EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32021R0771

Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/771 van de Commissie van 21 januari 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke criteria en voorwaarden voor de controles van de administratie in het kader van de officiële controles op het gebied van biologische productie en de officiële controles van groepen exploitanten (Voor de EER relevante tekst)

C/2021/254

PB L 165 van 11.5.2021, p. 25–27 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 11/05/2021

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2021/771/oj

11.5.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 165/25


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2021/771 VAN DE COMMISSIE

van 21 januari 2021

tot aanvulling van Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke criteria en voorwaarden voor de controles van de administratie in het kader van de officiële controles op het gebied van biologische productie en de officiële controles van groepen exploitanten

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (1), en met name artikel 38, lid 8, onder a), i) en ii),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Om de integriteit van de biologische productie te waarborgen, zijn er specifieke criteria en voorwaarden nodig voor het verrichten van officiële controles om de traceerbaarheid te verzekeren gedurende alle stadia van de productie, bereiding en distributie, en om de naleving van Verordening (EU) 2018/848 te waarborgen, met name wat betreft de in artikel 38, lid 3, van die verordening bedoelde fysieke inspectie ter plaatse van de biologische exploitanten of groepen exploitanten. Om doeltreffend te zijn, moet die fysieke inspectie ter plaatse ten minste een controle op de traceerbaarheid en een massabalanscontrole omvatten door middel van controles van de administratie. De controle op de traceerbaarheid heeft tot doel na te gaan of de producten die door de exploitant of groep exploitanten zijn ontvangen of verzonden biologische of omschakelingsproducten zijn. Het doel van de massabalanscontrole is om de balans tussen de input en de output van de exploitant of groep exploitanten te bepalen en in het bijzonder de plausibiliteit van de volumes van biologische of omschakelingsproducten. Er moet worden bepaald welke elementen onder de traceerbaarheidscontrole en de massabalanscontrole moeten vallen.

(2)

Met het oog op officiële controles omvat het begrip “groep exploitanten” in de context van artikel 36, lid 1, van Verordening (EU) 2018/848 een specifieke categorie exploitanten die landbouwers zijn of exploitanten die algen of aquacultuurdieren produceren, en die voorts betrokken kunnen zijn bij het verwerken, bereiden of in de handel brengen van levensmiddelen en diervoeders. Elke groep moet een systeem voor interne controle (ICS) instellen dat bestaat uit een gedocumenteerde reeks controleactiviteiten. De bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan moet over de passende kwalificaties beschikken om het ICS te beoordelen en herinspecties uit te voeren op basis van een risicogebaseerde steekproef van de leden van de groep exploitanten, teneinde een conclusie te kunnen trekken over de algehele mate van naleving in de groep. Daarom is het nodig vereisten inzake de competenties van de bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan vast te stellen, om de specifieke samenstelling van exploitanten binnen een groep en het ICS te beoordelen en voor een geharmoniseerd kader voor de beoordeling van het ICS en voor de selectie van de steekproef van de leden voor de herinspecties.

(3)

Omwille van de duidelijkheid en de rechtszekerheid moet deze verordening van toepassing zijn met ingang van de datum van toepassing van Verordening (EU) 2018/848,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Controles van de administratie

1.   De fysieke inspectie ter plaatse uit hoofde van artikel 38, lid 3, van Verordening (EU) 2018/848 omvat een traceerbaarheidscontrole en een massabalanscontrole van de exploitant of groep exploitanten door middel van controles van de administratie.

2.   De bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan verricht de traceerbaarheidscontrole en de massabalanscontrole overeenkomstig het standaardmodel dat bij de in artikel 38, lid 6, van Verordening (EU) 2018/848 bedoelde schriftelijke gegevens is gevoegd.

3.   Voor de toepassing van de traceerbaarheidscontrole en de massabalanscontrole worden de te verifiëren producten, groepen producten en perioden op risicobasis geselecteerd.

4.   De traceerbaarheidscontrole betreft ten minste de volgende elementen, aangetoond door de nodige documenten, waaronder voorraadboekhouding en financiële boekhouding:

a)

de naam en het adres van de leverancier en, wanneer dat iemand anders is, van de eigenaar, verkoper of exporteur van de producten;

b)

de naam en het adres van de geadresseerde en, wanneer dat iemand anders is, van de koper of importeur van het product;

c)

het certificaat van de leverancier overeenkomstig artikel 35, lid 6, van Verordening (EU) 2018/848;

d)

de in bijlage III, punt 2.1, eerste alinea, bij Verordening (EU) 2018/848 bedoelde informatie;

e)

de desbetreffende identificatiecode van de partij.

