This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32014R1175
Commission Regulation (EU) No 1175/2014 of 30 October 2014 implementing Regulation (EC) No 452/2008 of the European Parliament and of the Council concerning the production and development of statistics on education and lifelong learning, as regards statistics on the participation of adults in lifelong learning and repealing Commission Regulation (EU) No 823/2010 Text with EEA relevance
Verordening (EU) nr. 1175/2014 van de Commissie van 30 oktober 2014 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 452/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de productie en ontwikkeling van statistieken over onderwijs en een leven lang leren, wat betreft statistieken over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 823/2010 van de Commissie Voor de EER relevante tekst
Verordening (EU) nr. 1175/2014 van de Commissie van 30 oktober 2014 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 452/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de productie en ontwikkeling van statistieken over onderwijs en een leven lang leren, wat betreft statistieken over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 823/2010 van de Commissie Voor de EER relevante tekst
PB L 316 van 4.11.2014, p. 4–43
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
4.11.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 316/4 |
VERORDENING (EU) Nr. 1175/2014 VAN DE COMMISSIE
van 30 oktober 2014
tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 452/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de productie en ontwikkeling van statistieken over onderwijs en een leven lang leren, wat betreft statistieken over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 823/2010 van de Commissie
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 452/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 betreffende de productie en de ontwikkeling van statistieken over onderwijs en een leven lang leren (1), en met name artikel 6, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 452/2008 is een gemeenschappelijk raamwerk vastgesteld voor de systematische productie van Europese statistieken over onderwijs en een leven lang leren. |
(2) |
In Verordening (EU) nr. 823/2010 (2) van de Commissie zijn maatregelen vastgesteld ter uitvoering van afzonderlijke statistische werkzaamheden voor de productie van statistieken over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren als omschreven in deelgebied 2 van Verordening (EG) nr. 452/2008. |
(3) |
Bij de productie en de verspreiding van Europese statistieken over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren dienen de nationale statistische instituten en die van de EU rekening te houden met de beginselen die uiteengezet zijn in de Europese praktijkcode voor de statistiek die het Comité voor het Europees statistisch systeem in september 2011 heeft goedgekeurd. |
(4) |
De verzameling van gegevens over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren moet regelmatig worden aangepast aan veranderingen en nieuwe ontwikkelingen van een leven lang leren teneinde te voldoen aan nieuwe informatiebehoeften. |
(5) |
Met het oog op een verregaande harmonisatie van de enquêteresultaten tussen de landen moet de Commissie methodologische richtsnoeren opstellen voor de uitvoering van de enquête. |
(6) |
Bijgevolg moet Verordening (EU) nr. 823/2010 worden ingetrokken. |
(7) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor het Europees statistisch systeem, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De verzameling van gegevens voor de tweede enquête over deelname en niet-deelname van volwassenen aan een leven lang leren (hierna de „tweede enquête volwasseneneducatie” genoemd) vindt plaats van 1 juli 2016 tot en met 31 maart 2017. De referentieperiode waarvan de gegevens over de deelname aan activiteiten in het kader van een leven lang leren worden verzameld, bestaat uit de twaalf maanden voorafgaand aan het interview.
Artikel 2
De enquête betreft de leeftijdsgroep van 25-64 jaar. De leeftijdsgroepen 18-24 jaar en 65-69 jaar zijn voor de enquête facultatief.
Artikel 3
De variabelen betreffende de thema's van de tweede enquête volwasseneneducatie als gespecificeerd in deelgebied 2 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 452/2008 en de uitsplitsingen ervan worden vastgesteld in bijlage I bij de onderhavige verordening.
Artikel 4
De steekproef- en nauwkeurigheidsvereisten om aan de in deelgebied 2 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 452/2008 vastgelegde eisen betreffende de gegevensbronnen en steekproefomvang te voldoen, worden vastgesteld in bijlage II bij de onderhavige verordening.
Artikel 5
De lidstaten verstrekken een standaardkwaliteitsverslag inzake de tweede enquête volwasseneneducatie aan de Commissie (Eurostat). De structuur van het verslag is overeenkomstig de ESS-standaardstructuur voor kwaliteitsverslagen (ESQR), waarbij met name rekening wordt gehouden met de in artikel 4, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 452/2008 genoemde kwaliteitscriteria en de overige eisen die in bijlage III bij de onderhavige verordening worden gespecificeerd.
Artikel 6
1. Binnen zes maanden na het einde van de nationale verzamelperiode verstrekken de lidstaten schone microgegevensbestanden met betrekking tot de tweede enquête volwasseneneducatie aan de Commissie (Eurostat).
2. Binnen drie maanden na de verstrekking van de microgegevensbestanden verstrekken de lidstaten het standaardkwaliteitsverslag inzake de tweede enquête volwasseneneducatie aan de Commissie (Eurostat).
Artikel 7
De in deze verordening vastgestelde eisen zijn minimumeisen. De lidstaten kunnen op nationaal niveau nadere eisen specificeren met betrekking tot de tweede enquête volwasseneneducatie, op voorwaarde dat wordt voldaan aan de in deze verordening vastgestelde kwaliteitseisen.
Artikel 8
Verordening (EG) nr. 823/2010 wordt ingetrokken.
Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening.
Artikel 9
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 30 oktober 2014.
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
(1) PB L 145 van 4.6.2008, blz. 227.
(2) Verordening (EU) nr. 823/2010 van de Commissie van 17 september 2010 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 452/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de productie en ontwikkeling van statistieken over onderwijs en een leven lang leren, wat betreft statistieken over de deelname van volwassenen aan een leven lang leren (PB L 246 van 18.9.2010, blz. 33).
BIJLAGE I
Variabelen
Opmerkingen over de tabel:
Alle variabelen moeten worden verstrekt. De in artikel 6 bedoelde gegevens en metagegevens worden aan Eurostat verstrekt via de diensten van het centrale punt voor gegevenstoezending. De codes en codelijsten in de onderstaande tabel zijn slechts ter indicatie. De definities van de gegevensstructuren en de formaten voor de indiening van de gegevens worden verstrekt door de Commissie (Eurostat).
