31994R2296

VERORDENING (EG) Nr. 2296/94 VAN DE COMMISSIE van 23 september 1994 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1222/94 tot vaststelling van de gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor de regeling aangaande de toekenning van restituties bij uitvoer en de criteria voor de vaststelling van het restitutiebedrag betreffende bepaalde landbouwprodukten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage II van het Verdrag vallen, en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1651/94

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwprodukten verkregen goederen (1), inzonderheid op artikel 8, lid 3,

Overwegende dat de bepalingen van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1222/94 van de Commissie van 30 mei 1994 tot vaststelling van de gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor de regeling aangaande de toekenning van restituties bij uitvoer en de criteria voor de vaststelling van het restitutiebedrag betreffende bepaalde landbouwprodukten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage II van het Verdrag vallen (2), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1651/94 (3), moeten worden verduidelijkt;

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 1651/94 de mogelijkheid heeft weggenomen om voor met het hoofdprodukt van groep nr. 3 gelijkgestelde melkprodukten de restitutie direct te berekenen op basis van het gedeclareerde melkvetgehalte alleen; dat voor fabrikanten die vloeibare melk gebruiken de mogelijkheid open moet blijven restitutie te vragen, berekend direct naar het vetgehalte der vloeibare melk, zonder opgave van het droge-stofgehalte;

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 1651/94 de berekeningsmethode van de restitutie heeft gewijzigd voor produkten welke met het hoofdprodukt van groep nr. 3 zijn gelijkgesteld; dat hierbij het gewettigd vertrouwen van de exporteurs moet worden beschermd indien zij de restitutievoet voor melk en melkprodukten hebben geprefixeerd voordat Verordening (EG) nr. 1651/94 in werking trad;

Overwegende dat de maatregelen daartoe in werking moeten treden op dezelfde dag als de betreffende maatregelen van Verordening (EG) nr. 1651/94;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor horizontale vraagstukken inzake het handelsverkeer van verwerkte landbouwprodukten die niet onder bijlage II vallen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 3, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1222/94 wordt vervangen door de volgende tekst:

"a) bij gebruikmaking van een basisprodukt of van een daarmee gelijkgesteld produkt in onverwerkte toestand, is deze hoeveelheid de voor de vervaardiging van de uitgevoerde goederen werkelijk gebruikte hoeveelheid, met inachtneming van de volgende omrekeningsnormen:

- 100 kg van overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder b), met het hoofdprodukt van groep nr. 1 gelijkgestelde wei komt overeen met 6,06 kg van dat hoofdprodukt;

- 100 kg van een van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder c), eerste streepje, met het hoofdprodukt van groep nr. 2 gelijkgestelde zuivelprodukten komt overeen met 9,1 kg van dat hoofdprodukt;

- de niet-vetbestanddelen van 100 kg van een van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder f), eerste streepje, of lid 3, onder i), met het hoofdprodukt van groep nr. 2 gelijkgestelde zuivelprodukten komen overeen met 1,01 kg van dat hoofdprodukt per gewichtspercent niet-vette droge stof in het desbetreffende zuivelprodukt;

- de niet-vetbestanddelen van 100 kg overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder f), tweede streepje, met het hoofdprodukt van groep nr. 2 gelijkgestelde kaas komen overeen met 0,80 kg van dat hoofdprodukt per gewichtspercent niet-vette droge stof in de kaas;

- 100 kg van een van de zuivelprodukten die met het hoofdprodukt van groep nr. 3 zijn gelijkgesteld, en wel overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder d), met een gehalte aan vet uit melk in de droge stof van niet meer dan 26 gewichtspercenten, komt overeen met 3,85 kg van dit hoofdprodukt per gewichtspercent vet uit melk in het desbetreffende produkt;

op verzoek van de belanghebbende evenwel komt 100 kg van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder d), eerste streepje, met het hoofdprodukt van groep nr. 3 gelijkgestelde vloeibare melk met een gehalte aan vet uit melk in de vloeibare melk van 3,2 gewichtspercenten of minder overeen met 3,85 kg van dat hoofdprodukt per gewichtspercent vet uit melk in het desbetreffende produkt;

- de droge stof in 100 kg van een van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder d), met het hoofdprodukt van groep nr. 3 gelijkgestelde zuivelprodukten, met een gehalte aan vet uit melk van meer dan 26 gewichtspercenten in de droge stof, komt overeen met 100 kg van dat hoofdprodukt;

op verzoek van de belanghebbende evenwel komt 100 kg van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder d), eerste streepje, met het hoofdprodukt van groep nr. 3 gelijkgestelde vloeibare melk met een gehalte aan vet uit melk in de vloeibare melk van meer dan 3,2 gewichtspercenten overeen met 12,32 kg van dat hoofdprodukt;

- 100 kg van een van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder e), met het hoofdprodukt van groep nr. 6 gelijkgestelde zuivelprodukten, komt overeen met 1,22 kg van dat hoofdprodukt per gewichtspercent vet uit melk in het desbetreffende zuivelprodukt;

- de vetbestanddelen van 100 kg van een van de overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder f), eerste streepje, of lid 3, onder ii), met het hoofdprodukt van groep nr. 6 gelijkgestelde zuivelprodukten komen overeen met 1,22 kg van dat hoofdprodukt per gewichtspercent aan vet uit melk in het desbetreffende zuivelprodukt;

- de vetbestanddelen van 100 kg overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder f), tweede streepje, met het hoofdprodukt van groep nr. 6 gelijkgestelde kaas komen overeen met 0,80 kg van dat hoofdprodukt per gewichtspercent vet uit melk in de kaas;".

Artikel 2

Artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1651/94 wordt door het volgende artikel vervangen:

"Artikel 2

Artikel 1, punt 2, is niet van toepassing op uitvoer waarvoor vóór de datum van inwerkingtreding van de onderhavige verordening een certificaat is afgegeven van vaststelling vooraf van de restitutievoet voor melk in poedervorm, beantwoordend aan de omschrijving van het hoofdprodukt van groep nr. 3 (PG 3) welke voorkomt in bijlage I van Verordening (EEG) nr. 2915/79 van de Raad van 18 december 1979 houdende vaststelling van de produktengroepen en de bijzondere voorschriften betreffende de berekening van de heffingen in de sector melk en zuivelprodukten (4)(), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3423/93 (5)().

".

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 september 1994.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 23 september 1994.

Voor de Commissie

Martin BANGEMANN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 318 van 20. 12. 1993, blz. 18.

(2) PB nr. L 136 van 31. 5. 1994, blz. 5.

(3) PB nr. L 174 van 8. 7. 1994, blz. 14.

(4)() PB nr. L 329 van 24. 12. 1979, blz. 1.

(5)() PB nr. L 312 van 15. 12. 1993, blz. 8.