Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02020R1213-20211113

    Consolidated text: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie van 21 augustus 2020 betreffende de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen die uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 zijn geschrapt

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2020/1213/2021-11-13

    02020R1213 — NL — 13.11.2021 — 003.001


    Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

    ►B

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/1213 VAN DE COMMISSIE

    van 21 augustus 2020

    betreffende de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen die uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 zijn geschrapt

    (PB L 275 van 24.8.2020, blz. 5)

    Gewijzigd bij:

     

     

    Publicatieblad

      nr.

    blz.

    datum

     M1

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/1362 VAN DE COMMISSIE van 30 september 2020

      L 317

    5

    1.10.2020

    ►M2

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2021/419 VAN DE COMMISSIE van 9 maart 2021

      L 83

    6

    10.3.2021

    ►M3

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2021/1936 VAN DE COMMISSIE van 9 november 2021

      L 396

    27

    10.11.2021




    ▼B

    UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/1213 VAN DE COMMISSIE

    van 21 augustus 2020

    betreffende de fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen die uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 zijn geschrapt



    Artikel 1

    Onderwerp

    Deze verordening bevat fytosanitaire maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie uit derde landen van planten, plantaardige producten en andere materialen die uit de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 zijn geschrapt.

    Artikel 2

    Maatregelen voor het binnenbrengen in de Unie van bepaalde planten, plantaardige producten en andere materialen, van oorsprong uit derde landen

    De planten, plantaardige producten en andere materialen die afkomstig zijn uit de respectieve derde landen van oorsprong, zoals vermeld in de bijlage, mogen alleen op het grondgebied van de Unie worden binnengebracht als zij voldoen aan de overeenkomstige maatregelen, zoals vastgesteld in de bijlage.

    Artikel 3

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    ▼M2




    BIJLAGE

    Lijst van planten, plantaardige producten en andere materialen van oorsprong uit derde landen, en de overeenkomstige maatregelen voor het binnenbrengen ervan op het grondgebied van de Unie, als bedoeld in artikel 2



    Planten, plantaardige producten en andere materialen

    GN-code

    Derde landen van oorsprong

    Maatregelen

    Acer japonicum Thunberg, Acer palmatum Thunberg en Acer shirasawanum Koidzumi, één tot drie jaar oude geënte of geoculeerde voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand zonder blad

    ex 0602 90 41 ex 0602 90 45 ex 0602 90 46 ex 0602 90 48 ex 0602 90 50

    Nieuw-Zeeland

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Eotetranychus sexmaculatus;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die, samen met de productielocaties die daarvan deel uitmaken, is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong;

    iii)  de productielocatie sinds het begin van de productiecyclus van de planten tijdens officiële inspecties die op gepaste tijdstippen plaatsvinden, vrij van Eotetranychus sexmaculatus is bevonden; indien werd vermoed dat Eotetranychus sexmaculatus op de productielocatie aanwezig was, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van het plaagorganisme te waarborgen; rond de productielocatie is een zone van 100 m ingesteld die op gepaste tijdstippen specifiek op de aanwezigheid van Eotetranychus sexmaculatus wordt gecontroleerd, en indien het plaagorganisme op een waardplant is gevonden, is die plant onmiddellijk verwijderd en vernietigd;

    iv)  er een systeem is opgezet om instrumenten en machines vóór zij op de productielocatie worden gebracht, te reinigen zodat zij vrij zijn van grond en plantenresten, en te desinfecteren zodat zij vrij zijn van Eotetranychus sexmaculatus;

    v)  de planten bij de oogst zijn gereinigd en gesnoeid en de planten een officiële fytosanitaire controle hebben ondergaan die ten minste bestaat uit een grondig visueel onderzoek, met name van de stammen en de takken van de planten, ter bevestiging van de afwezigheid van Eotetranychus sexmaculatus;

    vi)  de zendingen planten onmiddellijk vóór de uitvoer officieel zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid van Eotetranychus sexmaculatus, met name in de stammen en takken van de planten, en het monster voor inspectie zodanig groot was dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan ►M3  Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie ◄ .”;

    ii)  de gegevens van de geregistreerde productielocaties.