1. Achtergrondinformatie over het individu
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
||
COUNTRY |
|
LAND VAN VERBLIJF |
Iedereen |
||
|
2 cijfers |
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
||
REGION |
|
REGIO VAN VERBLIJF |
Iedereen |
||
|
2 cijfers |
Codering overeenkomstig NUTS op 2-cijferniveau |
|
||
DEG_URB |
|
URBANISATIEGRAAD VAN HET GEBIED WAAR HET HUISHOUDEN WOONT |
Iedereen |
||
|
1 |
Dichtbevolkt gebied |
|
||
|
2 |
Gebied met gemiddelde bevolkingsdichtheid |
|
||
|
3 |
Dunbevolkt gebied |
|
||
REFYEAR |
|
JAAR VAN HET INTERVIEW |
Iedereen |
||
|
4 cijfers |
|
|
||
REFMONTH |
|
MAAND VAN HET INTERVIEW |
Iedereen |
||
|
1-12 |
|
|
||
RESPID |
|
IDENTIFICATIE VAN DE RESPONDENT |
Iedereen |
||
|
numeriek |
Identificatiecode van elk record |
|
||
RESPWEIGHT |
|
WEGINGSCOËFFICIËNT VOOR INDIVIDUEN |
Iedereen |
||
|
numeriek |
Wegingscoëfficiënt voor individuen (met drie door een punt gescheiden decimalen) |
|
||
NFEACTWEIGHT |
|
WEGINGSCOËFFICIËNT VOOR NIET-FORMELE ACTIVITEITEN |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
numeriek |
Wegingscoëfficiënt voor niet-formele activiteiten geselecteerd in NFERAND1 en NFERAND2 (met drie decimalen en de punt als decimaalteken) |
|
||
|
0 |
NFENUM = 0 |
|
||
INTMETHOD |
|
GEBRUIKTE METHODE VOOR GEGEVENSVERZAMELING |
Iedereen |
||
|
10 |
Per post, niet-elektronische versie |
|
||
|
11 |
Per post, elektronische versie |
|
||
|
20 |
Persoonlijk, niet-elektronische versie |
|
||
|
21 |
Persoonlijk, elektronische versie |
|
||
|
30 |
Telefonisch, niet-elektronische versie |
|
||
|
31 |
Telefonisch, elektronische versie |
|
||
|
40 |
Via internet |
|
||
|
50 |
Gemengde wijze van gegevensverzameling (bv. een interview per post en een persoonlijk interview) |
|
||
(HHNBPERS) |
|
AANTAL PERSONEN IN HET HUISHOUDEN (INCLUSIEF RESPONDENT) |
Iedereen |
||
HHNBPERS_tot |
0-98 |
Totaal aantal personen woonachtig in het huishouden |
|
||
HHNBPERS_0_13 |
0-98 |
0-13 jaar |
|
||
HHNBPERS_14_24 |
0-98 |
14-24 jaar |
|
||
HHNBPERS_25plus |
0-98 |
25 jaar en ouder |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
HHTYPE |
|
TYPE HUISHOUDEN |
Iedereen |
||
|
10 |
Eenpersoonshuishouden |
|
||
|
21 |
Een ouder met kind(eren) jonger dan 25 jaar |
|
||
|
22 |
Paar zonder kind(eren) jonger dan 25 jaar |
|
||
|
23 |
Paar met kind(eren) jonger dan 25 jaar |
|
||
|
24 |
Paar of een ouder met kind(eren) jonger dan 25 jaar en andere personen in het huishouden |
|
||
|
30 |
Andere |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
HHINCOME |
|
EQUIVALENT MAANDELIJKS NETTO-INKOMEN VAN HET HUISHOUDEN |
Iedereen |
||
|
1 |
Minder dan het eerste kwintiel |
|
||
|
2 |
Tussen eerste en tweede kwintiel |
|
||
|
3 |
Tussen tweede en derde kwintiel |
|
||
|
4 |
Tussen derde en vierde kwintiel |
|
||
|
5 |
Meer dan het vierde kwintiel |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
SEX |
|
GESLACHT |
Iedereen |
||
|
1 |
Man |
|
||
|
2 |
Vrouw |
|
||
|
|
GEBOORTEJAAR EN -MAAND |
|
||
BIRTHYEAR |
4 cijfers |
Geboortejaar in vier cijfers |
Iedereen |
||
BIRTHMONTH |
1-12 |
Geboortemaand in twee cijfers |
Iedereen |
||
CITIZEN |
|
STAATSBURGERSCHAP |
Iedereen |
||
|
0 |
Zelfde als land van verblijf |
|
||
|
2 cijfers |
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
BIRTHPLACE |
|
GEBOORTELAND |
Iedereen |
||
|
0 |
Geboren in dit land |
|
||
|
2 cijfers |
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
RESTIME |
|
VERBLIJFSDUUR IN DIT LAND |
BIRTHPLACE ≠ 0 |
||
|
1 |
Een jaar en minder in dit land |
|
||
|
2-10 |
Aantal jaren, voor degenen die twee tot tien jaar in dit land zijn gevestigd |
|
||
|
11 |
Langer dan 10 jaar in dit land gevestigd |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (BIRTHPLACE = 0) |
|
||
MARSTADEFACTO |
|
FEITELIJKE SAMENLEVINGSVORM (samenwoning) |
Iedereen |
||
|
1 |
Samenwonend |
|
||
|
2 |
Niet-samenwonend |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
HATLEVEL |
|
OPLEIDINGSNIVEAU (hoogste niveau van met succes afgesloten onderwijs of opleiding, zoals omschreven in ISCED 2011, codering gebaseerd op de ISCED-kartering moet aan Eurostat worden verstrekt) |
Iedereen |
||
|
000 |
Geen formeel onderwijs of lager dan ISCED 1 |
|
||
|
100 |
ISCED 1 |
|
||
|
200 |
ISCED 2 (met inbegrip van ISCED 3-programma's van minder dan twee jaar) |
|
||
|
302 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, ononderbroken (d.w.z. alleen voor doorstroming naar het volgende ISCED 3-programma) |
|
||
|
303 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, volledig of alleen voor toegang tot ISCED 4 |
|
||
|
304 |
ISCED 3 met toegang tot ISCED 5, 6 en 7 |
|
||
|
300 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, zonder mogelijk onderscheid van toegang tot andere ISCED-niveaus |
|
||
|
400 |
ISCED 4 |
|
||
|
500 |
ISCED 5 |
|
||
|
600 |
ISCED 6 |
|
||
|
700 |
ISCED 7 |
|
||
|
800 |
ISCED 8 |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
HATFIELD |
|
ONDERWERP/INHOUD VAN HOOGSTE NIVEAU VAN MET SUCCES AFGESLOTEN ONDERWIJS OF OPLEIDING |
HATLEVEL = 300-800 |
||
|
0000-9998 |
Niveau 1 van de indeling van onderwijs- en opleidingsgebieden |
|
||
|
of facultatief |
of onderverdelingen van de indeling van onderwijs- en beroepsopleidingsgebieden. |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (HATLEVEL ≠ 300-800) |
|
||
HATYEAR |
|
JAAR WAARIN HET HOOGSTE ONDERWIJS- OF OPLEIDINGSNIVEAU MET SUCCES WERD AFGESLOTEN |
HATLEVEL ≠ 000, -1 |
||
|
4 cijfers |
De vier cijfers van het jaar waarin het hoogste onderwijs- of opleidingsniveau met succes werd afgesloten |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (HATLEVEL = 000, – 1) |
|
||
HATVOC |
|
RICHTING VAN HOOGSTE NIVEAU VAN MET SUCCES AFGESLOTEN ONDERWIJS OF OPLEIDING |
HATLEVEL = 300-400 en (REFYEAR — HATYEAR) ≤ 20 |
||
|
1 |
Algemeen onderwijs |
|
||
|
2 |
Beroepsonderwijs |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (HATLEVEL ≠ 300-400 of (REFYEAR — HATYEAR) > 20) |
|
||
DROPEDUC |
|
NIET-VOLTOOIDE FORMEEL ONDERWIJS- OF OPLEIDINGPROGRAMMA (programma met het hoogste niveau indien er meerdere niet-voltooide programma's zijn) |
HATLEVEL ≠ 000, – 1 en (REFYEAR — HATYEAR) ≤ 20 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (HATLEVEL = 000, – 1 of (REFYEAR — HATYEAR) > 20) |
|
||
DROPEDUCLEVEL |
|
NIVEAU VAN HET NIET-VOLTOOIDE FORMEEL ONDERWIJS- OF OPLEIDINGPROGRAMMA |
DROPEDUC = 1 |
||
|
100 |
ISCED 1 |
|
||
|
200 |
ISCED 2 (met inbegrip van ISCED 3-programma's van minder dan twee jaar) |
|
||
|
302 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, ononderbroken (d.w.z. alleen voor doorstroming naar het volgende ISCED 3-programma) |
|
||
|
303 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, volledig of alleen voor toegang tot ISCED 4 |
|
||
|
304 |
ISCED 3 met toegang tot ISCED 5, 6 en 7 |
|
||
|
300 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, zonder mogelijk onderscheid van toegang tot andere ISCED-niveaus |
|
||
|
400 |
ISCED 4 |
|
||
|
500 |
ISCED 5 |
|
||
|
600 |
ISCED 6 |
|
||
|
700 |
ISCED 7 |
|
||
|
800 |
ISCED 8 |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (DROPEDUC ≠ 1) |
|
