This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31994D0376
94/376/EC: Commission Decision of 30 May 1994 amending Decision No 85/377/EEC establishing a Community typology for agricultural holdings
94/376/EG: Beschikking van de Commissie van 30 mei 1994 tot wijziging van Beschikking 85/377/EEG houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven
94/376/EG: Beschikking van de Commissie van 30 mei 1994 tot wijziging van Beschikking 85/377/EEG houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven
PB L 171 van 6.7.1994, p. 30–36
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)
No longer in force, Date of end of validity: 18/12/2008; stilzwijgende opheffing door 32008R1242
94/376/EG: Beschikking van de Commissie van 30 mei 1994 tot wijziging van Beschikking 85/377/EEG houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven
Publicatieblad Nr. L 171 van 06/07/1994 blz. 0030 - 0036
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 58 blz. 0236
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 58 blz. 0236
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 30 mei 1994 tot wijziging van Beschikking 85/377/EEG houdende invoering van een communautaire typologie van de landbouwbedrijven (94/376/EG) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening nr. 79/65/EEG van de Raad van 15 juni 1965 tot oprichting van een boekhoudkundig informatienet betreffende de inkomens en de bedrijfseconomische positie van de landbouwbedrijven in de Europese Economische Gemeenschap (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3577/90 (2), inzonderheid op artikel 4, lid 4, en op artikel 11, Overwegende dat de bij Beschikking 85/377/EEG van de Commissie (3) ingevoerde communautaire typologie van de landbouwbedrijven en met name de bruto standaardsaldi zowel bij de enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven als in het kader van het Informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) de grondslag voor de classificatie van de landbouwbedrijven naar economische omvang en produktierichting vormen; dat de communautaire typologie tevens de grondslag vormt voor de berekening van de Europese grootte-eenheden (EGE) en van de drempels voor de afbakening van het waarnemingsgebied en voor de opstelling van het selectieprogramma voor de bedrijven met boekhouding die in het kader van het ILB zijn of worden ingeschakeld; Overwegende dat de naar EGE en produktierichting ingedeelde resultaten van de enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven als basismateriaal voor het landbouwstructuurbeleid van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en voor de vaststelling van het waarnemingsgebied van het ILB, dat als basis voor de selectie en de weging van de steekproef van de ILB-landbouwbedrijven dient, worden gebruikt; dat ervoor moet worden gezorgd dat de selectie van de landbouwbedrijven met boekhouding met het oog op de doelstellingen van elk der beoogde analyses voor dit waarnemingsgebied representatief is; Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 571/88 van de Raad (4), laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 93/156/EEG van de Commissie (5), in een reeks enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven in het tijdvak van 1988 tot en met 1997 voorziet; dat in deze verordening ook de lijst van enquêtekenmerken is opgenomen; Overwegende dat in artikel 