    Acer japonicum Thunberg, Acer palmatum Thunberg en Acer shirasawanum Koidzumi, één tot drie jaar oude geënte of geoculeerde voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand zonder blad

    ex 0602 90 41 ex 0602 90 45 ex 0602 90 46 ex 0602 90 48 ex 0602 90 50

    Nieuw-Zeeland

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Oemona hirta en Platypus apicalis;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die, samen met de productielocaties die daarvan deel uitmaken, is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong;

    iii)  de productielocatie sinds het begin van de volledige productiecyclus tijdens officiële inspecties die op gepaste tijdstippen plaatsvinden, vrij van Oemona hirta en Platypus apicalis is bevonden; indien werd vermoed dat Oemona hirta of Platypus apicalis op de productielocatie aanwezig was, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van de plaagorganismen te waarborgen;

    iv)  de planten bij de oogst zijn gereinigd en officieel zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid van Oemona hirta en Platypus apicalis;

    v)  de zendingen planten onmiddellijk vóór de uitvoer officieel zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid van Oemona hirta en Platypus apicalis, en het monster voor inspectie zodanig groot was dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan ►M3  Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie ◄ .”;

    ii)  de gegevens van de geregistreerde productielocaties.

    Albizia julibrissin Durazzini, geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand met een maximale diameter van 2,5 cm

    ex 0602 90 41 ex 0602 90 45 ex 0602 90 46 ex 0602 90 48

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Euwallacea fornicatus sensu lato en Fusarium euwallaceae;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong. Die registratie omvat de respectieve productielocaties binnen de plaats van productie;

    iii)  de planten aan een van de volgende eisen voldoen:

    1.  de planten hebben een diameter van minder dan 2 cm aan de voet van de stam,

    of

    2.  de planten zijn geteeld op een locatie die gedurende ten minste zes maanden vóór de uitvoer volledig fysiek is beschermd tegen de introductie van Euwallacea fornicatus sensu lato en die op gepaste tijdstippen officieel is geïnspecteerd en vrij van dat plaagorganisme is bevonden, wat ten minste is bevestigd met vallen die ten minste om de vier weken alsook onmiddellijk vóór de verplaatsing van de planten zijn gecontroleerd,

    of

    3.  de planten zijn geteeld op een productielocatie die sinds het begin van de laatste volledige vegetatiecyclus tijdens officiële inspecties die ten minste om de vier weken plaatsvinden, vrij is bevonden van Euwallacea fornicatus sensu lato en Fusarium euwallaceae, wat voor Euwallacea fornicatus sensu lato ten minste met vallen is bevestigd; indien werd vermoed dat een van de twee plaagorganismen op de productielocatie aanwezig was, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van de plaagorganismen te waarborgen; rond de productielocatie is een zone van 1 km ingesteld die op gepaste tijdstippen op de aanwezigheid van Euwallacea fornicatus sensu lato en Fusarium euwallaceae is gecontroleerd, en indien een van die plaagorganismen op een waardplant is gevonden, is die plant onmiddellijk verwijderd en vernietigd;

    iv)  de zendingen planten met een diameter van 2 cm of meer aan de voet van de stam onmiddellijk vóór de uitvoer officieel zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid van het plaagorganisme, met name in de stammen en takken van de planten, onder andere door middel van destructieve bemonstering. Het monster voor inspectie moet zodanig groot zijn dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie.”;

    ii)  de volgende gegevens:

    — de in punt a), iii), van deze vermelding opgenomen eis waaraan is voldaan, en

    — de geregistreerde productielocatie(s).

    Albizia julibrissin Durazzini, geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand met een maximale diameter van 2,5 cm

    ex 0602 90 41 ex 0602 90 45 ex 0602 90 46 ex 0602 90 48

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Aonidiella orientalis;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong. Die registratie omvat de respectieve productielocaties binnen de plaats van productie. Die plaats van productie voldoet daarnaast aan één van de volgende eisen:

    1.  de planten zijn geteeld op een locatie die gedurende ten minste zes maanden vóór de uitvoer volledig fysiek is beschermd tegen de introductie van Aonidiella orientalis en die om de drie weken alsook onmiddellijk vóór de verplaatsing van de planten is geïnspecteerd en vrij van dat plaagorganisme is bevonden,

    of

    2.  de productielocatie is sinds het begin van de laatste volledige vegetatiecyclus tijdens officiële inspecties die om de drie weken plaatsvinden, vrij bevonden van Aonidiella orientalis; indien werd vermoed dat het plaagorganisme op de productielocatie aanwezig was, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van het plaagorganisme te waarborgen; rond de productielocatie is een zone van 100 m ingesteld die op gepaste tijdstippen op de aanwezigheid van Aonidiella orientalis is gecontroleerd, en indien het plaagorganisme op een plant is gevonden, is die plant onmiddellijk verwijderd en vernietigd;

    iii)  de zendingen planten onmiddellijk vóór de uitvoer officieel zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid van Aonidiella orientalis, met name in de stammen en takken van de planten. Het monster voor inspectie moet zodanig groot zijn dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie.”;

    ii)  de volgende gegevens:

