Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31992R3901

    Verordening (EEG) nr. 3901/92 van de Commissie van 23 december 1992 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van steun voor verkoopuitstel van bepaalde visserijprodukten

    PB L 392 van 31.12.1992, p. 29–34 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2000: This act has been changed. Current consolidated version: 01/01/2001

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1992/3901/oj

    31992R3901

    Verordening (EEG) nr. 3901/92 van de Commissie van 23 december 1992 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van steun voor verkoopuitstel van bepaalde visserijprodukten

    Publicatieblad Nr. L 392 van 31/12/1992 blz. 0029 - 0034
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 4 Deel 4 blz. 0173
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 4 Deel 4 blz. 0173


    VERORDENING (EEG) Nr. 3901/92 VAN DE COMMISSIE

    van 23 december 1992

    tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van steun voor verkoopuitstel van bepaalde visserijprodukten

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 3759/92 van de Raad van 17 december 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijprodukten en produkten van de aquacultuur (1), en met name op artikel 14, lid 4,

    Overwegende dat in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 3759/92 is bepaald dat onder bepaalde voorwaarden voor de in bijlage I, onder A, D en E, van genoemde verordening bedoelde produkten die uit de markt zijn genomen, steun voor verkoopuitstel wordt toegekend met het oog op kwaliteitsstabilisatie daarvan door bewerking, verwerking en opslag, en latere afzet voor consumptie;

    Overwegende dat deze steun slechts mag worden toegekend voor produktklassen die na opslag of verduurzaming kunnen worden afgezet; dat die klassen derhalve moeten worden bepaald;

    Overwegende dat de regeling inzake de steun voor verkoopuitstel en die inzake de financiële vergoeding, wat de werking betreft, parallel en complementair zijn en beide gericht zijn op stabilisatie van de markt voor de betrokken produkten; dat de voorwaarden waaronder deze regelingen kunnen worden toegepast derhalve identiek dienen te zijn en dat voor de toepassing van de tolerantiemarge in het kader van deze twee regelingen dezelfde voorwaarden dienen te gelden;

    Overwegende dat, om de kwaliteit van de produkten te garanderen en de afzet op de markt te bevorderen, moet worden bepaald aan welke minimumeisen de bewerkingen waarvoor de steun wordt toegekend, moeten voldoen en op welke wijze de produkten opgeslagen en opnieuw op de markt gebracht moeten worden;

    Overwegende dat om fraude, met name bij de bewaring in bassins of in kooien, te voorkomen, een adequate regeling voor opslag en merking moet worden ingevoerd;

    Overwegende dat de bij de berekening van de steun in aanmerking te nemen technische kosten en financiële kosten nauwkeurig moeten worden gedefinieerd;

    Overwegende dat de kosten van de toepassing van de regeling voor verkoopuitstel gedeeltelijk gedragen moeten worden door de producentenorganisaties; dat het bedrag van de steun met name moet worden vastgesteld aan de hand van de kosten van de maatregelen voor kwaliteitsstabilisatie en opslag van de produkten en van de financiële kosten; dat het bedrag van de steun derhalve moet worden gestaffeld volgens de duur van de opslagperiode; dat om dezelfde redenen moet worden bepaald dat de steun ten hoogste kan worden toegekend voor een opslagperiode van zes maanden;

    Overwegende dat, om de effectiviteit van de controles te bevorderen, de ontvangers van de steun een voorraadboekhouding moeten bijhouden; dat die boekhouding de gegevens moet bevatten die nodig zijn voor deze controles, waarvoor de Lid-Staten een regeling invoeren;

    Overwegende dat voorschriften moeten worden vastgesteld voor de indiening van de aanvraag om uitbetaling van de steun;

    Overwegende dat ook voorschriften moeten worden vastgesteld inzake de toekenning van een voorschot, de in dat verband te stellen zekerheid, alsmede inzake de voor de steun en de voorschotten toe te passen omrekeningskoers;

    Overwegende dat bij een lichte overtreding van de regeling inzake de steun voor verkoopuitstel, het geringe financiële voordeel dat daaruit voortvloeit niet moet worden bestraft met volledige intrekking van het recht op de steun, maar slechts met een forfaitaire verlaging daarvan;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor visserijprodukten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Bij deze verordening worden de uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor de toekenning van de steun voor verkoopuitstel bedoeld in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 3759/92, hierna "basisverordening" te noemen.

