Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012D0836

    2012/836/EU: Besluit van de Commissie van 25 juli 2012 betreffende steunmaatregel SA.34440 (12/C) door het Groothertogdom Luxemburg ten uitvoer gelegd met betrekking tot de verkoop van Dexia BIL (Kennisgeving geschied onder nummer C(2012) 5264) Voor de EER relevante tekst

    PB L 357 van 28.12.2012, p. 15–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2012/836/oj

    28.12.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 357/15


    BESLUIT VAN DE COMMISSIE

    van 25 juli 2012

    betreffende steunmaatregel SA.34440 (12/C) door het Groothertogdom Luxemburg ten uitvoer gelegd met betrekking tot de verkoop van Dexia BIL

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2012) 5264)

    (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2012/836/EU)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 108, lid 2, eerste alinea (1),

    Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name artikel 62, lid 1, onder a),

    Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde artikelen te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken (2), en gezien deze opmerkingen,

    OVERWEGENDE HETGEEN VOLGT:

    1.   PROCEDURE

    (1)

    In haar besluit van 19 november 2008 (3) heeft de Commissie besloten geen bezwaar te maken tegen de noodmaatregelen in verband met een operatie liquidity assistance en een garantie voor bepaalde elementen van het passief van Dexia (4). De Commissie was namelijk van oordeel dat die maatregelen uit hoofde van artikel 107, lid 3, onder b), VWEU met de interne markt verenigbaar waren als reddingssteun voor een onderneming in moeilijkheden; zij heeft deze maatregelen dan ook goedgekeurd voor een periode van zes maanden te rekenen vanaf 3 oktober 2008, met evenwel de precisering dat zij na afloop van deze periode de Commissie de steun opnieuw als structurele maatregel zou beoordelen.

    (2)

    België, Frankrijk en Luxemburg (hierna tezamen "de betrokken lidstaten" genoemd) hebben op, onderscheidenlijk, 16, 17 en 18 februari 2009 een eerste plan voor de herstructurering van Dexia aangemeld.

    (3)

    Bij besluit van 13 maart 2009 heeft de Commissie besloten de formele onderzoekprocedure van artikel 108, lid 2, VWEU in te leiden ten aanzien van het gehele pakket steunmaatregelen ten behoeve van Dexia (5).

    (4)

    Bij besluit van 30 oktober 2009 (6) heeft de Commissie de verlenging van de in overweging 1 bedoelde garantie toegestaan tot en met 28 februari 2010, of tot het tijdstip van het besluit waarin de Commissie zich uitspreekt over de verenigbaarheid van de steunmaatregelen en het herstructureringsplan van Dexia.

    (5)

    Op 9 februari 2010 hebben de betrokken lidstaten de Commissie gegevens gezonden over de additionele maatregelen die werden overwogen om het in februari 2009 aangemelde initiële herstructureringsplan aan te vullen.

    (6)

    Bij besluit van 26 februari 2010 (7) heeft de Commissie toestemming verleend voor het herstructureringsplan voor Dexia en voor de omzetting van de noodsteun in herstructureringssteun, mits alle toezeggingen en voorwaarden van dat besluit in acht werden genomen.

    (7)

    Sinds de zomer van 2011 kreeg Dexia met verdere problemen te maken en hebben de betrokken lidstaten verdere maatregelen overwogen.

    (8)

    Bij besluit van 17 oktober 2011 (8) heeft de Commissie besloten een formele onderzoekprocedure in te leiden ten aanzien van de maatregel waarbij Dexia Bank België (hierna "DBB" genoemd) door Dexia NV werd verkocht en werd verworven door de Belgische Staat. Met het oog op het behoud van de financiële stabiliteit heeft de Commissie ook besloten om die maatregel tijdelijk goed te keuren. De maatregel werd dus goedgekeurd voor een periode van zes maanden te rekenen vanaf de datum van dat besluit of, indien België binnen zes maanden te rekenen vanaf diezelfde datum een herstructureringsplan indient, totdat de Commissie een eindbesluit over de betrokken maatregel neemt.

    (9)

    Op 18 oktober 2011 hebben de betrokken lidstaten de Commissie in kennis gesteld van een reeks nieuwe mogelijke maatregelen met het oog op een nieuw plan voor de herstructurering of de ontmanteling van Dexia. In het kader van dit pakket nieuwe maatregelen heeft België op 21 oktober 2011 bij de Commissie een maatregel aangemeld waarbij DBB, gedekt door een garantie van de Belgische Staat, een beroep kon doen op emergency liquidity assistance (hierna "ELA" genoemd). Dankzij deze maatregel kan DBB funding verschaffen aan Dexia Crédit Local SA (hierna "DCL" genoemd).

    (10)

    Op 14 december 2011 hebben Frankrijk, België en Luxemburg, in het kader van deze reeks nieuwe maatregelen, bij de Commissie aanmelding gedaan van een voornemen van de betrokken lidstaten om een tijdelijke garantie af te geven voor de herfinanciering van Dexia NV en DCL (hierna "de tijdelijke herfinancieringsgarantie" genoemd).

    (11)

    Bij besluit van 21 december 2011 (het besluit tot inleiding van de procedure ten aanzien van de aanvullende steun voor de herstructurering van Dexia) (9) heeft de Commissie, met het oog op het behoud van de financiële stabiliteit, besloten om deze tijdelijke herfinancieringsgarantie tijdelijk goed te keuren tot en met 31 mei 2012. Met dat besluit heeft de Commissie echter ook een formele onderzoekprocedure ingeleid ten aanzien van alle aanvullende maatregelen die voor de herstructurering van Dexia zijn genomen sinds de vaststelling van het voorwaardelijke besluit (waaronder de tijdelijke herfinancieringsgarantie) en heeft zij de betrokken lidstaten gevraagd om binnen drie maanden een herstructureringsplan voor Dexia aan te melden of, mocht Dexia niet levensvatbaar blijken, een plan voor de gecontroleerde afwikkeling van Dexia.

    (12)

    Op 21 en 22 maart 2012 hebben de betrokken lidstaten bij de Commissie aanmelding gedaan van een plan voor de gecontroleerde afwikkeling van Dexia.

    (13)

    Op 25 mei 2012 hebben de betrokken lidstaten bij de Commissie aanmelding gedaan van een verzoek tot verlenging van de tijdelijke herfinancieringsgarantie. Op 31 mei 2012 heeft de Commissie twee besluiten vastgesteld.

    (14)

    In een eerste besluit (10) (tot uitbreiding van de procedure) heeft de Commissie toen besloten de procedure voor het formele onderzoek van de Dexia-groep uit te breiden, om het plan voor een gecontroleerde afwikkeling van de Dexia-groep dat België, Frankrijk en Luxemburg op 21 en 22 maart 2012 hadden ingediend, te kunnen onderzoeken.

    (15)

    In haar tweede besluit (11) (betreffende de verlenging van de garantie) heeft de Commissie, in afwachting van een eindbesluit over het plan voor een gecontroleerde afwikkeling van Dexia, tijdelijk goedkeuring verleend voor de verlenging tot en met 30 september 2012 van de periode voor het afgeven van de tijdelijke garantie van de betrokken lidstaten voor de herfinanciering van Dexia NV en DCL, en heeft zij tegelijk de formele onderzoekprocedure tot deze maatregel uitgebreid.

