EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31997L0004

Richtlijn 97/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 1997 houdende wijziging van Richtlijn 79/112/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lidstaten inzake etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame

PB L 43 van 14.2.1997, p. 21–23 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 25/05/2000

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1997/4/oj

31997L0004

Richtlijn 97/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 1997 houdende wijziging van Richtlijn 79/112/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lidstaten inzake etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame

Publicatieblad Nr. L 043 van 14/02/1997 blz. 0021 - 0023


RICHTLIJN 97/4/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 27 januari 1997 houdende wijziging van Richtlijn 79/112/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lidstaten inzake etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A,

Gelet op Richtlijn 79/112/EEG van de Raad van 18 december 1978 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lidstaten inzake etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame (1), inzonderheid op artikel 6, lid 2, onder c), en lid 3, artikel 7,

Gezien het voorstel van de Commissie (2),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (3),

Volgens de procedure van artikel 189 B van het Verdrag (4) en gezien de op 16 oktober 1996 door het bemiddelingscomité goedgekeurde gemeenschappelijke ontwerptekst,

Overwegende dat, in het kader van de interne markt, het gebruik van de naam die in de Lidstaat van vervaardiging gebruikelijk is eveneens dient te worden toegestaan voor producten die bestemd zijn om in een andere Lidstaat te worden verkocht;

Overwegende dat met het tweeledige doel de verbruikers beter te informeren en eerlijke handelstransacties te waarborgen, de etiketteringsvoorschriften verder moeten worden verbeterd wat betreft de vermelding van de precieze aard en de eigenschappen van de producten;

Overwegende dat overeenkomstig de regels van het Verdrag de bepalingen inzake verkoopbenamingen onderworpen blijven aan de in artikel 2 vermelde algemene regels inzake de etikettering en meer in het bijzonder aan het beginsel dat deze niet van dien aard mogen zijn dat zij de verbruiker misleiden omtrent de kenmerken van het levensmiddel;

Overwegende dat het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen verschillende arresten heeft gewezen waarin het zich voorstander verklaart van een gedetailleerde etikettering en met name van de verplichting een passend etiket aan te brengen waarop de eigenschappen van het verkochte product zijn vermeld; dat dit middel, dat de verbruiker in staat stelt met kennis van zaken zijn keuze te bepalen, het meest geschikt is omdat het het vrije handelsverkeer het minst belemmert;

Overwegende dat het de taak van de Gemeenschap is deze jurisprudentie in wettelijke maatregelen om te zetten,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 79/112/EEG wordt als volgt gewijzigd:

1. na de zesde overweging wordt de volgende tekst toegevoegd:

"Overwegende dat dit vereiste impliceert dat de Lidstaten met inachtneming van de bepalingen van het Verdrag, bepaalde eisen inzake taalgebruik kunnen stellen;";

2. aan artikel 3, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

"2 bis. de hoeveelheid van bepaalde ingrediënten of categorieën ingrediënten overeenkomstig artikel 7;";

3. artikel 5, lid 1, wordt vervangen door:

"1. De verkoopbenaming van een levensmiddel is de benaming van dat levensmiddel vermeld in de hierop toepasselijke communautaire bepalingen.

a) Bij ontbreken van communautaire bepalingen is de verkoopbenaming de benaming vermeld in de wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen die van toepassing zijn in de Lidstaat waar het levensmiddel aan de eindverbruiker of aan instellingen wordt verkocht.

Bij ontbreken van dergelijke bepalingen is de verkoopbenaming de benaming die gebruikelijk is in de Lidstaat waar het levensmiddel aan de eindverbruiker of aan instellingen wordt verkocht, dan wel een omschrijving van het levensmiddel en, zo nodig, van de wijze waarop dit kan worden gebruikt, die zo duidelijk is gesteld dat de koper daaruit de ware aard van het product kan opmaken en het kan onderscheiden van producten waarmee het zou kunnen worden verward.

b) Het gebruik in de Lidstaat van verkoop van de verkoopbenaming waaronder het product in de Lidstaat van vervaardiging op wettige wijze wordt vervaardigd en verkocht, is eveneens toegestaan.