11 van Beschikking 85/377/EEG wordt bepaald dat de Commissie ten minste om de tien jaar met medewerking van de Lid-Staten een onderzoek instelt naar de bij de toepassing van deze beschikking opgedane ervaring en naar de eventuele nieuwe communautaire behoeften op dit gebied en dat in aansluiting op dit onderzoek zo nodig de bepalingen van deze beschikking kunnen worden gewijzigd; Overwegende dat de structuur en de inhoud van de lijst van enquêtekenmerken voor het tijdvak van 1988 tot en met 1997 anders zijn dan bij voorgaande enquêtes; dat de communautaire typologie van de landbouwbedrijven hiervan afhangt en dat het derhalve noodzakelijk is Beschikking 85/377/EEG met name aan de bij Verordening (EEG) nr. 571/88 vastgestelde lijsten van enquêtekenmerken aan te passen; Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Gemeenschappelijk Comité van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen en met dat van het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek, HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN: Artikel 1 De bijlagen II en III van Beschikking 85/377/EEG worden gewijzigd overeenkomstig de bijlagen I en II van de onderhavige beschikking. Artikel 2 Deze beschikking is van toepassing vanaf 1988. Artikel 3 Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten. Gedaan te Brussel, 30 mei 1994. Voor de Commissie Henning CHRISTOPHERSEN Vice-Voorzitter (1) PB nr. 109 van 23. 6. 1965, blz. 1859/65. (2) PB nr. L 353 van 17. 12. 1990, blz. 23. (3) PB nr. L 220 van 17. 8. 1985, blz. 1. (4) PB nr. L 56 van 2. 3. 1988, blz. 1. (5) PB nr. L 65 van 17. 3. 1993, blz. 12. BIJLAGE I Bijlage II van Beschikking 85/377/EEG wordt als volgt gewijzigd: 1. In deel B "Kenmerken van de klassen": - worden onderdeel a) en de desbetreffende voetnoot als volgt gelezen: "a) De aard van de betrokken produkties Deze produkties stemmen overeen met de lijst van kenmerken waarvoor in de enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven gegevens worden verzameld; zij worden aangeduid met de code die is vermeld in bijlage I van Verordening (EEG) nr. 571/88 of met een code waaronder diverse van deze kenmerken zijn gegroepeerd zoals aangegeven in bijlage II.C van deze beschikking (1)." "(1) De rubrieken D12 (Voederhakvruchten),. D18 (Voedergewassen), D21 (Braakland), E (Tuinen voor eigen gebruik), F01 (Blijvend grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst), F02 (Weiden met geringe opbrengst) en J11 (Biggen) worden slechts onder bepaalde voorwaarden meegeteld (zie bijlage I, punt 5, van deze beschikking)." - wordt in de kolom "Code van de kenmerken en minimaal/maximaal aandeel": - de formule "G01a > 2/3" betreffende de definitie van de bijzondere produktierichting "3211 - Gespecialiseerde vers-fruitbedrijven (andere dan citrusvruchten)" vervangen door de formule "G01a + G01b > 2/3" en - de formule "G01b > 2/3" betreffende de definitie van de bijzondere produktierichting "3212 - Gespecialiseerde notenteeltbedrijven" vervangen door de formule "G01c > 2/3". 2. In deel C, punt I, "Codes waaronder enige in de structuurenquêtes opgenomen kenmerken worden gegroepeerd", code "P1": - worden bij kenmerk "I01 (elkaar opvolgende secundaire teelten van andere dan voedergewassen)" de woorden "van andere dan voedergewassen" geschrapt, en - worden de kenmerken "I06a (braakland met mogelijkheid van vruchtwisseling)", "I06b (blijvend grasland ten behoeve van extensieve veeteelt)" en "I06c (linzen, kekers en wikke)" toegevoegd. 