    (16)

    Op 5 juni 2012 hebben de betrokken lidstaten bij de Commissie aanmelding gedaan van een verhoging van het plafond van de tijdelijke garantie tot een bedrag van maximaal 55 miljard EUR in hoofdsom. In haar besluit van 6 juni 2012 (12) heeft de Commissie, in afwachting van een eindbesluit over het plan voor een gecontroleerde afwikkeling van Dexia, tijdelijk goedkeuring verleend voor het optrekken van het garantieplafond.

    (17)

    Op 6 oktober 2011 heeft Dexia NV in een persbericht (13) aangekondigd dat zij exclusieve onderhandelingen zou beginnen met een groep internationale investeerders, onderhandelingen waaraan ook de Luxemburgse Staat zou deelnemen, met het oog op de verkoop van Dexia Banque Internationale à Luxembourg (hierna "Dexia BIL" genoemd). De raad van bestuur van de Dexia-groep zou zich over de inhoud van het mogelijke bod uitspreken na afloop van de exclusiviteitsperiode.

    (18)

    Op 18 december 2011 is de Commissie meegedeeld dat over de verkoop van het belang van 99,906 % van Dexia NV in Dexia BIL een bindende ontwerp-overeenkomst zou worden gesloten. Volgens deze ontwerp-overeenkomst zou Precision Capital SA, een investeringsgroep uit Qatar, 90 % van dit belang verwerven en Luxemburg de overige 10 %. Bepaalde activa van Dexia BIL blijven buiten deze verkooptransactie.

    (19)

    De verkoop van Dexia BIL maakte geen deel uit van de maatregelen waarvoor de Commissie op 26 februari 2010 in het kader van het herstructureringsplan voor Dexia goedkeuring had verleend. Deze valt evenmin onder de formele onderzoekprocedure die de Commissie met haar besluit van 21 december 2011 had ingeleid ten aanzien van de herstructureringsmaatregelen die na die datum bij de Commissie waren aangemeld.

    (20)

    De verkoop van Dexia BIL was reeds vóór 21 december 2011 ter kennis gebracht van de Commissie. De Commissie zal de verkoop van Dexia BIL dus afzonderlijk van de herstructurering van Dexia beoordelen, niet alleen omdat er zo snel mogelijk rechtszekerheid moet komen, maar ook en vooral omdat de verkoop van Dexia BIL los staat van de herstructurering van de groep in het licht van de in 2011 tijdelijk goedgekeurde steunmaatregelen, het feit dat de verkoop volgens de informatie die Commissie heeft ontvangen al sinds 2009 gepland stond en het feit dat Dexia BIL juridisch en economisch van Dexia zal worden afgesplitst.

    (21)

    Op 23 maart 2012 heeft Luxemburg de verkoop van Dexia BIL formeel bij de Commissie aangemeld.

    (22)

    Bij besluit van 3 april 2012 (14) deelde de Commissie Luxemburg mee dat zij besloten had de formele onderzoekprocedure van artikel 108, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "VWEU" genoemd) in te leiden ten aanzien van de verkoop van Dexia BIL.

    (23)

    Op 4 mei en 12 juni 2012 hebben de Luxemburgse autoriteiten de Commissie aanvullende inlichtingen verschaft, waaronder een geactualiseerde versie van 30 mei 2012 van de fairness opinion voor de verkoopprijs van Dexia BIL (hierna "de geactualiseerde fairness opinion" genoemd).

    (24)

    Het besluit van de Commissie tot inleiding van de formele onderzoekprocedure is in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt (15). Daarin verzocht de Commissie alle belanghebbenden om hun opmerkingen over de betrokken maatregel kenbaar te maken.

    (25)

    De Commissie heeft van belanghebbenden opmerkingen ter zake ontvangen. Zij heeft deze voor een reactie aan Luxemburg doorgezonden en heeft bij brief van 28 juni 2012 diens opmerkingen ontvangen.

    2.   BESCHRIJVING VAN DE FEITEN

    2.1.   Beschrijving van de Dexia-groep

    (26)

    Dexia BIL is een onderdeel van de Dexia-groep. Dexia is in 1996 ontstaan uit de fusie van Crédit Local de France en het Gemeentekrediet van België. Zij was gespecialiseerd in de kredietverschaffing aan lokale overheden, maar heeft ook 5,5 miljoen particuliere cliënten, in hoofdzaak in België, Luxemburg en Turkije.

    (27)

    De Dexia-groep is georganiseerd rond één moederholding (Dexia NV) en drie operationele dochterondernemingen, één in Frankrijk (DCL), één in België (DBB) en één in Luxemburg (Dexia BIL).

    Vereenvoudigde structuur van de groep per 30 september 2011

    (d.w.z. vóór de op de raad van bestuur van Dexia van 9 oktober 2011 aangekondigde afstotingen)

    Image

    (28)

    Op 20 oktober 2011 is DBB aan de Belgische Staat verkocht. Per 31 december 2011 bedroeg het geconsolideerde balanstotaal van Dexia (met de deconsolidatie van Dexia BIL per 1 oktober 2011) 413 miljard EUR.

    (29)

    Naast de verkoop van DBB op 20 oktober 2011 heeft de Dexia-groep aangekondigd de volgende entiteiten "op korte termijn" te zullen verkopen:

    Dexia BIL;

    Dexia Municipal Agency;

    DenizBank;

    Dexia Asset Management (hierna "DAM" genoemd), en

    RBC Dexia Investor Services (hierna "RBCD" genoemd).

    (30)

    De deelnemingen van de belangrijkste aandeelhouders van Dexia NV zijn als volgt:

    Naam intekenaar

    Belang op 31.12.2011 (in %)

    Caisse des Dépôts et consignations (CDC)

    17,6 %

    Gemeentelijke Holding

    14,3 %

    Groep Arco

    12,0 %

    Franse overheid

    5,7 %

    Federale overheid België

    5,7 %

    Ethias

    5,0 %

    De drie Belgische gewesten

    5,7 %

    CNP Assurances

    3,0 %

    Werknemers

    0,6 %

    Overige

    30,4 %

    Bron:

    Dexia, FY 2011 Results and Update on the Group's restructuring process, 23.2.2012, blz. 51, overgenomen in het bij de Commissie aangemelde plan voor een gecontroleerde afwikkeling.

    2.2.   Beschrijving van Dexia BIL

    (31)

    Dexia BIL is een van de grootste commerciële banken van Luxemburg, met een balanstotaal van 41 miljard EUR per 30 juni 2011. Dexia BIL is niet alleen in Luxemburg actief, maar - rechtstreeks of via een aantal dochterondernemingen - ook in andere landen zoals Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk, een aantal landen in Azië en het Midden-Oosten. Dexia BIL bezit ook een belangrijke Legacy-obligatieportefeuille, met een marktwaarde die op 30 september 2011 geraamd werd op [5-10] miljard EUR.

    (32)

    Dexia BIL is een van de grote banken met een kantorennet in Luxemburg en is een onmisbare speler voor de lokale economie; zij is ook een depositobank voor ingezeten natuurlijke personen en ondernemingen en verstrekt consumptief krediet, hypotheken en bedrijfskredieten.

    (33)

    Volgens de tabellen verstrekt door de Luxemburgse financiële toezichthouder, de Commission de surveillance du secteur financier (CSSF), is Dexia BIL voor [10-15] % van de ingezeten natuurlijke personen en [15-20] % van de ingezeten mkb-bedrijven de referentiebank, hetgeen haar de nummer drie maakt op de Luxemburgse markt. Het marktaandeel van Dexia BIL in de Luxemburgse banksector bedraagt ongeveer [10-15] % gerekend naar deposito's, [10-15] % gerekend naar kredieten en [5-10] % gerekend naar activa onder beheer in het bedrijfsonderdeel private banking.