    — de in punt a), ii), van deze vermelding opgenomen eis waaraan is voldaan, en

    — de geregistreerde productielocatie(s).

    ▼M3

    Ficus carica L., één jaar oude voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand zonder blad met een maximumdiameter van 2 cm aan de voet van de stam en één jaar oude bewortelde stekken zonder blad van voor opplant bestemde planten met groeimedium en met een maximumdiameter van 1 cm aan de voet van de stam

    ex 0602 20 20

    ex 0602 20 80

    ex 0602 90 45

    ex 0602 90 46

    ex 0602 90 48

    ex 0602 90 50

    ex 0602 90 70

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Aonidiella orientalis, Colletotrichum siamense, Euwallacea fornicatus sensu lato, Hypothenemus leprieuri, Icerya aegyptiaca, Neocosmospora euwallaceae, Neoscytalidium dimidiatum, Nipaecoccus viridis, Oligonychus mangiferus, Phenacoccus solenopsis, Plicosepalus acaciae, Retithrips syriacus, Russellaspis pustulans, Scirtothrips dorsalis en Spodoptera frugiperda;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die, samen met de productielocaties die daarvan deel uitmaken, is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong;

    iii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld op een locatie die fysiek beschermd is tegen het binnendringen van Aonidiella orientalis, Icerya aegyptiaca, Nipaecoccus viridis, Oligonychus mangiferus, Phenacoccus solenopsis, Retithrips syriacus en Russellaspis pustulans, die elke 45 dagen is onderworpen aan officiële inspecties en vrij van alle in punt i) genoemde plaagorganismen is bevonden; indien werd vermoed dat enige van de in punt i) genoemde plaagorganismen op de productielocatie aanwezig waren, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van de plaagorganismen te waarborgen, en

    iv)  zendingen van de planten onmiddellijk vóór de uitvoer zijn onderworpen aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Aonidiella orientalis, Icerya aegyptiaca, Nipaecoccus viridis, Oligonychus mangiferus, Phenacoccus solenopsis, Plicosepalus acaciae, Retithrips syriacus en Russellaspis pustulans,, waarbij het monster zodanig groot was dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt, en aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Colletotrichum siamense en Neoscytalidium dimidiatum waarbij de planten steekproefsgewijs zijn bemonsterd en getest.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek aanvullende verklaring het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie.”;

    ii)  de gegevens van de geregistreerde productielocatie(s)..

    ▼M2

    Jasminum polyanthum Franchet, stekken zonder wortels van voor opplant bestemde planten

    ex 0602 10 90

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten zijn vrij van Scirtothrips dorsalis, Aonidiella orientalis, Milviscutulus mangiferae, Paracoccus marginatus, Pulvinaria psidii en Colletotrichum siamense;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die, samen met de productielocaties die daarvan deel uitmaken, is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong;

    iii)  de planten geteeld zijn op een locatie die fysiek beschermd is tegen de introductie van Scirtothrips dorsalis, Aonidiella orientalis, Milviscutulus mangiferae, Paracoccus marginatus en Pulvinaria psidii;

    iv)  de productielocatie om de drie weken is onderworpen aan officiële inspecties op de aanwezigheid van Scirtothrips dorsalis, Aonidiella orientalis, Milviscutulus mangiferae, Paracoccus marginatus, Pulvinaria psidii, en Colletotrichum siamense, en vrij van die plaagorganismen is bevonden;

    v)  zendingen van de planten onmiddellijk vóór de uitvoer zijn onderworpen aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Scirtothrips dorsalis, Aonidiella orientalis, Milviscutulus mangiferae, Paracoccus marginatus, en Pulvinaria psidii, waarbij het monster zodanig groot was dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt, en aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Colletotrichum siamense die het testen van planten met symptomen omvat.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan ►M3  Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie ◄ ”,

    ii)  de gegevens van de geregistreerde productielocaties.

