Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2016/101/04

    Oproep tot het indienen van voorstellen — EACEA/14/2016 — EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp: Projecten voor de inzet van senior en junior EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp ter ondersteuning van en als aanvulling op humanitaire hulp in derde landen, gericht op vergroting van de capaciteit en weerstand van kwetsbare en door rampen getroffen gemeenschappen en uitvoerende organisaties

    PB C 101 van 17.3.2016, p. 6–10 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    17.3.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 101/6


    OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN — EACEA/14/2016

    EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp: Projecten voor de inzet van senior en junior EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp ter ondersteuning van en als aanvulling op humanitaire hulp in derde landen, gericht op vergroting van de capaciteit en weerstand van kwetsbare en door rampen getroffen gemeenschappen en uitvoerende organisaties

    (2016/C 101/04)

    Met Verordening (EU) nr. 375/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 tot oprichting van het Europese vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening — EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp (hierna „het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp”) (1) en aanverwante wetgeving (2) wordt een kader vastgesteld voor gemeenschappelijke bijdragen van Europese vrijwilligers ter ondersteuning van en aanvulling op humanitaire hulp van de Unie in derde landen.

    In het kader van deze oproep tot het indienen van voorstellen zal financiële steun worden verleend aan acties die erop gericht zijn EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp ter ondersteuning van en aanvulling op humanitaire hulp in derde landen in te zetten voor projecten die gericht zijn op het verminderen van het risico op rampen, paraatheid bij rampen en het versterken van de relatie tussen noodhulp, rehabilitatie en ontwikkeling.

    1.   Doelstellingen

    Deze oproep tot het indienen van voorstellen heeft tot doel projecten te financieren in het kader waarvan EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp worden ingezet. Deze projecten moeten bijdragen tot vergroting van de capaciteit van de Unie om op behoeften gebaseerde humanitaire hulp te verlenen om bij te dragen tot vergroting van de capaciteit en weerstand van kwetsbare en door rampen getroffen gemeenschappen in derde landen door zich te richten op paraatheid bij rampen en vermindering van het risico op rampen, en door versterking van de relatie tussen noodhulp, rehabilitatie en ontwikkeling. Daarnaast kunnen deze projecten tevens de capaciteiten versterken van uitzendende en ontvangende uitvoerende organisaties die deelnemen of van plan zijn deel te nemen aan het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp, inclusief deelname aan instrumenten en methoden voor vroegtijdige waarschuwing voor rampen.

    Met deze oproep tot het indienen van voorstellen verwachten de Europese Commissie en het Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur (hierna „EACEA”) de volgende resultaten te bereiken:

    inzet van 350 junior/senior vrijwilligers bij projecten ter versterking van de weerbaarheid en het rampenrisicobeheer in kwetsbare, fragiele of door rampen getroffen landen en vergeten crises in derde landen,

    voor 100 junior professionals: de mogelijkheid om deel te nemen aan een stage in Europa alvorens te worden ingezet,

    mogelijkheden voor online vrijwilligerswerk ter ondersteuning of aanvulling van de projectactiviteiten,

    projecten die in het kader van deze oproep tot het indienen van voorstellen worden gefinancierd zorgen voor synergieën en complementariteit met door de EU gesubsidieerde operaties op het gebied van humanitaire hulp of civiele bescherming in de respectieve landen/regio’s.

    2.   Beschikbare begroting

    De totale begroting voor de medefinanciering van projecten in het kader van deze oproep tot het indienen van voorstellen wordt geraamd op 8 400 000 EUR.

    Het is de bedoeling voor de eerste ronde (vóór 17 mei 2016 ingediende projecten) 50 % van het voor projecten beschikbare bedrag te gebruiken (4 200 000 EUR).

    50 % (4 200 000 EUR) is beschikbaar voor de tweede ronde (vóór 1 september 2016 ingediende projecten).

    De maximumsubsidie bedraagt 1 400 000 EUR. Subsidieaanvragen voor een bedrag van minder dan 100 000 EUR komen niet voor financiering in aanmerking. Het EACEA verwacht acht voorstellen te financieren.

    Het EACEA behoudt zich het recht voor om niet alle middelen die voor een ronde beschikbaar zijn, uit te keren.

