedoeld in de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG, 90/675/EEG en 91/496/EEG (5), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 96/43/EG (6), kan controleren;

Overwegende dat waar het ter waarborging van de eenvormige toepassing van de communautaire wetgeving nodig is, de controles ter plaatse dienen te worden ingepast in programma's die na bespreking met de betrokken lidstaten en een gedachtenwisseling in het Permanent Veterinair Comité worden vastgesteld;

Overwegende dat de samenwerking tijdens de controles ter plaatse moet worden voortgezet en dat het voorts mogelijk dient te zijn dat de deskundigen van de Commissie worden vergezeld door deskundigen die door de Commissie zijn aangewezen en aan bepaalde verplichtingen zijn onderworpen en wier reis- en verblijfkosten worden vergoed;

Overwegende dat doelmatigheidshalve voor de verzending, door de Commissie, van de resultaten van de controles ter plaatse aan de lidstaten waar de controles werden uitgevoerd alsmede voor de ontvangst van de opmerkingen van die lidstaten, termijnen dienen te gelden;

Overwegende dat het noodzakelijk is zich ervan te vergewissen dat de betrokken lidstaten met de resultaten van de controles ter plaatse rekening houden;

Overwegende dat ter wille van de transparantie het Europees Parlement, de consumenten en de producenten binnen de grenzen van het Verdrag, en met name met inachtneming van de geheimhoudingsplicht uit hoofde van artikel 214 ervan, over de bevindingen bij de controles ter plaatse en over de naar aanleiding daarvan aanbevolen maatregelen dienen te worden ingelicht;

Overwegende dat tevens dient te worden voorzien in een snelle procedure die het mogelijk maakt om zo nodig communautaire beschikkingen te geven, met name in gevallen waarin controles ter plaatse een ernstig gevaar voor de gezondheid aan het licht hebben gebracht of werd vastgesteld dat na de controles als onontbeerlijk erkende maatregelen niet zijn genomen;

Overwegende dat Beschikking 96/345/EG van de Commissie (7) duidelijkheidshalve dient te worden ingetrokken;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Veterinair Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1. Deze beschikking behelst enige bepalingen inzake de door deskundigen van de Commissie in de lidstaten op veterinair gebied uitgevoerde controles ter plaatse.

Voor de doeleinden van deze beschikking wordt onder "controles ter plaatse op veterinair gebied", hierna "controles" genoemd, verstaan, acties van nazicht ("audits") die nodig zijn om ervoor te zorgen dat de bepalingen van de communautaire wetgeving op eenvormige wijze worden nageleefd.

2. De bepalingen van deze beschikking gelden onverminderd die van tussen de Europese Gemeenschap en derde landen gesloten overeenkomsten inzake op de handel in levende dieren en in dierlijke producten toepasselijke sanitaire maatregelen.

Artikel 2

De controles worden in elke lidstaat verricht. De Commissie stelt voor de betrokken wetgeving een algemeen controleprogramma op dat zij voor een gedachtenwisseling aan het Permanent Veterinair Comité voorlegt.

Het algemeen programma bevat gegevens over alle door de Commissie in het kader van de in controles te ondernemen acties.

Artikel 3

1. De controleprogramma's worden in samenwerking met de betrokken lidstaat, die daartoe een of meer deskundigen aanwijst, georganiseerd en uitgevoerd.

2. Na bespreking met de betrokken lidstaat kan de Commissie bepaalde controles uitstellen of vervroegen of bijkomende controles verrichten wanneer zij dat, met name om gezondheidsredenen, om redenen van welzijn van dieren of op grond van de resultaten van eerder uitgevoerde controles, nodig acht.

3. In ieder geval geeft de Commissie ten minste tien werkdagen voor de aanvang van het controleprogramma daarvan kennis aan de betrokken lidstaat.

Artikel 4

1. Naast deskundigen van de geïnspecteerde lidstaat kunnen de deskundigen van de Commissie tijdens de controles door een of meer overeenkomstig lid 2 in een lijst opgenomen deskundigen van een of meer andere lidstaten worden vergezeld.

Wanneer controles worden georganiseerd, kan de lidstaat waar deze controles zullen worden uitgevoerd, de deelneming door een deskundige uit een andere lidstaat afwijzen. Van deze mogelijkheid mag slechts eenmaal gebruik worden gemaakt.

2. Elke lidstaat draagt aan de Commissie ten minste twee deskundigen voor met specifieke expertise op met name genoemde vakgebieden en deelt haar hun naam, specialisatie, juiste officiële adres, telefoon- en faxnummer mede.

De Commissie houdt een lijst van deze deskundigen bij en raadpleegt de bevoegde autoriteit van de lidstaat van de deskundige alvorens deze laatste uit te nodigen de deskundigen van de Commissie tijdens de in lid 1 bedoelde controles te vergezellen.

Indien een lidstaat van oordeel is dat een van de door hem voorgedragen deskundigen niet langer in de lijst behoort te zijn opgenomen, stelt hij de Commissie daarvan in kennis. Indien het aantal deskundigen hierdoor kleiner wordt dan het vereiste minimumaantal, draagt de lidstaat een of meer vervangers aan de Commissie voor.

Artikel 5

1. Tijdens de controles houdt (houden) de door de Commissie aangewezen deskundige(n) van een lidstaat zich aan de administratieve instructies van de Commissie.

2. De gegevens die de deskundige(n) van de lidstaat tijdens de controles heeft (hebben) verkregen, respectievelijk de conclusies waartoe deze is (zijn) gekomen, mogen in geen geval voor persoonlijke doeleinden worden gebruikt, noch mag daaraan bekendheid worden gegeven aan niet tot de bevoegde diensten van de Commissie of van de lidstaten behorende personen.