    2.3.   De moeilijkheden van Dexia

    (34)

    De moeilijkheden die Dexia tijdens de financiële crisis van het najaar 2008 ondervond, zijn in het besluit van de Commissie van 26 februari 2010 beschreven. De moeilijkheden waarmee Dexia meer recent te maken kreeg, kunnen als volgt worden samengevat.

    (35)

    In de eerste plaats heeft de verscherping van de staatsschuldcrisis, waarmee talrijke Europese banken werden geconfronteerd, het wantrouwen van investeerders in bancaire tegenpartijen steeds verder doen toenemen, waardoor banken niet langer in bevredigende volumes en tegen bevredigende voorwaarden funding kunnen krijgen.

    (36)

    Daarnaast is bij de investeerders het wantrouwen in de Dexia-groep, die bijzonder sterk is blootgesteld aan soeverein en quasi-souverein risico, toegenomen. De activa van Dexia omvatten immers talrijke leningen en/of obligaties van landen en/of lokale en regionale overheden in landen die door de markt als risicovol worden gepercipieerd.

    (37)

    Bovendien is de huidige crisis uitgebroken zonder dat Dexia de tijd heeft gehad haar herstructureringsplan, dat het risicoprofiel van de liquiditeit duidelijk had moeten verbeteren, volledig ten uitvoer te leggen. Omdat Dexia nog een bijzonder kwetsbaar liquiditeitsprofiel heeft en de markt bijzonder goed op de hoogte is van de kwetsbaarheid van Dexia, heeft Dexia misschien meer dan andere banken te lijden van een toegenomen wantrouwen.

    (38)

    De fundingbehoeften van Dexia zijn met name door de volgende elementen sterk toegenomen:

    i)

    de sterke daling van de rente in de zomer 2011 heeft de behoefte aan de inbreng van collateral om te voldoen aan de vragen tot margestortingen in verband met de fluctuatie van de marktwaarde van de portefeuille derivaten ter dekking van de balans, met ten minste [5-20] miljard EUR doen toenemen;

    ii)

    talrijke obligatie-emissies (met name de door de Staten gegarandeerde uitgiften van Dexia uit het verleden) hebben hun vervaldatum bereikt net op een tijdstip dat de marktvoorwaarden voor de herfinanciering van deze obligaties niet optimaal waren;

    iii)

    de sterke daling van de marktwaarde en de verzwakking van de kredietkwaliteit van de activa die Dexia gebruikt als zekerheid om funding te krijgen;

    iv)

    het verlies aan vertrouwen van een groot deel van de investeerders, onder meer na de aankondiging van aanzienlijke verliezen (bijna 4 miljard EUR) in het tweede kwartaal 2011 en de ratingverlagingen van de bepaalde ratingbureaus, en

    v)

    de moeilijkheden van Dexia hebben ook ertoe geleid dat cliënten in België en Luxemburg in oktober 2011 massaal deposito's hebben afgehaald.

    (39)

    Omdat Dexia niet erin slaagt om zich op de markten te herfinancieren en […] (16), heeft Dexia in eerste instantie een beroep moeten doen op een nieuwe ELA-maatregel van, onderscheidenlijk, de Nationale Bank van België en de Banque de France. Onder die omstandigheden hebben de betrokken lidstaten een tijdelijke herfinancieringsgarantie voor Dexia afgegeven.

    (40)

    Ook al ligt Dexia BIL niet aan de oorzaak van de problemen van de Dexia-groep, toch kreeg zij te maken met een sterke afname van haar deposito's, met name in de periode tussen 30 september 2011 en 10 oktober 2011, toen de deposito's met [15] miljard EUR afnamen (van [5-15] miljard EUR tot [5-15] miljard EUR). Het verlies van deposito's is vervolgens gestabiliseerd na de aankondiging van een reeks maatregelen om de Dexia-groep te ontmantelen en een aantal dochterondernemingen (waaronder Dexia BIL) in veiligheid te brengen. Meer bepaald heeft Dexia op 6 oktober 2011 aangekondigd dat zij besprekingen was begonnen met een groep investeerders en de Luxemburgse overheid met het oog op de verkoop van Dexia BIL. Nadat de deposito's van Dexia BIL op 22 november 2011 een dieptepunt van [5-15] miljard EUR hadden bereikt, heeft de bank haar deposito's weer licht zien toenemen tot [5-15] miljard EUR per 14 december 2011.

    2.4.   Beschrijving van de verkooptransactie van Dexia BIL

    (41)

    Op 23 maart 2012 heeft Luxemburg de verkoop van Dexia BIL aangemeld. De closing van de verkoop is afhankelijk gesteld van de voorafgaande instemming van de Commissie.

    (42)

    Voor de bij de Commissie aangemelde maatregel om Dexia BIL te verkopen is geen formele biedprocedure uitgeschreven. Volgens de Luxemburgse autoriteiten was Dexia sinds lang voornemens Dexia BIL te verkopen en had de bank in de periode 2009-2011 daarover met een aantal partijen, met name […], contact opgenomen. […]. Dat overleg bereikte een meer of minder gevorderd stadium, maar geen van deze partijen heeft een concreet project ingediend voor de acquisitie van Dexia BIL.

    (43)

    Ten slotte hebben de contacten met Precision Capital geresulteerd in het aangaan van exclusieve onderhandelingen, zoals aangekondigd op 6 oktober 2011. Een bindende ontwerp-overeenkomst, met betrekking tot de verkoop van het Dexia-belang van 99,906 % in Dexia BIL, is op 20 december 2011 afgerond met een Memorandum of Understanding (hierna "MoU" genoemd). Volgens deze ontwerp-overeenkomst verwerft Precision Capital 90 % van de te koop gezette aandelen, terwijl Luxemburg de resterende 10 % verwerft tegen dezelfde voorwaarden als Precision Capital.

    (44)

    Bepaalde activa van Dexia BIL blijven buiten deze transactie; de verkoop ziet dus slechts op een deel van Dexia BIL, namelijk de retail- en de private banking-activiteiten (hierna tezamen "de afgestoten activiteiten" genoemd). Meer bepaald blijven buiten de verkoop: het belang van 51 % van Dexia BIL in DAM, het belang van 50 % van Dexia BIL in RBCD, het belang van 40 % in Popular Banca Privada, de legacy-portefeuille van Dexia BIL (en een aantal daaraan verbonden derivaten), en het belang van Dexia BIL in Dexia LdG Banque en in Parfipar. De betrokken activiteiten zullen vóór de closing van de transactie aan Dexia worden overgedragen, met voor Dexia BIL een claw-backmechanisme voor de netto-opbrengsten van de verkopen. Voorts is in het MoU, als voorafgaande voorwaarde voor de verkoop, bepaald dat alle unsecured kredieten en leningen bij entiteiten van de Dexia-groep en de talrijke secured kredieten en leningen bij entiteiten van de Dexia-groep verdwijnen. Op 10 februari 2012 bedroeg de funding voor andere entiteiten van de groep rond [0-5] miljard EUR, waarvan minstens [500-800] miljoen EUR secured funding. Door al deze activa uit te sluiten kunnen de totale activa van Dexia BIL worden verminderd met ongeveer 16,9 miljard EUR ten opzichte van de totale activa van 41 miljard EUR per 30 juni 2011 (d.w.z. een inkrimping van de totale activa met 40 % en van de risicogewogen activa met 50 %).