    3.   Organisaties die in aanmerking komen

    Alle bij het project betrokken organisaties worden hierna „het consortium” genoemd.

    Alle organisaties (aanvragers en partners) die betrokken zijn bij een aanvraag in het kader van deze oproep en die handelen als uitzendende of ontvangende organisatie, moeten gecertificeerd zijn in het kader van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp. Nadere gegevens over het certificeringsmechanisme zijn te vinden op:

    https://eacea.ec.europa.eu/eu-aid-volunteers/funding/certification-mechanism-for-sending-and-hosting-organisations_en

    De aanvrager (hoofdpartner) moet een in het kader van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp gecertificeerde Europese uitzendende organisatie zijn.

    De resterende partners van het consortium zijn in het kader van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp gecertificeerde uitzendende of ontvangende organisaties.

    Projectvoorstellen waaraan wordt deelgenomen door uitzendende en ontvangende organisaties die zich vóór de uiterste termijn voor het indienen van aanvragen (punt 8) hebben aangemeld voor certificering, worden opgenomen in de geschiktheidstoets en evaluatie. De selectie van deze projectvoorstellen is evenwel afhankelijk van het resultaat van het certificeringsproces.

    Een projectconsortium moet bestaan uit ten minste twee gecertificeerde uitzendende organisaties uit twee verschillende landen en twee gecertificeerde ontvangende organisaties.

    Niet-gecertificeerde organisaties die gespecialiseerd zijn in werkterreinen die van belang kunnen zijn voor de doelstellingen of acties van het project, kunnen als partners worden opgenomen om een beroep te doen op hun specifieke deskundigheid (artikel 8, lid 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1398/2014). Dergelijke organisaties dienen te voldoen aan de criteria vermeld in Verordening (EU) nr. 375/2014, artikel 10, lid 3, of artikel 10, lid 4.

    Partners dienen een volmacht in, ondertekend door een persoon die bevoegd is tot het aangaan van wettelijke verbintenissen, waarmee zij de aanvrager machtigen namens hen te handelen.

    Het is tevens toegestaan andere gespecialiseerde organisaties die een bijdrage leveren aan het verwezenlijken van de doelstellingen van het project en een substantiële rol spelen bij het uitvoeren van acties, als geassocieerde partners bij het consortium te betrekken. Zij hoeven niet te voldoen aan de geschiktheidscriteria als bedoeld in dit punt. Dergelijke geassocieerde partners hebben geen contractuele betrekkingen met het EACEA, maar moeten wel op het elektronische formulier worden vermeld. Dit kunnen bijvoorbeeld particuliere organisaties met winstoogmerk of universiteiten zijn.

    4.   Subsidiabele activiteiten

    De activiteiten die ondersteund worden op grond van deze oproep tot het indienen van voorstellen, moeten het volgende omvatten:

    Inzet van senior en junior EU-vrijwilligers bij humanitaire hulpprojecten die gericht zijn op de vermindering van het risico op rampen, paraatheid en versterking van de relatie tussen noodhulp, rehabilitatie en ontwikkeling in derde landen op basis van vastgestelde behoeften. Dit omvat onder andere het selecteren, werven en voorbereiden van EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp en communicatieactiviteiten in overeenstemming met het communicatieplan van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp.

    Activiteiten ter ondersteuning van het uitvoeren van de hoofdactie kunnen het volgende omvatten:

    stageplaatsen voor junior vrijwilligers bij Europese uitzendende organisaties,

    capaciteitsopbouw van kwetsbare, door rampen getroffen gemeenschappen en lokale organisaties,

    capaciteitsopbouw van ontvangende organisaties,

    technische bijstand aan uitzendende organisaties,

    activiteiten ter bevordering van de betrokkenheid van online vrijwilligers en medewerker-vrijwilligers bij het ondersteunen van de acties van de EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp.

    Projectactiviteiten kunnen het volgende omvatten:

    informatie, communicatie en voorlichting voor het publiek,

    gevaren-, risicoanalyse en vroegtijdige waarschuwing,

    rampenplannen en paraatheid om op rampen te reageren,

    bescherming van bestaansmiddelen, vermogen en kleinschalige schadebeperkende werkzaamheden.