||
DROPEDUCVOC |
|
RICHTING VAN HET NIET-VOLTOOIDE FORMEEL ONDERWIJS- OF OPLEIDINGPROGRAMMA |
DROPEDUCLEVEL = 300-400 en (REFYEAR — HATYEAR) ≤ 20 |
||
|
1 |
Algemeen onderwijs |
|
||
|
2 |
Beroepsonderwijs |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (DROPEDUCLEVEL ≠ 300-400 of (REFYEAR — HATYEAR) > 20) |
|
||
MAINSTAT |
|
HUIDIGE VOORNAAMSTE ARBEIDSSITUATIE |
Iedereen |
||
|
|
Heeft een baan of beroepsbezigheid ten tijde van het interview, met inbegrip van onbetaald werk voor een familiebedrijf, met inbegrip van een praktijkopleiding, betaalde stage enz.: |
|
||
|
11 |
|
|
||
|
12 |
|
|
||
|
20 |
Werkloos |
|
||
|
31 |
Leerling, student, opleiding, onbetaalde stage |
|
||
|
32 |
Gepensioneerd of vervroegd uitgetreden of zelfstandige activiteit opgegeven |
|
||
|
33 |
Blijvend arbeidsongeschikt |
|
||
|
34 |
Militaire of vervangende dienstplicht |
|
||
|
35 |
Doet het huishouden |
|
||
|
36 |
Anderszins niet-actief |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
EMP12M |
|
ARBEID IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN |
MAINSTAT = 20-36 |
||
|
|
Had gedurende enig moment in de laatste 12 maanden een baan of beroepsbezigheid, met inbegrip van onbetaald werk voor een familiebedrijf, met inbegrip van een praktijkopleiding, betaalde stage enz.: |
|
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (MAINSTAT = 11, 12) |
|
||
JOBSTAT |
|
POSITIE IN HET BEDRIJF |
MAINSTAT = 11, 12 |
||
|
11 |
Werkgever |
|
||
|
12 |
Zelfstandige zonder werknemers |
|
||
|
21 |
Werknemer met een vaste baan of een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd |
|
||
|
22 |
Werknemer met een tijdelijke baan of een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd |
|
||
|
30 |
Medewerkend gezinslid |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (MAINSTAT ≠ 11, 12) |
|
||
JOBISCO |
|
BEROEP |
MAINSTAT = 11, 12 |
||
|
2 cijfers |
ISCO-08, gecodeerd op 2-cijferniveau |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (MAINSTAT ≠ 11, 12) |
|
||
LOCNACE |
|
ECONOMISCHE ACTIVITEIT VAN DE LOKALE EENHEID |
MAINSTAT = 11, 12 |
||
|
2 cijfers |
NACE Rev. 2, gecodeerd op 2-cijferniveau |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (MAINSTAT ≠ 11, 12) |
|
||
LOCSIZEFIRM |
|
AANTAL WERKENDE PERSONEN IN DE LOKALE EENHEID |
JOBSTAT = 11, 21, 22, 30 |
||
|
1 |
1 tot en met 9 personen |
|
||
|
2 |
10 t/m 19 personen |
|
||
|
3 |
20 t/m 49 personen |
|
||
|
4 |
50 t/m 249 personen |
|
||
|
5 |
250 personen of meer |
|
||
|
7 |
Niet volledig bekend, maar 10 of meer personen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (JOBSTAT ≠ 11, 21, 22, 30) |
|
||
JOBTIME |
|
JAAR WAARIN DE BETROKKENE IN HUIDIGE EERSTE WERKKRING IS BEGONNEN |
MAINSTAT = 11, 12 |
||
|
4 cijfers |
Desbetreffende jaar in vier cijfers |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (MAINSTAT ≠ 11, 12) |
|
||
|
|
HOOGSTE NIVEAU VAN DOOR OUDERS (VOOGD) MET SUCCES AFGESLOTEN ONDERWIJS OF OPLEIDING |
|
||
HATFATHER |
|
VADER (MANNELIJKE VOOGD) |
Iedereen |
||
|
1 |
Lager middelbaar of minder |
|
||
|
2 |
Hoger middelbaar |
|
||
|
3 |
Tertiair |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (vader onbekend) |
|
||
HATMOTHER |
|
MOEDER (VROUWELIJKE VOOGD) |
Iedereen |
||
|
1 |
Lager middelbaar of minder |
|
||
|
2 |
Hoger middelbaar |
|
||
|
3 |
Tertiair |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (moeder onbekend) |
|
||
|
|
GEBOORTELAND VAN UW OUDERS |
|
||
BIRTHFATHER |
|
GEBOORTELAND VADER |
Iedereen |
||
|
0 |
Geboren in dit land |
|
||
|
2 cijfers |
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (vader onbekend) |
|
||
BIRTHMOTHER |
|
GEBOORTELAND MOEDER |
Iedereen |
||
|
0 |
Geboren in dit land |
|
||
|
2 cijfers |
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (moeder onbekend) |
|
2. Toegang tot informatie over opleidingsmogelijkheden en advies
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
SEEKINFO |
|
HEEFT IN DE LAATSTE 12 MAANDEN INFORMATIE OVER OPLEIDINGSMOGELIJKHEDEN GEZOCHT (formele of niet-formele onderwijs- en opleidingsactiviteiten) |
Iedereen |
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
GUIDEINST |
|
INFORMATIE OF ADVIES/HULP OVER OPLEIDINGSMOGELIJKHEDEN DIE IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN IS ONTVANGEN VAN INSTELLINGEN/ORGANISATIES |
Iedereen |
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
GUIDEINST_1 |
|
Ja, ik heb gratis informatie of advies/hulp over opleidingsmogelijkheden ontvangen van instellingen/organisaties |
|
GUIDEINST_2 |
|
Ja, ik heb betaald voor informatie of advies/hulp over opleidingsmogelijkheden ontvangen van instellingen/organisaties |
|
GUIDEINST_3 |
|
Neen, ik heb geen informatie of advies/hulp over opleidingsmogelijkheden ontvangen van instellingen/organisaties |
|
|
|
Elke GUIDEINST_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 1 indien er geen antwoord is |
|
GUIDESOURCE |
|
BRONNEN VAN GRATIS INFORMATIE OF ADVIES/HULP OVER OPLEIDINGSMOGELIJKHEDEN DIE IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN IS ONTVANGEN |
GUIDEINST_1 = 1 |
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (GUIDEINST_1 ≠ 1) |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
GUIDESOURCE_1 |
|
Van onderwijs- of opleidingsinstelling (school, hogeschool, universiteit, centrum voor beroepsonderwijs en -opleidingen, instelling voor volwassenonderwijs, valideringscentrum) |
|
GUIDESOURCE_2 |
|
Van diensten voor arbeidsvoorziening |
|
GUIDESOURCE_3 |
|
Van werkgever of werkgeversorganisaties |
|
GUIDESOURCE_4 |
|
Van vakbonden of ondernemingsraad |
|
GUIDESOURCE_5 |
|
Van andere instellingen/organisaties die gratis informatie of advies/hulp over opleidingsmogelijkheden verstrekken (andere dan hiervoor genoemd) |
|
|
|
Elke GUIDESOURCE_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (GUIDEINST_1 ≠ 1), – 1 indien er geen antwoord is |
|
GUIDETYPE |
|
SOORT GRATIS INFORMATIE OF ADVIES/HULP OVER OPLEIDINGSMOGELIJKHEDEN DIE IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN IS ONTVANGEN |
GUIDEINST_1 = 1 |
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (GUIDEINST_1 ≠ 1) |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
GUIDETYPE_1 |
|
Informatie of advies/hulp over opleidingsmogelijkheden |
|
GUIDETYPE_2 |
|
Beoordeling van vaardigheden en competenties door middel van toetsen, vaardigheidsonderzoeken of interviews |
|
GUIDETYPE_3 |
|
Informatie of advies/hulp over de procedure voor validering/erkenning van vaardigheden, competenties of eerdere leerresultaten |
|
GUIDETYPE_4 |
|
Andere soort informatie of advies/hulp |
|
|
|
Elke GUIDETYPE_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (GUIDEINST_1 ≠ 1), – 1 indien er geen antwoord is |
|
GUIDEMODE |
|
WIJZE VAN VERSTREKKING VAN GRATIS INFORMATIE OF ADVIES/HULP OVER OPLEIDINGSMOGELIJKHEDEN DIE IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN IS ONTVANGEN |
GUIDEINST_1 = 1 |
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (GUIDEINST_1 ≠ 1) |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
GUIDEMODE_1 |
|
Persoonlijk contact |
|
GUIDEMODE_2 |
|
Interactie met een persoon via internet, telefoon, e-mail of andere communicatiemiddelen |
