This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62013CJ0516
Dimensione Direct Sales en Labianca
Dimensione Direct Sales en Labianca
Zaak C‑516/13
Dimensione Direct Sales Srl
en
Michele Labianca
tegen
Knoll International Spa
(verzoek van het Bundesgerichtshof om een prejudiciële beslissing)
„Prejudiciële verwijzing — Auteursrecht — Richtlijn 2001/29/EG — Artikel 4, lid 1 — Distributierecht — Begrip ‚distributie onder het publiek’ — Handelaar die zich in een lidstaat bevindt en via zijn website, via mailing en in de pers in een andere lidstaat verkoopaanbiedingen doet en reclame maakt — Reproductie van auteursrechtelijk beschermde meubelen die te koop worden aangeboden zonder toestemming van de houder van het uitsluitende distributierecht — Aanbieding of reclame die niet leidt tot koop van het origineel of van kopieën van een beschermd werk”
Samenvatting – Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 13 mei 2015
Prejudiciële vragen — Ontvankelijkheid — Vragen zonder verband met het voorwerp van het hoofdgeding — Vermoeden van relevantie
(Art. 267 VWEU)
Harmonisatie van wettelijke regelingen — Auteursrecht en naburige rechten — Richtlijn 2001/29 — Harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij — Distributie onder het publiek — Begrip — Verkoopaanbod of reclame voor auteursrechtelijk beschermde werken die die niet leiden tot koop van het origineel of van kopieën — Daaronder begrepen — Recht van de houder van het uitsluitende distributierecht om zich tegen dergelijke praktijken te verzetten
(Richtlijn 2001/29 van het Europees Parlement en de Raad, overweging 9‑11 en art. 4, lid 1)
Zie de tekst van de beslissing.
(cf. punt 17)
Artikel 4, lid 1, van richtlijn 2001/29 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij moet aldus worden uitgelegd dat degene die met betrekking tot een beschermd werk het uitsluitende distributierecht heeft, zich er op grond van die bepaling tegen kan verzetten dat voor het origineel of voor een kopie van dat werk een verkoopaanbod wordt gedaan of gerichte reclame wordt gemaakt, zelfs indien niet zou vaststaan dat een zich in de Unie bevindende koper het beschermde object op grond van deze reclame heeft gekocht, voor zover die reclame consumenten die zich bevinden in een lidstaat waarin dat werk auteursrechtelijk is beschermd, uitnodigt tot koop ervan over te gaan.
Er kan immers sprake zijn van een inbreuk op het uitsluitende distributierecht als bedoeld in artikel 4, lid 1, van richtlijn 2001/29 wanneer een handelaar die geen houder is van het auteursrecht, beschermde werken of kopieën daarvan te koop aanbiedt en via zijn website, door middel van een mailing of in de pers tot consumenten op het grondgebied van de lidstaat waarin deze werken zijn beschermd, gerichte reclame maakt teneinde hen aan te zetten tot aankoop ervan.
Deze uitlegging strookt met de doelstellingen van genoemde richtlijn zoals deze blijken uit overwegingen 9 tot en met 11 ervan, volgens welke bij de harmonisatie van het auteursrecht steeds van een hoog beschermingsniveau moet worden uitgegaan, de auteurs een passende beloning voor het gebruik van hun werk moeten ontvangen en het systeem tot bescherming van het auteursrecht strikt en doelmatig moet zijn.
(cf. punten 31, 34, 35 en dictum)
Zaak C‑516/13
Dimensione Direct Sales Srl
en
Michele Labianca
tegen
Knoll International Spa
(verzoek van het Bundesgerichtshof om een prejudiciële beslissing)
„Prejudiciële verwijzing — Auteursrecht — Richtlijn 2001/29/EG — Artikel 4, lid 1 — Distributierecht — Begrip ‚distributie onder het publiek’ — Handelaar die zich in een lidstaat bevindt en via zijn website, via mailing en in de pers in een andere lidstaat verkoopaanbiedingen doet en reclame maakt — Reproductie van auteursrechtelijk beschermde meubelen die te koop worden aangeboden zonder toestemming van de houder van het uitsluitende distributierecht — Aanbieding of reclame die niet leidt tot koop van het origineel of van kopieën van een beschermd werk”
Samenvatting – Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 13 mei 2015
Prejudiciële vragen – Ontvankelijkheid – Vragen zonder verband met het voorwerp van het hoofdgeding – Vermoeden van relevantie
(Art. 267 VWEU)
Harmonisatie van wettelijke regelingen – Auteursrecht en naburige rechten – Richtlijn 2001/29 – Harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij – Distributie onder het publiek – Begrip – Verkoopaanbod of reclame voor auteursrechtelijk beschermde werken die die niet leiden tot koop van het origineel of van kopieën – Daaronder begrepen – Recht van de houder van het uitsluitende distributierecht om zich tegen dergelijke praktijken te verzetten
(Richtlijn 2001/29 van het Europees Parlement en de Raad, overweging 9‑11 en art. 4, lid 1)
Zie de tekst van de beslissing.
(cf. punt 17)
Artikel 4, lid 1, van richtlijn 2001/29 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij moet aldus worden uitgelegd dat degene die met betrekking tot een beschermd werk het uitsluitende distributierecht heeft, zich er op grond van die bepaling tegen kan verzetten dat voor het origineel of voor een kopie van dat werk een verkoopaanbod wordt gedaan of gerichte reclame wordt gemaakt, zelfs indien niet zou vaststaan dat een zich in de Unie bevindende koper het beschermde object op grond van deze reclame heeft gekocht, voor zover die reclame consumenten die zich bevinden in een lidstaat waarin dat werk auteursrechtelijk is beschermd, uitnodigt tot koop ervan over te gaan.
Er kan immers sprake zijn van een inbreuk op het uitsluitende distributierecht als bedoeld in artikel 4, lid 1, van richtlijn 2001/29 wanneer een handelaar die geen houder is van het auteursrecht, beschermde werken of kopieën daarvan te koop aanbiedt en via zijn website, door middel van een mailing of in de pers tot consumenten op het grondgebied van de lidstaat waarin deze werken zijn beschermd, gerichte reclame maakt teneinde hen aan te zetten tot aankoop ervan.
Deze uitlegging strookt met de doelstellingen van genoemde richtlijn zoals deze blijken uit overwegingen 9 tot en met 11 ervan, volgens welke bij de harmonisatie van het auteursrecht steeds van een hoog beschermingsniveau moet worden uitgegaan, de auteurs een passende beloning voor het gebruik van hun werk moeten ontvangen en het systeem tot bescherming van het auteursrecht strikt en doelmatig moet zijn.
(cf. punten 31, 34, 35 en dictum)