    Activiteiten in het kader van capaciteitsopbouw en technische bijstand kunnen het volgende omvatten:

    cursussen/trainingen voor trainers,

    activiteiten ter versterking en bevordering van de totstandbrenging van partnerschappen,

    studiebezoeken/verkennende bezoeken om de behoeftenevaluatie van de actie te verfijnen en te voltooien,

    seminars en workshops,

    meeloopstages,

    samenwerkingsovereenkomsten (twinning) en uitwisseling van personeel,

    uitwisseling van goede praktijken,

    studiebezoeken,

    (alleen voor technische bijstand) coaching en begeleiding van de belangrijkste betaalde medewerkers en vrijwilligers van de uitzendende organisatie,

    (alleen voor capaciteitsopbouw) studiebezoeken van maximaal drie maanden voor de belangrijkste betaalde medewerkers en vrijwilligers uit derde landen die voor Europese aanvragende organisaties/partnerorganisaties gaan werken.

    Activiteiten op het gebied van capaciteitsopbouw moeten worden uitgevoerd door senior vrijwilligers of junior vrijwilligers die aanzienlijke ervaring hebben met het opbouwen van capaciteit, en deze vrijwilligers dienen onder toezicht van een senior professional te staan.

    Online vrijwilligerswerk dient verband te houden met het project en moet via het door de Europese Commissie ontwikkelde platform voor EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp worden uitgevoerd.

    5.   Kandidaat-vrijwilligers die in aanmerking komen

    Uitzendende en ontvangende organisaties dienen zich te houden aan de in Verordening (EU) nr. 375/2014, Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1398/2014 en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1244/2014 vermelde normen en procedures voor kandidaat-vrijwilligers en EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp.

    De volgende personen die ten minste 18 jaar oud zijn, kunnen zich aanmelden als kandidaat-vrijwilliger:

    burgers van de Europese Unie, en

    onderdanen van derde landen die langdurig in een lidstaat verblijven.

    De volgende personen kunnen kandidaat-vrijwilliger zijn:

    junior professionals, met name recent afgestudeerden met minder dan vijf jaar werkervaring en minder dan vijf jaar ervaring in humanitaire hulpverlening,

    alsmede

    senior professionals met vijf jaar werkervaring in een verantwoordelijke functie of als deskundige.

    Uitzendende en ontvangende organisaties dienen bij de selectie van de kandidaat-vrijwilligers Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1244/2014 (hoofdstuk 2) in acht te nemen. De geselecteerde kandidaten moeten deelnamen aan het verplichte opleidingsprogramma dat in het kader van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp wordt aangeboden. (3) Diegenen die deze opleiding met succes hebben afgerond en geslaagd zijn voor de evaluatie, komen in aanmerking om als EU-vrijwilliger voor humanitaire hulp te worden ingezet.

    Verder dienen junior EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp van wie uitzendende en ontvangende organisaties verlangen dat zij stage lopen, deze stage met een positieve beoordeling af te ronden.

    6.   Locatie en tijdsbestek van subsidiabele activiteiten

    Stages die voorafgaan aan de inzet (alleen voor junior vrijwilligers), moeten plaatsvinden in een van de uitzendende organisaties die deelnemen aan het project, waar mogelijk in een ander land dan het land van oorsprong van de vrijwilliger, en mogen niet langer dan zes maanden duren.

    De duur van de inzet is minimaal één maand en maximaal anderhalf jaar.

    Voorafgaand aan deze oproep is met behulp van een behoeftenverkenningsmethode die lijkt op de methode die bij acties op het gebied van humanitaire hulp wordt gehanteerd maar de gebieden waar zich een gewapend conflict afspeelt buiten beschouwing laat, een lijst van derde landen opgezet waar in 2016 vrijwilligers kunnen worden ingezet en capaciteit kan worden opgebouwd. Deze lijst en nadere gegevens over de methode zijn beschikbaar via onderstaande link: https://eacea.ec.europa.eu/eu-aid-volunteers/funding_en

    De projectactiviteiten kunnen ook in andere landen dan de partnerlanden plaatsvinden, mits die landen zijn opgenomen op de voornoemde lijst van landen.

    Voor de eerste termijn van 17 mei 2016 ingediende projecten moeten aanvangen tussen 1 oktober 2016 en 31 januari 2017 en een maximumlooptijd hebben van 24 maanden.