|
GUIDEMODE_3 |
|
Interactie met een computertoepassing voor informatie of advies/hulp (met inbegrip van online toepassingen voor zelfbeoordeling) |
|
GUIDEMODE_4 |
|
Geen interactie, alleen informatie in speciaal lesmateriaal (boeken, posters, websites, folders, televisieprogramma's, enz.) |
|
|
|
Elke GUIDEMODE_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (GUIDEINST_1 ≠ 1), – 1 indien er geen antwoord is |
|
3. Deelname aan formele onderwijs- en opleidingsactiviteiten
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
EOF |
|
DEELNAME AAN FORMEEL ONDERWIJS IN DE LAATSTE 12 MAANDEN |
Iedereen |
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
FEDNUM |
|
AANTAL ACTIVITEITEN IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS WAARAAN IN DE LAATSTE 12 MAANDEN IS DEELGENOMEN |
Iedereen |
|
0 |
Geen (FED = 2) |
|
|
1-99 |
Aantal activiteiten |
|
FEDLEVEL |
|
NIVEAU VAN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
100 |
ISCED 1 |
|
|
200 |
ISCED 2 (met inbegrip van ISCED 3-programma's van minder dan twee jaar) |
|
|
302 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, ononderbroken (d.w.z. alleen voor doorstroming naar het volgende ISCED 3-programma) |
|
|
303 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, volledig of alleen voor toegang tot ISCED 4 |
|
|
304 |
ISCED 3 met toegang tot ISCED 5, 6 en 7 |
|
|
300 |
ISCED 3-programma van twee jaar of meer, zonder mogelijk onderscheid van toegang tot andere ISCED-niveaus |
|
|
400 |
ISCED 4 |
|
|
500 |
ISCED 5 |
|
|
600 |
ISCED 6 |
|
|
700 |
ISCED 7 |
|
|
800 |
ISCED 8 |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDFIELD |
|
ONDERWERP/INHOUD VAN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 en FEDLEVEL = 300-800 |
|
0000-9998 |
Niveau 1 van de indeling van onderwijs- en opleidingsgebieden |
|
|
of facultatief |
of onderverdelingen van de indeling van onderwijs- en beroepsopleidingsgebieden. |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0 of FEDLEVEL ≠ 300-800) |
|
FEDVOC |
|
ORIËNTATIE VAN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDLEVEL = 300-400 |
|
1 |
Algemeen onderwijs |
|
|
2 |
Beroepsonderwijs |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDLEVEL ≠ 300-400) |
|
FEDSTARTYEAR |
|
JAAR WAARIN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS BEGON |
FEDNUM ≥ 1 |
|
4 cijfers |
Jaar waarin de recentste activiteit in het kader van formeel onderwijs begon |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDSTARTMONTH |
|
MAAND WAARIN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS BEGON |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1-12 |
Maand waarin de recentste activiteit in het kader van formeel onderwijs begon |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDCOMP |
|
VOLTOOIING VAN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Neen, ik ben gestopt voor het verwachte einde |
|
|
2 |
Neen, de activiteit is nog niet afgelopen |
|
|
3 |
Ja, ik heb de activiteit afgerond |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDDIST |
|
RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS DIE IS GEORGANISEERD ALS AFSTANDSONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDDISTOL |
|
AFSTANDSONDERWIJS IN DE VORM VAN EEN ONLINE CURSUS |
FEDDIST = 1 |
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDDIST ≠ 1) |
|
FEDOERA |
|
GEBRUIK VAN ONLINE LEERMIDDELEN VOOR DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Zeer vaak |
|
|
2 |
Vaak |
|
|
3 |
Soms |
|
|
4 |
Nooit |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDOERB |
|
INTERACTIE MET ANDEREN (BV. LERAREN, STUDENTEN) MET BEHULP VAN ONDERWIJSWEBSITES/ -PORTALS VOOR DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDREASON |
|
REDENEN OM AAN DE RECENTSTE ACTIVITEIT OP HET GEBIED VAN FORMEEL ONDERWIJS DEEL TE NEMEN |
FEDNUM ≥ 1 |
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
FEDREASON_01a |
|
Om mijn werk beter te doen |
|
FEDREASON_01b |
|
Om mijn carrièremogelijkheden te vergroten |
|
FEDREASON_02 |
|
Om minder snel mijn baan te verliezen |
|
FEDREASON_03 |
|
Om mijn kansen op een baan te vergroten of om van baan/beroep te veranderen |
|
FEDREASON_04 |
|
Om mijn eigen bedrijf te starten |
|
FEDREASON_05 |
|
Deelname was verplicht |
|
FEDREASON_06 |
|
Om kennis/vaardigheden te verwerven die nuttig zijn voor mijn dagelijks leven |
|
FEDREASON_07 |
|
Om mijn kennis/vaardigheden te verbeteren met betrekking tot een onderwerp dat me interesseert |
|
FEDREASON_08 |
|
Om een certificaat te verkrijgen |
|
FEDREASON_09 |
|
Om nieuwe mensen te leren kennen/omdat ik het leuk vind |
|
|
|
Elke FEDREASON_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (FEDNUM = 0), – 1 indien er geen antwoord is |
|
FEDWORKTIME |
|
RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS TIJDENS BETAALDE WERKTIJD (INCLUSIEF BETAALD VERLOF OF RECUPERATIEVERLOF) |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Alleen tijdens betaalde werkuren |
|
|
2 |
Vooral tijdens betaalde werkuren |
|
|
3 |
Vooral buiten betaalde werkuren |
|
|
4 |
Alleen buiten betaalde werkuren |
|
|
5 |
De betrokkene had toen geen werk |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDNBHOURS |
|
TOTAAL AANTAL UREN ONDERWIJS VAN DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1-9999 |
Aantal uren onderwijs |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDPAID |
|
BETALING VAN LESGELD, INSCHRIJVINGSGELD, EXAMENGELD, UITGAVEN VOOR BOEKEN OF TECHNISCHE STUDIEMIDDELEN VOOR DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Volledig door u betaald |
|
|
2 |
Gedeeltelijk door u betaald en gedeeltelijk door iemand anders |
|
|
3 |
Volledig door iemand anders betaald |
|
|
4 |
Vrije activiteit |
|
|
5 |
U weet het niet |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDPAIDBY |
|
GEDEELTELIJKE OF VOLLEDIGE BETALING VAN LESGELD, INSCHRIJVINGSGELD, EXAMENGELD, UITGAVEN VOOR BOEKEN OF TECHNISCHE STUDIEMIDDELEN VOOR DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS DOOR: |
FEDNUM ≥ 1 en FEDPAID = 2 of 3 |
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0 of (FEDPAID ≠ 2 en FEDPAID ≠ 3)) |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
FEDPAIDBY_1 |
|
Werkgever of toekomstige werkgever |
|
FEDPAIDBY_2 |
|
Openbare diensten voor arbeidsvoorziening |
|
FEDPAIDBY_3 |
|
Andere overheidsinstellingen |
|
FEDPAIDBY_4 |
|
Een lid van het huishouden of familielid |
|
|
|
Elke FEDPAIDBY_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (FEDNUM = 0 of (FEDPAID ≠ 2 en FEDPAID ≠ 3), – 1 indien er geen antwoord is |
|
FEDUSEA |
|
HUIDIG GEBRUIK VAN DE BIJ DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS VERWORVEN VAARDIGHEDEN OF KENNIS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Veel |
|
|
2 |
Redelijk veel |
|
|
3 |
Weinig |
|
|
4 |
Helemaal niet |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDUSEB |
|
VERWACHT GEBRUIK VAN DE BIJ DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS VERWORVEN VAARDIGHEDEN OF KENNIS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
1 |
Veel |
|
|
2 |
Redelijk veel |
|
|
3 |
Weinig |
|
|
