EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015TN0320

Zaak T-320/15: Beroep ingesteld op 19 juni 2015 — Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro/Commissie

PB C 254 van 3.8.2015, p. 22–23 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

3.8.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 254/22


Beroep ingesteld op 19 juni 2015 — Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro/Commissie

(Zaak T-320/15)

(2015/C 254/25)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA (Vicenza, Italië) (vertegenwoordigers: M. Merola, advocaat, M. Santacroce, advocaat, M. Toniolo, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

het bestreden besluit, waarbij de Commissie Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA voor de duur van twee jaar en tien maanden heeft uitgesloten van deelname aan alle aanbestedingsprocedures en aan procedures voor de toekenning van uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde subsidies, waaronder procedure nr. JRC/IPR/2014/C.5/0003 RC, bekend gemaakt in PB 2014/S 034-054569, zoals nadien gerectificeerd, nietig verklaren;

de Commissie verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

De uitsluitingsprocedure is ingeleid wegens de deelname van verzoekster aan een niet-openbare aanbestedingsprocedure die door het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek op 18 februari 2014 was uitgeschreven voor de bouw van een nieuw gebouw op het terrein van Ispra. De Commissie was immers op de hoogte van bepaalde onregelmatigheden die door verzoekster zouden zijn begaan.

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster vier middelen aan.

1.

Ontbreken van onderzoek, verkeerde opvatting van de feiten en dientengevolge verkeerde rechtsopvatting wegens het verzuim om toepassing te geven aan de uitzondering als bedoeld in artikel 106, lid 1, laatste alinea, van de Financieel reglement

In dit verband wordt aangevoerd dat het bestreden besluit blijk geeft van een gebrek aan onderzoek, een verkeerde opvatting van de feiten en dientengevolge een verkeerde rechtsopvatting voor zover daarin in het onderhavige geval geen toepassing is gegeven aan artikel 106, lid 1, laatste alinea, van verordening nr. 966/2012. In het bijzonder heeft de Commissie blijk gegeven van een verkeerde opvatting door niet te aanvaarden dat in casu was voldaan aan de voorwaarden van artikel 106, lid 1, onder b), van verordening nr. 966/2012 en door de door Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA overgelegde bewijsstukken niet als toereikend te beschouwen in het onderzoek om aan te tonen dat zij „passende maatregelen” had getroffen tegen E. Maltauro.

2.

Niet-toepasselijkheid van artikel 106, lid 1, onder c), van het Financieel Reglement

Subsidiair wordt in dit verband aangevoerd dat het bestreden besluit blijk geeft van een verkeerde opvatting van de feiten en van een motiveringsgebrek voor zover verzoekster daarin aansprakelijk is gesteld voor een ernstige beroepsfout in de zin van artikel 106, lid 1, onder c), van verordening nr. 966/2012. Uit de documenten betreffende de gerechtelijke verwikkelingen van E. Maltauro is niet gebleken dat Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA haar verplichtingen tot toezicht en contractuele loyaliteit niet zou zijn nagekomen en evenmin dat zij baat zou hebben gehad bij de illegale handelingen die zijn toegeschreven aan haar voormalige gedelegeerde bestuurder. Aan de voorwaarden om aan Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA een beroepsfout toe te rekenen die dermate ernstig is dat sprake is van genoemde uitsluitingsgrond, was dus niet voldaan.

3.

Schending van het beginsel van hoor en wederhoor

Eveneens subsidiair wordt aangevoerd dat het bestreden besluit bovendien gebrekkig is wegens schending van het beginsel van hoor en wederhoor, voor zover het is gebaseerd op gegevens die door de Commissie niet waren vermeld in de brief betreffende de inleiding van de procedure en waarover Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA nooit haar opmerkingen heeft kunnen maken. Daardoor heeft zij zich niet adequaat kunnen verweren ten aanzien van de elementen die nadien beslissend zijn gebleken voor haar uitsluiting van alle aanbestedingsprocedures en procedures voor de toekenning van uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde subsidies.

4.

Vierde middel schending van het evenredigheidsbeginsel bij de bepaling van de duur van de uitsluiting

Uiterst subsidiair wordt aangevoerd dat het uitsluitingsbesluit is vastgesteld onder schending van het evenredigheidsbeginsel, met name voor zover daarin de uitsluitingsduur is vastgesteld op twee jaar en tien maanden. Deze duur is geheel ongerechtvaardigd, is in strijd met de geest en de strekking van verordening nr. 966/2012 en verordening nr. 1268/2012, die de gronden voor uitsluiting regelen, en is kennelijk onevenredig, daar de elementen die een negatieve weerslag op de beroepsmoraliteit van Impresa Costruzioni Giuseppe Maltauro SpA zouden kunnen hebben gehad, waren verwijderd en er voor de Commissie geen enkele reden voor vrees voor financiële schade of voor schade aan reputatie meer was.


Top