Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62019CB0153

Zaak C-153/19: Beschikking van het Hof (Achtste kamer) van 28 mei 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Köln — Duitsland) — FZ / DER Touristik GmbH [Prejudiciële verwijzing – Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Luchtvervoer – Verordening (EG) nr. 261/2004 – Artikel 12 – Pakketreis – Langdurige vertraging van een vlucht – Compensatie van passagiers – Verdere compensatie – Vordering van de passagier ter verlaging van de reissom]

PB C 287 van 31.8.2020, p. 16–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

31.8.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 287/16


Beschikking van het Hof (Achtste kamer) van 28 mei 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Köln — Duitsland) — FZ / DER Touristik GmbH

(Zaak C-153/19) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Luchtvervoer - Verordening (EG) nr. 261/2004 - Artikel 12 - Pakketreis - Langdurige vertraging van een vlucht - Compensatie van passagiers - Verdere compensatie - Vordering van de passagier ter verlaging van de reissom)

(2020/C 287/23)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Amtsgericht Köln

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: FZ

Verwerende partij: DER Touristik GmbH

Dictum

Artikel 12 van verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 moet aldus worden uitgelegd dat het er niet aan in de weg staat dat een passagier die reeds werd gecompenseerd krachtens artikel 7 van deze verordening, een compensatie kan krijgen op grond van een in de betrokken lidstaat voorziene, op verlaging van de reissom gerichte vordering die hij heeft op een reisorganisator, voor zover laatstbedoelde compensatie wordt toegekend voor een geïndividualiseerde schade die zijn oorsprong vindt in een van de situaties van artikel 1, lid 1, van die verordening, waarbij het aan de verwijzende rechter staat om dit na te gaan.


(1)  PB C 182 van 27.5.2019.


Top