4 |
Helemaal niet |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
FEDOUTCOME |
|
RESULTATEN VAN DE BIJ DE RECENTSTE ACTIVITEIT IN HET KADER VAN FORMEEL ONDERWIJS VERWORVEN VAARDIGHEDEN OF KENNIS |
FEDNUM ≥ 1 |
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (FEDNUM = 0) |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
FEDOUTCOME_1 |
|
Een (nieuwe) baan gekregen |
|
FEDOUTCOME_3 |
|
Opslag gekregen |
|
FEDOUTCOME_2 |
|
Promotie gekregen |
|
FEDOUTCOME_4 |
|
Nieuwe taken gekregen |
|
FEDOUTCOME_5 |
|
Betere prestaties op het werk |
|
FEDOUTCOME_6 |
|
Persoonlijke redenen (andere mensen ontmoet, vaardigheden op algemene gebieden opgefrist enz.) |
|
FEDOUTCOME_7 |
|
Nog geen resultaten |
|
|
|
Elke FEDOUTCOME_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (FEDNUM = 0), – 1 indien er geen antwoord is |
|
4. Deelname aan niet-formele onderwijs- en opleidingsactiviteiten
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
||
(NFE) |
|
DEELNAME AAN EEN VAN DE VOLGENDE ACTIVITEITEN IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN OM KENNIS OF VAARDIGHEDEN OP WELK GEBIED DAN OOK (INCLUSIEF HOBBY'S) TE VERBETEREN |
Iedereen |
||
NFECOURSE |
|
|
Iedereen |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
NFEWORKSHOP |
|
|
Iedereen |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
NFEGUIDEDJT |
|
|
Iedereen |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
NFELESSON |
|
|
Iedereen |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
NFENUM |
|
AANTAL NIET-FORMELE ACTIVITEITEN IN HET KADER VAN ONDERWIJS EN OPLEIDING WAARAAN IN DE LAATSTE 12 MAANDEN IS DEELGENOMEN |
Iedereen |
||
|
0 |
Geen (NFECOURSE = 2 en NFEWORKSHOP = 2 en NFEGUIDEDJT = 2 en NFELESSON = 2) |
|
||
|
1-99 |
Aantal activiteiten |
|
||
|
|
IDENTIFICATIE VAN DE ACTIVITEITEN (MAXIMAAL 7) |
|
||
(NFEACT01) |
|
01 — Identificatie van de eerste activiteit |
|
||
NFEACT01_TYPE |
|
SOORT ACTIVITEIT |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Cursussen |
|
||
|
2 |
Workshops en seminars |
|
||
|
3 |
Begeleide on-the-job-training |
|
||
|
4 |
Privélessen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
NFEACT01_PURP |
|
DOEL VAN DE ACTIVITEIT |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Voornamelijk beroepsgericht |
|
||
|
2 |
Vooral persoonlijke/niet-beroepsgerichte redenen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
NFEACT01_WORKTIME |
|
DE LEERACTIVITEIT VOND VOLLEDIG OF VOORNAMELIJK TIJDENS BETAALDE WERKTIJD PLAATS (INCLUSIEF BETAALD VERLOF EN RECUPERATIEVERLOF) |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen (ook als de betrokkene toen geen werk had) |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
NFEACT01_PAIDBY |
|
DE LEERACTIVITEIT IS GEHEEL OF GEDEELTIJK DOOR DE WERKGEVER BETAALD |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen (ook als de betrokkene toen geen werk had) |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
(NFEACT02) |
|
02 — Identificatie van de tweede activiteit |
NFENUM ≥ 2 |
||
NFEACT02_TYPE |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT02_PURP |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT02_WORKTIME |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT02_PAIDBY |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
(NFEACT03) |
|
03 — Identificatie van de derde activiteit |
NFENUM ≥ 3 |
||
NFEACT03_TYPE |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT03_PURP |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT03_WORKTIME |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT03_PAIDBY |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
(NFEACT04) |
|
04 — Identificatie van de vierde activiteit |
NFENUM ≥ 4 |
||
NFEACT04_TYPE |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT04_PURP |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT04_WORKTIME |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT04_PAIDBY |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
(NFEACT05) |
|
05 — Identificatie van de vijfde activiteit |
NFENUM ≥ 5 |
||
NFEACT05_TYPE |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT05_PURP |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT05_WORKTIME |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT05_PAIDBY |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
(NFEACT06) |
|
06 — Identificatie van de zesde activiteit |
NFENUM ≥ 6 |
||
NFEACT06_TYPE |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT06_PURP |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT06_WORKTIME |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT06_PAIDBY |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
(NFEACT07) |
|
07 — Identificatie van de zevende activiteit |
NFENUM ≥ 7 |
||
NFEACT07_TYPE |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT07_PURP |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT07_WORKTIME |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFEACT07_PAIDBY |
|
Gecodeerd als (NFEACT01) |
|
||
NFERAND1 |
|
CODE VAN DE EERSTE WILLEKEURIG GESELECTEERDE ACTIVITEIT |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
01-07 |
Identificatiecode van de eerste willekeurig geselecteerde activiteit (code van de activiteit als in de variabelen NFEACTxx) |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
NFERAND1_TYPE |
|
Zoals in NFEACT01_TYPE t/m NFEACT07_TYPE voor de eerste willekeurig geselecteerde activiteit vermeld |
|
||
NFEFIELD1 |
|
ONDERWERP/INHOUD VAN DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
0000-9998 |
Niveau 1 van de indeling van onderwijs- en opleidingsgebieden |
|
||
|
of facultatief |
of onderverdelingen van de indeling van onderwijs- en beroepsopleidingsgebieden. |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFEDIST1 |
|
EERSTE ACTIVITEIT DIE IS GEORGANISEERD ALS AFSTANDSONDERWIJS |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
NFEDISTOL1 |
|
AFSTANDSONDERWIJS VOOR DE EERSTE ACTIVITEIT DIE IS GEORGANISEERD ALS ONLINE CURSUS |
NFEDIST1 = 1 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFEDIST1 ≠ 1) |
|
||
NFEOERA1 |
|
GEBRUIK VAN ONLINE LEERMIDDELEN VOOR DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM=0) |
|
||
NFEOERB1 |
|
INTERACTIE MET ANDEREN (BV. LERAREN, STUDENTEN) MET BEHULP VAN ONDERWIJSWEBSITES/ -PORTALS VOOR DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFENUM ≥ 1 |
||
|
1 |
Ja |
|
||
|
2 |
Neen |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFENUM = 0) |
|
||
NFEREASON1 |
|
REDENEN VOOR DEELNAME AAN DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
||
NFEREASON1_01a |
|
Om mijn werk beter te doen |
Beroepsgerichte activiteit |
||
NFEREASON1_01b |
|
Om mijn carrièremogelijkheden te vergroten |
Beroepsgerichte activiteit |
||
NFEREASON1_02 |
|
Om minder snel mijn baan te verliezen |
Beroepsgerichte activiteit |
||
NFEREASON1_03 |
|
Om mijn kansen op een baan te vergroten of om van baan/beroep te veranderen |
Beroepsgerichte activiteit |
||
NFEREASON1_04 |
|
Om mijn eigen bedrijf te starten |
Beroepsgerichte activiteit |
||
NFEREASON1_13 |
|
Vanwege organisatorische en/of technologische veranderingen op het werk |
Beroepsgerichte activiteit |