    (45)

    In de aangemelde maatregel is ook bepaald dat bij de closing van de verkoop Dexia BIL een tier 1-kernkapitaalratio (common equity Tier 1) volgens de regels van Bazel III van precies 9 % zal hebben.

    (46)

    De verkoopprijs is bepaald op 730 miljoen EUR, met een tier 1-kernkapitaalratio voor Dexia BIL van precies 9 % op het tijdstip van de closing. Ligt het kapitaal bij de closing hoger dan 9 % tier 1-kernkapitaal volgens Bazel III, dan wordt de verkoopprijs bij de closing overeenkomstig aangepast. Ligt het kapitaal lager dan 9 % tier 1-kernkapitaal, dan wordt het tekort bijgepast door Dexia NV.

    (47)

    De op 23 maart 2012 aangemelde maatregel bevatte een clausule dat, wanneer Dexia NV of een entiteit van de Dexia-groep voor een overnemer een staatsgarantie ontvangt ten behoeve van diens schadevergoedingsverplichtingen uit hoofde van de specifiek aan deze verkoop verbonden contractuele garanties ten aanzien van die overnemer, en voor zover de betrokken overnemer een (niet rechtstreeks of middellijk onder de zeggenschap van overheden staande) particuliere entiteit is, Dexia zich ertoe verbindt om door dezelfde garant (of door een andere garant met een zelfde rating) een vergelijkbare garantie te doen afgeven op vergelijkbare voorwaarden en met vergelijkbare contractuele verplichtingen ten aanzien van de overnemers als in de verkoopovereenkomsten. Deze verplichting zou tot en met 1 januari 2017 moeten gelden (hierna "clausule 3.3.5" genoemd). Deze clausule is nadien geschrapt en niet meer opgenomen in de definitieve overeenkomsten voor de verkoop van de aandelen die volgden op het MoU.

    (48)

    Vóór het afronden van het MoU is voor scenario's voor een voorontwerp van verkoop van Dexia BIL een onafhankelijke fairness opinion uitgevoerd (17). Deze waardering van 10 december 2011 gebeurde aan de hand van drie verschillende methoden (18) en kwam voor de prijs uit op een bedrag tussen [600-700] en [800-900] miljoen EUR. De actualisering van deze waardering van 30 mei 2012 levert dezelfde conclusies op.

    2.5.   Beschrijving van de redenen voor het inleiden van de formele onderzoekprocedure

    (49)

    In haar besluit tot inleiding van de procedure was de Commissie van oordeel dat zij in dat stadium niet bij machte was om te concluderen dat de transactie geen steunelement bevatte.

    (50)

    De Commissie was van oordeel dat clausule 3.3.5 potentieel staatssteun bevatte.

    (51)

    Voorts was de Commissie van oordeel dat de verkoopprocedure voor Dexia BIL niet open, transparant en niet-discriminerend is verlopen. De verkoopprocedure bleef beperkt tot bilaterale onderhandelingen met een aantal kandidaat-overnemers zonder dat er een biedprocedure was. De Commissie was dus niet bij machte te concluderen dat de verkoopprocedure zodanig was verlopen dat een marktprijs kon worden gevormd - en de transactie dus geen steunelementen in zich droeg.

    (52)

    Volgens de Commissie kwam de onafhankelijke fairness opinion (19) tijdens de onderhandelingen tot stand en vooraleer de precieze voorwaarden van het MoU van20 december 2011, waarop de aanmelding van 23 maart 2012 zag, waren vastgesteld. De Commissie had dus twijfel of in de fairness opinion wel precies alle afgestoten activiteiten werden betrokken, met de voorwaarden van de aangemelde maatregel, daaronder begrepen de clausule inzake het claw-backmechanisme voor Dexia BIL van de netto-opbrengsten van de verkopen, en met clausule 3.3.5.

    (53)

    De Commissie kon dus niet concluderen dat de voorwaarden voor de verkoop van Dexia BIL, gelet op het gecumuleerde effect van het ontbreken van een open biedprocedure en het ontbreken van precieze informatie over een adequate waardering van de transactie rekening houdende met welke activiteiten precies werden verkocht en de potentiële clausule 3.3.5, erin resulteerden dat de verkoop tegen de marktprijs plaatsvond.

    3.   OPMERKINGEN VAN BELANGHEBBENDEN

    (54)

    Na de bekendmaking van het besluit van 3 april 2012 tot inleiding van de procedure heeft de Commissie van twee belanghebbenden opmerkingen ontvangen.

    (55)

    Een belanghebbende van wie opmerkingen werden ontvangen (hierna "opmerkingen A" genoemd), was een beleggersvereniging en betrof de hoogte van de koopprijs. Volgens deze vereniging ligt de prijs voor de verkoop van Dexia BIL te laag, met name rekening houdende met de goede prestaties van Dexia BIL in het verleden.

    (56)

    Een andere partij, een aandeelhouder van Dexia NV, formuleerde in haar opmerkingen (hierna "opmerkingen B" genoemd) twijfel over het optreden sinds 1998 van Dexia NV, Dexia BIL en de personen en instanties die geacht worden deze ondernemingen te controleren. Volgens deze aandeelhouder zijn ook de informatiestromen van Dexia NV naar haar aandeelhouders ontoereikend. Deze aandeelhouder vindt voorts dat Dexia NV de notulen en bijlagen van zijn eigen interventies tijdens de algemene vergaderingen vanaf 1999, samen met alle correspondentie tussen hemzelf, Dexia NV, Dexia BIL en hun bestuurders, had moeten meedelen aan de kandidaat-overnemers van Dexia BIL.

    4.   DE OPMERKINGEN VAN DEXIA NV

    (57)

    Dexia NV beklemtoont dat de verkoop van Dexia BIL een belangrijke stap is voor het stabiliseren van de situatie van Dexia BIL na het weglekken van de deposito's begin oktober 2011. Het is van essentieel belang om de partijen bij de transactie zo snel mogelijk de bevestiging te geven dat met de verkoop van Dexia BIL geen steunelementen gemoeid zijn.

    (58)

    Omdat clausule 3.3.5 niet is overgenomen in de definitieve, in de plaats van het MoU getreden overeenkomsten over de overdracht van aandelen, is dit punt van zorg niet langer gegrond.

    (59)

    Door de talrijke contacten die sinds 2009 tussen Dexia NV en eventuele overnemers hebben plaatsgevonden, in combinatie met de officiële bekendmaking vanaf 6 oktober 2011 van een potentiële verkoop van Dexia BIL aan een internationale groep investeerders, is de voorgenomen verkoop van Dexia BIL publiek geraakt. De exclusiviteit is pas twee weken nadien verleend en andere ernstige kandidaat-overnemers hadden dus voldoende tijd om zich, in voorkomend geval, bekend te maken. De voorwaarden voor de verkoop van Dexia BIL zijn overigens door Dexia NV samen met Precision Capital bepaald in het kader van onderhandelingen at arm's length tussen particuliere marktdeelnemers, onder hun eigen verantwoordelijkheid en zonder dat daarmee staatsmiddelen gemoeid waren. Bovendien moest dringend een overnemer voor Dexia BIL worden gevonden om depositohouders en cliënten van de bank te beschermen, de waarde van de bank in stand te houden en risico's op besmetting van de rest van het financiële bestel in te dammen. Onder die omstandigheden kan het verkoopproces voor Dexia BIL worden gelijkgesteld met een open, transparante en niet-discriminerende procedure, die de garantie biedt dat een marktprijs tot stand komt. Bijgevolg zijn met deze procedure geen steunelementen gemoeid.