3. Deel C, punt II, wordt vervangen door de volgende tekst: "II. Vergelijking tussen de rubrieken van de enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en die van het bedrijfsformulier van het informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) "" ID="1.2">I. Gewassen" ID="1">D01 Zachte tarwe en spelt> ID="2">120. Zachte tarwe en spelt"> ID="1">D02 Harde tarwe> ID="2">121. Harde tarwe"> ID="1">D03 Rogge> ID="2">122. Rogge (inclusief mengsels van Wintergranen)"> ID="1">D04 Gerst> ID="2">123. Gerst"> ID="1">D05 Haver> ID="2">124. + 125. Haver"> ID="2">+"> ID="2">Mengsels van zomergranen"> ID="1">D06 Korrelmaïs> ID="2">126. Korrelmaïs (inclusief vochtige korrelmaïs)"> ID="1">D07 Rijst> ID="2">127. Rijst"> ID="1">D08 Overige granen> ID="2">128. Overige granen "> ID="2">nr.nr."> ID="1">D09 Peulvruchten voor korrelwinning> ID="2">129. Peulvruchten"> ID="1">D09a Waarvan als zuivere teelt voor voeder bestemd:> ID="2">329. Droge peulvruchten voor veevoeder in enkelvoudige teelt:"> ID="1">erwten, tuin- en veldbonen, wikke, niet-bittere lupinen> ID="2">erwten, tuinbonen, veldbonen, wikke, voederlupinen o.a."> ID="1">D09b Andere (als zuivere teelt of gemengd)> ID="2">330. Overige eiwithoudende gewassen"> ID="1">D10 Aardappelen> ID="2">130. Aardappelen (inclusief vroege en pootaardappelen)"> ID="1">D11 Suikerbieten> ID="2">131. Suikerbieten (exclusief voor zaadwinning)"> ID="1">D12 Voederhakvruchten> ID="2">144. Voederhakvruchten"> ID="1">D13 Handelsgewassen (inclusief zaden van oliehoudende gewassen, doch exclusief zaden van vezelgewassen, hop, tabak en andere handelsgewassen,> ID="2"> "> ID="1">waarvan:"> ID="1">a Tabak> ID="2">134. Tabak"> ID="1">b Hop> ID="2">133. Hop"> ID="1">c Katoen> ID="2">347. Katoen"> ID="1">d Andere oliehoudende of vezelgewassen en andere handelsgewassen"> ID="1">i) Oliehoudende zaden (totaal),> ID="2">132. Oliehoudende gewassen"> ID="1">waarvan:"> ID="1"> Kool- en raapzaad> ID="2">331. Kool- en raapzaad"> ID="1"> Zonnebloemzaad> ID="2">332. Zonnebloemzaad"> ID="1"> Sojabonen> ID="2">333. Sojabonen"> ID="1"> > ID="2">334. Overige"> ID="1">ii) Aromatische planten, geneeskrachtige kruiden en specerijen> ID="2">345. Geneeskrachtige, specerij-, aromatische en reukstofplanten met inbegrip van thee, koffie en koffiecichorei"> ID="1">iii) Overige handelsgewassen,> ID="2">346. + 348. (Suikerriet"> ID="2">+"> ID="2">Overige handelsgewassen)"> ID="1"> Rietsuiker> ID="2">346. Suikerriet"> ID="1"> > ID="2">348. Overige handelsgewassen"> ID="1">D14 Verse groenten, meloenen, aardbeien in open lucht of onder lage-beschermingsafdekking,> ID="2"> "> ID="1">waarvan:"> ID="1">D14a Verse groenten, meloenen, aardbeien in volle grond> ID="2">136. Groenten, meloenen en aardbeien in volle grond"> ID="1">D14b Verse groenten, meloenen, aardbeien in openluchttuinbouw> ID="2">137. Groenten, meloenen en aardbeien in intensieve teelt in open grond"> ID="1">D15 Verse groenten, meloenen, aardbeien onder glas of andere hoge (betreedbare)-beschermingsinstallatie> ID="2">138. Groenten, meloenen en aardbeien onder beschutting"> ID="1">D16 Bloemen en sierplanten (exclusief boomkwekerijen) in open lucht of onder lage-beschermingsafdekking> ID="2">140. Bloemen en sierplanten in open grond (uitgezonderd boomkwekerijen)"> ID="1">D17 Bloemen en sierplanten (exclusief boomkwekerijen) onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie> ID="2">141. Bloemen en sierplanten onder beschutting"> ID="1">D18 Voedergewassen"> ID="1">a Tijdelijk grasland> ID="2">147. Kunstweiden"> ID="1">b Overige> ID="2">145. Overige voedergewassen"> ID="1">D19 Zaden en planten op bouwland> ID="2">142. + 143. Graszaad"> ID="2">+"> ID="2">Overige zaden"> ID="1">D20 Overige gewassen op bouwland> ID="2">148. + Overige akkerbouwprodukten:"> ID="2">akkerbouwprodukten niet genoemd onder de rubrieken 120 tot en met 147"> ID="2">+"> ID="2">149. Zaaiklaar verhuurd land, met inbegrip van land dat als loon in natura ter beschikking wordt gesteld van personeel"> ID="1">D21 Braakland> ID="2">146. Braakland (zonder oppervlakten die uit produktie worden genomen ingevolge de gemeenschappelijke wetgeving)"> ID="1">F01 Blijvend grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst> ID="2">150. Blijvend grasland"> ID="1">F02 Weiden met geringe opbrengst> ID="2">151. Uitloopweiden"> ID="1">G01 Boomgaarden en kleinfruit> ID="2">152. Fruitbomen en bessen"> ID="1">a Soorten vers fruit en kleinfruit van gematigde breedten> ID="2">349. + 350. + 352. Pitvruchten"> ID="2">+"> ID="2">Steenvruchten"> ID="2">+"> ID="2">Kleinfruit en bessen"> ID="1">b Soorten fruit en kleinfruit van subtropische breedten> ID="2">353. Tropische en subroptische vruchten"> ID="1">c Schaalvruchten> ID="2">351. Schaalvruchten"> ID="1">G02 Citrusvruchtaanplantingen> ID="2">153. Citrusvruchtaanplantingen"> ID="1">G03 Olijfboomgaarden> ID="2">154. Olijfboomgaarden (olijventeelt)"> ID="1">a Olijfboomgaarden waar gewoonlijk tafelolijven worden geproduceerd> ID="2">281. Tafelolijven"> ID="1">b Olijfboomgaarden waar gewoonlijk olijven voor de oliewinning worden geproduceerd> ID="2">282. + 283. Olijven voor oliewinning"> ID="2">+"> ID="2">Olijfolie"> ID="1">G04 Wijngaarden> ID="2">155. Wijngaarden"> ID="1">a Waar gewoonlijk kwaliteitswijn wordt geproduceerd> ID="2">286. + 289. Wijndruiven voor kwaliteitswijn (v.q.p.r.d.)"> ID="2">+"> ID="2">Kwaliteitswijn (v.q.p.r.d.)"> ID="1">b Waar gewoonlijk andere wijn wordt geproduceerd> ID="2">287. + 288. + 290. Wijndruiven voor tafelwijn en overige wijn"> ID="2">+"> ID="2">Diverse produkten van de wijnbouw (most, most met alcohol, sap, brandewijn, wijnazijn e.a. voor zover zij op het bedrijf worden geproduceerd)"> ID="2">+"> ID="2">Tafelwijn en overige wijn andere dan kwaliteitswijn"> ID="1">c Waar gewoonlijk tafeldruiven worden geproduceerd> ID="2">285. Tafeldruiven"> ID="1">d Waar gewoonlijk rozijnen en krenten worden geproduceerd> ID="2">291. Krenten en rozijnen"> ID="1">G05 Boomkwekerijen> ID="2">157. Boomwekerijen"> ID="1">G06 Overige meerjarige culturen> ID="2">158. Overige blijvende teelten"> ID="1">G07 Meerjarige culturen onder glas> ID="2">156. Blijvende teelten onder beschutting"> ID="1">I01 Elkaar opvolgende secundaire teelten (exclusief tuinbouw en teelten onder glas)"> ID="1">a Granen van andere dan voedergewassen> ID="2">teeltcode "3" of "7""> ID="1">b Peulvruchten van andere dan voedergewassen"> ID="1">c Oliehoudende zaden van andere dan voedergewassen"> ID="1">d Overige elkaar opvolgende secundaire teelten"> ID="1">I02 Paddestoelen> ID="2">136. Champignons"> ID="1">I06 Oppervlakten, waarvoor steun verleend wordt voor het uit produktie nemen van bouwland, en die al ingediend zijn onder:> ID="2">146. Braakland (slechts die oppervlakte die ingevolge de gemeenschappelijke wetgeving uit produktie genomen is):"> ID="2">- overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 797/85: vrijwillig uit produktie genomen bouwland:"> ID="1">a Braakland met mogelijkheid van vruchtwisseling> ID="2">code 5: Braakland met mogelijkheid van vruchtwisseling"> ID="1">b Blijvend grasland en beweiding ten behoeve van extensieve veeteelt> ID="2">code 6: Blijvend grasland ten behoeve van extensieve veeteelt"> ID="1">c Linzen, kekers en wikke> ID="2">code 7: Linzen, kekers en wikke"> ID="2">- ingevolge Verordening (EEG) nr. 1765/92: oppervlakte die uit produktie moet worden genomen en niet worden beteeld (code 8)"> ID="1">E Tuinen voor eigen gebruik> ID="2"> "" ID="1.2">II. Veestapel" ID="1">J01 Eenhoevige dieren> ID="2">22. Eenhoevige dieren (alle leeftijden)"> ID="1">J02 Runderen jonger dan één jaar> ID="2">23. + 24. Mestkalveren"> ID="2">+"> ID="2">Overige runderen jonger dan één jaar"> ID="1">a Mannelijke> ID="2"> "> ID="1">b Vrouwelijke> ID="2"> "> ID="1">J03 Mannelijke runderen van 1 jaar maar nog geen twee jaar> ID="2">25. Mannelijke runderen van één tot twee jaar"> ID="1">J04 Vrouwelijke runderen van één jaar maar nog geen twee jaar> ID="2">26. Vrouwelijke runderen van één tot twee jaar"> ID="1">J05 Mannelijke runderen van twee jaar en ouder> ID="2">27. Mannelijke runderen van twee jaar en ouder"> ID="1">J06 Vaarzen van twee jaar en ouder> ID="2">28. + 29. Fokvaarzen"> ID="2">+"> ID="2">Mestvaarzen"> ID="1">J07 Melkkoeien> ID="2">30. + 31. Melkkoeien"> ID="2">+"> ID="2">Afgemolken koeien"> ID="1">J08 Overige koeien> ID="2">32. Overige koeien"> ID="2">1. Vrouwelijke runderen die hebben gekalfd (inclusief die jonger dan twee jaar) en die uitsluitend of hoofdzakelijk voor het zogen van kalveren worden gehouden"> ID="2">2. Werkkoeien"> ID="2">3. Overige afgemolken koeien"> ID="1">J09 Schapen (alle leeftijden)> ID="2"> "> ID="1">a Ooien> ID="2">40. Fokooien (één jaar en ouder)"> ID="1">b Overige schapen> ID="2">41. Overige schapen"> ID="1">J10 Geiten (alle leeftijden)> ID="2"> "> ID="1">a Vrouwelijke voor de voortplanting> ID="2">38. Vrouwelijke geiten voor de voortplanting"> ID="1">b Overige geiten> ID="2">39. Overige geiten"> ID="1">J11 Biggen met een levend gewicht van minder 20 kg> ID="2">43. Biggen met een levend gewicht van minder dan 20 kg"> ID="1">J12 Fokzeugen van 50 kg en meer> ID="2">44. Fokzeugen van 50 kg en meer"> ID="1">J13 Andere varkens> ID="2">45. + 46. Mestvarkens"> ID="2">+"> ID="2">Overige varkens"> ID="1">J14 Mesthoenders> ID="2">47. Slachtkuikens"> ID="1">J15 Leghennen> ID="2">48. Leghennen"> ID="1">J16 Overig pluimvee> ID="2">49. Overig pluimvee"> ID="1">J17 Moederkonijnen> ID="2">34. Moederkonijnen"> ID="1">J18 Bijen> ID="2">33. Bijenvolken""" BIJLAGE II Bijlage III, deel A, punt 2, wordt als volgt gelezen: "Voor de latere referentieperiodes waarin de BSS worden herzien en geactualiseerd, kan de bovenbedoelde waarde van 1 000 ecu worden vermenigvuldigd met coëfficiënten waarin, op basis van de geldwaarde, de globale landbouweconomische ontwikkeling in de Europese Gemeenschap als geheel is verdisconteerd. Deze coëfficiënten worden berekend door de Commissie en worden vastgesteld na raadpleging van de Lid-Staten. De bevoegde diensten van de Commissie besluiten na overleg met de bevoegde diensten van de Lid-Staten tot toepassing ervan."