    Artikel 2

    1. De steun voor verkoopuitstel wordt slechts toegekend voor de produkten die voldoen aan de in bijlage I bij deze verordening vermelde eisen inzake versheid, aanbiedingsvorm en grootte.

    2. Deze steun wordt aan de betrokken producentenorganisatie slechts toegekend voor de hoeveelheden van de in lid 1 bedoelde produkten die voldoen aan de in artikel 4, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3759/92 genoemde voorwaarden.

    3. De bepalingen van artikel 2, leden 1, 2 en 3, van Verordening (EEG) nr. 3902/92 van de Commissie (1) over de toepassing van de communautaire ophoudprijs en het gebruik van de tolerantiemarge als bedoeld in artikel 12, lid 1, onder a), van de basisverordening in het kader van het stelsel van ophoudprijzen, worden naar analogie toegepast voor de regeling inzake de ophoud- en verkoopprijs als bedoeld in artikel 14, lid 1, van de basisverordening.

    4. De steun voor verkoopuitstel wordt voor de hoeveelheden die daarvoor in aanmerking komen op grond van lid 1 slechts toegekend op voorwaarde dat voor het betrokken produkt of de betrokken groep produkten alle tijdens het visseizoen door de producentenorganisatie of haar leden te koop aangeboden hoeveelheden vooraf zijn ingedeeld overeenkomstig de in artikel 2 van de basisverordening bedoelde handelsnormen.

    Artikel 3

    1. De steun voor verkoopuitstel wordt slechts toegekend voor de produkten die binnen 48 uur nadat ze uit de markt zijn genomen een of meer van de in artikel 14, lid 4, van de basisverordening genoemde behandelingen of verwerkingen ondergaan; deze behandelingen of verwerkingen mogen worden uitgevoerd door de betrokken producentenorganisatie of, binnen dezelfde termijn, door een bedrijf waaraan de producentenorganisatie de produkten toevertrouwt.

    Tijdens de periode die aan de behandelingen of verwerkingen voorafgaat, dienen de produkten op zodanige manier opgeslagen te worden dat het behoud van de oorspronkelijke categorie van versheid verzekerd blijft.

    2. Onverminderd striktere nationale bepalingen of handelsvoorschriften, moeten de verschillende typen van behandeling of verwerking ten minste aan de volgende voorwaarden voldoen:

    a) het invriezen moet plaatsvinden in daartoe geschikte installaties waarmee onder meer binnen vijf uur een kerntemperatuur van P 18 °C kan worden bereikt;

    b) het zouten moet zo gebeuren dat het zoutgehalte van het behandelde of verwerkte produkt ten minste 8 % bedraagt,

    c) het drogen moet zo gebeuren dat het watergehalte van het behandelde of verwerkte produkt ten hoogste 40 % bedraagt.

    3. De steun voor verkoopuitstel voor Noordzeekrabben wordt toegekend op voorwaarde dat de levende dieren worden opgeslagen in met zeewater of zout water gevulde en voor dat doel door de Lid-Staten goedgekeurde adequate bassins of vaste kooien.

    Artikel 4

    De steun voor verkoopuitstel wordt slechts toegekend voor produkten waarvoor na de definitieve behandeling of verwerking ten minste is voldaan aan de volgende voorwaarden:

    1. Opslag

    a) voor bevroren produkten:

    - mag de opslagduur niet korter zijn dan 15 dagen te rekenen vanaf de datum waarop de behandeling of verwerking is beëindigd,

    - mag de opslagtemperatuur niet hoger zijn dan P 21 °C;

    b) voor gezouten of gedroogde produkten mag de opslagduur niet korter zijn dan vijf dagen te rekenen vanaf de datum waarop de behandeling of verwerking is beëindigd;

    c) voor alle opgeslagen produkten die afkomstig zijn van behandeling of verwerking moet er, met het oog op de controle, voor worden gezorgd dat via een wijze van opslag en merking die bevoegde instanties van de Lid-Staten adequaat achten de met die produkten corresponderende hoeveelheden vers produkt kunnen worden geïdentificeerd;

    2. Het weer op de markt brengen van produkten

    a) alle produkten moeten opnieuw op de markt worden gebracht in partijen die homogeen zijn qua soort, aanbiedingsvorm, verpakking en, eventueel, het diepvriesniveau.

    Bovendien moeten bij het opnieuw op de markt brengen van de produkten de in de betrokken Lid-Staat geldende bepalingen inzake de afzet van produkten voor menselijke consumptie worden nageleefd.

    b) De in bassins of kooien opgeslagen produkten worden op zodanige wijze opnieuw op de markt gebracht dat de normale afzet van het betrokken produkt niet wordt gehinderd. Opnieuw op de markt gebrachte produkten mogen niet opnieuw worden opgeslagen om voor de steun in aanmerking te komen.