    Voor de tweede termijn van 1 september 2016 ingediende projecten moeten aanvangen tussen 1 februari 2017 en 31 mei 2017 en een maximumlooptijd hebben van 24 maanden.

    Aanvragen voor projecten met een kortere of langere beoogde looptijd dan gespecificeerd in deze oproep tot het indienen van voorstellen worden niet aanvaard.

    De maximale looptijd kan niet worden verlengd.

    Kort na aanvang van het project zal de Commissie/het EACEA een bijeenkomst organiseren in Brussel om het project te presenteren en uitzendende organisaties de kans te bieden om te netwerken. Aan deze bijeenkomst mag maximaal één persoon per uitzendende organisatie deelnemen. Reiskosten in verband met deze eendaagse bijeenkomst in Brussel zijn subsidiabele kosten en moeten in aanmerking worden genomen.

    7.   Gunningscriteria

    In aanmerking komende aanvragen worden op grond van de volgende criteria beoordeeld:

    relevantie van het project (maximaal 30 punten),

    kwaliteit van het project met betrekking tot ontwerp en uitvoering (maximaal 30 punten),

    kwaliteit en relevantie van de partnerschaps- en samenwerkingsafspraken (maximaal 20 punten),

    effect en verspreiding (maximaal 20 punten).

    Projecten die een score behalen van minder dan 60 punten, komen niet in aanmerking voor financiering.

    8.   Uiterste termijn voor het indienen van aanvragen

    Subsidieaanvragen moeten worden opgesteld in een van de officiële EU-talen en met gebruikmaking van het daarvoor bestemde elektronische aanvraagformulier (e-formulier). Het e-formulier is verkrijgbaar op het volgende internetadres: https://eacea.ec.europa.eu/documents/eforms_en

    Het naar behoren ingevulde elektronische formulier moet uiterlijk op 17 mei 2016 vóór 12.00 uur ’s middags (Brusselse tijd) worden ingediend voor de eerste ronde en uiterlijk op 1 september 2016 vóór 12.00 uur ’s middags (Brusselse tijd) voor de tweede ronde.

    Na de uiterste termijn voor indiening mag de aanvraag niet meer worden gewijzigd. Mocht er echter behoefte zijn aan een nadere toelichting op bepaalde aspecten of correctie van schrijffouten, kan het EACEA daartoe gedurende het beoordelingsproces contact opnemen met de aanvrager.

    Aanvragen die worden verzonden per post, fax of e-mail, worden niet geaccepteerd.

    In het kader van deze oproep tot het indienen van voorstellen mag een en dezelfde aanvrager niet meer dan één projectvoorstel per ronde indienen.

    Alle aanvragers worden schriftelijk op de hoogte gesteld van de uitkomst van de selectieprocedure.

    9.   Aanvullende informatie

    Aanvragen moeten voldoen aan de bepalingen van de richtsnoeren voor aanvragers — Oproep tot het indienen van voorstellen EACEA 14/2016, moeten worden ingediend met behulp van het e-formulier dat voor dit doel wordt verstrekt, en moeten de vereiste bijlagen bevatten.

    Bedoelde documenten zijn te vinden op het volgende internetadres:

    https://eacea.ec.europa.eu/eu-aid-volunteers/funding_en

    Indien u vragen hebt, kunt u contact opnemen met: EACEA-EUAID-VOLUNTEERS@ec.europa.eu


    (1)  PB L 122 van 24.4.2014, blz. 1.

    (2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1244/2014 van de Commissie van 20 november 2014 tot vaststelling van de uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EU) nr. 375/2014 van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van het Europese vrijwilligerskorps voor humanitaire hulpverlening („EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp”) (PB L 334 van 21.11.2014, blz. 52) en Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1398/2014 van de Commissie van 24 oktober 2014 tot vaststelling van normen inzake kandidaat-vrijwilligers en EU-vrijwilligers voor humanitaire hulp (PB L 373 van 31.12.2014, blz. 8).

    (3)  Zie voor meer informatie de aanbesteding van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp: opleidingsprogramma en opleiding van kandidaat-vrijwilligers, 2015/S 069-122685.


    Top