This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32003R0315
Commission Regulation (EC) No 315/2003 of 19 February 2003 amending Regulation (EC) No 1227/2000 laying down detailed rules for the application of Council Regulation (EC) No 1493/1999 on the common organisation of the market in wine, as regards production potential
Verordening (EG) nr. 315/2003 van de Commissie van 19 februari 2003 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1227/2000 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, inzonderheid met betrekking tot het productiepotentieel
Verordening (EG) nr. 315/2003 van de Commissie van 19 februari 2003 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1227/2000 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, inzonderheid met betrekking tot het productiepotentieel
PB L 46 van 20.2.2003, p. 9–14
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)
No longer in force, Date of end of validity: 31/07/2008; stilzwijgende opheffing door 32008R0555
Verordening (EG) nr. 315/2003 van de Commissie van 19 februari 2003 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1227/2000 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, inzonderheid met betrekking tot het productiepotentieel
Publicatieblad Nr. L 046 van 20/02/2003 blz. 0009 - 0014
Verordening (EG) nr. 315/2003 van de Commissie van 19 februari 2003 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1227/2000 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, inzonderheid met betrekking tot het productiepotentieel DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2585/2001(2), en met name op de artikelen 10 en 15, Overwegende hetgeen volgt: (1) Om de lidstaten in te staat te stellen de betaling van de steun voort te zetten tot het einde van het begrotingsjaar, moeten de regels voor de uitgaven in de periode van 1 juli tot en met 15 oktober, die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1227/2000 van de Commissie(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2191/2002(4), worden gewijzigd. (2) Zo dient met name rekening te worden gehouden met het begrip "betaalbaarstelling" van de uitgaven zoals gedefinieerd in artikel 79 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(5). (3) Het is derhalve noodzakelijk de bepalingen inzake de toepassing van de regeling voor de toekenning van de gewijzigde financiële toewijzingen tijdens het begrotingsjaar aan te passen. (4) Ook de genormaliseerde mededeling van de gegevens en de informatie die de lidstaten aan de Commissie moeten verstrekken, moet worden gewijzigd. (5) Er dient rekening te worden gehouden met de bijzondere eisen als gevolg van het tempo van de tenuitvoerlegging van de herstructurerings- en omschakelingsplannen en de toepassing van de regels inzake de oppervlakten moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. (6) Verordening (EG) nr. 1227/2000 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd. (7) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor wijn, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EG) nr. 1227/2000 wordt als volgt gewijzigd: 1. Artikel 15, lid 2, eerste alinea, wordt vervangen door: "2. In afwijking van lid 1, kunnen de lidstaten bepalen dat de steun als voorschot aan de producenten wordt uitgekeerd voordat een specifieke maatregel is uitgevoerd, op voorwaarde dat met de uitvoering van de betrokken maatregel is begonnen en de producent een zekerheid heeft gesteld die gelijk is aan 120 % van de steun. Voor de toepassing van Verordening (EEG) nr. 2220/85 is de na te komen eis de verplichting om de betrokken maatregel uit te voeren vóór het einde van het tweede verkoopseizoen na dat waarin het voorschot is toegekend.". 2. Artikel 15 bis, lid 2, eerste alinea, wordt vervangen door: "2. In afwijking van lid 1, kunnen de lidstaten bepalen dat de steun als voorschot aan de producenten wordt uitgekeerd voor alle in de steunaanvraag vermelde maatregelen voordat al deze maatregelen zijn uitgevoerd, op voorwaarde dat met de uitvoering is begonnen en de begunstigde een zekerheid heeft gesteld die gelijk is aan 120 % van de steun. Voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 2220/85 is de na te komen eis de verplichting om alle betrokken maatregelen uit te voeren vóór het einde van het tweede verkoopseizoen na dat waarin het voorschot is toegekend.". 