Indien evenwel de toepassing van de overige bepalingen van deze richtlijn, met name de bepalingen van artikel 3, de verbruiker in de Lidstaat van verkoop niet in staat stelt de ware aard van het product te kennen en het te onderscheiden van levensmiddelen waarmee het zou kunnen worden verward, dient de verkoopbenaming vergezeld te gaan van beschrijvende vermeldingen die dicht bij de verkoopbenaming staan.

c) In uitzonderlijke gevallen mag de verkoopbenaming van de Lidstaat van vervaardiging niet in de Lidstaat van verkoop worden gebruikt, als het daarmee aangeduide levensmiddel qua samenstelling of vervaardigingswijze zo sterk afwijkt van het onder die naam bekende levensmiddel dat het onder b) bepaalde niet voldoende is om een correcte voorlichting van de verbruiker in de Lidstaat van verkoop te waarborgen.";

4. artikel 6, lid 2, onder c), wordt vervangen door:

"c) Producten die uit één ingrediënt bestaan:

- wanneer de verkoopbenaming en de naam van het ingrediënt identiek zijn, of

- wanneer aan de hand van de verkoopbenaming de aard van het ingrediënt duidelijk kan worden vastgesteld.";

5. artikel 6, lid 5, onder b), eerste streepje, (Richtlijn 79/112/EEG) wordt vervangen door:

"- mogen ingrediënten die behoren tot een van de categorieën van bijlage I en die bestanddelen zijn van een ander levensmiddel, enkel met de naam van deze categorie worden vermeld.

De lijst van categorieën in bijlage I kan volgens de procedure van artikel 17 worden gewijzigd.

De in bijlage I opgenomen benaming "zetmeel" moet echter altijd worden aangevuld met een aanduiding van de specifieke plantaardige oorsprong, als dat ingrediënt gluten kan bevatten.";

6. artikel 6, lid 5, onder b), tweede streepje, (Richtlijn 79/112/EEG) wordt vervangen door:

"- moeten ingrediënten die behoren tot een van de categorieën van bijlage II, worden aangeduid met de naam van die categorie, gevolgd door hun specifieke naam of EEG-nummer; als een ingrediënt tot meer dan een categorie behoort, wordt de categorie vermeld die past bij de voornaamste functie in het betrokken levensmiddel.

Wijzigingen in deze bijlage op grond van vooruitgang in de wetenschappelijke en technische kennis worden volgens de procedure van artikel 17 vastgesteld.

De in bijlage II opgenomen benaming "gemodificeerd zetmeel" moet echter altijd worden aangevuld met een aanduiding van de specifieke plantaardige oorsprong, als dat ingrediënt gluten kan bevatten.";

7. artikel 7 wordt vervangen door:

"Artikel 7

1. De hoeveelheid van een ingrediënt of categorie ingrediënten die bij de vervaardiging of bereiding van een levensmiddel is gebruikt, wordt vermeld overeenkomstig dit artikel.

2. Deze vermelding is verplicht:

a) wanneer het desbetreffende ingrediënt of de desbetreffende categorie ingrediënten voorkomt in de verkoopbenaming of door de verbruiker gewoonlijk met de verkoopbenaming geassocieerd wordt, of

b) wanneer het desbetreffende ingrediënt of de desbetreffende categorie ingrediënten opvallend in woord of beeld of als grafische voorstelling is aangegeven op de etikettering, of

c) wanneer het desbetreffende ingrediënt of de desbetreffende categorie ingrediënten van wezenlijk belang is om een levensmiddel te karakteriseren en het te onderscheiden van de producten waarmee het vanwege zijn benaming of aanblik zou kunnen worden verward, of

d) in de volgens de procedure van artikel 17 bepaalde gevallen.

3. Lid 2 is niet van toepassing:

a) op een ingrediënt of categorie ingrediënten:

- waarvan het netto-uitlekgewicht is aangegeven overeenkomstig artikel 8, lid 4, of

- waarvan de hoeveelheid reeds krachtens de communautaire voorschriften op het etiket moet worden vermeld,

- dat/die in kleine doses ter verhoging van het aroma wordt toegevoegd,

- dat/die weliswaar voorkomt in de verkoopbenaming, maar niet van dien aard is dat het/zij de keuze van de verbruiker in het land van verkoop bepaalt omdat de variërende hoeveelheid niet van wezenlijk belang is om het levensmiddel te karakteriseren of het niet van soortgelijke levensmiddelen onderscheidt. In twijfelgevallen wordt volgens de procedure van artikel 17 beslist of aan de in dit streepje vermelde voorwaarden is voldaan;

b) wanneer specifieke communautaire voorschriften de hoeveelheid van het ingrediënt of van de categorie ingrediënten nauwkeurig bepalen, zonder voor te schrijven dat deze op het etiket vermeld moeten worden;

c) in de gevallen bedoeld in artikel 6, lid 5, onder a), vierde en vijfde streepje;

d) in de volgens de procedure van artikel 17 bepaalde gevallen.

