Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31997D0362

97/362/EG: Beschikking van de Commissie van 21 mei 1997 waarbij in beginsel wordt erkend dat de dossiers die zijn ingediend voor een grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van carfentrazone-ethyl, fosthiazate en fluthiamide in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (Voor de EER relevante tekst)

PB L 152 van 11.6.1997, p. 31–32 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1997/362/oj

31997D0362

97/362/EG: Beschikking van de Commissie van 21 mei 1997 waarbij in beginsel wordt erkend dat de dossiers die zijn ingediend voor een grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van carfentrazone-ethyl, fosthiazate en fluthiamide in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 152 van 11/06/1997 blz. 0031 - 0032


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 21 mei 1997 waarbij in beginsel wordt erkend dat de dossiers die zijn ingediend voor een grondig onderzoek met het oog op de eventuele opneming van carfentrazone-ethyl, fosthiazate en fluthiamide in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, volledig zijn (Voor de EER relevante tekst) (97/362/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 96/68/EG van de Commissie (2), en met name op artikel 6, lid 3,

Overwegende dat Richtlijn 91/414/EEG voorziet in de opstelling van een communautaire lijst van toegelaten werkzame stoffen in bestrijdingsmiddelen;

Overwegende dat bij de autoriteiten van twee lidstaten dossiers zijn ingediend met het oog op de opneming van drie werkzame stoffen in bijlage I bij de genoemde richtlijn;

Overwegende dat FMC Europe NV op 14 februari 1996 bij de Franse autoriteiten een dossier heeft ingediend betreffende de werkzame stof carfentrazone-ethyl;

Overwegende dat ISK Biosciences Division op 5 maart 1996 bij de autoriteiten van het Verenigd Koninkrijk een dossier heeft ingediend betreffende de werkzame stof fosthiazate;

Overwegende dat Bayer SA op 1 februari 1996 bij de Franse autoriteiten een dossier heeft ingediend betreffende de werkzame stof fluthiamide;

Overwegende dat de genoemde autoriteiten de Commissie de resultaten hebben medegedeeld van een eerste onderzoek naar de volledigheid van de betrokken dossiers ten aanzien van de gegevens en informatie die zijn voorgeschreven in bijlage II en, voor ten minste één gewasbeschermingsmiddel dat de betrokken werkzame stof bevat, in bijlage III bij genoemde richtlijn; dat de bedrijven de dossiers vervolgens overeenkomstig artikel 6, lid 2, van die richtlijn hebben doen toekomen aan de Commissie en aan de andere lidstaten;

Overwegende dat de dossiers betreffende carfentrazone-ethyl, fosthiazate en fluthiamide aan het Permanent Plantenziektekundig Comité zijn voorgelegd op 19 december 1996;

Overwegende dat krachtens artikel 6, lid 3, van Richtlijn 91/414/EEG op het niveau van de Gemeenschap dient te worden bevestigd dat elk dossier moet worden geacht in beginsel te voldoen aan de in bijlage II vervatte voorschriften inzake gegevens en informatie en, voor ten minste één gewasbeschermingsmiddel dat de betrokken werkzame stof bevat, aan de in bijlage III bij die richtlijn vervatte desbetreffende voorschriften;

Overwegende dat deze bevestiging nodig is om het grondige onderzoek van elk dossier te kunnen uitvoeren en om het voor de lidstaten mogelijk te maken gewasbeschermingsmiddelen met deze werkzame stof voorlopig toe te laten met inachtneming van de in artikel 8, lid 1, van Richtlijn 91/414/EEG gestelde voorwaarden, en met name de voorwaarde dat de werkzame stof en het gewasbeschermingsmiddel moeten worden onderworpen aan een grondige beoordeling in het licht van de voorschriften van die richtlijn;

Overwegende dat dit niet uitsluit dat het bedrijf kan worden gevraagd verdere gegevens of informatie te verstrekken indien dat tijdens het grondige onderzoek nodig blijkt om een besluit te kunnen nemen;

Overwegende dat tussen de lidstaten en de Commissie is overeengekomen dat Frankrijk het grondige onderzoek van de dossiers betreffende carfentrazone-ethyl en fluthiamide zal verrichten en het Verenigd Koninkrijk dat van het dossier betreffende fosthiazate;

Overwegende dat Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk conclusies van hun onderzoeken - vergezeld van eventuele aanbevelingen met betrekking tot de vraag of de betrokken werkzame stof al dan niet in bijlage I van Richtlijn 91/414/EEG moet worden opgenomen, en welke voorwaarden eventueel aan die opneming moeten worden verbonden - zo spoedig mogelijk en in elk geval binnen één jaar in verslagen aan de Commissie zullen mededelen; dat na ontvangst van deze verslagen het grondige onderzoek zal worden voortgezet met de deskundige inbreng van alle lidstaten in het kader van het Permanent Plantenziektekundig Comité;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De onderstaande dossiers worden geacht in beginsel te voldoen aan de in bijlage II vervatte voorschriften inzake gegevens en informatie en, voor één gewasbeschermingsmiddel dat de betrokken werkzame stof bevat, aan de in bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG vervatte desbetreffende voorschriften:

1. het dossier dat FMC Europe NV bij de Commissie en de lidstaten heeft ingediend met het oog op de opneming van carfentrazone-ethyl als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en dat op 19 december 1996 is voorgelegd aan het Permanent Plantenziektekundig Comité;

2. het dossier dat ISK Biosciences Division bij de Commissie en de lidstaten heeft ingediend met het oog op de opneming van fosthiazate als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en dat op 19 december 1996 is voorgelegd aan het Permanent Plantenziektekundig Comité;

3. het dossier dat Bayer SA bij de Commissie en de lidstaten heeft ingediend met het oog op de opneming van fluthiamide als werkzame stof in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG en dat op 19 december 1996 is voorgelegd aan het Permanent Plantenziektekundig Comité.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 21 mei 1997.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 230 van 19. 8. 1991, blz. 1.

(2) PB nr. L 277 van 30. 10. 1996, blz. 25.

Top