    De betrokken producentenorganisaties nemen daartoe de nodige maatregelen, die een minimumduur voor de opslag kunnen omvatten.

    Artikel 5

    1. Het bedrag van de steun voor verkoopuitstel wordt vóór het begin van elk visseizoen, volgens de procedure van artikel 32 van de basisverordening, vastgesteld op basis van de in de loop van het voorgaande visseizoen in de Gemeenschap geconstateerde technische en financiële kosten - de hoogste bedragen niet meegerekend - van de noodzakelijke maatregelen voor kwaliteitsstabilisatie en van de opslag van de betrokken produkten. De steun voor verkoopuitstel wordt vastgesteld per gewichtseenheid en betreft het nettogewicht van elk produkt vermeld in bijlage I.

    2. De steun voor verkoopuitstel wordt toegekend voor een periode van maximaal zes maanden. Het bedrag van de steun voor de eerste maand wordt berekend op basis van de kosten voor kwaliteitsstabilisatie, de opslagkosten en de financiële kosten. Het steunbedrag voor de volgende maanden wordt berekend op basis van de maandelijkse opslagkosten en financiële kosten.

    3. Het recht op de steun voor verkoopuitstel voor de eerste maand wordt geacht te zijn verkregen voor de hoeveelheden die voldoen aan de minimumeisen voor opslag die zijn vastgesteld in artikel 4, lid 1. Voor de volgende maanden wordt het recht op de steun berekend volgens de feitelijke opslagduur uitgaande van een bedrag per opslagdag dat gelijk is aan 1/30e van de steun.

    De tweede maand van opslag gaat in 30 dagen na de begindatum van opslag.

    Artikel 6

    1. De betrokken Lid-Staten voeren een controleregeling in die waarborgt dat de produkten waarvoor de steun wordt aangevraagd, daarvoor ook in aanmerking komen.

    2. Met het oog op de controle houden de ontvangers van de steun maandelijks een voorraadboekhouding bij en verstrekken zij de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staat maandelijks de gegevens die nodig zijn voor de controle.

    3. De gegevens die moeten worden vermeld in de voorraadboekhouding en de aan de bevoegde autoriteiten te verstrekken gegevens worden vastgesteld door de Lid-Staat.

    Artikel 7

    1. De steun voor verkoopuitstel wordt pas aan de betrokken producentenorganisatie uitbetaald, nadat de bevoegde autoriteiten van de betrokken Lid-Staat hebben vastgesteld dat de hoeveelheden waarvoor de steun wordt aangevraagd:

    - niet groter zijn dan de in artikel 14, lid 3, van de basisverordening bedoelde hoeveelheid;

    - zijn behandeld of verwerkt en opgeslagen, dan wel zijn geconserveerd, en vervolgens opnieuw op de markt zijn gebracht met inachtneming van het bepaalde in deze verordening.

    2. De aanvraag om uitbetaling van de steun voor verkoopuitstel moet door de betrokken producentenorganisatie uiterlijk binnen acht maanden na het betrokken visseizoen bij de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staat worden ingediend.

    De in deze aanvraag te vermelden gegevens worden vastgesteld door de Lid-Staat.

    3. De voor de steun voor verkoopuitstel toe te passen omrekeningskoers is de landbouwomrekeningskoers op 31 december van het betrokken visseizoen, ook als het visseizoen wordt verlengd tot na die datum.

    4. De nationale autoriteiten betalen de steun voor verkoopuitstel uiterlijk 31 oktober na het betrokken visseizoen.

    Artikel 8

    1. Op een maandelijks verzoek van de producentenorganisatie kent de betrokken Lid-Staat een voorschot op de steun voor verkoopuitstel toe voor alle hoeveelheden die in de loop van die maand voor verkoopuitstel zijn bestemd en op voorwaarde dat de aanvrager een zekerheid heeft gesteld die gelijk is aan 105 % van het voorschot.

    De voorschotten worden berekend volgens de in bijlage II vastgestelde methode.

    2. De voor het voorschot toe te passen omrekeningskoers is de landbouwomrekeningskoers die geldt op de laatste dag van de maand waarvoor het voorschot wordt aangevraagd. Als het visseizoen wordt verlengd tot na 31 december van het betrokken jaar, wordt voor het voorschot voor de maand of maanden daarna de landbouwomrekeningkoers toegepast die gold op 31 december.