4. De te vermelden hoeveelheid, uitgedrukt in procenten, stemt overeen met de hoeveelheid van het ingrediënt of de ingrediënten op het ogenblik waarop zij werden gebruikt. Voor bepaalde levensmiddelen kunnen communautaire voorschriften evenwel voorzien in afwijkingen van dit principe. Deze voorschriften worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 17.

5. De in lid 1 bedoelde vermelding moet voorkomen in de verkoopbenaming van het levensmiddel of in de onmiddellijke nabijheid daarvan, dan wel in de lijst van de ingrediënten in samenhang met het betrokken ingrediënt of de betrokken categorie ingrediënten.

6. Dit artikel is van toepassing onverminderd de communautaire voorschriften inzake voedingswaarde-etikettering van levensmiddelen.";

8. het volgende artikel wordt ingevoegd:

"Artikel 13 bis

1. De Lidstaten dragen er zorg voor op hun grondgebied de handel te verbieden in levensmiddelen waarop de in artikel 3 en in artikel 4, lid 2, bedoelde vermeldingen niet zijn aangebracht in een voor de verbruiker gemakkelijk te begrijpen taal, behalve indien de voorlichting van de verbruiker daadwerkelijk voor één of meer etiketteringsvermeldingen gewaarborgd is door andere, volgens de procedure van artikel 17 vastgestelde maatregelen.

2. De Lidstaat waar het product wordt verkocht, kan, met inachtneming van de bepalingen van het Verdrag, eisen dat op zijn grondgebied voor deze vermeldingen op de etikettering ten minste gebruik gemaakt wordt van één of meer talen die hij uit de officiële talen van de Gemeenschap kiest.

3. De bepalingen van de leden 1 en 2 vormen geen beletsel voor het aanbrengen van vermeldingen in meer dan één taal.";

9. artikel 14, tweede alinea, wordt geschrapt.

Artikel 2

Indien nodig wijzigen de Lidstaten hun wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen zodanig dat:

- de handel in producten die aan deze richtlijn voldoen uiterlijk op 14 augustus 1998 wordt toegestaan,

- de handel in producten die niet aan deze richtlijn voldoen uiterlijk op 14 februari 2000 wordt verboden. De handel in producten die niet aan deze richtlijn voldoen, maar die vóór genoemde datum zijn geëtiketteerd, is evenwel toegestaan tot de voorraden zijn uitverkocht.

Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de Lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de Lidstaten.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de Lidstaten.

Gedaan te Brussel, 27 januari 1997.

Voor het Europees Parlement

De Voorzitter

J. M. GIL-ROBLES

Voor de Raad

De Voorzitter

G. ZALM

(1) PB nr. L 33 van 8. 2. 1979, blz. 1. Laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 93/102/EG van de Commissie (PB nr. L 291 van 25. 11. 1993, blz. 14).

(2) PB nr. C 122 van 14. 5. 1992, blz. 12, en PB nr. C 118 van 29. 4. 1994, blz. 6.

(3) PB nr. C 332 van 16. 12. 1992, blz. 3.

(4) Advies van het Europees Parlement van 27 oktober 1993 (PB nr. C 315 van 22. 11. 1993, blz. 102), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 15 juni 1995 (PB nr. C 182 van 15. 7. 1995, blz. 1), besluit van het Europees Parlement van 25 oktober 1995 (PB nr. C 308 van 20. 11. 1995, blz. 30), besluit van het Europees Parlement van 10 december 1996 en besluit van de Raad van 10 januari 1997.

VERKLARING VAN DE COMMISSIE

De Commissie stemt in met de wijziging van artikel 6, lid 5, onder b), eerste en tweede streepje, van Richtlijn 79/112/EEG. De Commissie verplicht zich ertoe zo spoedig mogelijk volgens de procedure van artikel 17 een voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de bijlagen I en II van Richtlijn 79/112/EEG voor te leggen aan het Permanent Comité voor levensmiddelen, teneinde de bijlagen aan te passen aan de nieuwe tekst van artikel 6.

Top