3. Artikel 16, lid 1, wordt vervangen door: "1. Uiterlijk op 30 juni van elk jaar zenden de lidstaten de Commissie met betrekking tot de herstructurerings- en omschakelingsregeling: a) een staat van de uitgaven die in het lopende begrotingsjaar daadwerkelijk zijn gedaan, alsmede de totale betrokken oppervlakte; b) een staat van de tijdens het lopende begrotingsjaar betaalbaar gestelde uitgaven, alsmede de totale betrokken oppervlakte; c) de aanvragen om, bovenop de financiële toewijzing zoals bedoeld in artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1493/1999, uitgaven van het lopende jaar te vergoeden, met vermelding van de totale betrokken oppervlakte voor ieder geval, en d) de herziene uitgavenraming, met vermelding van de totale oppervlakte, voor de volgende begrotingsjaren tot het einde van de periode waarbinnen de herstructurerings- en omschakelingsplannen naar verwachting uitgevoerd zullen zijn, waarbij rekening wordt gehouden met de aan iedere lidstaat toegewezen middelen.". 4. Artikel 17 wordt vervangen door: "Artikel 17 1. Voor elke lidstaat worden de voor een begrotingsjaar gedeclareerde werkelijke uitgaven slechts gefinancierd tot de overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder a), meegedeelde bedragen, voorzover deze in totaal de financiële toewijzing aan de lidstaat zoals bedoeld in artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1493/1999, niet overschrijden. 2. De lidstaten delen de in artikel 16, lid 1, onder b), bedoelde uitgavenstaat slechts mee indien het bedrag dat zij overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder a), hebben gedeclareerd, ten minste gelijk is aan 75 % van het op grond van artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 toegekende bedrag. 3. Aanvragen van de lidstaten overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder c), worden in aanmerking genomen naar rato van het bedrag dat beschikbaar blijft nadat alle overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder a), gemelde bedragen en de overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder b), gedeclareerde bedragen voor alle lidstaten zijn afgetrokken van het totaal van de financiële toewijzingen aan de lidstaten zoals bedoeld in artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1493/1999. De Commissie deelt de lidstaten zo spoedig mogelijk na 30 juni mee in hoeverre hun aanvragen ingewilligd kunnen worden. 4. Ongeacht het bepaalde in de leden 1 en 2, geldt het volgende: wanneer de overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder a), gemelde totale opppervlakte kleiner is dan het aantal hectares dat aangeven is in de in artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 bedoelde financiële toewijzing aan de lidstaat voor het betrokken begrotingsjaar, dan worden de voor dat begrotingsjaar gedeclareerde uitgaven slechts gefinancierd tot een maximum dat berekend wordt door de aangegeven totale oppervlakte te vermenigvuldigen met de gemiddelde steun per hectare die resulteert uit de verhouding tussen het aan de lidstaat op grond van artikel 14, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1493/1999 toegekende bedrag en het geplande aantal hectares. Dit bedrag mag in geen geval hoger zijn dan de overeenkomstig artikel 16, lid 1, onder a), gedeclareerde uitgaven. Voor de toepassing van dit lid geldt voor de gemelde totale oppervlakte een tolerantie van 5 % ten opzichte van die welke is vermeld in de financiële toewijzing voor het betrokken begrotingsjaar. 5. Indien de werkelijke uitgaven van een lidstaat tijdens een gegeven begrotingsjaar lager zijn dan 75 % van de in lid 1 bedoelde bedragen, worden de voor het volgende begrotingsjaar in aanmerking komende uitgaven en de overeenkomstige oppervlakte verlaagd met eenderde van het verschil tussen deze drempel en de werkelijke uitgaven in het betrokken begrotingsjaar. 6. Met deze verlaging wordt geen rekening gehouden voor de voor het volgende begrotingsjaar te erkennen uitgaven. 7. Bedragen die overeenkomstig artikel 15 of artikel 15 bis door de producenten zijn terugbetaald, worden in mindering gebracht op de te financieren uitgaven. 8. Verwijzingen naar een begrotingsjaar gelden als verwijzingen naar betalingen die de lidstaten van 16 oktober tot en met 15 oktober van het daaropvolgende jaar daadwerkelijk hebben verricht.". Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 19 februari 2003. Voor de Commissie Franz Fischler Lid van de Commissie (1) PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1. (2) PB L 345 van 29.12.2001, blz. 10. (3) PB L 143 van 16.6.2000, blz. 1. (4) PB L 334 van 11.12.2002, blz. 16. (5) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1. BIJLAGE >PIC FILE= "L_2003046NL.001102.TIF"> >PIC FILE= "L_2003046NL.001201.TIF"> >PIC FILE= "L_2003046NL.001301.TIF"> >PIC FILE= "L_2003046NL.001401.TIF">