Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CN0230

    Zaak C-230/15: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Den Haag (Nederland) op 20 mei 2015 — Brite Strike Technologies Inc. tegen Brite Strike Technologies SA

    PB C 254 van 3.8.2015, p. 8–9 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    3.8.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 254/8


    Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Den Haag (Nederland) op 20 mei 2015 — Brite Strike Technologies Inc. tegen Brite Strike Technologies SA

    (Zaak C-230/15)

    (2015/C 254/11)

    Procestaal: Nederlands

    Verwijzende rechter

    Rechtbank Den Haag

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekster: Brite Strike Technologies Inc.

    Verweerster: Brite Strike Technologies SA

    Prejudiciële vragen

    1)

    Dient het BVIE [Benelux-verdrag inzake de intellectuele eigendom (merken en tekeningen of modellen)] (al dan niet op de in het arrest van het gerechtshof Den Haag van 26 november 2013, overwegingen 28 – 34 genoemde gronden) te worden aangemerkt als een posterieur verdrag, zodat artikel 4.6 BVIE niet kan worden aangemerkt als een bijzondere regeling, in de zin van artikel 71 van de EEX-verordening oud (1)?

    Indien deze vraag bevestigend wordt beantwoord:

    2)

    Volgt uit artikel 22, lid 4, van de EEX-verordening oud dat zowel de Belgische, als de Nederlandse en de Luxemburgse rechter internationaal bevoegd zijn van het geschil kennis te nemen?

    3)

    Zo nee, hoe dient dan in een geval als het onderhavige te worden vastgesteld of de Belgische, dan wel de Nederlandse of de Luxemburgse rechter internationaal bevoegd is? Kan voor deze (nadere) vaststelling van de internationale bevoegdheid artikel 4.6 BVIE (wél) worden toegepast?


    (1)  Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (PB 2001, L 12, blz. 1).


    Top