Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006R1869

Verordening (EG) nr. 1869 van de Commissie van 15 december 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2172/2005 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van een bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten vastgesteld tariefcontingent voor de invoer van levende runderen, van oorsprong uit Zwitserland, met een gewicht van meer dan 160 kg

PB L 358 van 16.12.2006, p. 49–50 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 327M van 5.12.2008, p. 792–795 (MT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 07/01/2013; opgeheven door 32012R1223

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2006/1869/oj

16.12.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 358/49


VERORDENING (EG) Nr. 1869 VAN DE COMMISSIE

van 15 december 2006

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2172/2005 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van een bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten vastgesteld tariefcontingent voor de invoer van levende runderen, van oorsprong uit Zwitserland, met een gewicht van meer dan 160 kg

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1254/1999 van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), en met name op artikel 32, lid 1, eerste alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 2172/2005 van de Commissie (2) wordt op een meerjarenbasis, voor de periodes van 1 januari tot en met 31 december, een rechtenvrij communautair tariefcontingent geopend voor de invoer van 4 600 levende runderen, van oorsprong uit Zwitserland. In het licht van de toetreding van Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie op 1 januari 2007 werd de termijn voor de indiening van de aanvragen voor de invoertariefcontingentsperiode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007 bij Verordening (EG) nr. 1677/2006 van de Commissie van 14 november 2006 houdende afwijking van Verordening (EG) nr. 2172/2005 wat betreft de datum van toepassing van de rechten tot invoer voor de tariefcontingentsperiode van 1 januari tot en met 31 december 2007 (3) verlengd tot en met 8 januari 2007.

(2)

Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie van 31 augustus 2006 houdende gemeenschappelijke voorschriften voor het beheer van door middel van een stelsel van invoercertificaten beheerde invoertariefcontingenten voor landbouwproducten (4) is van toepassing op invoercertificaten voor invoertariefcontingentsperioden die op 1 januari 2007 ingaan. Bij Verordening (EG) nr. 1301/2006 worden met name gedetailleerde bepalingen vastgesteld in verband met invoercertificaataanvragen, de status van de aanvrager en de afgifte van de certificaten. In die verordening is bepaald dat de invoertariefcontingenten worden geopend voor een periode van 12 opeenvolgende maanden en dat de geldigheidsduur van de invoercertificaten beperkt wordt tot de laatste dag van de invoertariefcontingentsperiode. Verordening (EG) nr. 1301/2006 is van toepassing op de op grond van Verordening (EG) nr. 2172/2005 afgegeven invoercertificaten, onverminderd de in deze laatste verordening vastgestelde aanvullende voorwaarden of afwijkingen. De bepalingen van Verordening (EG) nr. 2172/2005 moeten waar nodig op die van Verordening (EG) nr. 1301/2006 worden afgestemd.

(3)

Om speculatie te voorkomen, moet erop worden toegezien dat de in het kader van het contingent beschikbare aantallen worden toegewezen aan marktdeelnemers die kunnen aantonen dat zij een significant aandeel hebben in de handel met derde landen. Hiertoe moet, mede met het oog op een efficiënt beheer, worden geëist dat de handelaren in beide referentieperioden die in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1301/2006 zijn vermeld, ten minste 50 dieren hebben ingevoerd. Bovendien zou de lidstaten om administratieve redenen moeten worden toegestaan gewaarmerkte kopieën te aanvaarden van de documenten die het bestaan van handel met derde landen aantonen.

(4)

Indien de toepassing van de toewijzingscoëfficiënt waarnaar in artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 wordt verwezen, leidt tot een saldo van minder dan 50 dieren per aanvraag, wijst de betrokken lidstaat in het kader van de beschikbare aantallen bij loting rechten tot invoer van telkens 50 dieren toe om per aanvraag een commercieel haalbaar aantal dieren te waarborgen.

(5)

Verordening (EG) nr. 2172/2005 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd.

(6)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 2172/2005 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 1, lid 1, eerste alinea, wordt vervangen door:

„Hierbij wordt elk jaar voor de periode van 1 januari tot en met 31 december een rechtenvrij communautair tariefcontingent geopend voor de invoer van 4 600 levende runderen, van oorsprong uit Zwitserland, met een gewicht van meer dan 160 kg, van GN-codes 0102 90 41, 0102 90 49, 0102 90 51, 0102 90 59, 0102 90 61, 0102 90 69, 0102 90 71 of 0102 90 79.”.

2)

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

„1.   Voor de toepassing van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1301/2006 betekent de bepaling „dat de aanvragers werkzaam zijn geweest op het gebied van de handel met derde landen” waarnaar in dat artikel wordt verwezen, dat de aanvragers minstens 50 dieren van de GN-codes 0102 10 en 0102 90 hebben ingevoerd.

De lidstaten mogen als bewijs van de handel met derde landen kopieën aanvaarden van de in artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr.1301/2006 bedoelde documenten die naar behoren door de bevoegde autoriteit zijn geviseerd.”.

b)

de leden 2 en 3 worden geschrapt.

3)

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

a)

de leden 1 en 4 worden geschrapt;

b)

lid 5 wordt vervangen door:

„5.   Na verificatie van de ingediende documenten zenden de lidstaten de Commissie, uiterlijk de tiende werkdag na afloop van de periode voor de indiening van aanvragen, de totale aantallen waarvoor een aanvraag is ingediend.

Onverminderd artikel 6, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 is artikel 11 van die verordening van toepassing.”.

4)

Artikel 4, lid 2, wordt vervangen door:

„2.   Indien de toepassing van de in artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1301/2006 bedoelde toewijzingscoëfficiënt leidt tot een saldo van minder dan 50 dieren per aanvraag, wijst de betrokken lidstaat, in het kader van de beschikbare aantallen, bij loting rechten tot invoer van telkens 50 dieren toe. Bij een totaal saldo van minder dan 50 dieren wordt voor het betrokken aantal één recht tot invoer toegekend.”.

5)

Artikel 6, lid 4, onder a), wordt vervangen door:

„a)

in vak 8: het land van oorsprong; bovendien wordt het woord „ja” aangekruist;”.

6)

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

a)

lid 1 wordt vervangen door:

„1.   In afwijking van artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 zijn de op grond van de onderhavige verordening afgegeven invoercertificaten niet overdraagbaar.”

b)

de leden 2 en 4 worden geschrapt.

7)

Artikel 8 wordt vervangen door:

„Artikel 8

De Verordeningen (EG) nr. 1445/95 en (EG) nr. 1291/2000 en Verordening (EG) nr. 1301/2006 van de Commissie (5) zijn van toepassing onder voorbehoud van het bepaalde in de onderhavige verordening.”

8)

Bijlage I wordt geschrapt.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2007.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 15 december 2006.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2).

(2)  PB L 346 van 29.12.2005, blz. 10.

(3)  PB L 314 van 15.11.2006, blz. 3.

(4)  PB L 238 van 1.9.2006, blz. 13.

(5)  PB L 238 van 1.9.2006, blz. 13


Top