    (60)

    De fairness opinion van december 2011 betrof Dexia BIL in haar nieuwe vorm (de afgestoten activiteiten), hetgeen bevestigd wordt door de geactualiseerde fairness opinion van 30 mei 2012.

    (61)

    De verkoopprijs is gebaseerd op een tier 1-kernkapitaalratio volgens Bazel III van 9 % op het tijdstip van de closing. In geval er een verschil is tussen dit kapitaalniveau en het niveau bij de closing van de verkoop, dan biedt de aanpassingsclausule de garantie dat dit verschil door de kopers of de verkoper wordt terugbetaald en/of de verkoopprijs wordt aangepast. Onder die omstandigheden is Dexia NV van mening dat de waardering van deelnemingen of activa die buiten de transactie worden gehouden, niet in rekening mag worden genomen bij het bepalen van de marktprijs.

    (62)

    Dexia BIL heeft geen rechtstreeks voordeel geput uit vroegere steun voor de Dexia-groep. Integendeel, sinds 2008 is Dexia BIL steeds een nettoverschaffer van liquiditeit voor de Dexia-groep geweest. Bovendien mag de Commissie, op grond van het feit dat de onderneming tot een concern behoort, niet aannemen dat een onderneming baat heeft gehad bij de steun voor dit concern, met name niet wanneer - zoals in deze zaak - de transfermechanismen binnen de groep alleen ten nadele van de onderneming hebben gewerkt, en niet in haar voordeel (20). Evenmin mag de Commissie aannemen dat de transactie aan de Staat valt toe te rekenen of dat daarmee staatsmiddelen gemoeid zijn, terwijl deze transactie at arm's length plaatsvond tussen Dexia en de overnemer en zonder dat daarmee staatsmiddelen gemoeid waren.

    (63)

    Hoe dan ook beklemtoont Dexia NV dat de acquisitie van Dexia BIL tegen de marktprijs voldoende is om de kans uit te schakelen dat oudere steun voor de Dexia-groep kan zijn overgedragen aan de overnemer en aan de afgestoten entiteit Dexia BIL (21).

    (64)

    De verkoop van Dexia BIL kan dus geen nieuwe steun omvatten voor zover de acquisitie door de Luxemburgse Staat plaatsvindt zonder de injectie van nieuw kapitaal in Dexia BIL door de Luxemburgse Staat. In dat verband beklemtoont Dexia NV dat de verkoop van Dexia BIL, bij gebreke van aanvullende steun, geen concurrentiedistorsies met zich brengt, zodat geen aanvullende maatregelen hoeven te worden opgelegd om de concurrentiedistorsies te beperken. Hoe dan ook is de inkrimping van de omvang van Dexia BIL als gevolg van de activiteiten die buiten de verkoop blijven, voldoende groot om geen verdere maatregelen nodig te maken.

    5.   OPMERKINGEN VAN LUXEMBURG

    (65)

    Luxemburg is van oordeel dat de verkoop van Dexia BIL een marktconforme oplossing is en geen steunelement in zich draagt.

    (66)

    Luxemburg tekent aan dat het voornemen om Dexia BIL van de hand te doen, officieel is aangekondigd op 6 oktober 2011, dus vóór het tijdstip van de bekendmaking van de aanvullende garanties die de betrokken lidstaten voor de nieuwe herfinanciering aan Dexia NV en DCL hebben afgegeven.

    (67)

    Luxemburg beklemtoont dat Dexia BIL in Luxemburg een van de grote banken is met een kantorennet en een onmisbare speler is voor de lokale economie; zij is ook een depositobank voor ingezeten natuurlijke personen en ondernemingen en verstrekt consumptief krediet, hypotheken en bedrijfskredieten. Dexia BIL is een systeemrelevante bank voor de Luxemburgse economie (22) en het omvallen van deze bank (zelfs alleen al de onzekerheid over haar lot) zou bijzonder zware gevolgen hebben voor de stabiliteit van het Luxemburgse financiële bestel en de Luxemburgse economie in het algemeen; de effecten hiervan zouden ook merkbaar zijn in de buurlanden.

    (68)

    Volgens de Luxemburgse autoriteiten vloeit er voor Dexia NV of Dexia BIL geen enkel voordeel voort uit de overname door de Luxemburgse Staat van een aandeel van 10 % van Dexia BIL, omdat de overname plaatsvindt tegen marktvoorwaarden en dezelfde prijs en voorwaarden gelden als voor Precision Capital.

    (69)

    Luxemburg tekent ook aan dat de verkoop van Dexia BIL al lang was overwogen door Dexia, dat in de periode 2009-2011 met een aantal partijen, met name […], daarover contact had opgenomen. Dat overleg bereikte een meer of minder gevorderd stadium, maar geen van deze partijen heeft belangstelling laten blijken voor Dexia BIL. De Luxemburgse autoriteiten erkennen weliswaar dat de procedure geen formele biedprocedure was, maar doen opmerken dat het weinig waarschijnlijk is dat een formele biedprocedure een ander resultaat had opgeleverd. Het was niet mogelijk geweest om dit soort biedprocedure te organiseren binnen de krappe termijn die er restte door het versnelde weglekken van de deposito's van Dexia BIL eind september 2011 als gevolg van de geruchten over de problemen van de Dexia-groep en de ratingverlaging van Dexia NV door het ratingbureau Moody's op 3 oktober 2011, die kwamen bovenop de geruchten rond het Europese bancaire bestel, de staatsschuldcrisis en de problemen van het eurogebied. Deze noodsituatie leidde tot de aankondiging van de beoogde verkoop van Dexia BIL en het aanvatten van onderhandelingen met Precision Capital op 6 oktober 2011. Tussen dat tijdstip en het begin van de exclusieve onderhandelingen (23) werd er geen enkele andere blijk van belangstelling of een ernstig bod ontvangen, ondanks […] blijken van andere kandidaat-investeerders (24).

    (70)

    Volgens de Luxemburgse autoriteiten kan een informele biedprocedure, die binnen een verkorte termijn en volgens bijzondere, door de omstandigheden opgelegde procedures wordt georganiseerd, worden beschouwd als een open, transparante en niet-discriminerende procedure die de garantie biedt op de totstandkoming van een marktprijs. De Luxemburgse autoriteiten doen voorts opmerken dat de conclusie van een 10 december 2011 uitgevoerde fairness opinion van de prijs en de actualisering ervan op 30 mei 2012 is dat de prijs billijk lijkt in de huidige marktomstandigheden, en dat de Commissie al had toegegeven dat de waardering van een onderneming conform kan zijn met de marktprijs op basis van een door een onafhankelijke deskundige uitgevoerde fairness opinion van de prijs.

    (71)

    Sinds 2008 is Dexia BIL steeds een nettoverschaffer van liquiditeit voor de andere entiteiten van de Dexia-groep geweest. Wat de nieuwe op 21 december 2011 door de Commissie voorlopig toegestane tijdelijke garantie betreft, Dexia BIL is geen entiteit die een garantie heeft gekregen en geniet evenmin deze tijdelijke garantie.

