EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007R0288

Verordening (EG) nr. 288/2007 van de Commissie van 16 maart 2007 tot vaststelling van overgangsmaatregelen in verband met de toetreding van Bulgarije en Roemenië wat betreft de voorschriften inzake de toekenning van restituties bij uitvoer van bepaalde zuivel- en eiproducten krachtens Verordening (EG) nr. 1043/2005

PB L 78 van 17.3.2007, p. 15–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
PB L 56M van 29.2.2008, p. 125–126 (MT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 18/01/2011

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2007/288/oj

17.3.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 78/15


VERORDENING (EG) Nr. 288/2007 VAN DE COMMISSIE

van 16 maart 2007

tot vaststelling van overgangsmaatregelen in verband met de toetreding van Bulgarije en Roemenië wat betreft de voorschriften inzake de toekenning van restituties bij uitvoer van bepaalde zuivel- en eiproducten krachtens Verordening (EG) nr. 1043/2005

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag betreffende de toetreding van Bulgarije en Roemenië,

Gelet op de Akte van toetreding van Bulgarije en Roemenië, en met name op artikel 41, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Artikel 52, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 van de Commissie van 30 juni 2005 houdende de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad met betrekking tot de regeling aangaande de toekenning van restituties bij uitvoer van bepaalde landbouwproducten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen, en de criteria voor de vaststelling van de restitutiebedragen (1) bepaalt dat voor bepaalde goederen op basis van melk en eieren slechts een restitutie kan worden toegekend indien deze goederen voldoen aan de desbetreffende eisen van Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (2) en Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (3). Krachtens de artikelen 4 en 5 van Verordening (EG) nr. 853/2004 moeten de goederen met name in een erkende inrichting zijn bereid en voldoen aan specifieke eisen betreffende het aanbrengen van het keurmerk.

(2)

Bij Beschikking 2007/30/EG van de Commissie van 22 december 2006 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor het in de handel brengen van bepaalde producten van dierlijke oorsprong, verkregen in Bulgarije en Roemenië (4) worden maatregelen vastgesteld om de overgang te vergemakkelijken van de huidige regeling in die landen naar de regeling die voortvloeit uit de toepassing van de communautaire veterinaire wetgeving. Volgens artikel 3 van die beschikking staan de lidstaten tussen 1 januari 2007 en 31 december 2007 de handel toe in producten die zijn verkregen in inrichtingen in Bulgarije en Roemenië die al vóór de toetredingsdatum erkend waren voor de uitvoer van zuivel- en eiproducten naar de Gemeenschap, mits de producten voorzien zijn van het keurmerk voor uitvoer naar de Gemeenschap van de betrokken inrichtingen en vergezeld gaan van een document waarin wordt verklaard dat de producten overeenkomstig Beschikking 2007/30/EG werden geproduceerd.

(3)

Het is dan ook passend om, in afwijking van artikel 52, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 en onverminderd de toepassing van de overige bepalingen van die verordening, te bepalen dat goederen die voldoen aan artikel 3 van Beschikking 2007/30/EG en die in de periode van 1 januari tot en met 31 december 2007 mogen worden verhandeld, in aanmerking komen voor een uitvoerrestitutie.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor horizontale vraagstukken inzake het handelsverkeer in verwerkte landbouwproducten die niet onder bijlage I bij het Verdrag vallen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In afwijking van artikel 52, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1043/2005 komen goederen die vóór de toetredingsdatum zijn verkregen in inrichtingen in Bulgarije en Roemenië die al vóór de toetredingsdatum erkend waren voor uitvoer naar de Gemeenschap, en die in de periode tussen de toetredingsdatum en 31 december 2007 uit de Gemeenschap worden uitgevoerd, in aanmerking voor een uitvoerrestitutie, mits zij voldoen aan de eisen van artikel 3, onder a) en b), van Beschikking 2007/30/EG.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing op aangiften ten uitvoer die worden aanvaard tussen 1 januari en 31 december 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 16 maart 2007.

Voor de Commissie

Günter VERHEUGEN

Vicevoorzitter


(1)  PB L 172 van 5.7.2005, blz. 24. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1792/2006 (PB L 362 van 20.12.2006, blz. 1).

(2)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 1, gerectificeerd in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 3.

(3)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55, gerectificeerd in PB L 226 van 25.6.2004, blz. 22. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 van de Raad (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).

(4)  PB L 8 van 13.1.2007, blz. 59.


Top