3. De reis- en verblijfkosten die de door de Commissie aangewezen deskundige(n) van een lidstaat hebben gedragen, worden vergoed overeenkomstig de voorschriften van de Commissie inzake de reis- en verblijfkosten van niet tot haar personeel behorende personen die door haar met een opdracht als deskundige worden belast.

Artikel 6

1. Een lidstaat op het grondgebied waarvan overeenkomstig deze beschikking controles worden verricht, verleent de deskundigen van de Commissie en de door haar aangewezen deskundigen de hulp waarom zij voor de vervulling van hun taken verzoeken. Met name wordt het deze deskundigen mogelijk gemaakt om op gelijke voet met de functionarissen van de bevoegde autoriteit, alle betrokken personen te ontmoeten, alle informatie en documentatie te raadplegen en toegang tot de plaatsen, inrichtingen, installaties en vervoermiddelen te verkrijgen om de controles uit te voeren.

2. Onverminderd artikel 5, lid 1, houden de deskundigen zich tijdens de controles aan de administratieve instructies waaraan de in lid 1 bedoelde functionarissen van de bevoegde autoriteiten van de lidstaat zich moeten houden.

Artikel 7

1. Zodra de controles zijn beëindigd, stellen de deskundigen van de Commissie de betrokken lidstaat mondeling van hun bevindingen in kennis en, in voorkomend geval, van de door hen noodzakelijk geachte corrigerende maatregelen alsmede van de mate van spoedeisendheid daarvan.

Binnen 20 werkdagen bevestigt de Commissie de resultaten van de controles in een schriftelijk verslag, mits bijkomende gegevens waarom tijdens de controles is gevraagd maar die toen niet beschikbaar waren, zijn ontvangen.

De betrokken lidstaat deelt binnen 25 werkdagen na ontvangst van het schriftelijk verslag van de Commissie, zijn opmerkingen mede.

In geval van nood evenwel, of indien tijdens de controle ter plaatse een aanmerkelijk risico voor de gezondheid of voor het welzijn van dieren is vastgesteld, wordt de lidstaat zo spoedig mogelijk en in ieder geval binnen tien werkdagen na afloop van de controleopdracht over de bevindingen daarvan in een schriftelijk verslag ingelicht. De lidstaat deelt zijn opmerkingen eveneens zo spoedig mogelijk mede en in ieder geval binnen tien werkdagen na ontvangst van het schriftelijk verslag van de Commissie.

Bij het verschaffen van inlichtingen over de bevindingen van controleopdrachten neemt de Commissie met name de vereisten van artikel 214 van het Verdrag in acht.

Deze bepalingen laten de bevoegdheid van de Commissie om krachtens de bepalingen van de communautaire wetgeving op veterinair gebied voorlopige beschermingsmaatregelen te treffen, onverlet.

2. De lidstaat neemt de corrigerende maatregelen om met de uitkomsten van de verrichte controles rekening te houden.

3. Indien de deskundigen van de Commissie tijdens de controles op belangrijke gevallen van niet-naleving van de communautaire wetgeving in een lidstaat of in een of meer regio's van die lidstaat stuiten, moet die lidstaat op verzoek van de Commissie een grondig onderzoek naar de algemene situatie in het betrokken gebied instellen. De lidstaat kan dit onderzoek in voorkomend geval na raadpleging van de Commissie tot de regio of regio's beperken waarop het controleprogramma betrekking heeft; hij stelt de Commissie binnen de door haar gestelde termijn van de uitkomst van deze controles alsmede van de maatregelen die zijn genomen om de situatie te verhelpen, in kennis.

4. Indien na de controles de betrokken lidstaat binnen de gestelde termijn geen passende corrigerende maatregelen heeft genomen, neemt de Commissie, met name in het geval dat deze controles een ernstig gevaar voor de volksgezondheid of voor de gezondheid of het welzijn van dieren aan het licht hebben gebracht, volgens de procedure van artikel 17 van Richtlijn 89/662/EEG van de Raad (8), alle maatregelen die zij nodig acht.

Artikel 8

1. In het kader van het Permanent Veterinair Comité stelt de Commissie geregeld alle lidstaten door middel van schriftelijke verslagen van de bevindingen van de in elke lidstaat verrichte controles ter plaatse en van de naar aanleiding daarvan aanbevolen maatregelen in kennis.

De Commissie stelt het Europees Parlement van deze bevindingen en aanbevelingen in kennis.

De Commissie stelt deze bevindingen en aanbevelingen tevens regelmatig voor het publiek beschikbaar.

2. Wanneer de Commissie en de lidstaten de in dit artikel bedoelde acties ondernemen, nemen zij met name de vereisten van artikel 214 van het Verdrag in acht.

Artikel 9

Vóór 31 december 1998 worden de bepalingen van deze beschikking opnieuw bezien aan de hand van een aan de lidstaten gericht verslag van de Commissie.

Artikel 10

Beschikking 96/345/EG wordt ingetrokken.

Artikel 11

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 4 februari 1998.

Voor de Commissie

Emma BONINO

Lid van de Commissie

(1) PB 121 van 29. 7. 1964, blz. 2012/64.

(2) PB L 243 van 11. 10. 1995, blz. 7.

(3) PB L 55 van 8. 3. 1971, blz. 23.

(4) PB L 125 van 23. 5. 1996, blz. 10.

(5) PB L 32 van 5. 2. 1985, blz. 14.

(6) PB L 162 van 1. 7. 1996, blz. 1.

(7) PB L 133 van 4. 6. 1996, blz. 29.

(8) PB L 395 van 30. 12. 1989, blz. 13.

Top