    (72)

    Voorts doen de Luxemburgse autoriteiten opmerken dat de liquiditeitspositie van Dexia BIL na de verkoop versterkt zal zijn, dat de bank zich zal concentreren op retail- en private banking-activiteiten en dat zij haar banden met de Dexia-"restgroep" zal doorsnijden doordat de legacy-portefeuille en Dexia LdG worden afgezonderd en de deelnemingen in RBCD en DAM te koop worden gezet. Bovendien wordt er in het MoU van uitgegaan dat er na de verkoop geen funding meer van Dexia BIL naar Dexia NV of naar andere entiteiten van de restgroep zal gaan.

    (73)

    Luxemburg vraagt ook dat Dexia BIL niet langer de voorwaarden en verplichtingen van het besluit van 26 februari 2010 hoeft in acht te nemen, noch het nieuwe plan voor de herstructurering of de gecontroleerde afwikkeling van Dexia dus in het kader van het besluit van 21 december 2011 wordt uitgewerkt. Dat Dexia BIL onderworpen was aan het bij besluit van 26 februari 2010 goedgekeurde herstructureringsplan en aan de voorwaarden en verplichtingen uit dat plan, houdt verband met het feit dat Dexia BIL deel uitmaakte van de Dexia-groep, die in de betrokken besluiten als enige begunstigde van de verleende steun wordt genoemd. Dit punt blijkt trouwens uit het feit dat de meeste toezeggingen uit het herstructureringsplan voor Dexia betrekking hebben op de Dexia-groep of Dexia NV en slechts op Dexia BIL betrekking hebben voor zover deze een dochteronderneming is van de groep en samen met Dexia NV één economische entiteit vormt. Hoe dan ook bevat de verkoop van Dexia BIL geen steunelement en vindt deze plaats tegen een marktprijs.

    (74)

    In zijn opmerkingen betreffende het besluit tot inleiding van de procedure bevestigt Luxemburg dat clausule 3.3.5 niet is overgenomen in de definitieve, in de plaats van het MoU getreden overeenkomsten voor de overdracht van aandelen, en dat dit punt van zorg dus niet langer gegrond is.

    (75)

    De Luxemburgse autoriteiten bevestigen ook dat de in de fairness opinion betrokken activiteiten precies samenvallen met de afgestoten activiteiten. Bovendien biedt het aanpassingsmechanisme ten aanzien van de ratio van precies 9 % tier 1-kernkapitaal onder Bazel III de mogelijkheid om te garanderen dat de waarde van de van de transactie uitgesloten activiteiten (overweging 44) geen (negatieve of positieve) financiële impact heeft voor de overnemer. De Luxemburgse autoriteiten verwijzen ook naar de fairness opinion die [eind] mei 2012 is geactualiseerd en die dezelfde conclusies deelt. De verkoopprijs van Dexia BIL kan dus worden beschouwd als een marktprijs, die uitsluit dat er op dit punt enige steun wordt doorgegeven.

    (76)

    Ten slotte sluiten de Luxemburgse autoriteiten zich aan bij de opmerkingen van Dexia NV (zie deel 4).

    (77)

    De Luxemburgse autoriteiten zijn van oordeel dat de verklaringen in opmerkingen A zijn gebaseerd op versnipperde gegevens en geen volledige analyse van de toestand bieden. Met name wordt in die opmerkingen geen rekening gehouden met de precieze voorwaarden van de transactie. In dat verband verwijzen de Luxemburgse autoriteiten naar de verschillende documenten die de Commissie van de Luxemburgse autoriteiten en Dexia NV heeft ontvangen, met name de door een derde uitgevoerde fairness opinions van de prijs, waarin wordt geconcludeerd dat, rekening houdende met de transactievoorwaarden, de betaalde prijs billijk is. Dit blijkt uit de waardering die derden op 10 december 2011 hebben uitgevoerd en die op 30 mei 2012 door hetzelfde bureau werd bevestigd, namelijk dat […].

    (78)

    Overigens blijkt uit het dossier waarover de Commissie beschikt, duidelijk dat de Luxemburgse Staat de koper geen garanties heeft aangeboden of toegekend.

    (79)

    De Luxemburgse autoriteiten tekenen dan ook aan dat de opmerkingen A lijken te zijn gebaseerd op onvolledige informatie en dat deze foutieve stellingen bevatten, trouwens niet gestaafd door enig bewijs. Daarom verzoeken zij de Commissie in haar eindbesluit hiermee geen rekening te houden, maar zich te baseren op de toelichtingen die de Luxemburgse autoriteiten en Dexia NV in hun contacten met de Commissie hebben verschaft en die uitvoerig antwoorden op de gestelde vragen en de geformuleerde kritiek kunnen weerleggen.

    (80)

    De Luxemburgse autoriteiten doen opmerken dat opmerkingen B een reeks brieven zijn van deze derde partij aan de directie van Dexia NV en Dexia BIL (en daarnaast ook de toezichthouders), daterend uit de periode van 2005 tot eind 2011, zonder enig rechtstreeks verband met de verkoop van Dexia BIL. Het betreft hier diverse vragen en punten van kritiek aan het adres van Dexia NV wat betreft het feit dat geen rekening is gehouden met bepaalde vragen met betrekking tot feiten die dateren van lang vóór de verkoop van Dexia BIL, het enige element waarop dit besluit over de verkoop van Dexia BIL zou mogen zien. De Luxemburgse autoriteiten verzoeken de Commissie dan ook deze documenten terzijde te schuiven, omdat deze niet relevant zijn.

    (81)

    De Luxemburgse autoriteiten doen opmerken dat Dexia NV concludeert (zie deel 4) dat de Dexia BIL-transactie plaatsvindt tegen een marktprijs en zonder steunelement. Omdat deze conclusie aansluit bij die van de Luxemburgse autoriteiten, hoeven deze laatste hier dus zelf geen verdere opmerkingen bij te maken.

    (82)

    Bij wijze van conclusie doen de Luxemburgse autoriteiten opmerken dat geen van de opmerkingen die van derden is ontvangen, de ontwikkelingen in hun aanmelding en in hun opmerkingen ter discussie kan stellen. De Luxemburgse autoriteiten merken trouwens op dat geen van de opmerkingen van derden het argument kan weerleggen dat de procedure voor de verkoop van Dexia BIL, in lijn met de beschikkingspraktijk van de Commissie, moet worden gelijkgesteld met een open, transparante en niet-discriminerende procedure die de garantie biedt dat de transactie tegen marktprijs heeft plaatsgevonden. De Luxemburgse autoriteiten blijven dus bij hun standpunt dat de transactie zonder enig steunelement is verlopen.

    6.   BEOORDELING VAN DE VRAAG OF ER SPRAKE IS VAN STEUN

    (83)

    In artikel 107, lid 1, VWEU is bepaald dat behoudens de afwijkingen waarin de Verdragen voorzien, steunmaatregelen van de staten of in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar zijn met de interne markt, voor zover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt.

    (84)

    Dexia BIL is op Europees niveau actief en concurreert dus duidelijk met andere spelers op buitenlandse markten. De Commissie is dan ook van oordeel dat potentiële steun bij de verkoop van Dexia BIL het handelsverkeer tussen lidstaten ongunstig kan beïnvloeden en de mededinging kan vervalsen of het risico daarop in zich draagt.

    (85)

    In haar besluit van 26 februari 2010 heeft de Commissie al aangetoond dat de steun die Dexia in de vorm van kapitaal, van fundinggaranties, van ELA vergezeld van een staatsgarantie en van ondersteuning voor aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa (de FSA-maatregel) heeft ontvangen, (door België, Luxemburg en Frankrijk verleende) staatssteun vormden. Bijgevolg dient zij zich ervan te vergewissen dat de afgestoten activiteit niet het voordeel blijft behouden van de steun die voordien naar Dexia ging.