||
NFEREASON1_11 |
|
Door de werkgever of wettelijk vereist |
|
||
NFEREASON1_06 |
|
Om kennis/vaardigheden te verwerven die nuttig zijn voor mijn dagelijks leven |
|
||
NFEREASON1_07 |
|
Om mijn kennis/vaardigheden te verbeteren met betrekking tot een onderwerp dat me interesseert |
|
||
NFEREASON1_08 |
|
Om een certificaat te verkrijgen |
|
||
NFEREASON1_09 |
|
Om nieuwe mensen te leren kennen/omdat ik het leuk vind |
|
||
NFEREASON1_10 |
|
Om gezondheidsredenen |
|
||
NFEREASON1_12 |
|
Om vrijwilligerswerk beter te doen |
|
||
|
|
Elke NFEREASON1_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (NFERAND1 = – 2), – 1 indien er geen antwoord is |
|
||
NFENBHOURS1 |
|
TOTAAL AANTAL UREN ONDERWIJS VAN DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
1-9999 |
Aantal uren onderwijs |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFEPROVIDER1 |
|
AANBIEDER VAN DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
1 |
Instelling voor formeel onderwijs |
|
||
|
2 |
Instelling voor onderwijs en opleiding van niet-formele aard |
|
||
|
3 |
Commerciële instelling waar onderwijs en opleiding niet de voornaamste activiteiten zijn (bv. leveranciers van apparatuur) |
|
||
|
4 |
Werkgever |
|
||
|
5 |
Werkgeversorganisaties, kamers van koophandel |
|
||
|
6 |
Vakbonden |
|
||
|
7 |
Non-profitorganisaties (bv. culturele vereniging, politieke partij) |
|
||
|
8 |
Particulieren (bv. studenten die privéles geven) |
|
||
|
9 |
Niet-commerciële instelling waar onderwijs en opleiding niet de voornaamste activiteiten zijn (bv. bibliotheken, musea, ministeries) |
|
||
|
10 |
Andere |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFECERT1 |
|
CERTIFICAAT NA AFRONDING VAN DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
1 |
Ja, door de werkgever, een beroepsorganisatie of wettelijk vereist |
|
||
|
2 |
Ja, niet door de werkgever, een beroepsorganisatie of wettelijk vereist |
|
||
|
3 |
Neen (bewijs van deelname) |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFEPAID1 |
|
BETALING VAN LESGELD, INSCHRIJVINGSGELD, EXAMENGELD, UITGAVEN VOOR BOEKEN OF TECHNISCHE STUDIEMIDDELEN |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
1 |
Volledig door u betaald |
|
||
|
2 |
Gedeeltelijk door u betaald en gedeeltelijk door iemand anders |
|
||
|
3 |
Volledig door iemand anders betaald |
|
||
|
4 |
Vrije activiteit |
|
||
|
5 |
U weet het niet |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFEPAIDBY1 |
|
GEDEELTELIJKE OF VOLLEDIGE BETALING VAN LESGELD, INSCHRIJVINGSGELD, EXAMENGELD, UITGAVEN VOOR BOEKEN OF TECHNISCHE STUDIEMIDDELEN VOOR DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFERAND1 ≠ – 2 en NFEPAID1 = 2 of 3 |
||
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2 of (NFEPAID1 ≠ 2 of 3)) |
|
||
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
||
NFEPAIDBY1_1 |
|
Werkgever of toekomstige werkgever |
|
||
NFEPAIDBY1_2 |
|
Openbare diensten voor arbeidsvoorziening |
|
||
NFEPAIDBY1_3 |
|
Andere overheidsinstellingen |
|
||
NFEPAIDBY1_4 |
|
Een lid van het huishouden of familielid |
|
||
|
|
Elke NFEPAIDBY1_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (NFERAND1 = – 2 of (NFEPAID1 ≠ 2 of 3), – 1 indien er geen antwoord is |
|
||
NFEPAIDVAL1 |
|
BETALING (PERSOONLIJK OF DOOR EEN LID VAN HET HUISHOUDEN OF FAMILIELID) VAN LESGELD, INSCHRIJVINGSGELD, EXAMENGELD, UITGAVEN VOOR BOEKEN OF TECHNISCHE STUDIEMIDDELEN VOOR DE EERSTE ACTIVITEIT |
NFEPAID1 = 1 of NFEPAID1 = 2 of (NFEPAID1 = 3 en NFEPAIDBY1_4 = 1) |
||
|
|
In euro's |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing [NFEPAID1 ≠ 1 en NFEPAID1 ≠ 2 en (NFEPAID1 = 3 en NFEPAIDBY1_4 ≠ 1)] |
|
||
NFEUSEA1 |
|
HUIDIG GEBRUIK VAN DE BIJ DE EERSTE ACTIVITEIT VERWORVEN VAARDIGHEDEN OF KENNIS |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
1 |
Veel |
|
||
|
2 |
Redelijk veel |
|
||
|
3 |
Weinig |
|
||
|
4 |
Helemaal niet |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFEUSEB1 |
|
VERWACHT GEBRUIK VAN DE BIJ DE EERSTE ACTIVITEIT VERWORVEN VAARDIGHEDEN OF KENNIS |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
1 |
Veel |
|
||
|
2 |
Redelijk veel |
|
||
|
3 |
Weinig |
|
||
|
4 |
Helemaal niet |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
NFEOUTCOME1 |
|
RESULTATEN VAN DE BIJ DE EERSTE ACTIVITEIT VERWORVEN VAARDIGHEDEN OF KENNIS |
NFERAND1 ≠ – 2 |
||
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
||
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
||
|
– 2 |
Niet van toepassing (NFERAND1 = – 2) |
|
||
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
||
NFEOUTCOME1_1 |
|
Een (nieuwe) baan gekregen |
|
||
NFEOUTCOME1_3 |
|
Opslag gekregen |
|
||
NFEOUTCOME1_2 |
|
Promotie gekregen |
|
||
NFEOUTCOME1_4 |
|
Nieuwe taken gekregen |
|
||
NFEOUTCOME1_5 |
|
Betere prestaties op het werk |
|
||
NFEOUTCOME1_6 |
|
Persoonlijke redenen (andere mensen ontmoet, vaardigheden op algemene gebieden opgefrist enz.) |
|
||
NFEOUTCOME1_7 |
|
Nog geen resultaten |
|
||
|
|
Elke NFEOUTCOME1_x-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (NFERAND1 = – 2), – 1 indien er geen antwoord is |
|
||
NFERAND2 |
|
CODE VAN DE TWEEDE WILLEKEURIG GESELECTEERDE ACTIVITEIT Variabelen en codering analoog aan NFERAND1 |
|
5. Problemen bij de deelname aan formele en niet-formele onderwijs- en opleidingsactiviteiten
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
DIFFICULTY |
|
PROBLEMEN IN VERBAND MET DEELNAME (OF GROTERE DEELNAME) AAN FORMEEL OF INFORMEEL ONDERWIJS EN OPLEIDING IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN |
Iedereen |
|
1 |
Persoon heeft aan formele of niet-formele onderwijsactiviteiten deelgenomen maar wilde niet aan meer activiteiten deelnemen |
|
|
2 |
Persoon heeft aan formele of niet-formele onderwijsactiviteiten deelgenomen en wilde aan meer activiteiten deelnemen |
|
|
3 |
Persoon heeft niet aan formele of niet-formele onderwijsactiviteiten deelgenomen en wilde dat ook niet |
|
|
4 |
Persoon heeft niet aan formele of niet-formele onderwijsactiviteiten deelgenomen, maar had dat wel gewild |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
NEED |
|
GEEN BEHOEFTE AAN (VERDER) ONDERWIJS OF OPLEIDING |
DIFFICULTY = 1 of 3 |
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (DIFFICULTY ≠ 1 of 3) |
|
DIFFTYPE |
|
TYPE PROBLEEM |
(DIFFICULTY = 2 of 4) of NEED = 2 |
|
0 |
Geen van onderstaande mogelijkheden |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing [(DIFFICULTY ≠ 2 of 4) en NEED ≠ 2] |
|
|
|
Lijst van mogelijkheden (meerdere antwoorden toegestaan): |
|
DIFFTYPE_01 |
|
Probleem 01 — Toelatingseisen |
|
DIFFTYPE_02 |
|
Probleem 02 — Kosten |
|
DIFFTYPE_03 |
|
Probleem 03 — Gebrek aan ondersteuning van de werkgever of van openbare diensten |
|
DIFFTYPE_04 |
|
Probleem 04 — Lesrooster |
|
DIFFTYPE_05 |
|
Probleem 05 — Afstand |
|
DIFFTYPE_06 |
|
Probleem 06 — Geen toegang tot computer of internet |
|
DIFFTYPE_07 |
|
Probleem 07 — Gezinsomstandigheden |
|
DIFFTYPE_08a |
|
Probleem 08a — Gezondheid |
|
DIFFTYPE_08b |
|
Probleem 08b — Leeftijd |
|
DIFFTYPE_09 |
|
Probleem 09 — Andere persoonlijke redenen |
|
DIFFTYPE_10 |
|