    ▼M3

    Persea americana Mill., gewortelde, geënte voor opplant bestemde planten met blad, met groeimedium en met een maximumdiameter van 1 cm aan de voet van de stam

    ex 0602 90 41

    ex 0602 90 45

    ex 0602 90 48

    ex 0602 90 50

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Aonidiella orientalis, Aulacaspis tubercularis, Avocado sunblotch viroid, Bemisia tabaci, Colletotrichum aenigma, Colletotrichum alienum, Colletotrichum fructicola, Colletotrichum perseae, Colletotrichum siamense, Colletotrichum theobromicola, Euwallacea fornicatus sensu lato, Icerya aegyptiaca, Lasiodiplodia pseudotheobromae, Maconellicoccus hirsutus, Milviscutulus mangiferae, Neocosmospora euwallaceae, Neoscytalidium dimidiatum, Nipaecoccus viridis, Oligonychus perseae, Paracoccus marginatus, Penthimiola bella, Pseudococcus cryptus, Pulvinaria psidii, Retithrips syriacus, Scirtothrips dorsalis en Tetraleurodes perseae;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die, samen met de productielocaties die daarvan deel uitmaken, is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong;

    iii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld op een locatie die fysiek beschermd is tegen het binnendringen van Aonidiella orientalis, Aulacaspis tubercularis, Icerya aegyptiaca, Maconellicoccus hirsutus,Milviscutulus mangiferae, Nipaecoccus viridis, Oligonychus perseae, Paracoccus marginatus, Penthimiola bella, Pseudococcus cryptus, Pulvinaria psidii, Retithrips syriacus en Tetraleurodes perseae, die elke 45 dagen is onderworpen aan officiële inspecties en vrij van alle in punt i) genoemde plaagorganismen is bevonden; indien werd vermoed dat enige van de in punt i) genoemde plaagorganismen op de productielocatie aanwezig waren, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van de plaagorganismen te waarborgen, en

    iv)  zendingen van de planten onmiddellijk vóór de uitvoer zijn onderworpen aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Aonidiella orientalis, Aulacaspis tubercularis, Icerya aegyptiaca, Maconellicoccus hirsutus, Milviscutulus mangiferae, Nipaecoccus viridis, Oligonychus perseae, Paracoccus marginatus, Penthimiola bella, Pseudococcus cryptus, Pulvinaria psidii, Retithrips syriacus en Tetraleurodes perseae, waarbij het monster zodanig groot was dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt, en aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Avocado sunblotch viroid, Colletotrichum aenigma, Colletotrichum alienum, Colletotrichum fructicola, Colletotrichum perseae, Colletotrichum siamense, Colletotrichum theobromicola, Lasiodiplodia pseudotheobromae en Neoscytalidium dimidiatum waarbij de planten steekproefsgewijs zijn bemonsterd en getest.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie.”;

    ii)  de gegevens van de geregistreerde productielocatie(s).

    Persea americana Mill., stekken zonder wortels van voor opplant bestemde planten met een maximumdiameter van 2 cm

    ex 0602 10 90

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Aonidiella orientalis, Aulacaspis tubercularis, Avocado sunblotch viroid, Colletotrichum aenigma, Colletotrichum alienum, Colletotrichum fructicola, Colletotrichum perseae, Colletotrichum siamense, Colletotrichum theobromicola, Euwallacea fornicatus sensu lato, Icerya aegyptiaca, Lasiodiplodia pseudotheobromae, Maconellicoccus hirsutus, Milviscutulus mangiferae, Neocosmospora euwallaceae, Neoscytalidium dimidiatum, Nipaecoccus viridis, Oligonychus perseae, Paracoccus marginatus, Pseudococcus cryptus, Pulvinaria psidii, Retithrips syriacus en Scirtothrips dorsalis;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die, samen met de productielocaties die daarvan deel uitmaken, is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong;

    iii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld op een locatie die fysiek beschermd is tegen het binnendringen van Aonidiella orientalis, Aulacaspis tubercularis, Icerya aegyptiaca, Maconellicoccus hirsutus, Milviscutulus mangiferae, Nipaecoccus viridis, Oligonychus perseae, Paracoccus marginatus, Pseudococcus cryptus, Pulvinaria psidii en Retithrips syriacus, die elke 45 dagen is onderworpen aan officiële inspecties en vrij van alle in punt i) genoemde plaagorganismen is bevonden; indien werd vermoed dat enige van de in punt i) genoemde plaagorganismen op de productielocatie aanwezig waren, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van de plaagorganismen te waarborgen, en