    (86)

    Volgens het arrest van het Hof van Justitie van 8 mei 2003 in de zaak-Italië en SIM 2 Multimedia SpA / Commissie (25), waarop de Commissie zich baseerde in haar besluiten in de zaak-Olympic Airlines (26) en de zaak-Alitalia (27), dient het onderzoek naar de economische continuïteit tussen de vroegere onderneming en de nieuwe structuren te gebeuren aan de hand van een reeks aanwijzingen. Aanwijzingen zijn met name het voorwerp van de verkoop, de verkoopprijs, de identiteit van de aandeelhouders of eigenaren van de overnemende onderneming en van de oorspronkelijke onderneming. Dit is door het Gerecht bevestigd in zijn arrest van 28 maart 2012 in de zaak-Ryanair/Commissie (28), waarin het besluit in de zaak-Alitalia is bevestigd.

    (87)

    Wat het voorwerp van de verkoop betreft, de activiteiten die van de hand worden gedaan, blijven beperkt tot de retail- en private banking-activiteiten die niet aan de oorsprong lijken te hebben gelegen van de problemen waardoor de Dexia-groep staatssteun moest krijgen. De Commissie tekent voorts aan dat het gedeelte van de Legacy-portefuille van de groep dat door Dexia BIL werd gehouden en dat verband houdt met de herfinancieringsproblemen van de groep die mede ervoor hebben gezorgd dat de bij het besluit van 26 februari 2010 goedgekeurde steun moest worden verleend, niet behoort tot de afgestoten activiteiten. Uit kwantitatief oogpunt vertegenwoordigen de afgestoten activiteiten ongeveer 60 % van het balanstotaal van Dexia BIL en [0-10] % van het balanstotaal van de Dexia-groep.

    (88)

    Tussen de particuliere overnemer Precision Capital en de huidige aandeelhouders van Dexia NV zijn er geen banden, waardoor dus is voldaan aan het criterium dat de particuliere overnemer bij zijn besluitvorming en het uittekenen van een strategie voor de afgestoten activiteiten van Dexia BIL onafhankelijk moet zijn ten opzichte van Dexia NV.

    (89)

    Wanneer de afgestoten activiteiten tegen marktprijs zouden worden verworven, zou dit voorts de garantie bieden dat de overnemer een passende vergoeding betaalt voor de steun die dit deel van Dexia BIL mogelijk heeft genoten als entiteit van de Dexia-groep en dat de transactieprijs voor de verkoop van Dexia BIL dus geen steunelementen bevat.

    (90)

    Na het besluit tot inleiding van de procedure heeft de Commissie aanvullende informatie ontvangen over de waardering van de marktprijs.

    (91)

    De Commissie tekent aan dat voor de verkoop van Dexia BIL op 10 december 2011 een eerste onafhankelijke fairness opinion is opgesteld, die nadien op 30 mei 2012 is geactualiseerd. Bij deze fairness opinions werd gebruikgemaakt van drie verschillende methoden: i) de discontering van de Cash Flows to Equity (CFE) methode aan de hand van de stromen die naar aandeelhouders gaan, mits de wettelijke tier 1-kernkapitaalratio's in acht worden genomen; ii) de Price to Book Ratio (P/B-ratio) methode, gebaseerd op de verhouding tussen het rendementsoverschot en de kapitaalkosten, en iii) de peer comparison-methode. De eerste onafhankelijke fairness opinion van 10 december 2011 komt voor de prijs uit op een bandbreedte tussen [600-700] en [800-900] miljoen EUR. De op 30 mei 2012 geactualiseerde fairness opinion bevestigt dat daarin precies de afgestoten activiteiten werd betrokken en komt tot dezelfde conclusie dat een billijke prijs ligt tussen [600-700] en [800-900] miljoen EUR. De Commissie heeft deze fairness opinions onderzocht. Daarbij stelt zij vast dat deze zijn gebaseerd op algemeen toepasbare standaardmethoden uit deze sector en rekening houden met de precieze voorwaarden en de precieze omvang van de transactie.

    (92)

    Met 730 miljoen EUR ligt de transactieprijs binnen de bandbreedte uit deze fairness opinions. Er zijn dus geen aanwijzingen dat de prijs die is betaald, onder of boven de marktprijs ligt. De verkoopprijs van Dexia BIL kan dus worden beschouwd als een marktprijs, hetgeen ook uitsluit dat er bij de verkoop enige steun die Dexia mogelijk voordien heeft ontvangen, wordt doorgegeven.

    (93)

    Bepaalde activa van Dexia BIL blijven buiten deze verkooptransactie (zie overweging 44). Deze activiteiten zullen vóór de closing van de transactie aan Dexia NV worden overgedragen, met voor Dexia BIL een claw-backmechanisme voor de netto-opbrengsten van de verkopen. De Commissie tekent aan dat de aanvullende informatie die zij na het besluit tot inleiding van de procedure heeft ontvangen, bevestigt dat de waardering van de activiteiten die buiten de transactie blijven, niet heeft meegespeeld bij het bepalen van de marktprijs. De verkoopprijs is gebaseerd op een tier 1-kernkapitaalratio volgens Bazel III van precies 9 % op het tijdstip van de closing. Ingeval er een verschil is tussen dit kapitaalniveau en het niveau bij de closing van de verkoop, dan biedt de aanpassingsclausule de garantie dat dit verschil door de kopers of de verkoper wordt terugbetaald en/of de verkoopprijs wordt aangepast. De waardering van de deelnemingen of activa die buiten de transactie worden gehouden, wordt dus niet in rekening genomen bij het bepalen van de marktprijs. Deze aanpassingsclausule is ook meegenomen in de fairness opinions.

    (94)

    In haar besluit tot inleiding van de procedure had de Commissie opgemerkt dat de Luxemburgse Staat aan de verkoop van Dexia BIL deelneemt door een belang van 10 % te verwerven, op dezelfde voorwaarden als Precision Capital. Het spreekt dus voor zich dat met deze deelneming van Luxemburg staatsmiddelen zijn gemoeid. Omdat Luxemburg op dezelfde voorwaarden deelneemt als Precision Capital, is de Commissie van oordeel dat Luxemburg a priori handelt als een particuliere investeerder, hetgeen uitsluit dat er bij de deelneming van 10 % door Luxemburg sprake is van staatssteun.

    (95)

    In haar besluit tot inleiding van de procedure heeft de Commissie voorts opgemerkt dat Precision Capital en de Luxemburgse Staat voornemens zijn clausule 3.3.5 te schrappen. De Commissie deed opmerken dat Dexia NV zich met deze clausule ertoe verbond om a posteriori staatsgaranties te verkrijgen voor de overnemer van Dexia BIL. Zo zou door het activeren van deze clausule potentieel een beroep worden gedaan op staatsmiddelen in de vorm van garanties. Bovendien zou door het enkele bestaan van deze clausule een voordeel aan de overnemer van Dexia BIL kunnen worden verleend. Na het besluit tot inleiding van de procedure heeft de Commissie echter aanvullende informatie ontvangen waaruit blijkt dat clausule 3.3.5 niet is opgenomen in de definitieve verkoopovereenkomsten voor de aandelen, die in de plaats zijn gekomen van het MoU. De Commissie concludeert dan ook dat, door het opgeven van deze clausule die niet ten uitvoer is gelegd, er in dat verband geen steunelementen zijn.