    De voor het saldo van de steun voor verkoopuitstel toe te passen omrekeningskoers is de op 31 december van het betrokken visseizoen geldende landbouwomrekeningskoers, ook als het visseizoen tot na die datum wordt verlengd.

    Artikel 9

    1. Als een producentenorganisatie of een van haar leden de regeling inzake de steun voor verkoopuitstel in lichte mate heeft overtreden en de betrokken organisatie ten genoegen van de betrokken Lid-Staat aantoont dat deze overtreding niet met bedrieglijke opzet of uit ernstige onachtzaamheid is begaan, wordt door de Lid-Staat een bedrag ingehouden dat gelijk is aan 10 % van de communautaire ophoudprijs of verkoopprijs voor de betrokken hoeveelheden die zijn bestemd voor toepassing van de steun voor verkoopuitstel.

    Het ingehouden bedrag moet worden gecrediteerd aan het EOGFL.

    2. Als een producentenorganisatie of een van haar leden de regeling inzake de steun voor verkoopuitstel uit ernstige onachtzaamheid of met bedrieglijke opzet heeft overtreden, wordt de producentenorganisatie voor het lopende en het volgende visseizoen volstrekt geen steun voor verkoopuitstel toegekend. Eventueel voor het lopende visseizoen uitbetaalde voorschotten moeten worden terugbetaald.

    3. De Lid-Staten delen de Commissie maandelijks de gevallen mee waarin lid 1 door hen is toegepast.

    Artikel 10

    Het bedrag van de steun voor verkoopuitstel dat voor een visseizoen is vastgesteld, geldt voor de produkten waarvan de opslag is begonnen in dat visseizoen, ongeacht de datum waarop de opslagperiode afloopt.

    Artikel 11

    1. Iedere Lid-Staat deelt de andere Lid-Staten en de Commissie de naam en het adres mee van de instantie waaraan de toekenning van de steun voor verkoopuitstel is opgedragen.

    2. De Lid-Staten delen de maatregelen die zij op grond van artikel 6, leden 1 en 3, en artikel 7, lid 2, van deze verordening hebben genomen aan de Commissie mee, zodra ze zijn vastgesteld en in ieder geval vóór 31 januari 1993.

    Artikel 12

    Verordening (EEG) nr. 3321/82 van de Commissie van 9 december 1982 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van een uitstelpremie voor bepaalde visserijprodukten (1) en Verordening (EEG) nr. 314/86 van de Commissie van 11 februari 1986 houdende vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor het verlenen van een opslagpremie voor bepaalde visserijprodukten (2) worden ingetrokken.

    Artikel 13

    Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Zij is van toepassing vanaf 1 januari 1993.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 23 december 1992. Voor de Commissie

    Manuel MARÍN

    Vice-Voorzitter

    BIJLAGE I

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    (1) De klassen vermeld voor versheid, grootte en aanbiedingsvorm zijn die welke zijn bepaald ter uitvoering van artikel 2 van de basisverordening.

    (2) Voor bepaalde kustgebieden van het Verenigd Koninkrijk met inachtneming van de normen vastgesteld in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 3863/91 van de Commissie (PB nr. L 363 van 31. 12. 1991, blz. 1), op voorwaarde dat Noordzeekrabben waarvan de grootte ligt tussen 11,5 en 13 cm opnieuw op de markt worden gebracht op de plaatselijke of regionale markten in of in de nabijheid van eerdergenoemde kustgebieden.

    (1) Berekening eventueel op basis van voorlopige gegevens (de definitieve berekening moet plaatsvinden binnen twee maanden na de betrokken maand).

    BIJLAGE II

    Berekening van het voorschot op de steun voor verkoopuitstel (1)

    1. Berekening van de hoeveelheden die voor de steun voor verkoopuitstel in aanmerking komen binnen de marge van 6 %:

    a) Te koop aangeboden hoeveelheden in de periode van 1 januari tot en met de laatste dag van de betrokken maand: ................ kg;

    b) gecumuleerd totaal van de in dezelfde periode uit de markt genomen hoeveelheden voor toepassing van de steun voor verkoopuitstel: ................ kg;

    c) gemiddeld percentage: ................ (b: a × 100);

    d) hoeveelheden boven de marge van 6 % die worden overgeboekt naar de volgende maand: ................ kg.

    2. Berekening van het maandelijks voorschot: >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Top