    iv)  zendingen van de planten onmiddellijk vóór de uitvoer zijn onderworpen aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Aonidiella orientalis, Aulacaspis tubercularis, Icerya aegyptiaca, Maconellicoccus hirsutus, Milviscutulus mangiferae, Nipaecoccus viridis, Oligonychus perseae, Paracoccus marginatus, Pseudococcus cryptus, Pulvinaria psidii en Retithrips syriacus, waarbij het monster zodanig groot was dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt, en aan een officiële inspectie op de aanwezigheid van Avocado sunblotch viroid, Colletotrichum aenigma, Colletotrichum alienum, Colletotrichum fructicola, Colletotrichum perseae, Colletotrichum siamense, Colletotrichum theobromicola, Lasiodiplodia pseudotheobromae en Neoscytalidium dimidiatum waarbij de planten steekproefsgewijs zijn bemonsterd en getest.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie.”;

    ii)  de gegevens van de geregistreerde productielocatie(s)..

    ▼M2

    Robinia pseudoacacia, geënte voor opplant bestemde planten met naakte wortels in rusttoestand met een maximale diameter van 2,5 cm

    ex 0602 90 41 ex 0602 90 45 ex 0602 90 46 ex 0602 90 48

    Israël

    a)  Een officiële verklaring dat:

    i)  de planten vrij zijn van Euwallacea fornicatus sensu lato en Fusarium euwallaceae;

    ii)  de planten gedurende hun hele leven zijn geteeld in een plaats van productie die is geregistreerd door en onder toezicht staat van de nationale plantenziektekundige dienst van het land van oorsprong. Die registratie omvat de respectieve productielocaties binnen de plaats van productie;

    iii)  de planten aan een van de volgende eisen voldoen:

    1.  de planten hebben een diameter van minder dan 2 cm aan de voet van de stam,

    of

    2.  de planten zijn geteeld op een locatie die gedurende ten minste zes maanden vóór de uitvoer volledig fysiek is beschermd tegen de introductie van Euwallacea fornicatus sensu lato en die op gepaste tijdstippen officieel is geïnspecteerd en vrij van dat plaagorganisme is bevonden, wat ten minste is bevestigd met vallen die ten minste om de vier weken alsook onmiddellijk vóór de verplaatsing van de planten zijn gecontroleerd,

    of

    3.  de planten zijn geteeld op een productielocatie die sinds het begin van de laatste volledige vegetatiecyclus tijdens officiële inspecties die ten minste om de vier weken plaatsvinden, vrij is bevonden van Euwallacea fornicatus sensu lato en Fusarium euwallaceae, wat voor Euwallacea fornicatus sensu lato ten minste met vallen is bevestigd; indien werd vermoed dat een van de twee plaagorganismen op de productielocatie aanwezig was, zijn gepaste behandelingen uitgevoerd om de afwezigheid van de plaagorganismen te waarborgen; rond de productielocatie is een zone van 1 km ingesteld die op gepaste tijdstippen op de aanwezigheid van Euwallacea fornicatus sensu lato en Fusarium euwallaceae is gecontroleerd, en indien een van die plaagorganismen op een waardplant is gevonden, is die plant onmiddellijk verwijderd en vernietigd;

    iv)  de zendingen planten met een diameter van 2 cm of meer aan de voet van de stam onmiddellijk vóór de uitvoer officieel zijn geïnspecteerd op de aanwezigheid van het plaagorganisme, met name in de stammen en takken van de planten, onder andere door middel van destructieve bemonstering. Het monster voor inspectie moet zodanig groot zijn dat het ten minste de detectie van een besmettingsniveau van 1 % met een betrouwbaarheidsniveau van 99 % mogelijk maakt.

    b)  Op de fytosanitaire certificaten voor die planten wordt onder de rubriek “aanvullende verklaring” het volgende vermeld:

    i)  de volgende verklaring: “De zending voldoet aan Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1213 van de Commissie.”;

    ii)  de volgende gegevens:

    — de in punt a), iii), van deze vermelding opgenomen eis waaraan is voldaan, en

    — de geregistreerde productielocatie(s).

    Top