    7.   BESLUIT

    (96)

    Om de hier uiteengezette redenen concludeert de Commissie dat de maatregel bestaande uit de verkoop van Dexia BIL geen steun vormt in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU. Met name vormt deze geen nieuwe steun voor Dexia NV of voor Dexia BIL,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De maatregel voor de verkoop van Dexia BIL vormt geen steun in de zin van artikel 107, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

    De steunmaatregel mag bijgevolg ten uitvoer worden gelegd.

    Artikel 2

    Dit besluit is gericht tot het Groothertogdom Luxemburg.

    Gedaan te Brussel, 25 juli 2012.

    Voor de Commissie

    Joaquín ALMUNIA

    Vicevoorzitter


    (1)  Met ingang van 1.12.2009 zijn de artikelen 87 en 88 VEG respectievelijk de artikelen 107 en 108 VWEU geworden. De bepalingen in beide Verdragen zijn inhoudelijk identiek. In het kader van dit besluit moeten verwijzingen naar de artikelen 107 en 108 VWEU waar nodig worden begrepen als verwijzingen naar, respectievelijk, de artikelen 87 en 88 VEG. Het VWEU bracht ook bepaalde wijzigingen op het gebied van terminologie met zich, zoals de vervanging van "Gemeenschap" door "Europese Unie", van "gemeenschappelijke markt" door "interne markt" en van "Gerecht van eerste aanleg" door "Gerecht". In dit besluit wordt de terminologie van het VWEU gebruikt.

    (2)  PB C 146 van 12.5.1998, blz. 6, en PB C 210 van 1.9.2006, blz. 12.

    (3)  Besluit C(2008) 7388 final.

    (4)  In dit besluit worden met "Dexia" of "de Dexia-groep" Dexia NV en al haar dochterondernemingen bedoeld.

    (5)  PB C 181 van 4.8.2009, blz. 42.

    (6)  PB C 305 van 16.12.2009, blz. 3.

    (7)  PB L 274 van 19.10.2010, blz. 54.

    (8)  PB C 38 van 11.2.2012, blz. 12.

    (9)  Besluit bekendgemaakt op de website van DG Concurrentie, op het volgende adres: http://ec.europa.eu/competition/state_aid/cases/243124/243124_1306879_116_2.pdf

    (10)  Besluit van 31 mei 2012 betreffende steunmaatregel SA.26653 - Herstructurering van Dexia (nog niet bekendgemaakt).

    (11)  Besluit van 31 mei 2012 betreffende steunmaatregelen SA.33760, SA.33764, SA.33763 - Aanvullende maatregelen voor de herstructurering van Dexia - Tijdelijke garantie (nog niet bekendgemaakt).

    (12)  Besluit van 6 juni 2012 betreffende steunmaatregelen SA.34925, SA.34927, SA.34928 - Verhoging van het plafond voor de tijdelijke garantie (nog niet bekendgemaakt).

    (13)  Zie het persbericht op de website van de Dexia-groep, te vinden onder: http://www.dexia.com/NL/journalist/persberichten/Paginas/Start-van-exclusieve-onderhandelingen-voor-de-verkoop-van-Dexia-Banque-Internationale-a-Luxembourg.aspx

    (14)  PB C 137 van 12.5.2012, blz. 19.

    (15)  Besluit van 3 april 2012 betreffende steunmaatregel SA.34440 - Verkoop van Dexia BIL, PB C 137 van 12.5.2012, blz. 19.

    (16)  Vertrouwelijke informatie.

    (17)  "Equité du prix de cession de BIL à Precision Capital / Eléments préliminaires en l'état actuel des négociations" van 10.12.2011.

    (18)  i) De discontering van de Cash Flows to Equity (CFE) methode aan de hand van de stromen die naar aandeelhouders gaan, mits de wettelijke tier 1-kernkapitaalratio's in acht worden genomen; ii) de Price to Book Ratio (P/B-ratio) methode, gebaseerd op de verhouding tussen het rendementsoverschot en de kapitaalkosten, en iii) de peer comparison-methode.

    (19)  "Equité du prix de cession de BIL à Precision Capital / Eléments préliminaires en l'état actuel des négociations" van 10.12.2011.

    (20)  Zie met name het arrest van 19 oktober 2005 in zaak T-324/00, CDA Datenträger Albrechts GmbH / Commissie, Jurispr. 2005, blz. II-4309, punt 93: "… de argumentatie van de Commissie [dient] te worden afgewezen, dat de omvang van het bevel tot terugvordering in artikel 2 van de bestreden beschikking zijn rechtvaardiging vindt in het feit dat de joint venture en haar opvolgers tot een groep van verbonden vennootschappen behoren waarin interne mechanismen van activaoverdracht bestaan. […] uit de vaststellingen in de bestreden beschikking blijkt ook duidelijk dat de in de groep bestaande overdrachtsmechanismen enkel ten nadele van de joint venture hebben gewerkt, en niet in haar voordeel. Dus kan niet worden gesteld dat de joint venture, op grond van het feit dat zij tot die groep behoort, in feite heeft geprofiteerd van steun waarvan zij niet de begunstigde was."

    (21)  Zie met name arrest van 20 september 2001, zaak C-390/98, H.J. Banks & Co. Ltd / The Coal Authority en Secretary of State for Trade and Industry, Jurispr. 2001, blz. I-6117, punt 78: "In beginsel evenwel, wanneer een steunontvangende onderneming tegen marktprijs is verkocht, weerspiegelt de verkoopprijs de gevolgen van de vroegere steun, en behoudt de verkoper van deze onderneming het voordeel van de steun. In dat geval moet de vroegere situatie in de eerste plaats worden hersteld door de terugbetaling van de steun door de verkoper."

    (22)  Met bijna 40 kantoren in het Groothertogdom is Dexia BIL de op twee na grootste bank op de Luxemburgse markt, met ongeveer [5-15] % van de deposito's, [5-15] % van de kredieten en ongeveer [5-15] % van de activa onder beheer in het bedrijfsonderdeel private banking.

    (23)  De raad van bestuur heeft al op 9 en 10.10.2011 goedkeuring verleend voor de onderhandelingen met Precision Capital, maar de formele exclusiviteitsperiode ging pas in op 23.10.2011 met de ondertekening van een Letter of Intent.

    (24)  […].

    (25)  Arrest van 8 mei 2003, gevoegde zaken C-328/99 en C-399/00, Italië en SIM 2 Multimedia SpA / Commissie, Jurispr. 2003, blz. I-4035.

    (26)  Besluit van de Commissie van 17 september 2008 betreffende steunmaatregelen N 321/2008, N 322/2008 en N 323/2008 - Griekenland – Ολυμπιακές Αερογραμμές/Ολυμπιακή Αεροπορία Υπηρεσίες (PB C 18 van 23.1.2010, blz. 9); arrest van 13 september 2010, gevoegde zaken T-415/05, T-416/05 en T-423/05, Griekenland e.a. / Commissie, Jurispr. 2010, blz. II-4749, punt 135.

    (27)  Besluit van de Commissie van 12 november 2008 betreffende steunmaatregel N 510/2008 - Italië - Vendita dei beni della compagnia aerea Alitalia (PB C 46 van 25.2.2009, blz. 6).

    (28)  Arrest van 28 maart 2012, zaak T-123/09, Ryanair Ltd / Commissie (nog niet bekendgemaakt in de Jurispr.), punten 155 en 156.


    Top