EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32023R0955

Sociaal klimaatfonds

Sociaal klimaatfonds

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) 2023/955 tot instelling van een sociaal klimaatfonds en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/1060

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

Als onderdeel van het pakket Fit for 55 wordt het sociaal klimaatfonds opgericht, dat door lidstaten van de Europese Unie (EU) moet worden gebruikt om:

  • maatregelen en investeringen te ondersteunen om de emissies in het wegvervoer en de bouwsector te verminderen en zo de kosten te verlagen voor kwetsbare huishoudens, micro-ondernemingen en vervoersgebruikers die in het bijzonder worden getroffen door de opname van broeikasgasemissies van gebouwen en wegvervoer in het toepassingsgebied van Richtlijn 2003/87/EG (zie de samenvatting);
  • tijdelijke directe inkomenssteun te financieren voor kwetsbare huishoudens en vervoersgebruikers.

KERNPUNTEN

Kwetsbare huishoudens, micro-ondernemingen en vervoersgebruikers

Richtlijn 2003/87/EG zet een systeem op voor de handel in broeikasgasemissierechten om emissiereducties te bevorderen, onder andere van gebouwen en wegvervoer. Drie doelgroepen van het sociaal klimaatfonds worden in Verordening (EU) 2023/955 geïdentificeerd als aanzienlijk getroffen door het kosteneffect van de nieuwe handel in emissierechten voor gebouwen en wegvervoer:

  • kwetsbare huishoudens worden gedefinieerd als huishoudens die energiearmoede ervaren, inclusief huishoudens met lage en lagere middeninkomens, en die niet over de middelen beschikken om het gebouw dat ze bewonen te renoveren;
  • kwetsbare micro-ondernemingen zijn ondernemingen die niet over de middelen beschikken om het gebouw waarin ze gevestigd zijn te renoveren, emissievrije en -arme voertuigen aan te schaffen of over te schakelen op alternatieve, duurzame vervoerswijzen, waaronder openbaar vervoer;
  • kwetsbare vervoersgebruikers worden gedefinieerd als personen en huishoudens die te maken hebben met vervoersarmoede, inclusief personen met lage en lagere middeninkomens, en die niet over de middelen beschikken om nulemissie- of emissiearme voertuigen aan te schaffen of over te stappen op alternatieve duurzame vervoerswijzen, waaronder openbaar vervoer.

Sociale klimaatplannen

Elke lidstaat moet een sociaal klimaatplan indienen bij de Europese Commissie na overleg met lokale en regionale overheden, economische en sociale partners en het maatschappelijk middenveld. De plannen moeten maatregelen en investeringen omvatten om de impact van koolstofbeprijzing voor de bouw- en wegvervoersector op kwetsbare huishoudens, micro-ondernemingen en vervoersgebruikers aan te pakken, zodat verwarming, koeling en mobiliteit betaalbaar blijven.

In aanmerking komende maatregelen en investeringen

De plannen kunnen steun omvatten voor de volgende maatregelen en investeringen die ontworpen moeten worden voor een blijvend effect:

  • renovatie van gebouwen, in het bijzonder voor kwetsbare huishoudens en micro-ondernemingen die de slechtst presterende gebouwen bewonen, waaronder huurders en mensen die in sociale woningen wonen;
  • toegang tot betaalbare energie-efficiënte huisvesting, inclusief sociale huisvesting;
  • decarbonisatie van gebouwen, zoals elektrificatie van verwarming, koeling en koken, door toegang tot betaalbare en energie-efficiënte systemen;
  • het integreren van opwekking en opslag van hernieuwbare energie, onder andere via gemeenschappen voor hernieuwbare energie, energiegemeenschappen voor burgers en andere actieve klanten om zelfverbruik van hernieuwbare energie te bevorderen;
  • gerichte informatie, educatie, bewustzijn en advies over kosteneffectieve maatregelen en investeringen, beschikbare ondersteuning voor renovatie van gebouwen en energie-efficiëntie en duurzame en betaalbare mobiliteits- en vervoersalternatieven;
  • toegang tot nul- en lage-emissievoertuigen en -fietsen, inclusief financiële steun of belastingvoordelen;
  • publieke en private infrastructuur, waaronder de aankoop van emissievrije en emissiearme voertuigen, oplaad- en tankinfrastructuur en de ontwikkeling van een markt voor tweedehands emissievrije voertuigen;
  • prikkels om betaalbaar en toegankelijk openbaar vervoer te gebruiken;
  • private en publieke entiteiten die duurzame mobiliteit op aanvraag, gedeelde mobiliteitsdiensten en actieve mobiliteitsopties ontwikkelen en aanbieden.