5.   De massabalanscontrole betreft in voorkomend geval ten minste de volgende elementen, aangetoond door de nodige documenten, waaronder voorraadboekhouding en financiële boekhouding:

a)

de aard en de hoeveelheden van de producten die aan de eenheid zijn geleverd, en, in voorkomend geval, van aangekochte materialen en het gebruik daarvan alsmede, in voorkomend geval, de samenstelling van producten;

b)

de aard en de hoeveelheid van de producten die in de bedrijfsruimten zijn opgeslagen;

c)

de aard en de hoeveelheden van producten die de eenheid van de exploitant of groep exploitanten hebben verlaten en aan de bedrijfsruimten of opslaginstallaties van de geadresseerde zijn geleverd;

d)

in het geval van exploitanten die het product (de producten) kopen en verkopen zonder het product (de producten) op te slaan of fysiek te behandelen, de aard en de hoeveelheden van de producten die zijn gekocht en verkocht, en de leveranciers, en wanneer dat iemand anders is, de verkopers of de exporteurs en de kopers, en wanneer dat iemand anders is, de ontvangers;

e)

de opbrengst van de producten die in het voorgaande jaar zijn verkregen, verzameld of geoogst;

f)

de reële opbrengst van de producten die dit jaar zijn verkregen, verzameld of geoogst;

g)

het aantal en/of gewicht van het dit jaar en het voorgaande jaar beheerde vee;

h)

eventuele verliezen, toenames of afnames van de hoeveelheden producten in om het even welk stadium van de productie, bereiding en distributie;

i)

biologische of omschakelingsproducten die als niet-biologisch in de handel worden gebracht.

Artikel 2

Officiële controles van groepen exploitanten

1.   Om de naleving door een groep exploitanten te certificeren en verifiëren, wijst de bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan inspecteurs aan die bevoegd zijn voor het beoordelen van systemen voor interne controle (ICS).

2.   Met het oog op de beoordeling van de opzet, de werking en het behoud van het ICS van een groep exploitanten verifieert de bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan ten minste of:

a)

de gedocumenteerde procedures van het ICS die zijn opgezet, voldoen aan de vereisten van Verordening (EU) 2018/848;

b)

de lijst van leden van de groep exploitanten met de daarin vereiste informatie voor elk lid voortdurend wordt bijgewerkt en afgestemd op het toepassingsgebied van het certificaat;

c)

alle leden van de groep exploitanten tijdens hun lidmaatschap van de groep exploitanten voldoen aan de criteria van artikel 36, lid 1, onder a), b) en e), van Verordening (EU) 2018/848;

d)

het aantal ICS-inspecteurs en hun opleiding en competenties evenredig en adequaat zijn en de ICS-inspecteurs geen belangenconflicten hebben;

e)

alle leden van de groep exploitanten en hun activiteiten en productie-eenheden of bedrijfsruimten, met inbegrip van aankoopcentra of verzamelplaatsen ten minste eenmaal per jaar een interne inspectie krijgen, die gedocumenteerd wordt;

f)

nieuwe leden of nieuwe productie-eenheden en nieuwe activiteiten van bestaande leden, met inbegrip van nieuwe aankoopcentra en verzamelplaatsen, pas worden aanvaard ná goedkeuring door de ICS-beheerder op basis van het interne inspectierapport volgens de gedocumenteerde procedures van het ICS die zijn opgezet;

g)

de ICS-beheerder bij niet-naleving passende maatregelen neemt, met inbegrip van de follow-up daarvan, volgens de gedocumenteerde procedures van het ICS die zijn opgezet;

h)

de kennisgevingen van ICS-beheerder aan de bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan geschikt en toereikend zijn;

i)

de interne traceerbaarheid voor alle producten en leden van de groep exploitanten gewaarborgd wordt door het ramen van de hoeveelheden en vergelijken van de opbrengsten van ieder lid van de groep exploitanten;

j)

de leden van de groep exploitanten een adequate opleiding krijgen over de ICS-procedures en de vereisten van Verordening (EU) 2018/848.

3.   De bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan voert een risicobeoordeling uit om de steekproef van leden van de groep exploitanten te selecteren voor herinspecties overeenkomstig artikel 38, lid 4, onder d), van Verordening (EU) 2018/848. Daarbij houdt die autoriteit rekening met het volume en de waarde van de productie en met de beoordeling van de waarschijnlijkheid van niet-naleving van de voorschriften van Verordening (EU) 2018/848. Herinspecties worden fysiek ter plaatse verricht in aanwezigheid van de geselecteerde leden.

4.   De bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan maakt voldoende tijd vrij voor de controle van een groep exploitanten in verhouding tot het type, de structuur, de omvang, de producten, de activiteiten en de opbrengst van de groep exploitanten.

5.   De bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan verricht getuigenaudits om de competenties en kennis van ICS-inspecteurs te verifiëren.

6.   De bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de controleautoriteit of het controleorgaan beoordeelt of er sprake is van een tekortkoming van het ICS op basis van het aantal gevallen van niet-naleving die niet zijn opgemerkt door de ICS-inspecteurs en de resultaten van het onderzoek naar de oorzaak en de aard van de niet-nalevingen.

Artikel 3

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2022.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 21 januari 2021.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)  PB L 150 van 14.6.2018, blz. 1.


Top