Probleem 10 — Geen geschikte onderwijs- of opleidingsactiviteit |
|
DIFFTYPE_12 |
|
Probleem 12 — Negatieve voorgaande leerervaring |
|
|
|
Elke DIFFTYPE_xx-variabele wordt gecodeerd: 1 indien geselecteerd, 2 indien niet geselecteerd, – 2 voor niet van toepassing (DIFFICULTY ≠ 2 of 4), – 1 indien er geen antwoord is |
|
DIFFMAIN |
|
BELANGRIJKSTE PROBLEEM |
(DIFFICULTY = 2 of 4) of NEED = 2 |
|
3 cijfers |
Code van de reden van 01 t/m 12 (code van het probleem als voor de DIFFTYPE-variabele) |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing [(DIFFICULTY ≠ 2 of 4) of NEED ≠ 2] |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
6. Deelname aan niet-formeel onderwijs
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
(INF) |
|
DEELNAME AAN DE VOLGENDE ANDERE ACTIVITEITEN IN DE AFGELOPEN 12 MAANDEN (DOELBEWUST LEREN OM KENNIS OF VAARDIGHEDEN TE VERBETEREN OP HET WERK OF IN DE VRIJE TIJD) |
Iedereen |
INFFAMILY |
|
LEREN VAN EEN FAMILIELID, VRIEND OF COLLEGA |
|
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
INFMATERIAL |
|
LEREN MET BEHULP VAN GEDRUKT MATERIAAL (BOEKEN, VAKTIJDSCHRIFTEN ENZ.) |
|
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
INFCOMPUTER |
|
LEREN MET BEHULP VAN EEN COMPUTER (ONLINE OF OFFLINE) |
|
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
INFMEDIA |
|
LEREN VIA TV, RADIO OF VIDEO |
|
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
INFMUSEUM |
|
LEREN DOOR RONDLEIDINGEN IN MUSEA, NATUURGEBIEDEN OF HISTORISCHE/INDUSTRIËLE LOCATIES |
|
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
INFLIBRARIES |
|
LEREN DOOR BEZOEK AAN KENNISCENTRA (MET INBEGRIP VAN BIBLIOTHEKEN) |
|
|
1 |
Ja |
|
|
2 |
Neen |
|
7. Talen
Naam van de variabele |
Code |
Omschrijving |
Betreft |
LANGMOTHER |
|
MOEDERTAAL (-TALEN) |
Iedereen |
|
|
Codes gebaseerd op de ISO-landennomenclatuur |
|
|
2 cijfers |
Eerste taal |
|
|
2 cijfers |
Tweede taal (00 indien geen) |
|
LANGUSED |
|
ANDERE TALEN NAAST MOEDERTAAL (MOEDERTALEN) |
Iedereen |
|
0-99 |
Aantal andere talen |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
LANGUSED_1 |
2 cijfers |
1 — Code van de eerste taal of 00 (geen) |
|
LANGUSED_2 |
2 cijfers |
2 — Code van de tweede taal of 00 (geen) |
|
LANGUSED_3 |
2 cijfers |
3 — Code van de derde taal of 00 (geen) |
|
LANGUSED_4 |
2 cijfers |
4 — Code van de vierde taal of 00 (geen) |
|
LANGUSED_5 |
2 cijfers |
5 — Code van de vijfde taal of 00 (geen) |
|
LANGUSED_6 |
2 cijfers |
6 — Code van de zesde taal of 00 (geen) |
|
LANGUSED_7 |
2 cijfers |
7 — Code van de zevende taal of 00 (geen) |
|
|
|
Elke LANGUSED_x-variabele wordt gecodeerd op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
LANGBEST1 |
|
BESTE VREEMDE TAAL |
LANGUSED ≠ 0, – 1 |
|
|
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
|
2 cijfers |
Eerste taal (2-cijfercode) |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (LANGUSED = 0, – 1) |
|
LANGLEVEL1 |
|
BESTE VREEMDE TAAL |
LANGBEST1 ≠ – 1, – 2 |
|
0 |
Ik kan alleen begrijpen en een paar woorden en zinnen gebruiken |
|
|
1 |
Ik kan de meest gebruikelijke alledaagse uitdrukkingen begrijpen en gebruiken. Ik gebruik de taal voor alledaagse begrippen en situaties. |
|
|
2 |
Ik begrijp de essentie van duidelijk taalgebruik en kan eenvoudige tekst produceren. Ik kan ervaringen en gebeurtenissen beschrijven en redelijk vloeiend communiceren. |
|
|
3 |
Ik begrijp een breed scala aan veeleisende teksten en gebruik de taal flexibel. Ik beheers de taal vrijwel volledig. |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (LANGBEST1 = – 1, – 2) |
|
LANGBEST2 |
|
OP EEN NA BESTE VREEMDE TAAL |
LANGUSED ≠ 0, 1, – 1 |
|
|
Op basis van de ISO-landennomenclatuur |
|
|
2 cijfers |
Tweede taal (2-cijfercode) |
|
|
– 1 |
Geen antwoord |
|
|
– 2 |
Niet van toepassing (LANGUSED = 0, 1, – 1) |
|
LANGLEVEL2 |
|
OP EEN NA BESTE VREEMDE TAAL |
LANGBEST2 ≠ – 1, – 2 |
|
|
Zelfde codering als LANGLEVEL1 |
|
BIJLAGE II
Steekproef- en nauwkeurigheidsvereisten
1. |
De gegevens voor de tweede enquête volwasseneneducatie worden aan de hand van nationaal representatieve kanssteekproeven verkregen. Bij de berekening van de wegingsfactoren moet met name rekening worden gehouden met de selectiekans en de beschikbare externe gegevens over de verdeling van de bij de enquête betrokken bevolking naar geslacht, leeftijdsgroep [25-34; 35-54; 55-64], onderwijs [hoogstens lager secundair onderwijs (ISCED-niveau 1 of lager, ISCED 2- en ISCED 3-programma's korter dan twee jaar); hoger middelbaar (ISCED-niveaus 3 en 4)]; tertiair onderwijs (niveaus 5 tot en met 8)]; arbeidssituatie [werkzaam of werkloos]; regio [NUTS II-niveau], wanneer dergelijke externe gegevens worden beschouwd als voldoende betrouwbaar op nationaal niveau. |
2. |
Overeenkomstig de bijlage bij Verordening (EG) nr. 452/2008 wordt de steekproefomvang van de tweede enquête volwasseneneducatie vastgesteld op grond van nauwkeurigheidsvereisten die niet voorschrijven dat de nationale steekproefomvang niet meer dan 5 000 personen moet omvatten, uitgaande van een enkelvoudige aselecte steekproef. De absolute foutenmarge voor de onder punt 3 vermelde indicator overschrijdt de in onder punt 3 vastgelegde drempel niet, tenzij hiervoor een omvang van de vereiste nationale steekproef van meer dan 5 000 personen vereist is. In het laatste geval is de omvang van de vereiste nationale steekproef 5 000 personen. |
3. |
De tweede enquête volwasseneneducatie moet zo worden ontworpen dat de schatting van de absolute foutenmarge niet meer bedraagt dan 1,4 procentpunten voor de geschatte participatiegraad in niet-formele onderwijs- en opleidingsactiviteiten voor de totale referentiepopulatie van 25-64 jaar. Dezelfde voorwaarde wordt versoepeld naar een drempel van 1,7 procentpunten voor landen met een bevolking van een miljoen tot drieënhalf miljoen in de leeftijdscategorie 25-64. Dezelfde voorwaarde wordt versoepeld naar een drempel van 2,0 procentpunten voor landen met een bevolking van minder dan een miljoen in de leeftijdscategorie 25-64. |
4. |
De onder punt 3 vermelde absolute foutenmarge is de halve lengte van het 95 %-betrouwbaarheidsinterval De omvang van de vereiste nationale steekproef moet worden aangepast om rekening te houden met het effect van het steekproefplan en de verwachte unit-non-respons teneinde tijdens de planningsfase de werkelijke steekproefomvang te bepalen. Deze eisen zijn van toepassing op een steekproef van ingezeten individuen van 25 t/m 64 jaar. In geval van nationale steekproeven met een grotere omvang moeten schattingen voor de ingezeten bevolking van 25-64 jaar in overeenstemming zijn met de hierboven vermelde nauwkeurigheidsvereisten. |
BIJLAGE III
Kwaliteitseisen en standaardkwaliteitsverslag
Er wordt een standaardkwaliteitsverslag ingediend overeenkomstig de standaardstructuur van het Europees statistisch systeem betreffende kwaliteitsverslagen. Er wordt met name aandacht besteed aan relevantie, nauwkeurigheid, actualiteit en precisie, toegankelijkheid en duidelijkheid, vergelijkbaarheid, en samenhang overeenkomstig artikel 4, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 452/2008.