De lidstaten kunnen in hun plannen directe inkomenssteun voor kwetsbare huishoudens en vervoersgebruikers opnemen om het effect van de stijging van de prijzen van wegvervoer en verwarmingsbrandstoffen te verminderen. Dergelijke directe steun moet:

  • tijdelijk zijn en na verloop van tijd afnemen;
  • niet meer dan 37,5 % van de geschatte totale kosten van het plan vertegenwoordigen.

Financiering

Een maximum van 65 miljard EUR vanaf 1 januari 2026 tot 31 december 2032 is toegewezen aan het fonds. Bovendien moeten de lidstaten ten minste 25 % van de geschatte totale kosten van hun plannen bijdragen.

De lidstaten kunnen verzoeken om overdrachten naar het fonds vanuit de cohesiebeleidsprogramma’s onder gedeeld beheer die zijn ingesteld bij Verordening (EU) 2021/1060. De lidstaten kunnen ook tot 15 % van hun toewijzing uit het fonds naar de cohesiebeleidsprogramma’s overdragen.

Informatie

Degenen die steun uit het fonds ontvangen, moeten geïnformeerd worden over waar de fondsen vandaan komen, ook als ze via tussenpersonen van deze fondsen profiteren. De informatie moet het EU-embleem en de woorden “gefinancierd door de Europese Unie — Sociaal klimaatfonds” bevatten.

Transparantie

De Commissie moet de door de lidstaten ingediende plannen en de besluiten gelijktijdig en onder gelijke voorwaarden toezenden aan het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie zonder onnodige vertraging.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is sinds30 juni 2024 van toepassing.

ACHTERGROND

De verordening wijzigt artikel 26 (overdracht van middelen) van Verordening (EU) 2021/1060 — gemeenschappelijke regels voor EU-middelen (2021-2027).

Zie voor meer informatie:

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) 2023/955 van het Europees Parlement en de Raad van 10 mei 2023 tot oprichting van een sociaal klimaatfonds en tot wijziging van Verordening (EU) 2021/1060 (PB L 130 van 16.5.2023, blz. 1-51)

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG van de Raad (PB L 275 van 25.10.2003, blz. 32-46)

De opeenvolgende rectificaties van Richtlijn 2003/87/EG zijn in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

Richtlijn (EU) 2023/1791 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 betreffende energie-efficiëntie en tot wijziging van Verordening (EU) 2023/955 (herschikking) (PB L 231 van 20.9.2023, blz. 1-111)

Verordening (EU) 2021/1056 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 tot oprichting van het Fonds voor een rechtvaardige transitie (PB L 231 van 30.6.2021, blz. 1-20)

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid (PB L 231 van 30.6.2021, blz. 159-706)

Zie de geconsolideerde versie.

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten (COM(2021) 102 final van 4.3.2021)

Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit (PB L 57 van 18.2.2021, blz. 17-75)

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2020 betreffende een algemeen conditionaliteitsregime ter bescherming van de Uniebegroting (PB L 433 I van 22.12.2020, blz. 1-10)

Zie de geconsolideerde versie.

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — De Europese Green Deal (COM(2019) 640 final van 11.12.2019)

Verordening (EU) 2018/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 inzake de governance van de energie-unie en van de klimaatactie, tot wijziging van Richtlijn 94/22/EG, Richtlijn 98/70/EG, Richtlijn 2009/31/EG, Verordening (EG) nr. 663/2009, Verordening (EG) nr. 715/2009, Richtlijn 2009/73/EG, Richtlijn 2009/119/EG van de Raad, Richtlijn 2010/31/EU, Richtlijn 2012/27/EU, Richtlijn 2013/30/EU en Richtlijn (EU) 2015/652 van de Raad, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 525/2013 (PB L 328 van 21.12.2018, blz. 1-77)

Zie de geconsolideerde versie.

Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (herschikking) (PB L 328 van 21.12.2018, blz. 82-209)

Zie de geconsolideerde versie.

Besluit (EU) 2016/1841 van de Raad van 5 oktober 2016 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst van Parijs, die is aangenomen in het kader van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (PB L 282 van 19.10.2016, blz. 1-3)

Overeenkomst van Parijs (PB L 282 van 19.10.2016, blz. 4-18)

Richtlijn 2010/31/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen (herschikking) (PB L 153 van 18.6.2010, blz. 13-35)

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 11.12.2023

Naar boven