De lidstaten dienen een standaardkwaliteitsverslag in zoals vastgesteld in artikel 6 van deze verordening. Zij doen dit met gebruik van de door de Commissie (Eurostat) verstrekt formaten voor de indiening van de gegevens. Bij het verslag wordt een kopie van de nationale vragenlijst gevoegd.
De standaardkwaliteitsvoorwaarden worden als volgt toegepast.
1. RELEVANTIE
— |
Uitvoering van de enquête en mate waarin de statistieken in de huidige en potentiële gebruikersbehoeften voorzien. |
— |
Beschrijving en classificatie van gebruikers. |
— |
Individuele behoeften van de afzonderlijke gebruikersgroepen. |
— |
Of en in welke mate aan deze behoeften is voldaan. |
2. NAUWKEURIGHEID
2.1. Steekproeffouten
— |
Beschrijving van de steekproefopzet en de daadwerkelijke steekproef. |
— |
Beschrijving van de berekening van de uiteindelijke wegingscoëfficiënten, met inbegrip van het non-responsmodel en de gebruikte hulpvariabelen. |
— |
Variatiecoëfficiënten van de schattingen naar steekproefstratum met betrekking tot de in bijlage II, punt 3, genoemde relevante indicatoren. |
— |
Software voor het schatten van de variantie. |
— |
Een beschrijving van de gebruikte hulpvariabelen of informatie. |
— |
Met betrekking tot de non-responsanalyse, een beschrijving van de systematische fouten in de steekproef en de resultaten. |
2.2. Niet-steekproeffouten
2.2.1. Dekkingsfouten
— |
Beschrijving van het voor de steekproeftrekking gebruikte register en van de algemene kwaliteit ervan. |
— |
Informatie in het register en de actualiseringsfrequentie. |
— |
Fouten door discrepanties tussen het steekproefkader en de doelpopulatie en subpopulaties (te ruime dekking, te geringe dekking, misclassificatie). |
— |
Methoden die zijn gebruikt om deze informatie te verkrijgen. |
— |
Aantekeningen over de verwerking van misclassificaties. |
2.2.2. Meetfouten
Beoordeling van fouten die zich bij de verzameling van de gegevens hebben voorgedaan door bijvoorbeeld:
— |
het ontwerp van de vragenlijst (resultaten van voorafgaande testen of laboratoriummethoden; vraagstrategieën), |
— |
de meldende eenheid/respondent (reacties van respondenten), |
— |
instrumenten voor gegevensverzameling en het gebruik van administratieve bestanden (overeenstemming tussen het administratief en enquêteconcept, bv. referentieperiode, beschikbaarheid van individuele gegevens), |
— |
wijzen van gegevensverzameling. |
2.2.3. Verwerkingsfouten
Beschrijving van de verwerking van de gegevens:
— |
verwerkingssysteem en gebruikte hulpmiddelen, |
— |
fouten door codering, bewerking, weging, tabellering enz., |
— |
kwaliteitscontroles op macro-/microniveau, |
— |
uitsplitsing van correcties en mislukte bewerkingen in ontbrekende waarden, fouten en tegenstrijdigheden. |
2.2.4. Fouten door non-respons
Beschrijving van de genomen maatregelen om respondenten nogmaals te benaderen:
— |
unit- en item-responspercentages, |
— |
evaluatie van de unit-non-respons en de item-non-respons, |
— |
volledig verslag over de toerekeningsprocedures, met inbegrip van de methoden die voor de toerekening en/of herweging zijn toegepast, |
— |
methodologische aantekeningen over en resultaten van de non-responsanalyse of andere methoden om het effect van de non-respons te evalueren. |
3. TIJDIGHEID EN PUNTUALITEIT
Tabel met de begin- en einddata voor elk van de volgende fasen van het project: verzameling van gegevens, herinneringsbrieven en follow-up, controle en bewerking van de gegevens, verdere validatie en toerekening, onderzoek naar non-respons (indien van toepassing), schattingen, alsmede toezending van de gegevens aan Eurostat en verspreiding van de nationale resultaten.
4. TOEGANKELIJKHEID EN DUIDELIJKHEID
— |
Voorwaarden voor toegang tot gegevens. |
— |
Plan voor de verspreiding van de resultaten. |
— |
Een kopie van documenten over de voor de ingediende statistieken gebruikte methoden. |
5. VERGELIJKBAARHEID
Indien van toepassing en relevant, moeten de landen nadere toelichting verstrekken over:
— |
afwijkingen van de Europese vragenlijst en definities, |
— |
of de enquête aan een andere nationale enquête was gekoppeld, |
— |
de mate waarin de enquête werd uitgevoerd met gebruik van bestaande gegevens in registers, |
— |
een beschrijving van de wijze waarop aan de eisen van deze verordening is voldaan, zodat de vergelijkbaarheid van de gegevens kan worden beoordeeld. |
6. SAMENHANG
— |
Vergelijking van statistieken over hetzelfde verschijnsel of aspect uit andere enquêtes of bronnen. |
— |
Beschrijving van de wijze waarop aan de eisen van deze verordening is voldaan, zodat de geografische vergelijkbaarheid van de gegevens kan worden beoordeeld. |
7. KOSTEN EN BELASTING
Een analyse van de belasting en het nut op nationaal niveau, waarbij het volgende in aanmerking wordt genomen:
— |
de gemiddeld benodigde tijd om de vragenlijst te beantwoorden, |
— |
problematische vragen of modules uit de enquête, |
— |
problemen met de indeling van de definitie van leeractiviteiten, problemen met andere classificatie, |
— |
de variabelen die het nuttigst/minst nuttig waren bij het verzamelen van gegevens over de deelname aan een leven lang leren, |
— |
de geschatte of werkelijke tevredenheid van de nationale gebruikers van de gegevens, |
— |
belasting van de respondent. |
De pogingen die zijn gedaan om de belasting te verminderen.